Oxfam
Verslag, Nieuws, Wereld, Economie, Landroof, Droogte, Voedselsoevereiniteit, Oxfam op Sfinks -

Oxfam over landroof, droogte, honger en voedselsoevereiniteit

Deze zomer voert Oxfam actie op verschillende muziekfestivals tegen landroof, ook op Sfinks. Festivalgangers kunnen er met hun beste ik-pik-dit-niet-gezicht op de foto. Bert Dhondt van Oxfam was zaterdag 28 juli te gast in de Parlatent. Han Soete van DeWereldMorgen.be sprak met hem over landroof, voedselsoevereiniteit, duurzame productie en consumptiematiging om de honger in de wereld te bestrijden.

donderdag 2 augustus 2012 15:21
Spread the love

Landroof, ik pik dit niet 

In ontwikkelingslanden worden steeds meer vruchtbare landbouwgronden gekocht of gehuurd door buitenlandse investeerders. Daar zijn verschillende redenen voor zoals speculatie, biobrandstoffen en het veilig stellen van voedselproductie voor eigen land.

Bert Dhondt: “Deze nieuwe vorm van grootgrondbezit doet denken aan de kolonisatieperiode, met dit verschil: het zijn niet enkel Westerse landen, maar ook nieuwe groeilanden en vooral internationale bedrijven die grote stukken grond gaan opkopen (of huren) in arme landen met heel concrete, eenzijdige doelstellingen. De laatste 10 jaar is er een oppervlakte grond ingepikt die gelijk is aan 65x België, ongeveer 200 miljoen hectare.”

“Concreet komen buitenlandse bedrijven in een lokale boerengemeenschap en hebben reeds een ‘deal’ gesloten met de regionale of nationale overheden om een -volgens hen- groot stuk braakliggende grond in te palmen. Bijna altijd hebben deze gronden wél een functie binnen het lokale landbouwsysteem (nvdr: ons vroegere drieslagstelsel voorzag ook een rustperiode via braakligging). Heel zelden krijgen lokale boerengemeenschappen een kleine financiële vergoeding. Zelfs dan ‘liggen ze erop’, want ze verliezen hun enige bezit dat hen inkomsten kan opleveren, hun grond. Zij die protesteren, hebben veelal het probleem dat zij vaak geen officieel bewijs van eigendomsrecht van die gronden hebben.”

“Het zijn inderdaad vaak groeilanden als China, Brazilië en ook vele oliestaten die op die manier stukken land opkopen in Afrika, om de stijgende bevolking te kunnen voeden, omdat ze zelf geen land of water genoeg hebben of omdat het een rendabele investering is. Multinationals kopen ook grond met investeringsfondsen, waar speculanten de laatste jaren sterk op inzetten (grondstoffen zitten meestal in de lift). Investeringen in landbouwproductie in Afrika zijn in feite broodnodig, maar de plantages moeten zorgen voor productie van veevoeder of voor biobrandstoffen, die geëxporteerd worden en die dus voor de lokale bevolking geen opbrengsten opleveren (uitgezonderd lonen van de lokale werknemers bij die bedrijven).”

Met de actie ‘Landroof, dat pik ik niet!’ wil Oxfam het tij keren en internationale bedrijven en overheden voor hun verantwoordelijkheid plaatsen. Oxfam wil dat iedereen genoeg voedsel kan verbouwen om in zijn of haar levensonderhoud te voorzien. Bron (1)

Stijgende prijzen van veevoeders door droogte in de VS en honger in de Sahel

De droogte die grote delen van de Verenigde Staten al enige tijd teistert, heeft vooral de staten in het middenwesten, die bekend staan als de graanschuur van de VS, zwaar getroffen, aldus de organisatie US Drought Monitor. Verder schreef De Morgen van 27 juli 2012 dat 78 procent van de Amerikaanse graanproductie getroffen werd en 11 procent van de sojabonen-oogst. Bron (3)

Bert Dhondt: “Het is goed mogelijk dat dit de kosten voor de productie van vlees bij ons, in de loop van het jaar kan opdrijven. Europa voert grote hoeveelheden soja in voor de sterk ontwikkelde industriële veehouderij. Het is nog wachten tot wanneer de oogstopbrengsten bekend zullen zijn in ondermeer Europa, Rusland, Oekraïne, Brazilië en Australië.

