Grandmaster Flash
Nieuws, Cultuur, Analyse, Subcultuur hip hop, Malcolm McLaren, Africa Bambaataa, Five Percenters, Sex Pistols -

Roots of Hip-Hop: Sex Pistols & Five Percenters

In 1978 lachte Keith Wiggins een vriend uit toen die in dienst ging bij het Amerikaanse leger. Met de woorden 'hip hop hip hop' bootste hij de kadans na van marcherende soldaten. Zijn spottend rijmpje werd al gauw opgepikt door een beweging die zou uitgroeien tot een wereldwijde subcultuur.

donderdag 23 augustus 2012 17:55
Spread the love

It was a New York Phenomenon

Harlem, de zomer van 1980. De Britse muziekproducer Malcolm McLaren was in de stad voor een tournee met Bow Wow Wow, een New Wave band die hij net had opgestart. De toen 34-jarige McLaren was niet aan zijn proefstuk toe als manager: hij had eerder al de punk-rockgroep New York Dolls en de beruchte Sex Pistols mee vorm gegeven.

Hij wandelde door de buurt toen hij op de hoek van 125th Street een reusachtige zwarte man zag staan in een T-shirt met ‘Never Mind the Bollocks. Here’s the Sex Pistols’. Hij stak de straat over en sprak hem aan. De New Yorker bleek een fan van de Britse punkers. Hij nodigde McLaren spontaan uit op een van de Block Parties die hij in Harlem en de Bronx organiseerde.

The Child of Afrika

De man die Malcolm McLaren toen zou inwijden in een nieuwe alternatieve New Yorkse muziek- en kunstscène, heette Afrika Bambaataa. Bambaataa was zelf muzikant en producer. De New Yorkse underground was zijn habitat. Begin jaren ’70 groeide hij op in de ruige sociale woonwijken van The South Bronx Riverside Projects. Racisme en sociale ongelijkheid waren er alomtegenwoordig. De meeste bewoners zochten een uitweg via een carrière in de criminaliteit of radicaal activisme. Bambaataa koos voor beide.

Zijn moeder en oom waren allebei actief in Black Liberation Movements. Als kind was hij vaak getuige van hevige discussies: hoever kunnen we gaan om meer rechten af te dwingen? Volstaat geweldloos verzet om de White Supremacy omver te werpen? Of is geweld aanvaardbaar als ultiem middel? Bambaataa besloot als tiener zelf het recht in handen te nemen. Samen met zes ‘brothers’ richtte hij de Savage Seven-straatbende op. Ze steunden projecten rond gezondheidszorg, kinderopvang en scholing in hun buurt. Maar bij gebrek aan bonafide inkomsten, gingen ze voor de financiering handel drijven in verboden middelen en zo moesten ze dus ook hun territorium afbakenen. De ideologie van de straatbendes werkte in twee richtingen: hoe meer leden, hoe meer mensen ze konden helpen; maar vooral, hoe sterker ze stonden tegenover rivaliserende bendes.

Om meer leden te ronselen, organiseerden de bendes straatfeestjes. Op deze Block Parties werd gedanst en gefeest op soul, disco, reggae en een nieuw ontluikend muzikaal genre: hip-hop, met in plaats van een groep zangers en muzikanten, een duo: de Disc-Jockey of ‘D.J.’ en de Master of Ceremony of ‘M.C.’ Net als bij dancehall en recentere reggae, mixt de DJ. verschillende platen aan elkaar tot een baslijn of ‘beat’ en geeft de MC. het nummer een eigen vibe door op dat nieuwe ritme te rappen.

Maar de hip-hoppers gingen verder. Bekende DJ.’s zoals Grandmaster Flash maakten van hun draaitafel en mengpaneel volwaardige instrumenten. Ze gingen samplen: geluidsfragmenten uit andere nummers isoleren om ze makkelijk en snel te herhalen. Ze experimenteerden ook met scratchen: een plaat in een ruk terugdraaien om het geluid te vervormen. De grote doorbraak van hip-hop als muzikaal genre kwam wanneer de MC. een dominantere rol ging spelen. Rappers schreven eerst rijmpjes over hun dagelijks leven, de feestjes en de meisjes. Maar al gauw werden hun lyrics beschouwd als manifesten van een nieuwe filosofie, the Hip-Hop Way of Life.

Place of Birth: Zulu Nation

Dat de hip-hop-cultuur vandaag wereldwijd leeft, danken we voor een groot stuk aan pioniers als Grandmaster Flash, D.J. Kool Herc, Melle Mel, Afrika Bambaataa en Malcolm McLaren. De Brit plaatste DJ.’s als voorprogramma van zijn groep Bow Wow Wow en introduceerde later ook de muziek in zijn thuisland. Bovendien nam hij in 1983 met Trevor Horn en The World Famous Supreme Team zelf een album op: Duck Rock: een plaat die thuishoort in de Hip-Hop Hall of Fame, met klassiekers als D’ya like Scratchin’? en Buffalo Gals. Dat laatste nummer kwam uit als single en werd zelfs een top-10 hit in de VS: een primeur voor een hip-hop song! Het genre klom definitief uit de underground en werd mainstream.

Ondertussen had Bambaataa al lang het geweer van schouder veranderd. Zijn Savage Seven waren snel uitgegroeid tot de beruchte Black Spades, een van de grootste straatbendes in New York City. Hij had als leider veel contacten gelegd met andere bendes en bundelde de krachten, in plaats van oorlog te voeren in de straten. Toen hij naar Zuid-Afrika ging als laureaat van een essay-wedstrijd, veranderde zijn wereldbeeld compleet.

