Foto: Kater Ter Haar/CC BY-SA 2:0
Analyse, Longread -

Symfonie van een voorspelde oorlog

Luc Reychler, voormalig hoogleraar internationale betrekkingen aan de KULeuven, is onthutst over de oorlog en heeft als reactie deze grondige analyse geschreven.

maandag 6 maart 2023 17:22
Spread the love

 

Oorlogen en tegenoorlogen plegen doelgericht wreedheden. De term ’tegenoorlog’ verwijst naar de oorlog die gevoerd wordt tegen het land dat de oorlog begon. Na vijftig jaar onderzoek over oorlogen en vrede, ben ik onthutst over de oorlog en de tegenoorlog in Oekraïne; vooral het niet voorkomen ervan.

Humanitairen en haviken pleiten voor meer wapens en meer oorlog. Het geweld kan nog lang duren, heviger worden en zelfs leiden tot een regionale- en derde wereld- of nucleaire oorlog.

Indien de huidige strategie niet tijdig en grondig wordt bijgestuurd, krijgen we een verlies-verlies operatie, niet alleen voor de Oekraïners en de strijders aan beide kanten van het slagveld (overwegend jonge mannen waarvan 40 tot 50% geen militaire ervaring hebben), maar ook voor de rest van Europa.

Voor sommigen in de rest van de wereld is dit een Europese tragikomedie.

Het officieel discours en doorsnee verslaggeving in het Westen levert een deel van de waarheid over het oorlogsgebeuren. Voor volledig en onpartijdig verhaal echter is tegenlicht nodig. Dit maakt een kritische en minder polariserende analyse mogelijk.

Dit artikel belicht facetten die het Westers verhaal vervolledigen. Het zijn antwoorden op negen vragen:

  1. Is er voldoende ruimte voor een onpartijdige en kritische analyse en discussie?
  2. Wie is of zijn verantwoordelijk voor het oorlogsgebeuren, en in welke mate?
  3. Kon de oorlog voorkomen worden?
  4. Welk soort oorlog is het?
  5. Wie zijn de meest zichtbare hoofdrolspelers, de ‘dramatis personae’ en de minder zichtbare protagonisten?
  6. Zijn democratische regimes vreedzamer en hebben ze meer respect voor internationaal recht en de mensenrechten?
  7. Wat zijn de kosten en baten, en wie zijn de verliezers en winnaars?
  8. Welke mogelijke ontwikkelingen of scenario’s kunnen we onderscheiden? Welke (f)actoren beïnvloeden de escalatie of de-escalatie? Wat zijn de kansen op duurzame vrede?
  9. Wat moet en kan gedaan worden om een einde te maken aan de oorlog en om een duurzame vrede installeren?

1. Er is onvoldoende ruimte voor discussie, niet alleen in Rusland en Oekraïne, maar ook bij ons in het Westen.

Een onpartijdige, open en kritische discussie over preventie en medeverantwoordelijkheid zou bijdragen tot een degelijke analyse en prognose, en een rationeel en realistisch beleid. Het zou de kansen op ernstige vredesonderhandelingen beduidend verhogen.

In Rusland is een kritisch gesprek over de oorlog en de acht jaar burgeroorlog die eraan voorafging onmogelijk. Dit is ook het geval in Oekraïne. Andersdenkenden worden nauwelijks gehoord en vlug gebrandmerkt als onbetrouwbaar, wereldvreemd, niet vaderlandslievend, vijanden, verraders of collaborateurs.

In het vrije en democratische Westen worden alle neuzen, in openbare ruimtes, in dezelfde richting verwacht. Een open en kritische discussie wordt afgeremd door ‘groepsdenken‘. Dit is een politiek-psychologisch fenomeen dat aan overeenstemming prioriteit geeft en kritische commentaren en alternatieven ontmoedigt. Kenmerkend zijn:

  • De illusie van onheil of ongenaakbaarheid
  • De overtuiging dat de eigen moraal primeert
  • Het rationaliseren van de eigen beslissingen
  • Het stereotyperen of diaboliseren van de tegenstander
  • Druk en sancties om conformiteit af te dwingen.

Dit ondermijnt de kansen op succesvolle en kost-effectieve besluitvorming en vormt een eenzijdige en eng geïnformeerde publieke opinie. Het merendeel van de toonaangevende media geven geen integrale visie op het gebeuren.

Zelfs mijn lijfblad The New York Times International werd een propagandablad. De documentaires Putin: master of the game  of  Ukraine: the road to war (Canvas, 16/10/21, 26/01/23) zijn oppervlakkig, tendentieus en dragen weinig bij tot een breeddenkende analyse en inzicht in het oorlogsgebeuren.

In de Verenigde Staten kijken nog heel wat politici naar Rusland met Koude Oorlog lenzen. Het Westers groepsdenken uit zich o.a.in mantra’s, litanieën, of opsommingen van zinnen die conform zijn aan het heersende groepsdenken:

  • De niet uitgelokte oorlog is onrechtvaardig en mensonwaardig
  • Het is moreel een asymmetrisch conflict
  • Poetin is een nieuwe Hitler, Stalin (geen Rus, maar een Georgiër ), een beest
  • Hij wenst Oekraïne in te lijven in het oude Groot Rusland
  • De NAVO is geen bedreiging voor Rusland
  • Het is een vreedzaam en defensief bondgenootschap
  • Oekraïne, een jonge democratie, verdedigt de mensenrechten en de veiligheid van de vrije democratische wereld
  • Het Westen moet het land van alle middelen voorzien om te triomferen
  • De vluchtelingen verdienen een prioritaire status
  • De steun aan Oekraïne mag ons pijn doen
  • Zelensky is de nieuwe Churchill, een held
  • Hij moet de kans krijgen om te overwinnen en alle grondgebied te heroveren
  • Enzovoort

Het lijkt meer en meer op een eindeloze beurtzang van een Grieks koor.

2. Rusland begon de oorlog en is de hoofdverantwoordelijke. Het Westen en Oekraïne zijn medeverantwoordelijk voor het ontstaan, verloop en beëindiging ervan

In het Westers discours wordt de verantwoordelijkheid van Rusland goed in de verf gezet. “President Poetin startte de oorlog. Rusland is de oorzaak en de grote schuldige”. Akkoord. Een integrale analyse van de conflict dynamiek vergt echter ook dat onderzocht wordt of het Westen en Oekraïne een rol heeft gespeeld in het niet voorkomen van de oorlog.

Er zijn verschillende aanwijzingen van medeverantwoordelijkheid. Gedurende de eerste kwarteeuw van haar bestaan kende Oekraïne geen oorlog. Het definieerde zich in 1990 als een neutraal land, en het zou geen lid te worden van een militair blok. De NAVO zou geen duim dichter komen bij Rusland.

De Duitse minister van buitenlandse zaken Hans-Dietrich Gensher had in 1990 expliciet beloofd dat de Duitse eenmaking niet zou gevolgd worden door de uitbreiding van de NAVO naar het Oosten.

President Clinton sprak zich in 1994 echter uit voor de uitbreiding van de NAVO. In 1995 steunde het Amerikaans Congres de uitbreiding van de NAVO. Nadat in Boekarest, in 2008, de NAVO Georgië en Oekraïne uitnodigde om lid te worden, lanceerde (Georgisch president) Mikheil Saakashvili een offensief tegen pro-Russische separatisten in (de provincie) Zuid-Ossetië met wie het land al jaren sporadisch gevochten had.

