Maite Morren, sinds 2011 voorzitter van de SP.A-jongerenbeweging Jongsocialisten, neemt deze maand afscheid van de jongerenpolitiek (foto: Maite Morren).
Interview, Nieuws, Politiek, België, SP.A, Animo, Jongsocialisten, Maite Morren -

Voorzitter Jongsocialisten Maite Morren over ‘onbeschaamd socialist zijn’

Maite Morren, voorzitter van de jongerenorganisatie van SP.A Jongsocialisten, neemt binnenkort afscheid van de jongerenpolitiek. Hiermee laat ze een organisatie achter die volgens haar duidelijker dan ooit haar stem kan laten horen binnen de moederpartij. In aanloop naar de Derde Dag van het Socialisme op 2 november vroegen wij Morren in hoeverre het socialisme jongeren nog in beweging weet te brengen.

vrijdag 1 november 2013 09:58
Spread the love

Klopt het dat de Jongsocialisten gedurende uw voorzitterstermijn ook wel de ambitie hebben uitgesproken om ‘politieker’ te worden?

“We heetten vroeger Animo, maar hebben in september onze naam veranderd in Jongsocialisten. Alles wordt tegenwoordig als neutraal voorgesteld, terwijl heel wat van de dingen die volgens de media neutraal zijn eigenlijk juist heel ideologisch zijn. Waarom doen alsof je neutraal en kleurloos bent als je dat in feite niet bent? Door de naam te veranderen, wilden we een tegenwicht bieden aan die tendens.”

Op het congres van SP.A hebben jullie verzet gevoerd tegen de verstrenging van de GAS-boetes. Is dat een voorbeeld van die ‘politiekere’ houding?

“Zeker. Het is een onderwerp waar we al heel lang mee bezig zijn. In mei hebben wij op een landelijk congres van de Jongsocialisten in Brugge ons standpunt over de GAS-boetes unaniem aangenomen. Vervolgens is hier een amendement uit voortgekomen, dat wij hebben ingediend op het SP.A-congres in juni. Met een goed werkende justitie zijn GAS-boetes overbodig.”

“Op dat congres hebben we ook andere amendementen ingediend, bijvoorbeeld over homorechten en onbetaalde stages. Een aantal amendementen hebben het gehaald en andere niet. Maar zelfs de voorstellen die niet zijn overgenomen hebben toch stof doen opwaaien.”

Is dat de toekomst van de Jongsocialisten: een organisatie die gericht standpunten van de moederpartij bijstuurt?

“Dat hangt mede af van de periode waarin een bestuur verkozen is. De verkiezingskoorts is inmiddels weer aangebroken, dus er zal bij de SP.A ook volop over het programma moeten worden nagedacht. Het nieuwe bestuur van de Jongsocialisten kan daar op inspelen, maar een daaropvolgend bestuur zal zich waarschijnlijk op een andere manier moeten buigen over de politieke inhoud. En dat moet zeker niet alleen in functie zijn van wat de moederpartij doet. Een politieke jongerenbeweging is een plek waar jongeren kunnen groeien in het vormen van hun eigen standpunten.”

Gedurende de discussies over de GAS-boetes heeft u geprotesteerd tegen het verkeerde beeld dat oudere politici van jongeren zouden hebben. Ondertussen moet u als schepen in Elsene met deze politici samenwerken. Levert het combineren van beide functies wel eens spanningen op?

Ja, zeker wel. Gelukkig hebben wij in Elsene een burgemeester die totaal tegen de leeftijdsverlaging voor GAS-boetes is, omdat veertienjarigen naar zijn mening nog maar kinderen zijn. Daar ben ik heel blij mee. Ik merk ook dat er in andere steden vraagtekens worden gesteld bij de verstrengde GAS-wetgeving.”

“In Brugge bijvoorbeeld werd GAS stevig teruggeschroefd en beperkt tot het sanctioneren van wildplassen en sluikstorten. Onze federale wetgeving inzake de GAS-boetes is verstrengd, maar het is mooi dat lokaal bestuurders hun eigen afwegingen en beslissingen maken.”

Hoe staat het er volgens u momenteel voor met de solidariteit tussen generaties in België? 

“Ik denk dat het in de realiteit best meevalt. Het lijkt momenteel een trend in medialand dat ieder artikel over jongeren moet worden opgeklopt tot een gigantisch generatieconflict. Ik denk echter niet dat dit conflict zo sterk speelt bij jongeren.”

