Veel van de tienduizenden Rohingya die van Myanmar naar Bangladesh gevlucht zijn, zitten in het Kutupalong-Balukhali Expansion Camp, het grootste vluchtelingenkamp ter wereld. Het gaat om “een zwaar overbevolkt megakamp”, stelt mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) in een nieuw rapport over de situatie in de vluchtelingenkampen rond het grensstadje Cox’s Bazar.

Overdraagbare ziekten

De vluchtelingen krijgen er niet alleen te maken met de moessonregens, die de tenten wegspoelen, maar ook met plaatsgebrek.

“De beschikbare ruimte is er gemiddeld 10,7 vierkante meter per persoon, terwijl de aanbevolen internationale norm 45 vierkante meter per persoon is”, stelt HRW. “Door zo dicht op elkaar te wonen lopen de vluchtelingen een verhoogd risico op overdraagbare ziekten, branden, spanningen in de gemeenschap en huiselijk en seksueel geweld.

“De Bengaalse autoriteiten moeten de Rohingya-vluchtelingen verhuizen naar kleinere, minder dichtbevolkte kampen op vlakker, toegankelijk, nabijgelegen land binnen hetzelfde Ukhiya-district, waar het megakamp is gevestigd.”

Onbewoond eiland

Het ministerie van Buitenlandse Zaken van Bangladesh liet Human Rights Watch in een brief weten dat het binnenkort start met de overbrenging van 100.000 Rohingya naar het onbewoonde eiland Bhasan Char. 

De mensenrechtenorganisatie betwijfelt of dat eiland geschikt is om mensen te huisvesten. “Experts voorspellen dat Bhasan Char volledig onder water kan lopen bij een sterke cycloon tijdens hoog water.”

Rond Cox’s Bazar zitten meer dan 900.000 Rohingya die gevlucht zijn uit Myanmar. Het grootste deel, meer dan 700.000 Rohingya, arriveerde na 25 augustus vorig jaar, toen het geweld tegen de moslimminderheid weer opflakkerde. Het is daarmee de snelst groeiende vluchtelingencrisis ter wereld.