Rusland viel prompt het land binnen en greep controle over Zuid-Ossetië en (de andere provincie) Abchazië. In december 2014 verdween neutraliteit uit de Oekraiense grondwet en in 2020 keurde president Zelinsky een nationale veiligheidsstrategie goed “die voorziet in de ontwikkeling van een NAVO-partnerschap met als doel NAVO-lidmaatschap.

De wijzigingen in het beleid negeerden een van de oudste regels in het internationaal recht Pacta sunt servanda. Rebus sic stantibus. Afspraken moeten worden nagekomen onder gelijkblijvende omstandigheden. De Amerikaanse inmenging in de binnenlandse politiek, in het kader van regime-verandering, was goed op gang voor de Maidan-revolutie.

Deze inmenging in binnenlandse zaken en de sluikse expansie van de NAVO, bedreigde de objectieve en subjectieve veiligheid van Rusland. Rusland sprak over haar existentiële veiligheid. De VS en de NAVO negeerden de veiligheidskwestie met het argument dat het bondgenootschap vreedzaam en defensief is.

Deze openbare belijdenis is pijnlijk dissonant met de vele oorlogen die Amerika, bondgenoten en de NAVO in de 21ste eeuw voerden in het Midden-Oosten en Europa (in Afghanistan, Irak, Libië, Syrië en in Servië als steun aan de afscheidingsbeweging in Kosovo in 1999). De gevolgen van de gewelddadige interventies waren desastreus voor de bevolking van deze staten.

Het onveiligheidsgevoel van Rusland werd mede aangewakkerd door de Amerikaanse dwangdiplomatie getekend door gebrekkige communicatie, binnenlandse inmenging, diplomatieke isolering, sancties, economische oorlogsvoering en militaire- steun en interventies.

Een cruciale factor, die het crisisgehalte verhoogde, was het negeren van de strategische rol van ‘tijd’ in het veiligheids-dilemma. De toenemende politieke- en geografische uitbreiding van de NAVO naar de Russische grenzen stelde de Rusland voor een dilemma: dit te laten gebeuren of de expansie tijdig te stoppen en daarmee een fait accompli te voorkomen.

Tenslotte zijn er dubbele standaarden. De essentiële principes van het internationaal recht, namelijk het zich niet mengen in binnenlandse zaken van andere staten, het niet dreigen met of gebruiken van geweld, het respecteren van overeenkomsten, en de vreedzame beheersing van conflicten, werden door Amerika en bondgenoten regelmatig met de voeten getreden.

Deze bevindingen werpen licht op de veiligheidsproblemen die mede aan de basis lagen van de escalatie van het conflict en op het negatief rolmodel van de Verenigde Staten, haar bondgenoten en de NAVO in andere regio’s van wereld.

3. De oorlog kon voorkomen worden

Het Westen bemoeilijkte het voorkomen van de oorlog door:

  • Het expansionistisch buitenlands beleid van Amerika
  • Reduceren van gesofistikeerde diplomatie tot dwangdiplomatie en regime change
  • Het onderschatten van de risico’s en kosten van een escalerende proxy-oorlog

Na de Koude Oorlog streefde Amerika als unipolaire macht, om haar militaire, politieke en economische superioriteit uit te breiden en te verzekeren. Het politiek realisme van Hans Morgenthau1 werd vervangen door het neoconservatisme dat de democratische staten aanspoorde om met militaire macht en regime-change een nieuwe internationale orde te vestigen.

De interventies in het Midden-Oosten resulteerden in een staat van oorlog en permanente instabiliteit om de strategische aspiraties van Amerika en haar lokale bondgenoot te kunnen handhaven. Het herleiden van diplomatie tot dwangdiplomatie en regime change in het MENA (Midden-Oosten en Noord-Afrika) werd geen succesverhaal.

Voor geweldpreventie of het oplossen van geschillen is er behoefte aan communicatie. Zelfs tijdens de oorlog in Oekraïne staat de communicatie op een laag pitje. Het reduceren van diplomatie tot sanctiebedeling houdt geen rekening met enkele inherente moeilijkheden en neven effecten.

Er is, bijvoorbeeld, het tegenstrijdig karakter van de voorwaarden voor succes. Om te slagen moet de sanctioneerder de andere afschrikken en pijn doen en hem of haar tezelfdertijd overtuigen dat toegevingen geen aanleiding zullen geven tot grotere eisen in de toekomst.

Succes vergt samenwerking met de tegenstander. Sancties kunnen ervaren worden als vernederend en tegenwerking vergroten. De morele-, economische- en humane kosten van de oorlog in Oekraïne werden als redelijk of beperkt getaxeerd.

De oorlog wordt aangeprezen als de verdediging van de vrijheid en democratie in de wereld. In tegenstelling tot vroegere regime changes, worden de vluchtelingen met open armen ontvangen. Er zijn geen risico’s voor de NAVO-strijdkrachten en de financiële kosten zijn, in vergelijking met de interventies in het Midden-Oosten, relatief laag.

Buitenlandse politici of journalisten kunnen, van op veilige afstand, met een geurige cappuccino of een glas in de hand, pleitten voor meer wapens en dromen van een overwinning. Erasmus waarschuwde ons voor dulce bellum inexpertis. Oorlog is zoet voor wie er niet in zit of er weinig van weet. Oekraïense soldaten vechten en sneuvelen. Het leed en de vernieling vindt plaats binnen de grenzen, vooral in het oosten van het land.

Oekraïne kon de kansen op de preventie van escalatie vergroten door het aanwenden van wat meer constructieve creativiteit in het oplossen van de binnenlandse en transnationale geschilpunten en een realistische invulling van soevereiniteit

De geschilpunten over natievorming, nationalisme, taal, identiteit en opvoeding konden, zonder twijfel, op meer constructieve-creatieve manier worden aangepakt. Verschillende politieke factoren, zoals de unitaire politieke structuur, de afwezigheid van machtsdeling, of de herkenning van het Oekraïens als de enige officiële taal, hebben bijgedragen tot interne spanningen en een afscheidingsbeweging.

Oekraïne is een multicultureel en multinationaal land. Een federale staatstructuur en de herkenning van meerdere officiële talen, zou regeringen kunnen vormen die de complexe etnische-, taal- en religieuze identiteiten beter vertegenwoordigen. Belgen, Zwitsers of Canadezen kunnen zich niet inbeelden dat er maar één officiële taal zou bestaan.

Een tweede kwestie, die op een meer constructieve-creatieve manier kon aangepakt worden, is de nationale veiligheid. Soevereiniteit betekent niet dat een regering vrij is om beslissingen te nemen die geen rekening te houden met de impact op de veiligheid van andere soevereine staten.

Dit geldt niet alleen voor Oekraïne, maar ook voor bijvoorbeeld de staten in Noord en Zuid-Amerika die rekening dienen te houden met de Monroe-doctrine waarmee de VS zich het recht toekent om op het hele continent in te grijpen wanneer haar vrede en veiligheid in gevaar kwamen.

Er waren geen serieuze veiligheidsproblemen, zolang het land ‘neutraal’ was en de NAVO op afstand bleef. De vervanging van neutraliteit door lidmaatschap van de NAVO, of van het ‘Partnertshap voor vrede‘ door een ‘Partnerschap voor oorlog’ getuigt niet van strategisch realisme.

