Vrijhandelsakkoord TPP tweede maal uitgesteld na Obama’s Azië-reis
Analyse -

Vrijhandelsakkoord TPP tweede maal uitgesteld na Obama’s Azië-reis

Voor de tweede maal in zes maanden is president Obama er niet in geslaagd een vrijhandelsakkoord met de landen van de Stille Oceaan af te ronden. Ondank een mediaboycot in de VS en de betrokken staten over dit verdrag, blijven de protesten van de bevolking aanhouden.

dinsdag 29 april 2014 17:39
Spread the love

Ook tweede poging mislukt

In oktober 2013 had president Obama
reeds een tournee gepland langs een aantal staten in Zuid-Oost-Azië,
met de bedoeling de onderhandelingen over het vrijhandelsakkoord Trans Pacific
Partnership
(TPP) met 12 landen rond de Stille
Oceaan uit het slop te halen. Die ging niet door omwille van de sluiting van alle overheidsdiensten in de VS door een blokkering van het overheidsbudget door de Republikeinen.

Officieel ging het toen nog slechts over een
aantal technische bezwaren van enkele deelnemende landen. In
werkelijkheid worden de regeringen van de betrokken landen
geconfronteerd met groeiend protest van de eigen bevolking.

Het TPP is de westelijke tegenhanger
van het verdrag dat de VS met de EU onderhandelt, het Transatlantic
Trade and Investment Partnership
(TTIP). De afsluiting van de
onderhandelingen voor het TTIP werd begin dit jaar eveneens meerdere maanden
uitgesteld.

In een poging alsnog tot een
slotakkoord te komen heeft president Obama nu Japan, Zuid-Korea,
Maleisië en de Filipijnen bezocht. Japan, de tweede grootste
handelspartner van het TPP na de VS zelf, heeft Obama echter andermaal
wandelen gestuurd zonder een akkoord.

Officieel werd een en ander wel
ingekleed in diplomatisch taalgebruik “Een akkoord is naderbij. Er
moeten enkel nog een aantal technische bezwaren onderhandeld worden.”
Het zou ondermeer gaan over importbeperkingen op Amerikaans rundvlees
op de Japanse markt. De VS wil komaf maken met de strengere
gezondheidsregels in Japan op gebied van toegelaten hoeveelheden
niet-lichaamseigen hormonen en antibiotica.

Japanse boeren zeggen neen tegen TPP

De Japanse regering moet echter steeds
toenemende protestbetogingen van Japanse boeren trotseren. Die
verwijzen ondermeer naar de desastreuze sociale gevolgen die het
NAFTA-vrijhandelsakkoord van 1994 tussen Canada, de VS en Mexico
hebben gehad voor de Mexicaanse landbouw.

Miljoenen maïsboeren konden toen niet
langer concurreren tegen de gesubsidieerde import uit de VS. Zij
konden na het verlies van hun inkomen enkel nog kiezen voor
laagbetaalde lonen en erbarmelijke werkomstandigheden in Amerikaanse
bedrijven aan de grens met de VS, voor illegale arbeid in de landbouw
in het Zuiden van de VS of voor meedraaien in de drugshandel.

Boeman van dienst China

De VS maken zich grote zorgen over de
toenemende economische invloed van China in Zuid-Oost-Azië, die
bijna volledig aan hun controle ontsnapt en hun eigen bedrijven
verplicht te concurrern. Heel wat traditionele partners
van de VS kiezen eieren voor hun geld en verhogen de lucratieve
handel met China.

De VS kijkt echter niet passief naar deze
evolutie en heeft plannen bekend gemaakt voor een aanzienlijke
toename van de Amerikaanse zeemacht in de regio. Militaire macht is
immers de enige sector waar de VS nog onbetwistbaar wereldleider is.
Dat doet de VS met de nauwelijks verholen doelstelling China te
verplichten meer financiële middelen te voorzien voor
defensie.

China heeft een enorm klassiek landleger,
maar een relatief kleine luchtmacht. Met 255.000 soldaten heeft China wel de tweede grootste vloot ter wereld. Die zeemacht is echter nog uitgerust met wapentechnologie van de jaren 1990. China ontplooit zijn zeemacht alleen in de zeeën rond China zelf. Bovendien trotseert het land niet alleen de Amerikaanse vloot maar ook die van al zijn buurlanden.

