Foto's: Toon Lambrechts
Reportage, Midden-oosten, Nieuws, Samenleving, Koerdistan, Irak, Suleymaniah, KDP, PUK, Koerdische Democratische Partij, Patriottische Unie Koerdistan -

Suleymaniah: Koerdische stad met verzetstraditie

De revolutionaire wind die door de Arabische wereld waait, heeft ook Iraaks Koerdistan bereikt. Tenminste toch Suleymaniah, de tweede stad in de regio en berucht om haar opstandig karakter. De stad aan de voet van het Zargosgebergte is altijd al de politieke en culturele broeihaard van de regio geweest.

woensdag 28 september 2011 15:50
Spread the love

Het is een dagelijkse gewoonte geworden in Suleymaniah. In de late namiddag begint het plein in het centrum van de stad vol te lopen. Vooral jonge mannen, maar ook ouderen en gezinnen met kinderen. Het Bardarki Sara-plein, zoals de plek echt heet, is omgedoopt tot ‘Saray Azadi’, wat zoveel wil zeggen als ‘plein van de vrijheid’.

Het is duidelijk waar de betogers hun mosterd halen. In de hoek staat een podium opgesteld waar de ene na de andere spreker zijn ding doet. De sfeer is vrolijk, maar beslist. Het zit blijkbaar hoog. Vrijdag is de drukste dag. Dan wordt er gebeden en betoogd, net zoals in de rest van het Midden-Oosten op dit moment. De eisen zijn dezelfde als diegene die in de hele regio steeds luider klinken: “vrijheid en waardigheid”.

De Koerdische Autonome Regio gold lange tijd als een geslaagd voorbeeld voor de regio. “Een eiland van democratie in een zee van dictaturen”, zo klonk het. Ondertussen is gebleken dat dit enthousiasme toch wat voorbarig was.

De onvrede met het bewind van de KDP (Koerdische Democratische Partij) en de PUK (Patriottische Unie Koerdistan) is even groot als elders in het Midden-Oosten. Een solidariteitsbetoging voor Tunesië en Egypte op 17 februari liep grondig mis. Drie mensen kwamen om toen betogers het lokale partijgebouw van de KDP bestormden. Sindsdien wordt er elke dag betoogd.

Smeulend ongenoegen

Nochtans komt de onvrede over het regime van de Koerdische Autonome Regio niet uit de lucht vallen, vertelt Sherko Bekas. Bekas is de meest invloedrijke hedendaagse dichter in het Koerdische taalgebied. Hij is de zoon van Fayak Bekas, ook een dichter. De man heeft een indrukwekkende staat van dienst.

In 1965 sloot hij zich aan bij het Koerdische verzet tegen het regime in Bagdad. Onder politieke druk verliet hij in 1986 het land en vestigde zich in Zweden. Na de opstand van 1991 keerde hij terug en was zelfs minister van Cultuur in de eerste autonome Koerdische regering, een functie die hij al na een jaar opgaf. Nu leidt hij de uitgeverij Sardam Publishers en is een gekend gezicht van de oppositie.

“De protesten hier in Suleymaniah en de rest van de regio komen absoluut niet als een verrassing. Er gist al lang iets in Koerdistan. Het ongenoegen onder de mensen heeft verschillende oorzaken, maar in essentie komt het erop neer dat er niet naar hen geluisterd wordt.”

“Problemen zoals corruptie, armoede, werkloosheid, … zijn gekend, maar de overheid is altijd blind gebleven voor de noden van het volk. Dan blijft er geen andere mogelijkheid meer over dan op straat te komen. Het protest is tot nu toe beperkt gebleven. Enkel in Suleymaniah en kleinere steden in de buurt wordt er betoogd. In Erbil en Dohuk, de twee andere grote steden in de regio, blijft het rustig. De controle van de KDP is er veel strakker.”

Het is niet enkel vanwege de huidige politieke situatie dat net in Suleymaniah protest uitbreekt. Volgens Sherko Bekas, zelf geboren in de stad, ligt het in de aard van de mensen: “Suleymaniah is een relatief jonge stad, maar is sinds haar ontstaan altijd het culturele en politieke hart van Koerdistan geweest. Zo goed als alle politieke bewegingen uit de recente geschiedenis van Koerdistan begonnen in Suleymaniah De opstand tegen de Britten in 1919 vond hier plaats, en Suleymaniah was de eerste stad die in opstand kwam tegen Saddam Hoessein. Daarom is het niet verwonderlijk wat er vandaag gebeurt. We hebben een traditie van verzet.”

Koppige nieuwkomer

In een regio waar minstens een handvol steden claimen de oudste ter wereld te zijn, is Suleymaniah een nieuwkomer. De stad werd pas in 1780 gesticht. Toch werd Suleymaniah al gauw een belangrijke plek voor het Koerdische nationalisme. Dat heeft veel te maken met de figuur van sjeik Mahmud Hafid Barzanji.