Het niet ernstig nemen van de historische kwetsbaarheid van een land met elf tijdszones en van onveiligheidsgevoelens ten gevolge van sluikse NAVO-expansie, getuigt niet van strategisch inlevingsvermogen, of met de woorden van Clausewitz2, van strategisch genius.

De oneliner van NAVO-secretaris-generaal Jens Stoltenberg’s ‘Wapens zijn de weg naar de vrede’ is een passende titel voor een surrealistisch schilderij van Magritte. De wens om lid te worden van de EU zou een minder groot probleem zijn geweest, wanneer de toenadering tot de Europese Gemeenschap losgekoppeld was geweest van het lidmaatschap van de NAVO.

4.De oorlog is een vicieuze verstrengeling van een interne- en proxyoorlog met een gevaarlijk escalatie potentieel

Er wordt gevochten met wapens en met woorden. De conflicterende partijen eisen dat de oorlog wordt benoemd op een voor hun voordelige wijze. Dit maakt deel uit van de psychologische oorlogsvoering.

President Zelensky verkiest het een oorlog te noemen tussen Rusland en Oekraïne, terwijl de negenjarige burgeroorlog of een interne oorlog (die er sinds 2014 aan voorafging) wordt niet benoemd. De Russischsprekende afscheidingsbeweging sprak over een burgeroorlog, interne oorlog en afscheidingsoorlog.

Zijn voorganger president Petro Poroshenko verwachtte dat de afscheidingsoorlog in de geschiedenisboeken als de ‘Patriottische oorlog’ zou worden bestempeld. Deze interne oorlog werd al vlug een geïnternationaliseerde burgeroorlog.

Van bij het begin leverde Rusland militaire steun aan de belegerde afscheidsbeweging. De VS steunden Oekraïne met diplomatieke, politieke, economische en militaire middelen. De RAND Corporation3  sprak over een ‘plaatselijk proxy-conflict’. Voor Rusland is het echter een oorlog tussen Rusland en Amerika, het Westen en de NAVO.

Het tweede facet van de verbale oorlog is de manier waarop de oorlog wordt voorgesteld en gerechtvaardigd. Grootmachten hebben de neiging hun strategische ambities te verpakken in verheven morele en humanitaire doelstellingen, zoals de verantwoordelijkheid om inwoners te beschermen tegen repressie, sociale onrechtvaardigheid, kolonisatie, LGTB-discriminatie, enz.

De regime change interventies in het Midden-Oosten en Noord-Afrika (MENA) werden opgetut als ‘Operation Iraqi Freedom’, Operation Enduring freedom, ‘Operation Infinite Justice ‘, en ‘Operation Unified Protector ‘.

Rusland rechtvaardigde haar interventie in naam van nationale veiligheid en de bescherming van de Russisch sprekende bevolking, maar ook als een strijd tegen ‘genocide ‘, de ‘Nazipraktijken’ en het expansionisme van Amerika en de Westerse wereld. De VS promootten de tegenoorlog als een strijd voor de verdediging van de jongste democratie en de vrije democratische wereld.

Deze oorlog is een complexe verstrengeling van een interne- en een proxyoorlog. Gelukkig is het, tot nu toe, een beperkte oorlog gebleven, die zich afspeelt binnen de grenzen van Oekraïne. De oorlog en tegenoorlog heeft heel wat leed en vernieling gecreëerd.

Het is een mega media-evenement. De diplomatie staat in mineur. President Zelensky ontpopte zich als een stand-up diplomaat en verschijnt bijna dagelijks op conferenties of in de huiskamer. Het is een cynische oorlog, waarvoor de bevolking en de frontsoldaten zullen moeten opdraaien. Het Donetsk bekken (Donbas) is het meest met bloed doordrenkte gebied.

5. Er zijn hoofdspelers, dramatis personae, minder zichtbare actoren met een grote of beperkte invloed, en belangrijke buitenstaanders

De hoofdspelers zijn mensen als Poetin, Zelensky, Biden, Boris Johnson, Stoltenberg, Ursula von der Leyen, en de betrokken staten of IGOs (Involved Governments and Organisations): de VS, Duitsland, Turkije, de EU, de NAVO, het Westen, de Vrije Democratische Wereld…

De VS zijn in dat geheel de belangrijkste externe partij. Het land zet zich sedert lang in voor regime verandering en neemt nu actief deel aan de oorlog. Het levert niet alleen wapens, advies en training aan de troepen, maar verhoogt op een drastische wijze de destructieve kracht door de inzet van het VS-informatienetwerk en vooral het leveren van doelwit informatie.

Het is de feitelijke NAVO-chef en hoofdstrateeg. De NAVO-landen spenderen bijna 50% van alle militaire uitgaven in de wereld, Rusland ongeveer 4%. De Amerikanen (4.3% van de wereldbevolking) hebben een militair budget van ongeveer 40% van de wereldwijde defensie uitgaven en ze hebben militaire basissen in meer dan 80 landen. Biden heeft  $113 miljard ter beschikking gesteld voor militaire en andere hulp.

De EU speelt ook een belangrijke rol, denk aan de tien sanctiepakketten tegen Rusland. Groot-Brittannië, Polen en de Baltische staten positioneren zich als de radicale voorvechters van Oekraïne. Voorzitter van de EU-Commissie Ursula von der Leyen stelde op de recente veiligheidsconferentie in München voor om, zoals de vaccins tijdens COVID19-pandemie, snel munitie te produceren.

Op een hoger niveau van ‘het Westen of de democratische wereld’ wordt gewezen naar de grote mate van consensus bij de leden. De breedte, diepte en reikwijdte van de consensus is moeilijk te achterhalen. Alles wordt gedaan om de consensus in de NAVO en de EU te verzekeren.

Staten met een minder polariserende positie zoals Frankrijk en Duitsland worden in de politiek correcte media op de korrel genomen. President Macron of Frans historica Hélène Carrère d’Encause krijgen verwijten omdat zij aanmaanden om Rusland niet te blijven vernederen.

De sociaaldemocraten in Duitsland wordt verweten rasechte pacifisten te zijn. Duitsland en Frankrijk hechten meer belang aan diplomatie. Ze faciliteerden de Minsk-akkoorden tussen Oekraïne en Rusland. Zo’n beleid strookt niet met de overtuiging van militaristen dat ‘de oorlog de kortste weg naar vrede’ kan zijn.

Alles wordt gedaan om andersdenkenden binnen de NAVO en de EU de mond te snoeren. Het beleid ten aanzien van het conflict wordt ook beïnvloed door minder zichtbare actoren, zoals drukkingsgroepen en lobby’s, MIMAC (het Militaire-Industriële-Media-Academische Complex) en nationalistische bewegingen of partijen.

Na de Koude Oorlog wordt het Amerikaans buitenlands beleid sterk getekend door de neoconservatieve beweging en lobby. Dit is een van de minder zichtbare, maar invloedrijke spelers in van het buitenlands beleid. Neoconservatieven gaan ervan uit dat de militaire-, financiële-, technologische- en economische superioriteit van de VS het mogelijk maakt dat Washington overal de voorwaarden kan dikteren.

New York Times columnist Thomas Friedman argumenteerde dat de verborgen hand van de markt nooit zal werken zonder een verborgen vuist. Het is belangrijk te voorkomen dat een nieuwe rivaal op duikt en staten in de weg staan. De bescherming van Israël en het Midden-Oosten zijn een prioriteit.

