Bron: Pixabay
Madeleine Orr, IPS

Toenemende hittegolven maken de Tour in juli stilaan onhoudbaar

De temperaturen tikten tijdens de afgelopen Ronde van Frankrijk verschillende keren tegen de veertig graden aan. Madeleine Orr, hoogleraar Sporteconomie aan de Loughborough University, vraagt zich af of het nog wel verantwoord is om in die omstandigheden zo’n uitputtingsslag te organiseren.

vrijdag 29 juli 2022 15:25
Spread the love

 

Nu de Ronde van Frankrijk voor heren ten einde loopt en het damesevenement in volle gang is, woedt de Europese hittegolf voort. De hitte is ook te zien op beelden van het evenement: verkoelende handdoeken om de nek van racers, water spat over rode gezichten, ijspakketten die onder racetruien uitsteken.

De temperatuur wordt nog versterkt door het hitte-eilandeffect op wegen die warmte absorberen en uitstralen. Op de heetste dagen van de mannenrace, met temperaturen rond de 40 graden, hebben de organisatoren zelfs enkele wegen besproeid om de oppervlaktetemperatuur te verlagen. Dat werkt, maar het draagt ook bij aan de luchtvochtigheid. Het lost dus het ene probleem op, maar draagt bij aan het andere. Het houdt ook geen rekening met de gevolgen voor het milieu van het gebruik van zoveel water om een weg af te koelen.

Vage grenzen

De hittegolf komt niet als een verrassing voor wie het wielrennen volgt. Modderstromen, extreme hitte, hagel en verrassend veel sneeuw hebben de afgelopen jaren verschillende etappes van de Tour onderbroken.

In 2019 bijvoorbeeld, bedekte een zware modderstroom de hele weg in etappe 19 van de Ronde, waardoor de race moest stoppen. Omdat de renners geen idee hadden wat hen te wachten stond, brachten ze die dag enkele uren door op het parcours tot de racedirecteur de race stopzette en de hulp van bulldozers inriep om het puin te ruimen.

De Union Cycliste Internationale (UCI) heeft een protocol voor extreem weer om wedstrijdorganisatoren te begeleiden bij hun reactie op dergelijke omstandigheden. De richtlijn vereist het bijeenroepen van de wedstrijddokter, het beveiligingshoofd, vertegenwoordigers van renners, teams en UCI wanneer extreme weersomstandigheden worden verwacht voor een rit. Er bestaat geen beleid voor guur weer dat zich voordoet wanneer een race al begonnen is.

In het protocol voor extreem weer is echter geen sprake van specifieke drempelwaarden om het beleid te activeren, zoals de natteboltemperatuur. Dat is een maatstaf die rekening houdt met temperatuur, vochtigheid en windsnelheid en zo nauw aansluit bij hoe warm het eigenlijk voelt voor de renners. In het huidige beleid wordt het aan de genoemde belanghebbenden overgelaten om te bepalen wat “extreem weer” is, maar de grenzen daarvan zijn wazig.

Beperkte actieradius

Ook is het protocol beperkt in de opties die het toelaat om slechte omstandigheden te vermijden. Deze zijn onder meer:

  • Geen actie ondernemen
  • De locatie of tijd van start of finish wijzigen
  • Het parcours wijzigen of neutraliseren van een deel van de etappe/race
  • Veiligheidsvoorzieningen op het parcours en in de organisatie versterken
  • Elke andere corrigerende maatregel of actie die door de belanghebbenden is genomen in overeenstemming met de UCI-reglementen
  • De etappe/race annuleren.

Historisch gezien heeft de UCI haar protocol voor extreem weer aangewend om sneeuw of extreme koude aan te pakken, niet hitte. In de Ronde van Zwitserland van 2016 werd de laatste etappe bijvoorbeeld verkort tot slechts 57,3 kilometer door de sneeuwcondities.

Maar toen het peloton zondag over de finishlijn op de Champs-Elysées raasde, schommelden de temperaturen rond de 30 graden. Dat is vijf graden warmer dan de gemiddelde Parijse temperaturen in juli, waardoor ook de laatste momenten van de Ronde zich afspeelden in zeer moeilijke omstandigheden.

Hotspot

Frankrijk ligt midden in de West-Europese regio die is uitgegroeid tot een hotspot voor hittegolven. Het aantal hittegolven is er in de afgelopen vier decennia ongeveer drie tot vier keer sneller toegenomen, in vergelijking met de rest van de noordelijke middelste breedtegraden.

De hitte veroorzaakt gezondheidsproblemen bij atleten. Dit jaar stortte Alexis Vuillermoz in bij de finish van de negende etappe. Hij werd naar het ziekenhuis gebracht voor een behandeling tegen hitteziekte, en trok zich later terug uit de Tour.

De hitte brengt ook een reeks indirecte effecten met zich mee, zoals droogte en bosbranden langs de route. Deze zomer heeft Frankrijk enkele van de ergste bosbranden in zijn geschiedenis meegemaakt, waarbij meer dan 41.000 hectare in vlammen opging, en meer dan 36.000 mensen moesten worden geëvacueerd. Het is een meevaller dat de Tour aan de vlammen ontsnapte.

De renners kwamen in een straal van 100 kilometer van de brand toen ze door de getroffen regio Gironde reden. Het parcours ging niet door een stad die geëvacueerd was en er waren geen wijzigingen nodig. Maar timing is alles: Villandraut, dat in 2021 in de Ronde opgenomen was, werd tijdens de race van dit jaar geëvacueerd.

Ironisch genoeg werd de race van dit jaar alleen verstoord door klimaatdemonstranten die zich vastketenden om de wegen te blokkeren.

Maar als de klimaattrends zich voortzetten, is het slechts een kwestie van tijd voordat er grotere structurele veranderingen nodig zijn om dit evenement veilig te organiseren. Concreet is de Tour in juli misschien niet meer houdbaar. Dat belooft evenmin veel goeds voor andere zomerevenementen in Frankrijk, zoals de Olympische Spelen van 2024 in Parijs.

 

Deze analyse is oorspronkelijk verschenen bij IPS-partner The Conversation

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!