De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Jagers en drijvers in de Ardennen met de honden

Verdere verduidelijking over de jager en zijn in wezen wel zo mooie wereld

dinsdag 22 september 2020 19:55
Spread the love
De herfst is aangebroken. Dit is traditioneel een seizoen van oogsten van appels, paddestoelen, druiven, en meer. De jachtwetten laten dan ook de jacht van start gaan in overeenstemming met de cyclus van het bestaan van bepaalde wildsoorten. In de tijd dat de moeders jongen hebben, is de jacht verboden. Vanaf 15 september gaat de jacht traditioneel open op soorten als de patrijs. Vanaf half oktober trekken jagers en drijvers naar bos en veld, heide en weide om  soorten als de fazant, de haas, het konijn te ontmoeten en te trachten verschalken. In de Ardennen gaat rond deze tijd de jacht open op grotere wilde dieren zoals het everzwijn en het hert, het ree. Enkel in dit seizoen kan de landgenoot in restaurants en via de distributeurs in eigen thuis wild op tafel brengen. Een delicatesse die gelukkig velen mochten leren kennen, in dit land en deze tijd waarin eindelijk een vrij grote middenklasse is opgebouwd, tot stand gekomen.
Ondanks die aspecten aan het leven van de jager, is hij voor een aantal burgers nog persona  non grata. Soms is dit terecht. In de opleidingen drukken wij docenten erop dat hoffelijkheid een vereiste is, bij ontmoetingen met andere personen in de jachtgebieden. Tegenover de negatieve ervaringen van sommigen met jagers , kan ik overigens persoonlijk vele, langdurige fijne contacten en ervaringen plaatsen. Die vonden plaats op diverse locaties in ons land en verspreid door de tijd. Het belangrijkste lijkt mij het feit dat er veel onwetendheid over de jager en zijn passie, zijn universum heerst. Dat relatief veel mensen nog altijd wrok op hem projecteren die hij/zij totaal niet verdiend.
Hoe vaak heb ik moeten het debat openen met mensen die in het begin de “visie” opperden “Jacht is moord”… Veel “stedelingen” (voorlopig neem ik deze categorie tot er een betere noemer beschikbaar komt) hebben geen begrip van de liefde, zorg voor de dieren en de landschappen die de meeste jagers wel degelijk bezielt. Of van de realiteit dat de jagers bij de beoefening van de jacht aan noodzakelijk beheer doen, arbeid in de natuur leveren, waarvoor zij geen vergoedingen ontvangen, of zeer beperkt, van de gemeenschap. Meer nog, na het behalen van de nodige licenties investeren zij vaak veel geld. En veel tijd, zorg, energie, betrokkenheid en expertise.
Bovendien lijkt het mij onmiskenbaar dat in alle menselijke relaties sprake is van de fysica-wet van actie en reactie. Wie respect geeft, zal er veel sneller terugkrijgen. Hoe kunnen alle jagers hoffelijk optreden, in een klimaat, een land, waar zij bij monde van een aantal roepers niet geduld worden? Waar zij nog maar vijftien jaar geleden ernstig vreesden voor het voortbestaan van hun bezigheid, nadat politici veel onbegrip toonden en rechten afgenomen hadden. Zonder redelijke gronden, in bepaalde gevallen. Hoe zou jij naar “burgers” ingesteld staan, als die jouw vakgebied en bezigheid als moord betitelen?
 
Ik heb stickers in omloop gezien uitgaande van de Duitse jagersbond. Een beeltenis, een profiel, voorzien van deze affirmatie : “Jäger sind nette Leute”. Hoe zou men dat kunnen verkondigen als er niet een stevige basis was voor begrip voor de noblesse van de jager en zijn vak, zoals dit in het Duitsland van de cultuur inderdaad is? In Vlaanderen (en al meteen niet in Wallonië! Wel integendeel) lijkt er mij na dertig jaar volgen van de situatie echt vaak een soort heksenjacht loos.
 
Op de dagen dat ik in het revier in de Ardennen waar ik rechten had ging jagen, mijn buks in haar foedraal mee met de bagage in de trein van de NMBS, kreeg ik een vriendelijk en respectvol woordje van de conducteurs. Onder de taalgrens. Die mensen kennen zowel de bossen en het wild veel beter, als de jacht, de jager en zijn denken, motivatie en investeringen.
Jagers zijn meestal niet  van het brutale type, geen onmensen.
Integendeel: na in vele milieus te hebben opgetreden, kan ik stellen dat ik bijna nergens zoveel vriendelijkheid en gemoedelijkheid, maar ook gezonde levensernst en gemeenschapsgeest heb aangetroffen als in gezelschap van jagers, jachthondengebruikers, jachthoornensembles, tijdens jachtbeurzen, en natuurlijk samen actief in veld, bos en weide.
 
Naar mijn aanvoelen, ook juist na passages in diverse sectoren in onze Arbeidsmarkt én na ettelijke tientallen jaren bijstand verlenen en gesprekken voeren met kwetsbare groepen zoals mensen met psychische pijn, leek het mij juist een voorbeeldig, menselijk, revitaliserend, inspirerend en verzachtend-sociaal milieu.
 
Bepaalde vormen van onmenselijk gedrag en verhoudingen die de samenleving wel vaker vergiftigen, niet alleen tussen collega’s op kantoor, erfenis-gegadigden, kandidaat kopers, dronken lieden, gebruikers van de snelwegen en straten, voetbalfans en ouders van voetballertjes, elkaar scherp beconcurrerende collega’s in de schrijverswereld, de journalistiek, de geneeskunde en in andere beroepen… leken onder de natuurgebruikers die jagers zijn, veel meer de uitzondering dan de regel.
 
Dat is ook geen ondoorzichtig mysterie: eenmaal buiten de bebouwde kom (denk aan het woord ‘stedelingen’) starten vele wandelaars meteen opnieuw met het groeten van elkaar (herinner je ook het initiatief  van de “knikjesstraat”). In de groene open ruimte voel je als mens meer nietig, en ontwikkel je vanzelf vriendschappelijke en solidaire trekken naar de andere. Het gaat om een solidariteit die diep wortelt. In de overdonderende natuur ben je met je medejager of met de passant al snel een soortgenoot. Een medemens die welkom is, samen klein en kwetsbaar in de uitgestrektheid. Te midden van de soms ‘unheimliche’ , lichtjes bevreemdende, ontzag-wekkende, ‘ontheemdende’ nabijheid en alomtegenwoordigheid van de Natuur.
 
Dat zijn evident allemaal betekenisvolle, belangrijke, fijnmenselijke en diepmenselijke kwesties. Waar bovendien werkelijk waardevolle sentimenten, deugden en waarden mee gepaard gaan,.  Een realiteit echter, zo valt te vrezen, zo heb ik al te vaak gemerkt, waar veel “critici” totaal geen benul van hebben.
Veel plezier bij het verkennen van de natuurgebieden, wens ik u. Ik wens ieder ook minstens een keer een fijne maaltijd op basis van wildbraad in dit seizoen. Ik jaag zelf niet meer, maar mijn passie voor aanwezigheid en exploratie in de groene, redelijk desolate omgeving is onverminderd. Jagers weten waarover ik spreek.

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!