Internationale kwesties worden meestal in zwart-wit categorieën geplaatst. Conventionele diplomatie wordt vervangen door dwangdiplomatie. Primaire sancties zijn schering en inslag. Secondaire sancties zorgen ervoor dat derden de sancties naleven.

Indien nodig wordt werk gemaakt van regime verandering en militaire druk of interventie. Neoconservatieven verzetten hevig zich tegen het pragmatisch en voorzichtig beleid van Realisten, zoals politicoloog John Mearsheimer, die ons waarschuwde voor een oorlog wanneer geen rekening werd gehouden met de objectieve en subjectieve veiligheid van Rusland.

Voorbeelden van neoconservatieven zijn Victoria Nuland en Robert Kagan. Robert Kagan pleitte in 2006 voor de uitbreiding van de NAVO. Oekraïne werd gezien als de sleutel tot regionale en globale dominantie. Zijn vrouw, Victoria Nuland, nam, als assistent-minister van Buitenlandse Zaken, actief deel in de regime wijzigingen in Kiev en de omverwerping de pro-Russische president Victor Janoekovitsj.

Haar meest bekende oneliner van 2014 is ‘Fuck the EU’. Als onderminister van Buitenlandse Zaken (Under Secretary of State for Political Affairs) pleit ze voor meer militaire steun om het strategisch failliet van Poetin te verzekeren. Andere minder zichtbare beïnvloeders zijn diaspora uit de regio en het MIMAC.

Oorlogen zijn periodes van hoogconjunctuur voor de wapenindustrie. Veel denktanks worden betaald voor politiek gekleurde analyses en beïnvloeding. De laatste maanden wordt aandacht gegeven aan zaken doen in de ‘grootste heropbouwplaats in de wereld’.

Voorzitter van de Europese Commissie Ursula Van der Leyen stelde dat ze het ondenkbaar vindt dat Rusland niet financieel zou opdraaien voor de kosten. Zo’n uitlatingen zullen wellicht het einde van de oorlog vertragen.

Hoe zit het met de publieke opinie?

In een recente opiniepeiling van december 2022 waren 82% van de Polen voorstander van politieke en militaire steun voor Oekraïne tot het einde van het conflict. In Duitsland deelden 42% deze mening en 39% waren voorstander van het zoeken van een overeenkomst met Rusland, zelfs ten koste van de inlevering van een deel van het territorium.

70% van de Fransen wensen een onderhandelde oplossing tussen Oekraïne en Rusland en het leveren van militaire hulp aan Oekraïne. 30% van de Fransen hopen dat die hulp zal leiden tot het militaire verlies van Rusland.

Bijna de helft van de Amerikanen stellen dat Washington Kiev moet aansporen om zo spoedig mogelijk tot een vredesakkoord te bekomen. Gedurende de tussentijdse verkiezingen van 2022 was Oekraine geen verkiezingsthema. Het ging vooral over de economie, abortus, immigratie en de democratie.

Volgens een Pew-opiniepeiling denken 40% van de Republikeinen dat hun land te veel hulp geeft, terwijl 41% meent dat de regering voldoende of onvoldoende hulp verleent. Tijdens een oorlog is het zeer moeilijk om in oorlogvoerende landen een waar beeld van de opinies van de burgers te verkrijgen. Mensen geven dan immers hun openbare opinie, niet hun privé-opinie.

In Oekraïne is Zelensky het boegbeeld van de staat. Minder zichtbaar is de bevolking. Hoe ervaart de bevolking de oorlog, het laag democratisch gehalte van het politiek systeem, en de conflicten over de Oekraïense identiteit, het patriotisme en een sterke nationalistische stroming die mede aan de basis ligt van een verdeeld land?

De vraag ‘Wie is een echte Oekraiener en wie is geen echte Oekraiener?’ fungeert als een splijtzwam. Wanneer de Russische taal als de taal van de vijand wordt bestempeld of wanneer verklaard wordt dat er geen oorlog zou zijn, wanneer er geen Russischsprekende Oekraïners waren, is er een ernstig probleem met het nationalisme.

Russisch auteur Fjodor Dostojewski (1821-1881) werd uit de literatuurlijst geschrapt. Het creëren een ‘wij-gevoel’ is belangrijk. Dit ‘exclusief’ nationalisme zal echter ook na de oorlog voor problemen zorgen. Oekraïne is immers een multicultureel land met belangrijke minderheden.

Meest in het oog springend zijn de Joodse en de Russische minderheden. De World Directory of Minorities and Indigenous Peoples telt op basis van de volkstelling van 2001 8.334.100 Russen (17,3 percent) en 103,600 Joden (0.2 per cent). Een groot deel van de Russischsprekende bevolking is de laatste negen jaar op de vlucht geslagen. De Joodse minderheid is actief op cultureel, economische, en religieus vlak. Volodymyr Zelensky werd in 2019 president. Eén van zijn eerste wetten sanctioneerde antisemitisme.

Tenslotte mogen we de buitenstaanders en de wereldopinie niet uit oog verlezen, China en de publieke opinie. China speelt een cruciale rol in de huidige wereld. Het kan bijdragen tot de creatie van een multipolaire wereld.

China presenteerde in februari 2023 een voorstel voor de oplossing van de oorlog in 12 punten. China en andere landen in de rest van de wereld nemen of overwegen ook maatregelen om zich minder kwetsbaar te maken voor financiële, economische en andere sancties van de VS.

De VS hopen dat de oorlog in Oekraïne en een defensieve bewapening van Taiwan China zal afschrikken om Taiwan aan te vallen. De Westerse publieke opinie en de opinies in het mondiaal Zuiden verschillen echter grondig.

In 2021, vroeg de Alliance of Democracies Foundation aan 50.000 personen in 53 landen welke grootmacht de democratie in hun land het meest bedreigt. De VS kwamen op de eerste plaats.

6. Op internationaal vlak gedraagt de democratische wereld zich niet vreedzamer dan de autoritaire staten. Hetzelfde geldt voor respect voor internationaal recht

Het Westen of de vrije democratische wereld is een sleutelwoord in het discours over veiligheid en de oorlog. Het vrije Westen beweert terecht dat (a) democratieën de meest humane omgeving trachten te creëren voor hun eigen bevolking, en (b) dat democratische staten geen oorlog voeren tegen andere democratieën.

Dit gezegd zijnde is het nuttig een onderscheid te maken tussen volwaardige en gebrekkige democratieën. Volwaardige democratieën scoren hoog op faire en vrije verkiezingen, de scheiding van de machten, een open en verantwoordelijke regering, decentralisatie, machtsdeling, respect voor mensenrechten, een goed functionerende burgermaatschappij, een rechtstaat, goed bestuur en inclusief burgerschap en deelname.

Verschillende landen in die ‘democratische wereld’ zijn onvolwaardige, minder aantrekkelijk democratieën. Op de democratieschaal van de Economist Intelligence Unit (2021) staat Rusland op plaats 124 als autoritaire staat, Oekraïne op plaats 86 als een hybride regimes. Hybride regimes zijn naties met regelmatige verkiezingsfraude, waardoor ze geen eerlijke en vrije democratieën kunnen zijn.

Aangezien het Westers discours over de oorlog in Oekraïne veel weg heeft van een moraalspel met moreel superieure en kwaadaardige acteurs, is het aangewezen om hier enkele kanttekeningen bij te maken.