Op 2 november is de Derde Dag van het Socialisme in Antwerpen. In hoeverre kunnen jongeren zich tegenwoordig nog identificeren met de ‘grote ideologieën’ als het socialisme en liberalisme?

Ik denk dat mensen tegenwoordig vooral te mobiliseren zijn rond concrete thema’s. Dat zag je twee jaar geleden duidelijk bij de SHAME-betoging tegen de stilstand van de regeringsformatie: dat was het thema van dat moment. Er was toen ook weinig belangstelling om een diepgaand engagement aan te gaan, maar men was wel bereid om met ongeveer 40.000 mensen de straat op te gaan. Dat is al heel wat.”

“Langdurig engagement voor een bepaalde ideologie zie je niet meer zoveel, omdat mensen – denk ik – het verschil niet meer zien tussen de partijen die deze ideologieën vertegenwoordigen. Er wordt tegenwoordig teveel in termen van consensus gedacht.”

Merkt u dat er bij jongeren veel vooroordelen kleven aan een ‘oud’ label als het socialisme?

“Bij onze eigen naamswijziging hebben wij al onze leden voorstellen laten insturen voor de nieuwe naam. Uiteindelijk is er zo een lange lijst opgesteld met allerlei opties, waaronder onze oude naam Animo, maar ook Jong Links en Jongsocialisten. Ik vond het tekenend dat met name onze jongste leden, dus de veertien- tot zestienjarigen, voorstander waren van de naam Jongsocialisten, omdat deze naam gewoon het duidelijkst is. Ik ervaar dus niet dat het begrip ‘socialisme’ jongeren afstoot. Kom gewoon uit waar je voor staat.”

Een van de redenen voor de naamsverandering van Animo naar Jongsocialisten in september 2013 was de wens om ‘onbeschaamd socialist te zijn’. Wat is dat eigenlijk?

“Er voor zorgen dat je kernwaarden meteen duidelijk zijn en je hier niet voor verontschuldigen. Als je wil overtuigen, waarom zou je dan een schuilnaam aannemen? Er is nood aan meer duidelijkheid. Aan meer verschil tussen de partijen.”

Internationaal zijn de afgelopen jaren verschillende bewegingen opgekomen die onafhankelijk van politieke partijen voor de belangen van jongeren opkomen, zoals de indignados in Spanje. Denkt u dat dergelijke bewegingen het gras voor de voeten van de politieke jongerenorganisaties zullen wegmaaien?

“‘Het gras voor de voeten’, dat klinkt zo negatief… De SHAME-betoging hadden politieke jongerenorganisaties nooit zelf kunnen organiseren. Wat de Indignados hebben gedaan, dat hadden geïnstitutionaliseerde organisaties ook niet snel doen.”

“Ik zie dat echter niet als het gras voor de voeten wegmaaien van politieke jongerenorganisaties. Het zijn kortstondige oplevingen, al maakt dat ze nog niet minder relevant. Maar wanneer men dergelijke protesten zou proberen in te kapselen, worden deze meteen minder spontaan en betekenisvol.”

Vaak zijn politieke jongerenorganisaties niet bepaald een realistische afspiegeling van de verhoudingen in de samenleving. Zo zijn blanke, academisch opgeleide jongeren vaak oververtegenwoordigd. Speelt dit probleem ook bij de Jongsocialisten?

“Dat probleem speelt bij iedere bestuursverkiezing, maar het is heel moeilijk om hier een antwoord op te bieden. Vergaderingen vinden bijvoorbeeld plaats op uren die voor jonge ouders absoluut niet makkelijk zijn. Binnen lokale afdelingen lukt het wel beter om die balans te bekomen.”

“We lijken er wel steeds meer in te slagen om de etnische diversiteit onder onze leden te bevorderen. Ik ben zelf ook kind van een gemengd huwelijk, bij de kandidaten voor het nieuwe bestuur is er ook meer diversiteit. Bij heel wat lokale afdelingen zie ik ook jongeren met andere roots actief worden.”

“Wat de diversiteit qua opleidingsniveau betreft, proberen we veel van onze activiteiten zo laagdrempelig mogelijk te maken. Anderzijds hoef je geen stapel diploma’s te hebben om veel kennis van zaken te hebben.”

In hoeverre is er volgens u nog sprake van een echte socialistische beweging in België, die zowel socialisten die gelieerd zijn aan partijen en vakbonden, maar ook onafhankelijke socialisten omvat?