Tegen 2020 wil de VS twee derde van de volledige Amerikaanse zeemacht overplaatsen zijn naar de Aziatische kant van de Stille Oceaan. De Amerikaanse vloot heeft voor het ogenblik ongeveer 426.000 krachten, verspreid over de hele wereld. Qua vuurkracht is de vloot nog veel sterker. 

“Dit is de grootste militaire concentratie in dit enorme gebied sinds de Tweede Wereldoorlog. In een wijde boog van Australië tot Japan, zal China Amerikaanse raketten en kernbommenwerpers rond zich aantreffen. Op het Zuid-Koreaanse eiland Jeju wordt een strategische maritieme basis gebouwd, minder dan 650 kilometer van de Chinese metropool Sjanghai en het industriële hartland van het enige land dat de economische macht heeft om sterker te worden dan de VS. Dit is bedoeld om de invloed van China in de regio te ondermijnen. Dit is een wereldoorlog die begonnen is met andere middelen”, aldus nog John Pilger. 

Heropleving historische territoriale conflicten

Bovendien stookt de VS doelbewust de
animositeit tussen China en een aantal buurlanden over conflicten met
de soevereiniteit van een aantal eilanden in de Stille Zuidzee. Die
conflicten bestaan al sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog,
toen de VS deze disputen arbitrair en unilateraal besliste ten nadele
van China, dat op dat ogenblik met een interne burgeroorlog wel
andere katten te geselen had. China is voor zijn oliebevoorrading
echter nog steeds grotendeels (en in toenemende mate) afhankelijk van
olie-transport over zee via de Chinese Zuid-Zee, waar deze betwiste
eilanden liggen.

De VS ziet blijkbaar alleen en probleem
in de betwistingen met China. Andere identieke conflicten tussen
Maleisië, Vietnam, de Filipijnen, Indonesië, Japan en Zuid-Korea
onderling worden immers niet op de spits gedreven. Daar speelt de VS
dan weer een bemiddelende, de-escalerende rol. Nochtans doen zich
tussen deze landen onderling evengoed regelmatig openlijke conflicten
voor. Ook nu tijdens deze tournee heeft president Obama bemiddeld
tussen Zuid-Korea en Japan over gelijkaardige eilandconflicten.

De VS worden wereldwijd meer en meer
geconfronteerd met een afname van economische macht, terwijl ze
ondertussen wel militair ongenaakbaar blijven. Dat blijkt ook nu
weer. Economische akkoorden geraken niet afgerond, maar een nieuw
militair samenwerkingsakkoord kwam er wel, ditmaal met de Filipijnen.

Kritiek van ‘down under’

Zelfs hier is er echter meer en meer
kritiek te horen. Malcolm Fraser, voormalig eerste minister van
Australië (1975-1983), meent in een verklaring van 28 april 2014 dat
zijn land door de VS wordt meegesleurd in een mogelijks vernietigende
oorlog met China, omdat zijn land zich strategisch volledig heeft
ondergeschikt gemaakt aan de wensen van Washington.

Fraser is allesbehalve een links
politicus. Als eerste minister was hij verantwoordelijk voor de
eerste neoliberale ‘hervormingen’ van de sociale zekerheid en de
ziekteverzekering in zijn land, voor de vermindering van de
belastingen en de afbouw van de rol van de overheid (behalve op
militair vlak).

Hij maakt zich ernstig zorgen over
de toenemende spanningen tussen Japan en China, over de betrokken
eilanden. “Australië is militair reeds zo verweven (met de VS) dat
het land onvermijdelijk bij een eventueel conflict (tussen Japan en
China) zal betrokken raken”. Het is de eerste maal dat een
Australisch toppoliticus zich op dergelijke wijze distantieert van de
Amerikaanse politiek in Azië sinds de Tweede Wereldoorlog. Hij
bevestigt hiermee de stelling dat de huidige militarisering van China
niet de oorzaak is maar het gevolg van de toenemende Amerikaanse
militaire aanwezigheid in Zuid-Oost-Azië.

Dat de president van het machtigste
land ter wereld tweemaal in zes maanden tijd van een kale reis
terugkomt, is echter een teken aan de wand. Gevreesd mag worden dat
de VS daarom nog meer dan tevoren zullen kiezen voor militaire confrontatie.
Daarmee is een nieuwe Koude Oorlog niet alleen in Europa een feit. In
Azië speelt zich een zelfde scenario af.  

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!