De ‘democratische wereld’ omvat de rijkste en meest bewapende groep landen. Deze groep pleegde in deze eeuw het meeste extern geweld. Verschillende democratieën hebben een koloniaal verleden. Het Westen heeft veel van haar externe legitimiteit en soft power verloren.

Ten slotte kan het niet-voorkomen van de oorlog in Oekraïne, met de woorden van historica Barbara Tuchman, een dwaasheid (a folly) genoemd worden: een beleid dat niet tegemoetkomt aan de eigen nationale belangen en de aspiraties van de bevolking. Ze concludeert dat alle regimes vatbaar zijn voor folly’s. Monarchieën, oligarchieën en democratieën produceren folly’s in gelijke mate.

7. De reële- en opportuniteitskosten zijn hoog. De bevolking, vooral in het Oosten van Oekraïne, is het grootste slachtoffer. Zoals altijd zijn er baathebbers en profiteurs, maar de huidige dynamiek lijkt af te stevenen op een verlies-verlies score

De evolutie van een oorlog wordt medebepaald door de reële-, de waargenomen- en verwachtte kosten en baten. Die kosten zijn niet alleen van financiële aard, maar ook van humanitaire, materiële, sociale, politieke, economische, ecologische, psychologische, culturele en spirituele aard.

Het gaat over het aantal doden en gekwetsten, vluchtelingen en ontheemden, de vernieling van gebouwen en infrastructuur, het verbreken van sociale banden tussen identiteitsgroepen, de opschorting van de democratie, economische depressie, wanhoop, traumatische ervaringen, de vernieling van cultureel erfgoed en de ervaring van de onzin van oorlog of militaire expansie.

In de pers zien we vooral de destructie en levende- of dode slachtoffers veroorzaakt door Russisch geweld. Tijdens een oorlog is het altijd moeilijk om goede statistieken te vinden, ze zijn meestal grof en niet betrouwbaar. Deze cijfers maken deel uit van de psychologische oorlogvoering.

Vooreerst zijn er de slachtoffers en vernieling gedurende de voorafgaande (geïnternationaliseerde) burger- en secessieoorlog in de Donbas. Op 9 April 2018 schreef de Washington Post dat de Donbas een van de ergste humanitaire crisissen was in de wereld. Na vijf jaar vechten werden meer dan 10.000 mensen gedood, waarvan 2800 burgers.

Deze oorlog vernietigde de infrastructuur en een derde van de hospitalen, scholen, huizen en verkiezingsfaciliteiten. Het aantal vluchtelingen en ontheemde burgers was zeer groot. Wie ook verantwoordelijk is, de burgeroorlog ondermijnde de legitimiteit van de staat en maakt verzoening moeilijker wanneer er een einde komt aan het conflict.

De VS schatten het aantal militaire slachtoffers van de oorlog sedert 24 februari 2022 op 200.000 (100.000 Russen en 100.000 Oekraïners). Het aantal vluchtelingen in heel Europa, met inbegrip van Rusland, wordt geschat op bijna 8 miljoen (waarvan 2.9 min in Rusland). Deze vluchtelingen komen meestal niet uit het armste deel van de bevolking.

De VN-mensenrechtenorganisatie UNHCR telt ongeveer 7 miljoen intern ontheemden4, de meerderheid uit het oostelijk deel van het land. In september 2022 werd de fysieke schade (huisvesting, transport, handel en industrie) geschat op ongeveer 100 miljard dollar.

De economie kromp in 2022 met meer dan 30%. De socio-economische ongelijkheid was en blijft zeer groot, eind 2020 viel ongeveer 45% van de bevolking in de armoedecategorie. De Oranje (2004-2005) en Maidanrevoluties (2014) konden rekenen op de steun van het Westen, in naam van vrijheid en democratie, maar waren in grote mate een protest tegen grootschalige ongelijkheid en corruptie.

Wanneer over kosten wordt gepraat, is het nodig ‘wiens kosten’ te preciseren. De kosten voor A kunnen door B als baten worden ervaren. Alhoewel de regime-interventies in het Midden-Oosten en Noord-Afrika (zoals in Afghanistan, Irak, Libya, Syria, Lebanon) door analisten als desastreus werden geëvalueerd voor de bevolking en het land, taxeerden de VS en hun belangrijkste bondgenoot in de regio, deze interventies niet als falingen, omdat niet-bevriende staten werden geneutraliseerd door deze destructieve chaos.

Volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) zouden de inkomens van de wereld 2.800 miljard dollar lager kunnen liggen ten gevolge van de oorlog. Het bruto binnenlands product van Oekraïne kromp op jaarbasis in september 2022 met 30.8%.

Laat ons eens kijken naar de reële en verwachte baten. Wie heeft baat bij deze oorlog? De verwachtte baten voor Rusland zijn het behoud van de Krim en de regio’s in het zuidoosten van Oekraïne die Rusland over land toegang tot het bezette schiereiland van de Krim bieden.

President Zelensky is erin geslaagd een groot deel van de Oekraïense bevolking rond de vlag te scharen, zijn populariteit te verhogen (voor de oorlog stond die nog op 31%) en de Westerse wereld te motiveren om steun te verlenen. Zijn verwachte baten zijn de herovering van alle bezette gebieden, lidmaatschap van de NAVO en de EU, en de val van het Poetin-regime. Met Poetin wil hij niet onderhandelen.

De NAVO heeft nieuwe bondgenoten, kan rekenen op betere bewapening, bereikte een grote mate van consensus, steunt de oorlog tegen Rusland en hoopt op het lidmaatschap van Oekraïne. Oorlog is een gelegenheid om meer wapens te produceren, te promoten en te verkopen. Het is een ideale kans om nieuwe wapens te testen en te evalueren in een oorlogsomgeving en om de leger terreinervaring te laten opdoen.

De verwachtte baten voor de VS zijn de versterking van hun suprematie in de wereld, de verzwakking van de rol van Rusland in het Midden-Oosten en de ontradende impact op China’s Taiwan-beleid.

De oorlog is een piekperiode voor wapenproducenten, oorlogspropagandisten, energie- en heropbouwbedrijven. De oorlog is ook een welkome afleiding voor de toenemende binnenlandse politieke en socio-economische spanningen in Europa en de VS.

Het kan zorgen voor een ‘zich scharen rond de vlag effect’ of kortetermijnsteun aan de regering of politieke leiders tijdens een crisis of oorlog. Hoe dan ook, deze oorlog lijkt meer en meer op een verlies-verlies operatie, ten minste indien rekening wordt gehouden met onvoorziene negatieve neveneffecten, de psychologische en alternatieve kosten (opportunity costs).

Na de oorlog zal het psychologische klimaat niet alleen gekleurd worden door de vreugde van vrede, maar ook door vernedering, vrees en weerwraakgevoelens. Men mag spanningen verwachten ten gevolge van vernedering, vrees, tribalisering en rancune.

Er is ook de impact op de wereldgemeenschap. De rest van de wereld kijkt met lede ogen naar de oorlog tussen Europeanen en naar hun dubbele standaarden. Waar niet over gepraat wordt, zijn de alternatieve kosten of de opportunity costs. Dit zijn de kosten en baten van de beste gemiste kans, zoals ‘het voorkomen van de oorlog en het verbeteren van de politieke en socio-economische situatie en de externe betrekkingen van Oekraïne’.