De geweldloze strijd van de Anti-Apartheidsbeweging maakte een enorme indruk op hem. Hij veranderde zijn naam in Afrika Bambaataa Aasim, een eerbetoon aan de voormalige Zulu-leider Bhambatha, die begin 20ste eeuw in opstand kwam tegen de blanke economische overheersing in Zuid-Afrika. Terug in de VS. ging hij zijn invloed als bendeleider gebruiken om het straatgeweld aan te pakken. Hij richtte de ‘Bronx River Organisation’ op als alternatief voor de Black Spades. Samen met Kool Herc en Kool DJ Dee organiseerde hij hip-hop parties om de misnoegde en gefrustreerde kids uit de straatbendes te plukken. De groep groeide uit tot de Universal Zulu Nation, een soort artistieke vrijstaat gebouwd op de 4 pijlers van de hip-hop cultuur: de muziek van de DJ.’s of ‘Turntablists’, de poëzie en spraakwatervallen of ‘flows’ van de MC.’s, de bewegingen van de breakdancers en de alomtegenwoordige graffiti-kunst.

In 1982 verlegde Bambaataa de grenzen van zijn Zulu Nation en begon te touren. Met een grote groep dansers, graffiti-kunstenaars en DJ.’s trok hij de wereld rond. Ze bezochten de ene getto na de andere, om er kansarme jongeren te leren hun ongebreidelde creativiteit in goede banen te leiden. Zo bereikten ze ook Claude M’Barali, een Senegalees uit de Banlieus van Parijs die carrière zal maken als MC Solaar. Deze ‘poète de la rue‘ zette samen met groepen als NTM, IAM en Fonky Family de Franse hip-hop scène op de kaart als de grootste van Europa.

We are the 5 Percent

Maar hip-hop heeft haar succes niet alleen te danken aan geniale muzikanten, charismatische bendeleiders en stoutmoedige producers. Deze rebelse cultuur werd van bij haar ontstaan zwaar beïnvloed door een radicale, maar vredelievende spirituele stroming: The Nation of Gods and Earths, of kortweg the Five Percent-Nation. Deze Amerikaanse organisatie werd rond 1964 opgericht in Harlem door Clarence 13X, een oud-leerling van Malcolm X. Leden noemen zich Five Percenters, omdat ze geloven dat 85 procent van de wereldbevolking zich niet kan of wil bezighouden met ‘de zin van het leven’. De meeste mensen hebben het te druk om te overleven of zijn volgens hen, verstandelijk niet in staat een hogere waarheid te begrijpen. Ze worden misleid en uitgebuit door een elite: zo’n 10 procent van de bevolking die alle macht in handen heeft. De enigen die weten hoe de werkelijkheid echt in elkaar zit en ze openbaren, vormen de Nation of Five Percent.

De Five Percenters verspreidden hun ideologie doorheen de VS. via zendelingen en huis-aan-huis-prekers. Maar ze waren ook nadrukkelijk aanwezig op de New Yorkse Block Parties. Volgens D.J. Kool Herc vormden ze er een excentriek tegengewicht voor de gewelddadige straatbendes. Ze waren door hun vrome houding misschien niet de meest sexy party-people. Maar ze dwongen wel respect af met hun rechtlijnige visie en vaak rake kritiek op het ‘blanke’ establishment.

Hun ‘black empowerment’ doctrine inspireerde vele jongeren die later doorbraken als hip-hop artiesten. Het lijstje is even lang als indrukwekkend: Rakim van Erik B. & Rakim, KRS-ONE, The Wu-Tang Clan, Public Enemy, Gang Starr, Talib Kweli, Busta Rhymes, Erikah Baduh, Queen Latifah enz.: stuk voor stuk wereldberoemde hip-hoppers uit de golden era van midden jaren ’80 tot in de jaren ’90. Hun teksten verwezen vaak naar de leer van de Five Percenters en waren doorspekt met hun terminologie; sociaal geëngageerd en vlijmscherp. Deze rappers met een missie maakten een complexe werkelijkheid begrijpelijk met metaforen. Zo roept KRS-ONE in ‘CIA. – Criminals In Action’: “When they flooded the streets with crack cocaïne, I was like Noah.” Ze deelden ook verbale klappen uit met stevige ‘punchlines’: “Just because no one can understand how you speak, don’t necessarily means that what you be sayin is deep:” Talib Kweli in ‘Good Mourning’.

Diezelfde Kweli werkte ook samen met DJ. Hi-Tek en Mos Def onder de titel ‘Black Star’. De naam verwees naar de theorieën van de Nation of Gods and Earths. Die stellen dat het zwarte ras het eerste volk op aarde is, dat de ‘Zwarte Man God’ is en de ‘Zwarte Vrouw’ de planeet Aarde. Het eerste deel kan je nog historisch plaatsen, want de eerste Homo Sapiens Sapiens leefde in Afrika. Maar het vervolg barst van de superioriteitsgevoelens en rijmt niet echt met een open geest. Hoewel ze deze opvattingen verwerkten in hun muziek, keerden Kweli en een aantal andere artiesten zich later af van de Five Percenters en hun extremistisch wereldbeeld. Maar ondertussen is hip-hop toch mooi uitgegroeid tot het eerste ‘zwarte’ muziekgenre dat wereldwijd meer verkoopt dan eender welke ‘blanke’ muziek.

Jan Ockerman

take down
the paywall
steun ons nu!