“Het mooie aan de Dag van het Socialisme is dat op deze dag socialisten met allerlei verschillende achtergronden samenkomen. Doorgaans worden vooral de verschillen benadrukt. Ik denk wel dat er sprake is van een beweging, maar we hoeven niet hetzelfde te zijn. Er is ruimte voor diversiteit. Met de vakbondsjongeren en de jongeren van socialistische mutualiteit komen wij elk jaar samen op 1 mei, dit jaar was dat met een gezamenlijke campagne.”

Is een sterke linkse samenwerking niet wenselijk in het vooruitzicht van de verkiezingen?

“Persoonlijk ben ik met het oog op verkiezingen in het algemeen voorstander van  linkse allianties. Wanneer je uiteindelijk in een coalitie zit waarbij je regeringspartner veel rechtser is, is dat heel moeilijk. Daar komen alleen maar verwaterde dingen uit.”

“Neem het voorbeeld van de eerste regering-Verhofstadt, die bestond uit socialisten, liberalen en groenen. Hoewel deze partijen op economisch vlak niet altijd de beste match waren, zijn er wel stappen voorwaarts gezet op ethisch vlak: rond het homohuwelijk, rond euthanasie. Met de christendemocraten erbij in de regering waren deze grote stappen nooit gezet.”

“Ik vind niet dat we op zouden moeten gaan in een grote partij, maar het is wel wenselijk om coalities te sluiten om samen bepaalde doelstellingen te bereiken. In Scandinavische landen is het gebruikelijker dat alle linkse partijen zich voorafgaand aan de verkiezingen in een alliantie verenigen.”

In het Belgische politieke systeem moeten er altijd coalities gesloten worden. Staan de belangen van een bestuurderspartij en een socialistische partij in zo’n systeem niet lijnrecht tegenover elkaar?

“Ik ervaar dat als bestuurder niet zo: die twee zaken hoeven niet te wringen. En als je het niet kunt waarmaken, moet je dat gewoon eerlijk zeggen. Wanneer je als bestuurder een compromis hebt gesloten, moet je ook kunnen uitleggen waarom.”

Begrijpt u de kritiek van sommige ABVV-militanten dat uw partij ‘te mak’ is?

“Het is goed en nodig dat militanten ons kritisch volgen. Op het vlak van het eenheidsstatuut zijn er wel vorderingen gemaakt, denk ik. Daar is voor het eerst in decennia beweging in gekomen. Misschien is het niet perfect, maar we regeren niet alleen.”

Op het verkiezingscongres van 9 november neemt u afscheid van de Jongsocialisten en gaat u zich volledig inzetten voor de moederpartij. Zijn er elementen van de cultuur van de Jongsocialisten die u mee wilt nemen in uw werk als bestuurder?

“Vooral de kritische houding. Soms is het nodig om als bestuurder op te staan en te zeggen dat iets een slecht idee is. Zoals bijvoorbeeld bij de verbreding van de Brusselse Ring: SP.A in Vlaanderen heeft hiervoor gestemd, maar SP.A in Brussel verzet zich er tegen.”

“Je kan daar als Brusselaar ook moeilijk voor zijn. De verbreding van de Ring zal voor meer fijn stof zorgen, en dus voor meer gezondheidsproblemen voor bijna 1 miljoen inwoners. Dit is een dossier dat minstens even explosief is als dat van de Oosterweelverbinding in Antwerpen.”

Wat is de beste erfenis die u heeft achtergelaten als voorzitter van de Jongsocialisten?

“Het bieden van meer duidelijkheid: door de naamswisseling, maar ook door het vooropstellen van een aantal kernwaarden. Socialisme is voor ons duurzaamheid, internationalisme, vrijheid, gelijkheid, solidariteit. Socialisme, dat is er voor zorgen dat iedereen de beste versie van zichzelf kan worden.”

“Ook hebben we de structuur van de organisatie aangepakt, waardoor het gemakkelijker is geworden om actief te zijn bij de Jongsocialisten. Zo hebben we de bestuurstermijn ingekort van twee naar één jaar en de algemene vergadering uitgebreid zodat meer jongeren kunnen ervaren hoe het is om aan jongerenpolitiek te doen.”

“Daarnaast is de verandering van onze naam niet enkel een statutaire verandering maar een logisch gevolg van de ontwikkeling die onze organisatie heeft doorgemaakt. Dat we veel meer op de inhoud werken en veel meer dan ooit opiniestukken publiceren en onze stem laten horen tijdens debatten van de SP.A.”

take down
the paywall
steun ons nu!