Alternatieve constructieve inspanningen zouden de politieke, socio-economische en buitenlandse situatie van het land op een snellere en meer effectieve manier hebben bevorderd. Het Instituut voor Economie en Vrede noteerde dat het bruto nationaal product per hoofd van de bevolking in staten waar vrede heerste tussen 2009 en 2020 steeg met ongeveer 3.1 % per jaar. In staten waar de vrede aftakelde zag men slechts een jaarlijkse groei van 0.4 %.

8.De logica van escalatie overheerst. Er worden geen inspanningen gedaan om de kansen op constructieve ontwikkelingen of scenario’s te verhogen

Een belangrijk onderscheid tussen de mogelijke scenario’s is hun destructieve of constructieve aard. In destructieve scenario’s wordt gewapend geweld gebruikt of deskundig niet gebruikt voor afschrikking of dreiging. Constructieve scenario’s beogen het stopzetten en afbouwen van gewapend geweld.

Vandaag zitten we in volop in logica van escalatie. Oekraïne wil zoveel mogelijk wapens van het Westen om elke vierkante meter van het bezette land te heroveren. Het land wenst te escaleren om te winnen. Het Witte Huis en veel Europese haviken plannen Oekraïne’s triomftocht en de omverwerping van het Poetin-regime.

Vooraleer dieper in te gaan op de win-verlies vraag, is het nuttig mogelijke destructieve scenario’s en beïnvloedende variabelen in kaart te brengen. In elk conflict kunnen drie soorten escalatie onderscheiden worden.

1. Vooreerst is er de escalatie in de tijd. Het conflict blijft aanslepen en leed en vernieling veroorzaken. Het kan een langdurig conflict worden, met de verdere aftakeling van de fysieke veiligheid, de aftakeling van de sociale- economie, institutionele misvorming, psychologische verstarring en toenemend buitenlandse afhankelijkheid. De duur van het conflict is zorgwekkend, niet alleen omwille van meer doden en destructie, maar omdat de kansen op andere vormen van escalatie vergroten.

2. Een tweede vorm van escalatie is de verticale escalatie, meer wapens met een groter vernielingsvermogen worden ingezet. Dit kan conventioneel, chemisch of nucleaire tuig zijn. De dreiging met nucleaire wapens maakt deel uit van deze oorlog.

3.Ten slotte is er de horizontale escalatie. Horizontale escalatie verwijst naar de geografische expansie van de strijd. In Oekraïne wordt het meeste geweld gepleegd in het Oosten en het Zuid-Oosten. De oorlog kan zich meer verspreiden over het land of overlopen naar Rusland of een NAVO-land. Verticale en horizontale escalatie zijn nauw verbonden en gevaarlijk.

Momenteel zien we een langzaam escalerende en beperkte conventionele oorlog. Indien geen dringende constructieve maatregelen worden genomen bestaat de kans dat de oorlog verticaal én horizontaal escaleert. De evolutie van het gewapend conflict wordt beïnvloed door:

  • De aspiraties en doelstellingen van de protagonisten
  • Hun optimisme of pessimisme m.b.t. het realiseren van de aspiraties en doelstellingen
  • Het psychologische klimaat en de psychologie van de besluitvormers
  • Hun kosten-baten analyse
  • Het besluitvormingsproces
  • De aantrekkelijkheid van een staakt het vuren, vredesonderhandelingen en de aard van de toekomstige veiligheid en vrede

Aspiraties en doelstellingen

De escalatie wordt beïnvloed door de doelstellingen en verwachtingen van de protagonisten en hun supporters. De doelstellingen kunnen realistisch, maximalistisch of radicaal revisionistisch zijn. Als realistisch kan beschouwd worden dat Rusland en Oekraïne niet winnen, dat aan een mogelijke overwinning door Oekraïne limieten worden gesteld, zoals het niet terug geven van alle grondgebied.

De Krim en de Donbas blijven betwiste en betwistbare kwesties. Het verzekeren van veiligheid is legitiem en prioritair. Maximalistische doelstellingen zijn de militaire nederlaag van Rusland, de voortzetting van de sancties en de omverwerping van het Poetin regime.

Dit zijn momenteel de doelstellingen van Zelinsky, Polen en de groenen in Duitsland. Radicale revisionisten beogen een onomkeerbare verzwakking van Rusland, steunen intern separatisme, het brengen van Rusland voor het Internationaal Strafhof en het eisen van hoge herstelbetalingen. De kans is groot dat de protagonisten zullen verder vechten om worst-case-doelstellingen te neutraliseren.

Optimisme en pessimisme

De aspiraties en doelstellingen van de oorlogvoerende partijen worden beïnvloed door de inschatting van de kansen om hun doelstellingen te realiseren. De meest belangrijke factor die de kansen op oorlog en de voortzetting ervan bevordert is een verkeerde waarneming van de situatie.

Het vredesproces wordt ondermijnd door de verwachting van de betrokken leiders dat ze een korte en triomfantelijke campagne aan het voeren zijn. Het optimisme kan de oorlog escaleren. Pessimisme is echter niet de oplossing.

Angstige naties kunnen gevaarlijk zijn. Falen kan het doorzettingsvermogen aanporren. Een portie gesofistikeerd realisme en imaging van win-win alternatieven is beter.

Psychologische klimaat en psychologie van de besluitvormers

Eerder werd het ‘groepsdenken’ belicht als een politiek psychologisch fenomeen dat de kwaliteit van de besluitvorming negatief beïnvloedt. De drang naar consensus m.b.t. de Westerse multilaterale oorlogssteun versterkt de impact van het groepsdenken.

Een opmerkelijke factor in oorlog zijn emoties. Aan beide kanten worden inspanningen gedaan om de interne en externe emoties in de oorlog te manipuleren. Oorlog, waar het gaat over overleven en welzijn, is de perfecte omgeving voor sterke emoties.

Het nastreven van de overwinning en voorkomen van verliezen verwekt positieve emoties bij de bevolking en negatieve bij de vijand. In langdurige oorlogen ziet men dat vrees de hoop kan overstijgen. Emoties, zoals woede en haat, motiveren het gebruik van militaire macht, het nemen van risico’s en de wens om de andere te vernietigen.

Vernedering wordt weleens de atoombom van de gevoelens genoemd. Andere emoties, zoals vrees, verrassing en kommer, kunnen aanleiding geven tot het zoeken van een staakt-het-vuren. Woede, haat en de verwachting als een trotse overwinnaar te zullen paraderen of zijn/haar gezicht te redden (peace with honor/vrede met behoud van eer) kunnen bijdragen tot het doorzetten van de strijd en zelfs aansporen tot roekeloze daden. Het steunen van de tegenoorlog, door humanisten en haviken, stoelt op verschillende belangen en emoties.

Kosten-baten perceptie van de beleidsvormers

In deze oorlog zijn de kosten vooral ten laste van de bevolking van Oekraïne en de soldaten van Oekraïne en Rusland. De Russische bevolking betaalt ook een deel van de kosten. De kosten van de toeschouwers en supporters in het Westen zijn relatief beperkt. Haviken houden daar weinig rekening mee.

Het besluitvormingsproces

Het besluitvormingsproces van de geallieerden is problematisch. De antwoorden op de volgende vragen zijn onduidelijk. Wie heeft het laatste woord heeft in de oorlogsvoering en de doelstellingen ervan.

