Interview, Nieuws, Europa, Economie, Politiek, Boekrecensie, Tom de meester, Opgelicht -

‘Opgelicht’: interview met Tom De Meester over Europese energiezwendel

Tom De Meester is energiespecialist bij de studiedienst van de PVDA, vooral bekend omwille van zijn niet aflatende strijd tegen hoge energieprijzen en dubieuze praktijken in de Europese energiesector. Wij hadden een gesprek met hem naar aanleiding van zijn boek 'Opgelicht', dat nog nat van de drukinkt bij de drukker ligt wanneer we dit stuk schrijven.

zondag 28 april 2013 15:20
Spread the love

Zijn kersverse boek ‘Opgelicht’ is een onthutsend verhaal over wurgprijzen, machtsmisbruik en manipulatie. Over spotgoedkope energie uit kerncentrales waar wij ons blauw aan betalen, over groengewassen vuile stroom, en over jaarrekeningen die lezen als een handboek ‘belastingontduiking voor dummies’. Als de vrije markt faalt, moeten we energie dan niet terug in eigen handen nemen? Een oproep tot verandering. Het is tenslotte jouw energie!

Vanwaar die niet aflatende aandacht voor energie? Hoe belandt een historicus met specialisatie Afrikaanse geschiedenis tot over z’n oren in de energiedossiers?

Tom De Meester: “Het thema is niet uit de actualiteit weg te branden en mensen mailen mij voortdurend de meest onthutsende verhalen over wat zij meemaken met energiemultinationals. Energie gaat voor mij over veel maar dan alleen maar dienstverlening. Energie is een basisbehoefte, een essentiële nutsvoorziening.”

“Hoe we met energie omgaan, dat gaat over wat een samenleving is en moet zijn, over wat de essentie is van die samenleving en hoe we daarmee omgaan. Zonder energie kan je niet menswaardig leven. Hoe beheren wij samen dat soort basisvoorzieningen? Die maatschappelijke reflex is verdwenen sinds de jaren tachtig. De markt vervangt de menselijke solidaire logica.”

“We stellen vast dat de overheid zich steeds meer terugtrekt en positie kiest voor het private belang ipv voor het algemeen belang. Dat heeft een immense impact op elk lid van onze samenleving. Energie belangt ons allemaal aan aangezien we allemaal energie nodig hebben.”

Je boek neemt het recht op energie als uitgangspunt. Energie als basisbehoefte, als een soort grondwettelijk recht, een voorwaarde voor een menswaardig leven. Dat staat haaks op het concept van energie als koopwaar dat we in de huidige maatschappij hanteren. Is energie altijd al koopwaar geweest of is dat een recente tendens? En hoe valt die tendens historisch en sociologisch te verklaren?

“In veel landen hield de overheid greep op de energiesector of was energie een overheidsdienst. Het middenveld vond dit ook altijd erg belangrijk. Maar eind vorige eeuw begon de markt dat gemeenschapsdenken meer en meer in te halen. De overheid trok zich meer en meer terug en liet steeds meer vrij spel aan de markt. Het liberale denken werd op de spits gedreven toen Verhofstadt in 1999 ‘een nieuwe wind’ liet waaien door ons politieke landschap. De paars-groene regering wilde het monopolie van Electrabel breken.”

“Die plannen vielen samen met de plannen van de Europese Commissie om de energiesector te liberaliseren. Er heerst als het ware een soort eenheidsdenken rond de liberalisering van de energiemarkt. Die liberalisering moest dienen om zuurstof te geven aan energiebedrijven om uit te groeien tot Europese multinationals. De reden dat er zo weinig politiek debat was over die liberalisering is omdat alle partijen op een lijn zaten: de Vlaams-nationalisten, de groenen, de liberalen, de socialisten.”

“Stevaert zei letterlijk: de liberalisering is liberaal en sociaal tegelijk, de groenen waren tegen het nucleaire Electrabel, de vlaamsnationalisten waren tegen het Franse Suez. Ze hadden allemaal hun eigen argumenten om de liberalisering te verkopen, maar allemaal wilden ze de vrije markt invoeren in plaats van energie als openbare nutsvoorziening ontwikkelen.”

Toen de energiemarkt werd vrijgemaakt ging men er van uit dat de liberalisering de energieprijzen zou drukken. Het tegendeel blijkt waar te zijn. We betalen vandaag proportioneel veel meer voor onze energie dan voor de privatisering. Hoe kan dat en wat is de impact van die prijsstijging?

“Vandaag betalen we inderdaad 43 procent méér voor elektriciteit en 70 procent meer voor gas dan voor de privatisering.”

“Het is een misvatting te denken dat liberalisering leidt tot lagere energieprijzen. De concurrentie kraakt de prijzen helemaal niet, integendeel. Prijzen worden kunstmatig hoog gehouden of de hoogte in gejaagd om steeds meer winst te maken. De energie is in handen van een beperkt aantal grote concerns, een oppermachtig kartel dat onderling de prijzen bepaalt.”

“Intussen kunnen 72.000 mensen in dit land hun energie niet meer betalen. De liberalisering van de energiemarkt heeft ons een nieuw woord opgeleverd: ‘energiearmoede’. Wie niet kan betalen, wordt door energiebedrijven als klant geschrapt. ‘Gedropt’ heet dat dan. Momenteel wordt het aantal energie-armen in Europa op vijftig miljoen geschat.”

“Het Europees Economisch en Sociaal Comité (het EESC), een adviesorgaan waarin werkgevers, vakbonden en NGO’s zetelen, pleit ervoor van energiearmoede “een nieuwe maatschappelijke prioriteit” te maken. Volgens hen kan 21 procent van de Europese bevolking de gezinswoning niet op een aanvaardbare temperatuur verwarmen en slaagt 7 procent er niet in de energierekening te betalen.”