Het is nog niet zeker welke de impact hiervan zal zijn op landen in Afrika bijvoorbeeld, omdat zij vooral rijst en tarwe importeren en de internationale rijstoogst was zeer goed in 2011. Oxfam pleit voor blijvende ondersteuning van kleinschalige, familiale landbouwbedrijven die zorgen voor meer voedselzekerheid en autonomie en die ook minder schade aanrichten aan het milieu en het klimaat.

Nieuw sinds de voedselcrisis in 2008 is de toegenomen speculatie op de grondstoffenhandel en dit doet de prijzen al stijgen voor er sprake is van voedseltekorten. De maïsprijs ligt nu al 1,7 keer hoger dan in 2011.

Alles samengenomen vertoont het huidige productie- en handelssysteem terugkerende barsten. De vrijhandelsorganisaties kunnen niet blijven beweren dat de multinationals en de vrije handel het voedselprobleem wel zullen oplossen: ‘kopen en verkopen, importeren en exporteren, landbouwbedrijven steeds groter; als we maar genoeg investeren dan komt alles wel in orde’. De voedselproductie is steeds meer geconcentreerd: 3 multinationals hebben zo’n 90 procent van de internationale handel in graan in handen. Miljoenen boerenfamilies in het Zuiden produceren voor zichzelf en de lokale markten, vaak op een milieuvriendelijkere manier, maar zonder ondersteuning.”

Oxfam informeerde al vanaf eind 2011 dat miljoenen West-Afrikanen in 2012 het slachtoffer dreigen te worden van een nieuwe voedselcrisis. Weinig regen en slechte oogsten in het productiejaar 2011, zorgen voor steeds hogere voedselprijzen en een gebrek aan grasland zorgde in Burkina Faso, Mali, Mauritanië, Niger en Tsjaad voor ernstige problemen. Oxfam trekt al enkele maanden aan de alarmbel, want volgens officiële ramingen kunnen meer dan 11 miljoen mensen hulpbehoevend worden. Naar schatting zou meer dan 700 miljoen dollar nodig zijn om hulp te bieden. Bron (2) (Oxfam)

Bert Dhondt: “Terwijl het deel van ons inkomen dat we aan voedsel besteden, slecht 12 à 15 procent bedraagt, gaat voor de armsten in het zuiden 70 à 80 procent van het gezinsbudget naar voedsel. Door internationale prijsstijgingen worden deze mensen verplicht van twee naar één maaltijd per dag over te schakelen. Zo ontstaat ondervoeding en uiteindelijk honger. Deze armsten, met een inkomen van 1 à 2 dollar per dag, doen momenteel het aantal hongerlijders in de wereld pieken naar 1 miljard mensen. Ze zijn ook de eerste slachtoffers van de volatiliteit van voedselprijzen.”

Dat kan je zelf doen

Alle beetjes helpen! Het ‘GROEI-dieet‘ is gebaseerd op vijf eenvoudige principes die voor iedereen haalbaar zijn: minder vlees eten, minder voedsel weggooien, kleinschalige en duurzame landbouw steunen, seizoensproducten kopen en zuinig koken. Als genoeg mensen anders gaan eten en kopen, helpt het GROEI-dieet arme boeren en boerinnen om zichzelf en hun gemeenschap te voeden. De vijf principes helpen ook in de strijd tegen de klimaatverandering, die de productie van voedsel bedreigt. Ze gaan bovendien de verspilling van kostbare natuurlijke rijkdommen tegen, zoals water. bron (4) Oxfam

Tomas Dossche

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!