Is er onvoldoende controle over het beleid van Oekraïne en het vermijden van horizontale en verticale escalatie? Steunt het Westen de oorlogsstrategie en de streefdoelen van President Zelinsky onvoorwaardelijk? Heeft hij een carte blanche?

Is de consensus tussen de Westerse bondgenoten onwankelbaar? Hoe dan ook, het van cruciaal belang dat de bondgenoten of hulpverlenende staten van Oekraïne de transformatie van het conflict en het vredesbeleid mee begeleiden.

Aantrekkelijkheid van staakt-het-vuren, vredesonderhandelingen en de aard van de toekomstige vrede en veiligheid

Beide partijen zijn niet in stemming voor een staakt-het-vuren, omdat ze geloven dat ze hun gelijk kunnen halen met bruut geweld en omdat ze niet vertrouwen in een staakt-het-vuren, niet alleen omwille van de monitoring, maar ook omdat een staakt-het-vuren kan gebruikt worden om de batterijen op te laden.

De koppeling van een staakt-het-vuren aan wapenbeheersing, meer bepaald m.b.t. de toevoer van nieuwe wapens en troepen, zou helpen. Ook m.b.t. vredesonderhandelingen hebben beide partijen grote reserves, omdat ze overtuigd zijn dat de onderhandelingen niet zullen tegemoetkomen aan hun aspiraties.

Voor Rusland zijn dit de niet-gebonden (neutrale) status van Oekraïne, de annexatie van de Krim en de bezette gebieden, heropbouw, handel, culturele kwesties, de voorwaarden voor de verlichting van de sancties.

Voor Oekraïne gaat het over territoriale integriteit, veiligheidsgaranties, herstelbetalingen, handelsrelaties, e.a. Sommige types van vrede, zoals een gedicteerde win-verlies vrede (Verdrag van Versailles, 1919) of een Peace with Honor (Vietnam), hebben weinig kans om te slagen.

Het nastreven van een win-win vrede (Wenen, 1815 ) of een duurzame vrede (EU) voor heel Europa is een grote uitdaging. Externe bemiddeling kan een cruciale rol spelen in de overgang naar vredesonderhandelingen en een vrede met toekomst.

9. De keuze is tussen een langdurige oorlog en propaganda, en de-escalatie en onderhandelingen voor een duurzame vrede

Een jaar oorlog. Maslow’s wet ‘Als je iemand een blinkende hamer geeft, dan ziet hij ieder nieuw probleem als een nagel’ dirigeert het beleid van meer wapens en meer sancties voor de vrede. De resultaten zijn wat ze zijn.

De bevolking wordt opgevoerd als moedig en wordt niet meer geraadpleegd. Mannen hebben dienstplicht. Om de kansen op de-escalatie en vrede te verhogen moeten de betrokken partijen:

1. Doodlopende straatjes of impasses vermijden

Dit kunnen slogans zijn ‘zoals ‘we willen rechtvaardigheid nodig, geen vrede; we moeten meer wapens hebben voor de vrede; overwinnen is de kortste weg naar vrede, enz. Deze oproepen pleiten voor de voortzetting van de oorlog.

Ze houden, bijvoorbeeld, geen rekening met het feit dat rechtvaardigheid zonder vrede onmogelijk is, en dat duurzame vrede verzoening vergt van verschillende competitieve waarden, zoals rechtvaardigheid, waarheid, veiligheid, vergeving, democratie, hoop, enz.

Een andere piste is het ambiëren van een ‘Versailles’ win-verlies uitkomst met een verslagen tegenstander, het aftreden van de regering, blijvende sancties, hoge herstelbetalingen, enz. Zoals het Verdrag van Versailles bevat deze optie de kiemen voor latere revanche.

Een ander bedenkelijke optie is het streven naar ‘eervolle vrede’ zoals op het einde van de oorlog in Vietnam. Dit leidde tot het verderzetten van de oorlog en uitstellen van een vredesakkoord.

Ook te vermijden is de voorstelling van de oorlog als een moreel asymmetrisch conflict. Er bestaan inderdaad moreel asymmetrische conflicten. Het probleem is dat veel illegale gewapende interventies in naam van de vrijheid, democratie, veiligheid en mensenrechten worden ondernomen.

Een bijkomend probleem is de ontkenning en het hanteren van dubbele standaarden. De recente militaire interventies van de VS waren geen successen en droegen bij tot meer dan 30.000 miljard dollar schulden. Een beetje nederigheid en wat minder moraliseren zou de kansen op duurzame vredesopbouw in de wereld verhogen.

2. De basisbeginselen van constructief onderhandelen of integratieve diplomatie  aanvaarden en respecteren

Wees bereid tot samenwerken. Willen samenwerken is de grootste uitdaging. De uitdaging is samen te werken om staten of gemeenschappen met concurrerende belangen samen te doen leven en gedijen. Vrede vergt samenwerking.

Focus op feiten. Waarheid en waarachtigheid is essentieel in duurzame vredesopbouw. De geldigheid en betrouwbaarheid van interpretaties, conclusies of verwachtingen moet berusten op bewijsmateriaal.

Poetins toespraken en geschriften over de historische eenheid van de Russen en de Oekraïners waren niet zo afwijzend ten aanzien van de onafhankelijkheid van Oekraïne als de critici beweerden.

Respecteer de Gulden regel. “Behandel anderen zoals je door hen behandeld wilt worden”. De Gulden regel is onpartijdig en gaat er van uit dat iedereen gelukkig wil zijn en ongeluk wil vermijden.

Benader de problematiek als een consequentialist, utilitarist, en een pragmatist. Voor een consequentialist leveren goede beslissingen goede uitkomsten. Utilitaristen zijn flexibel, realistisch en bereid tot compromissen.

Ze zijn geïnteresseerd in twee vragen: Wat is belangrijk? en Wie is belangrijk? Ze beklemtonen de kwaliteit van de ervaringen en de tevredenheid over van de uitkomst. Het engagement van de pragmatist is te zoeken naar en implementeren van wat het best werkt.

Maak je vertrouwd met integratief onderhandelen en de condities voor duurzame vredesopbouw.

Apprecieer discretie in de diplomatie en vredesonderhandelingen. Dit betekent dat je tactvol met bepaalde zaken omgaat en weet te zwijgen wanneer het de onderhandelingen kan doen slagen. Public relations, stand-up diplomatie of dwang diplomatie zijn blokken aan het been op de weg van serieuze onderhandelingen.

3. De belangen van de conflicterende erkennen en op tafel leggen

De posities van de conflicterende partijen worden beïnvloed door hun macht, rechten en belangen. Belangen zijn noden, wensen, bezorgheden, vrees en angsten. Dit betekent op de eerste plaats dat de tegengesteld belangen van Oekraïne en Rusland worden medegedeeld en op de onderhandelingstafel worden gelegd.

Op de belangenlijst van Oekraïne staan onder andere: het herstel van zijn soevereiniteit, het terugvorderen van de bezette territoria, het verzekeren van haar veiligheid, heropbouw en het aanzwengelen van de economische welvaart, herstelbetalingen, de bestraffing van schendingen van mensenrechten, de toekomstige inbedding in de EU en de NAVO.

