Het ziet er voorlopig naar uit dat president Erdogan verkeerd heeft gegokt door nieuwe verkiezingen uit te lokken en terug de strijd op te nemen tegen het Koerdische verzet (Gobierno de Chile - foto tijdens een bezoek aan Chili)

Vertrouwen Turks consument voorspelt goed resultaat verkiezingen

Turkije had reeds een coalitie kunnen hebben om de problemen aan te pakken maar kijkt aan tegen een heropflakkering van het Koerdisch conflict en nieuwe verkiezingen. In een opiniepeiling houdt 57 procent president Erdogan hier voor verantwoordelijk.

donderdag 3 september 2015 11:13
Spread the love

In deze opiniepeiling van 29.000 Turken wijt 20 procent het falen van de coalitiegesprekken na de verkiezingen van 7 juni 2015 aan Devlet Bahceli, leider van de Partij van de Nationale Beweging (MHP), zeven procent ziet eerste minister Ahmet Davutoglu, tevens leider van de Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP, partij van de president) als schuldige, terwijl Kemal Kilicdaroglu van de Republikeinse Volkspartij (CHP) en Selahattin Demirtas van de Democratische Volkspartij (HDP) elk door vijf procent van de ondervraagden met de vinger werden gewezen.

Onder de tegenstanders van Erdogan heerst de overtuiging dat hij de coalitievorming saboteerde uit vrees voor vervolging wegens corruptie en omdat hij zijn luchtkasteel voor een ultramachtig presidentschap niet los kan laten. Om die reden gaf hij volgens zijn critici de voorkeur aan chaotische omstandigheden als ouverture naar nieuwe verkiezingen.

Peilingen

Over de mogelijke uitslag van de nieuwe verkiezingen, die op 1 november gehouden zullen worden, wordt druk gespeculeerd. Peilingen wijzen er echter niet op dat die wezenlijk zal verschillen van de uitslag van de vorige verkiezingen op 7 juni. Althans, niet als de verkiezingen nu op 3 september – dag van de peilingen – zouden plaatsvinden. Volgens de peilingen zou de AKP slechts een klein procent extra stemmen verwerven.

Er is echter nog een andere graadmeter voor het stemgedrag ten aanzien van de AKP dan alleen maar verkiezingspeilingen. Columnist Kadri Gürsel wijst op een direct verband tussen het stemmenpercentage voor de AKP en het consumentenvertrouwen. Dat is verklaarbaar in Turkije, waar politieke partijen ten onder zijn gegaan, dan wel zijn opgekomen als gevolg van de economische situatie.

Verkiezingen

Een aantal voorbeelden verduidelijken dit. Voor de parlementsverkiezingen van 2007 was het consumentenvertrouwen met 82,3 procent behoorlijk hoog. De AKP deed het goed en haalde 46,6 procent van de stemmen.

Twee jaar later werden lokale verkiezingen gehouden. Tegen die tijd had de financiële crisis toegeslagen en daalde het consumentenvertrouwen tot 61,6 procent. Het stemmenpercentage voor de AKP liep terug naar 38,6 procent.

In 2011 was het consumentenvertrouwen weer toegenomen tot 83,2 procent, nog hoger dan in 2007. De AKP haalde dat jaar met 49,8 procent haar hoogste percentage ooit bij parlementverkiezingen.

Bij de lokale verkiezingen in 2014 leverde de AKP in en haalde nog 43,2 procent. Het consumentenvertrouwen lag toen op 72,7 procent. Ruim een jaar later in 2015 lag dat nog lager op 66,4 procent, meer bepaald in juni 2015, toen de AKP bij de parlementsverkiezingen 40,8 procent van de stemmen haalde.

Uitzondering

Kortom, naarmate de consument er meer vertrouwen in heeft doet de AKP het beter. Er is maar een uitzondering op deze regel, de lokale verkiezingen van 2004. Het consumentenvertrouwen was toen met 97,8 procent erg hoog, maar toch kwam de AKP niet verder dan 41,7 procent.

De verklaring schuilt in het feit dat partijen die ondertussen vrijwel van het toneel verdwenen zijn, zoals de Moederlandpartij (ANAP) en de Partij van het Rechte Pad (DYP) toen nog relatief veel stemmen behaalden (in 2002 zou de AKP zonder de hoge kiesdrempel van tien procent, waardoor de stemmen van kleinere partijen verloren gingen, geen parlementaire meerderheid hebben).

38 procent

Vorige maand stond het consumentenvertrouwen op 62,4 procent erg laag vergeleken met de afgelopen jaren, bijna zo laag zelfs als tijdens de financiële crisis. Als er nu verkiezingen zouden zijn vertaalt het consumentenvertrouwen zich in een stemmenpercentage voor de AKP van net boven de 38 procent. Dat is lager dan het percentage dat uit recente verkiezingspeilingen naar voren komt. Die houden het zoals gesteld over het algemeen op een kleine winst van minder dan een procent voor de AKP. Uitzondering is de verkiezingspeiler Gezici, die rond de 38 procent uitkomt.

Blijft het consumentenvertrouwen in de komende twee maanden zo laag als nu, of daalt het nog verder, dan ziet er dus niet best uit voor de AKP. 38 procent is immers bij lange na niet voldoende om een parlementaire meerderheid te heroveren.

Herstel

Uiteraard blijft het mogelijk dat zich onvoorziene omstandigheden voordoen, waardoor het verband tussen het consumentenvertrouwen en de stemmen voor de AKP zich op 1 november bij uitzondering niet manifesteert. Doen die omstandigheden zich niet voor dan kan de AKP echter alleen maar hopen op een snel herstel van het consumentenvertrouwen.

Bij dat laatste spelen tal van factoren, cijfers over werkgelegenheid, inflatie en economische groei bijvoorbeeld. Ook de ontwikkeling van de wereldeconomie is hier van grote betekenis. Zo is het goed mogelijk dat een herstel van de economie in de VS tot verdere kapitaalvlucht zal leiden uit opkomende economieën. Zeker als de tekenen sterker worden dat de Amerikaanse Federal Reserve Bank in december 2015 de rente gaat verhogen kan dat leiden tot nog meer waardeverlies van de Turkse munt lira. Zoals nu al blijkt heeft dat laatste een negatief effect op de economie in Turkije en draagt het zonder meer bij aan een lager consumentenvertrouwen.

Wapenstilstand

Dat laatste geldt echter ook voor de oorlog in Zuidoost-Turkije. Die haalt de waarde van de lira eveneens omlaag. Erdogan hoopt dat de aanslagen van de PKK de stemmer zal doen besluiten om de pro-Koerdische partij HDP alsnog de rug toe te keren. Uit peilingen blijkt echter het tegenovergestelde, want daarin staat de HDP op winst.

Rationeel beschouwd doet Erdogan er in zijn eigen belang dus goed aan om HDP-leider Demirtas volop te steunen in zijn streven een wapenstilstand te bereiken. Een einde van de PKK-aanslagen stimuleert immers de lira en daarmee het consumentenvertrouwen. Alleen is rationeel nadenken niet steeds de sterkste kant van de Turkse president…

Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!