Nieuws, Politiek, Groot-Brittannië, Irak, Frankrijk, Syrië, Sykes-Picot -

Syrië/Irak 1914-2013: geschiedenis waaruit we niet willen leren

In de nasleep van de Eerste Wereldoorlog hebben Groot-Brittannië en Frankrijk het moderne Midden-Oosten gecreëerd door het voormalige Ottomaanse Rijk op te splitsen. Voor de eerste maal in 90 jaar, komt die hele naoorlogse overeenkomst in de regio op losse schroeven te staan.

dinsdag 21 mei 2013 13:11
Spread the love

Grenzen en scheidingslijnen

De grenzen van de nieuwe staten zoals Irak en Syrië werden zo vastgelegd dat ze voldeden aan de noden en belangen van de Britten en Fransen. De wensen van de lokale inwoners werden grotendeels genegeerd. Externe grenzen zijn echter niet langer meer de onoverbrugbare obstakels die ze tot onlangs waren, terwijl interne scheidingslijnen zo ingewikkeld als internationale grenzen worden om over te steken.

In Syrië controleert de regering niet langer de talrijke grensposten met Turkije en met Irak. De Syrische rebellen komen het land binnen en trekken zich zonder enige hinder terug over de internationale grenzen van hun land, terwijl sjiitische en soennitische strijders in Libanon meer en meer tegen elkaar hun strijd uitvechten in Syrië. De Israëli’s bombarderen Syrië naar willekeur.

Natuurlijk betekenen de bewegingen van guerrillagroepen in het midden van een burgeroorlog niet noodzakelijk dat een staat aan het uiteenvallen is. De doordringbaarheid van de Syrische grenzen laat vermoeden dat wie ook uiteindelijk als overwinnaar van de Syrische burgeroorlog tevoorschijn zal komen, zal regeren over een zwakke staat die amper in staat zal zijn om zichzelf te verdedigen.

Hetzelfde proces is aan de gang in Irak 

De zogenaamde scheidingslijn tussen de door Koerden gecontroleerde gebieden in het noorden en de rest van Irak wordt meer en meer een grens die aan beide zijden verdedigd wordt door gewapende strijdmachten. Verleden jaar heeft Bagdad de Koerden woedend gemaakt door een militair operationeel commando op te stellen, dat dreigde de centrale militaire controle af ??te dwingen over de tussen Koerden en Arabieren betwiste gebieden.

De scheidingslijnen geraakten meer ingewikkeld in Irak nadat het bloedbad van Hawajiah op 23 april 2013 minstens 44 soennitische Arabische demonstranten dood achterliet. Dit kwam er na vier maanden massale maar vreedzame soennitische protesten tegen discriminatie en vervolging. Het resultaat van deze steeds diepere kloof tussen de soennieten enerzijds en de sjiitisch-gedomineerde regering in Bagdad anderzijds is dat de Iraakse troepen in de gebieden met een soennitische meerderheid zich gedragen als een bezettingsleger. ’s Nachts verlaten ze hun geïsoleerde buitenposten zodat ze het leger kunnen concentreren in verdedigbare posities. De Irakese regeringscontrole in de noordelijke helft van het land wordt steeds zwakker.

Doet het er voor de rest van de wereld toe wie tegen wie vecht in de verarmde boerendorpen in het binnenland van Syrië of in de vlakten en de gebergten van Koerdistan? De les van de laatste duizend jaren is dat het van groot belang is. De regio tussen de Syrische kust aan de Middellandse Zee en de westelijke grens van Iran is van oudsher een zone waar staten botsten. De kaarten van de regio zijn bezaaid met namen van slagvelden waar de Romeinen vochten tegen de Parthen, de Ottomanen tegen de Safaviden en de Britten tegen de Turken.

Sykes-Picot 1916

Het is interessant maar verontrustend om te zien hoe zorgeloos de Britten en Fransen deze regio hebben opgesplitst onder het Sykes-Picotverdrag van 1916. De Britten zouden de provincies van Bagdad en Basra controleren en noordwaarts invloed hebben. De Fransen zouden Zuidoost-Turkije, Noord-Syrië en de provincie van Mosul, waarvan werd verondersteld dat er olie zat, behouden. Het bleek echter dat de Britse vrijgevigheid van Mosul er kwam omdat Groot-Brittannië Oost-Turkije aan het tsaristische Rusland had beloofd en dacht dat het nuttig zou zijn om een Franse ‘cordon sanitaire’ te hebben tussen hen en het Russische leger.