Tot de belangen van Rusland horen onder andere: de erkenning van de legitimiteit van zijn veiligheidsbekommernissen voor de oorlog, de veiligheid van Rusland na de oorlog, het niet discrimineren van de Russische bevolking in Oekraïne, het behoud van zijn imago als (tanende ) grootmacht, het opdoeken van sancties in de economische, militaire, diplomatieke, technologische, culturele en sportsectoren, het niet-interveniëren in de Russische Federatie, de heropbouw van de Krim en de geannexeerde gebieden: Cherson, Zaporizja, Donetsk en Loegansk.

Het is belangrijk dat alle belangen aan bod kunnen komen. Over sommige punten kan men (tijdelijk) het eens zijn niet overeen te komen. Deze onderhandelingen zullen zeer moeilijk zijn. Niet alleen wegens oorlogservaringen, maar ook omwille van de rol van de VS en het multilaterale niveau (EU en NAVO) in de diplomatieke onderhandelingen.

Politici en opinieleiders in de VS verwachten dat alleen een militaire overwinning en de teruggave van alle grondgebied (met inbegrip van de Krim) president Poetin en Chinees president XI Jinping zal afschrikken van invasies en de veiligheid van de wereld garanderen.

De aspiraties van de VS als ‘de enige grootmacht ‘ zullen wellicht een vredesproces op de lange baan schuiven. Een belangrijke actor die het meeste belang heeft bij vrede is de bevolking van Oekraïne. De bevolking had wellecht de voorkeur gegeven aan het voorkomen van deze oorlog.

Van oorlog komt niets goeds. Tijdens de oorlog hebben bevolking en dienstplichtigen geen stem. Ten slotte is er nog de rest van de wereld of 90% van de wereldbevolking. De meeste landen zijn onschuldige omstaanders en anderen, zoals China worden er willens nillens bij betrokken. Hoe dan ook de rest van de wereld blijft niet onverschillig.

4. Aanmoedigen van de-escalatie (militaire en verbale) en van vredesonderhandelingen

De kansen op de-escaleren en een constructieve vredesdynamiek kunnen worden aangespoord door het ontmoedigen en beëindigen van de verbale escalatie en oorlogspropaganda aan beide kanten van het slag(cht)veld. De verbale escalatie gooit olie op het vuur en stimuleert de militaire escalatie en het uitstel van vredesinspanningen.

Het opstarten van ernstige diplomatieke betrekkingen en communicatie tussen de conflicterende staten. De afwezigheid van diplomatieke inspanningen voor vrede onderschrijft de voorkeur voor geweld en dwang in het oplossen van conflicten.

Het stellen van ‘gevoelige vragen’ door de media, het zich niet laten inpakken door de public relations van de oorlog en de tegen-oorlog, projecteren van een breed onpartijdig beeld van het gebeuren (alle perspectievenaan bod laten komen).

Het stimuleren en gebruikmaken van wetenschappelijk onderzoek over het conflict, de drivers van oorlog en tegenoorlog, de kosten/baten en mogelijke constructieve dynamieken op weg naar een duurzame vrede en veiligheid.

10. Conclusie

500 jaar geleden nam Erasmus, zonder blikken of blozen, het establishment van zijn tijd, prinsen of pausen, op de korrel. Hij bekritiseerde en stak de draak met de excuses om oorlogen en tegenoorlogen te voeren.

Hij beschouwde ze als barbaarse en domme praktijken die geen plaats verdienen in een wereld met rede begaafde mensen, laat staan in en wereld die aanspraken maakt op hogere waarden. Hij stelde vast dat oorlog meer oorlog veroorzaakt en dat de doctrine van rechtvaardige oorlog alle geloofwaardigheid verloren had.

Zijn boeken Zoet is de oorlog, Opvoeding en De klacht van de vrede zijn pleidooien voor ‘Wil je vrede, bereid je dan voor op vrede’. In 1529 eindigde Louis de Berquin, Franse vertaler van De Klacht van de vrede, in Parijs op de brandstapel.

Gelukkig doen we dit niet meer, maar het plegen van grootschalig geweld, wordt geapplaudisseerd en gerechtvaardigd. De verbale escalatie is na een jaar oorlog hevig. Ik neem geen deel aan debatten. Artsen debatteren ook niet over de behandeling van een zieke patiënt, ze zoeken samen de beste manier om een leven te redden.

In een oorlog gaat het over honderdduizenden levens! We moeten durven denken en samen zoeken naar de beste manier om levens te redden. Dit artikel nodigt uit om de oorlog in een ander licht te zien en dringend werk te maken van de-escalatie en duurzame vredesonderhandelingen.

Erasmus aanklacht is toepasbaar op de oorlog in Oekraïne. In 2023 pleitten sommige prinsen en prinsessen dat oorlog de kortste weg is naar vrede. Dit is onverantwoord. De kans is groot dat geen van beiden substantiële winsten boekt en dat het conflict eindigt met een staakt het vuren en als een bevroren conflict.

Onderzoekers van duurzame vrede zijn overtuigd dat ‘waarachtigheid ‘oorlogen kan helpen voorkomen en beëindigen. Kritische analyse vergt moed, sterkte, integere wetenschappelijke instellingen die onpartijdig onderzoek kunnen afleveren.

Zin voor humor kan ook een bijdrage leveren, niet alleen het belachelijk maken van de vijand, maar ook het lachen met de absurditeit van een oorlog en onszelf. Het lachen met Poetin als ‘de kleine Stalin ‘of ‘de paranoïde demoon ‘, Gerhard Schröder als ‘Putinversteher’, of Zelinsky als ‘de internationale welvaartkoningin ‘of ‘de president keurig gekleed als de manager van een stripclub’, is OK, maar het is geen verlichte of zelfkritische humor.

Luc Reychler. Foto: CC BY-SA 4:0

Tenslotte is er nog de vitale rol van tijd en ‘temporament’. De term ‘temporament’ verwijst naar de omgang met tijd. Tijd is van vitaal belang in conflicten met de natuur en tussen mensen.

Het huidige beleid wijst nog steeds naar een wereldwijde gemiddelde temperatuurstijging van meer dan drie graden. Aangezien de menselijke- en natuurlijke klimaten nauw verweven zijn, moeten we dringend deze oorlog beëindigen en de condities voor duurzame vrede en veiligheid in Europa creëren.

 

‘Duurzame vrede is kostbaarder dan triomferen’

Koreaans vredesactivist Young Seek Choue (1921-2016)

 

Luc Reychler (1944) is voormalig hoogleraar internationale betrekkingen aan de KULeuven, onderzoeker van o.a. de architectuur van duurzame vredesopbouw, geweldanalyse, vredesonderhandelingen, diplomatiek denken en falend buitenlands beleid.

Notes (nvdr):

1   Hans Joachim Morgenthau (1904-1980), Amerikaans politicoloog van Duits-Joodse origine. Zijn boek Politics Among Nations (1948) was in de VS zeer lang een belangrijke cursus.

2   Carl von Clausewitz (1780-1831), Pruisisch generaal en militair theoreticus. Hij is de auteur van de bekende uitspraak dat ‘oorlog slechts een voortzetting is van politiek met andere middelen’ in zijn boek Vom Kriege (over oorlog).

3   De RAND Corportion (Research And Development), is een conservatieve denktank in de VS, opgericht in 1948.

4   Intern ontheemden (internally displaced persons, IDPs) zijn personen die binnen het eigen grondgebied van hun land op de vlucht zijn. Zij vallen in tegenstelling tot ‘vluchtelingen’ volledig onder de verplichtingen van het eigen land.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!