Barzanji leidde in 1919 een eerste opstand tegen de Britten die het er voor het zeggen hadden na het instorten van het Ottomaanse rijk. De Britten sloegen terug en Barzanji werd verbannen naar India. In 1922 mocht hij terugkeren in een poging om zo de rust in de regio te herstellen.

Tevergeefs, want eens terug in Suleymaniah verklaarde Barzanji Koerdistan onafhankelijk en kroonde zichzelf tot koning. Twee jaar later maakten de Britten daar korte metten mee en voegden het gebied bij de voormalige Ottomaanse provincies Bagdad en Basra. Irak was geboren, de Koerden hadden een nieuwe tegenstander. Er zouden nog meer opstanden volgen.

De inwoners van Suleymaniah zijn bijzonder trots op de reputatie van ‘Suly’, zoals de stad hier wat vlotter over de tong gaat. Niet alleen wegens haar geschiedenis, ook om haar rol als culturele hoofdstad van Iraaks Koerdistan.

Suleymaniah heeft universiteiten, en bijna alle onafhankelijke NGO’s en kranten hebben hier hun hoofdkwartier. In het straatbeeld veel jonge mensen met de studieboeken onder de arm. Over Erbil en Dohuk, de twee andere grote steden in de regio wordt wat smalend gedaan. Enkel geïnteresseerd in zaken doen en geld verdienen en lang niet zo ontwikkeld als wij, zo luidt het oordeel over hun stedelijke buren.

Dat is ook wat Hama me op het hart drukt. De man, ergens in de dertig, is architect van beroep. Als we voorbij een park wandelen, vertelt hij trots dat hij heeft meegeholpen aan het ontwerp ervan. Best geslaagd. Het park oogt modern en loopt vol met families met kinderen.

Moeilijk om je voor te stellen dat op deze plek ooit de vrouwengevangenis van het Baathregime van Saddam stond. Hama vertelt hoe minstens de helft van het budget voor het park verloren is gegaan. De corruptie is hier niet minder dan elders in het Midden-Oosten, en dat maakt het voor wie wel talent, maar geen connecties heeft moeilijk is om iets te bereiken.

Hama houdt van zijn stad, maar ziet zijn toekomst hier somber in. Diezelfde frustratie van niet vooruit te geraken, is algemeen. Dat is jammer, want Iraaks Koerdistan heeft enorm veel mogelijkheden.

Newruz en China Town

Eenentwintig maart markeert niet enkel het begin van de lente, het is ook de dag van het Koerdische nieuwjaar, Newruz. Dat betekent feest, ook in Suleymaniah, ondanks de protesten van dit jaar. ‘s Middags is het al koppen lopen in het centrum. De mannen in het typische Koerdische wijde pak, de vrouwen in de meest kleurrijke gewaden, de kinderen in de respectievelijke miniatuurversie.

Een dag geleden zijn er grote vuurkorven en stapels hout bijgesleept. Tegen valavond gaat de vlam erin, zoals de traditie het wil. De eer om het vuur op het plein aan te steken, gaat dit jaar naar de families van de slachtoffers die bij de protesten omgekomen zijn. Dan wordt er gedanst. Zowel de PUK als de KDP houden hun eigen Newruz-feest, net buiten het centrum. Eenheid is nooit de sterkste kant van de Koerden geweest.

De meest onverwachte kant van Suleymaniah is waarschijnlijk toch de Kaso Mall. Niet dat een winkelcentrum zo speciaal is in Iraaks Koerdistan. Het geld van de olie heeft er een bouwwoede in gang gezet, met wisselend resultaat. Maar Kaso Mall had even goed ergens in China kunnen staan.

Buiten houden twee grote Chinese leeuwen hun blik gericht op de moskee aan de overkant terwijl binnen alles gedecoreerd is met Chinese ornamenten. Twee grote vlaggen, de Koerdische en die van de Chinese Volksrepubliek, hangen broederlijk naast elkaar.

De winkels worden bijna allemaal uitgebaat door Chinezen. Een jonge Koerd die zelf in een zaak met bouwmaterialen werkt, vertelt hoe ze hier terecht zijn gekomen. De laatste tien jaar zijn er in Koerdistan hopen Chinese firma’s neergestreken, aangetrokken door de vraag naar goedkope consumptieartikelen. Dat maakt dat er nu een kleine gemeenschap van zo’n duizend Chinezen in Suleymaniah woont, met bijbehorend shopping centrum en supermarkt. Best bevreemdend, zo’n Chinese enclave in wat toch nog altijd Irak is.

Toon Lambrechts

Toon Lambrechts (°1981) studeerde Vergelijkende Cultuurwetenschappen aan de UGent. In 2008 volgde hij de postgraduaatopleiding Internationale Researchjournalistiek. Momenteel werkt hij als freelance journalist en als redactielid van de Gentse stadskrant TiensTiens.

take down
the paywall
steun ons nu!