Het Sykes-Picotverdrag reflecteerde de prioriteiten tijdens de oorlog en werd nooit als zodanig gerealiseerd. De Britse belofte om Mosul te overhandigen aan de Fransen werd ongeldig met de bolsjewistische revolutie van 1917 en de bolsjewistische onterechte publicatie van de Russische geheime overeenkomsten met zijn voormalige Franse en Britse bondgenoten. Tijdens de onderhandelingen van 1918-1919 werd, in de aanloop naar het Verdrag van Versailles, echter alleen de meest oppervlakkige aandacht besteed aan het langetermijneffect van de verdeling van de buit.

Tijdens het bespreken van Mesopotamië en Palestina met de toenmalige Britse premier David Lloyd George, zei de Franse premier, Georges Clemenceau, die niet zeer geïnteresseerd was in het Midden-Oosten: “Vertel me wat je wilt.” Lloyd George: “Ik wil Mosul.” Clemenceau: “Je zal het hebben. Nog iets anders?” Lloyd George: “Ja, ik wil Jeruzalem ook.” Clemenceau ging hiermee ook bereidwillig akkoord, hoewel hij waarschuwde dat er problemen zouden kunnen zijn over Mosul, waarvan toen al werd vermoed dat er olie zat.

Nooit aanvaard door de betrokken bevolking

Deze onderhandelingen zijn fascinerend omdat zoveel van deze zaken, toen zogenaamd geregeld, nog steeds betwist worden. Erger nog, de toen bereikte afspraken hebben de basis gelegd voor de zovele betwistingen en oorlogen die nog steeds doorgaan, of nog moeten komen. De argumenten die toen werden gebruikt, worden tegenwoordig nog steeds gebruikt.

Het is niet verbazingwekkend dat het precies de leiders van de 30 miljoen Koerden zijn, die het hardst juichen bij het in diskrediet geraken van de overeenkomsten waarvan zij, tezamen met de Palestijnen, de grootste slachtoffers waren. Nadat ze opgesplitst werden over Irak, Turkije, Iran en Syrië, hebben ze het gevoel dat hun moment eindelijk is aangekomen. In Irak genieten ze van een autonomie dicht bij onafhankelijkheid, en in Syrië hebben ze de controle verworven over hun eigen dorpen en steden. In Turkije, waar de Turks-Koerdische guerrillabeweging PKK zich, als gevolg van vredesonderhandelingen, begint terug te trekken naar de Qandilbergen in het noorden van Irak, hebben de Koerden aangetoond dat het de Turkse staat na 30 jaar oorlog niet gelukt is hen te verpletteren.

Vrede en welvaart verder weg dan ooit

Terwijl de 20ste eeuwse afspraken over het Midden-Oosten echter instorten, is het onwaarschijnlijk dat het resultaat vrede en welvaart zal zijn. Het is gemakkelijk om in te zien wat er verkeerd is met de regeringen van het huidige Irak en Syrië, maar niet wat hen zou vervangen. Kijk naar het vrijwel unanieme applaus onder de buitenlandse politici en media naar aanleiding van de val van kolonel Gaddafi in 2011, en kijk dan nu naar het Libië en naar zijn regering die permanent belegerd is, of op de vlucht, voor gewapende milities.

Indien president Bashar al-Assad zou vallen in Syrië, wie zou hem dan vervangen? Is er iemand die echt denkt dat vrede automatisch zal volgen? Is het niet waarschijnlijker dat zelfs een meer intensieve oorlog zou voortduren, zoals gebeurd is in Irak na de val van Saddam Hussein in 2003? De Syrische rebellen en hun aanhangers hebben de gelijkenissen tussen de crisis in Irak en Syrië gebagatelliseerd, maar ze hebben beangstigende overeenkomsten. Saddam mag dan niet populair zijn geweest in Irak, maar degenen die hem steunden en voor hem werkten konden niet van de macht worden uitgesloten en omgevormd worden tot tweederangsburgers zonder een gevecht.

De Amerikaanse, Britse en Franse plannen voor de toekomt van Syrië lijken zo vol met catastrofemogelijkheden als hun plannen uit 1916 of 2003. Door het verkondigen dat Assad geen rol kan spelen in de toekomstige Syrische regering, spreekt John Kerry, de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken, over een leider van een regering die slechts één provinciale hoofdstad heeft verloren aan de rebellen. Zulke eisen kunnen slechts opgelegd worden aan zij die verslagen of bijna verslagen zijn. Dit zal in Syrië enkel gebeuren indien de Westerse mogendheden militair tussenkomen namens de opstandelingen, zoals ze deden in Libië, maar de resultaten op lange termijn zouden even ellendig kunnen zijn.

Patrick Cockburn

Hij is de auteur van “Muqtada: Muqtada Al-Sadr, the Shia Revival, and the Struggle for Iraq.”

Vertaling Bavo Vanoost

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!