Waren er dan geen kritische stemmen? Trok men dan geen conclusies uit wat men in Groot-Brittannië zag gebeuren na de doorgedreven privatisering van de openbare diensten onder Thatcher? Ons land heeft toch altijd een sterk middenveld gehad?

“Het klopt dat we een sterk middenveld hadden en hebben, maar het debat over de liberalisering werd niet gevoerd. Er heerste echt een soort vrij algemeen blind geloof in de vrije markt. Er was en is sprake van een soort ideologische verblinding. Zelfs heel wat groenen vinden nog steeds dat de liberale logica de beste keuze is, een keuze die enkel faalt omdat ze niet ver genoeg werd doorgevoerd.”

“Groot-Brittannië was een scherp voorbeeld van hoe het vooral niet moest. Thatcher was Europees pionier op het vlak van privatisering. De sociale gevolgen waren en zijn nog steeds verregaand en ronduit dramatisch voor de gewone mensen. De liberalisering van de Britse energiemarkt zou een vreselijk fiasco worden. Maar private multinationals lagen en liggen niet wakker van de consumenten, en nog minder van het recht op verwarming of verlichting.”

“De hele Europese energiesector werd in sneltempo geliberaliseerd. De hele Europese energiemarkt werd geplunderd.”

“Het enige Europese land waar de hele liberale logica niet werd doorgetrokken in het energiebeleid is Frankrijk. Dat heeft onder meer een historische verklaring. Het Franse middenveld was sterk en kritisch. Het politieke discours in Frankrijk was en is collectiever.”

“Er is altijd een sterke maatschappelijke grondstroom geweest. Het Franse middenveld heeft het debat levendig gehouden. Ook in Frankrijk wordt de markt geliberaliseerd, maar de regering durft onder druk van het middenveld niet zo ver gaan als bijvoorbeeld in België. Le Tarif Bleu is een gereguleerd goedkoop tarief dat door de overheid wordt opgelegd.”

De cijfers, feiten en conclusies in je boek zijn zonder meer onthutsend. De paralellen met de banksector zijn frappant. Dat is vast geen toeval?

“Inderdaad. Met dat verschil dat je strikt genomen kan overleven zonder bank, maar niet zonder energie, althans niet in onze samenleving. Maar er zijn heel wat paralellen: de grootschalige kartelvorming, dezelfde financiële logica, het primeren van rendement op dienstverlening, het gebrek aan transparantie, het speculeren, …”

“De grens tussen de energiesector en de bankensector is vervaagd. Het gaat in beide gevallen om machtsgroepen van speculanten die woekerwinsten opstrijken door het creëren van een enorme zeepbel, van virtuele producten. Het is niet toevallig dat heel wat banken ook als energietrader optreden.”

Je omschrijft in je boek ook erg plastisch de jungle aan tarieven waar geen normaal mens uit wijs raakt.

“Wie zich verdiept in de diverse tarieven en mogelijkheden van de diverse energieleveranciers bevindt zich al snel in een ondoordringbare jungle van tarieven en prijsformules. Terwijl we allemaal gewoon maar stroom willen, om het licht aan te steken of de wasmachine te laten draaien. Terwijl alle energiebedrijven identiek hetzelfde product verkopen: elektriciteit en aardgas. Waar hebben we dan die wirwar van energiecontracten aan verdiend?”

“Je kan kiezen uit maar liefst 65 energiecontracten, dat is dubbel zoveel als vijf jaar geleden. Welk normaal mens heeft de tijd en het inzicht om uit dat overaanbod en al die kleine lettertjes het meest gunstige tarief te distilleren? En wat vandaag een gunstige formule lijkt, is dat binnen een half jaar alweer niet meer.”

“In Frankrijk heeft EDF naast le tarif bleu – het goedkope standaardtarief dat door de overheid wordt opgelegd – maar één commercieel markttarief. Een aantrekkelijk geprijsd tarief van onbepaalde duur. Die prijs kan één keer per jaar aangepast worden maar prijsschommelingen van meer dan drie procent zijn verboden en klanten moeten van elke prijswijziging schriftelijk en ruim op voorhand verwittigd worden.”

“Zou dat niet veel logischer en klantvriendelijker zijn?”

Heel wat mensen kiezen voor zogenaamde groene energie vanuit een oprechte bezorgdheid voor het milieu. Nu blijkt dat het hele concept van groene energie in hoofdzaak fictief is en op zwendel berust.

“In Europa wordt jaarlijks 200 miljoen megawattuur stroom ‘groengewassen’. Dat is het stroomverbruik van zestig miljoen gezinnen. En België is nummer één. We zijn de grootste importeur van groene etiketten in Europa.”

“Noorwegen slaagt erin om bijna al hun energie duurzaam op te wekken. Dat groene etiket wordt met behulp van brokers, tussenhandelaars, op de internationale markt verkocht. Er wordt dus massaal gegrossierd in virtuele groene stroom. Het is één oplichterij.”

“De VREG, de officiële Vlaamse energiewaakhond, bevestigt dit. Als je als milieubewuste verbruiker groene stroom koopt betekent dat helaas niet dat de leverancier ook echt investeert in groene energie. Daarvoor is het groenwassen van grijze stroom veel te voordelig. De groene etiketten uit Noorse waterkrachtcentrales kosten minder dan 30 eurocent per megawattuur. Voor één euro kan GDF Suez of Essent stroom uit steenkool- of gascentrales voor een heel gezin groenwassen. Het is veel goedkoper stroometiketten te kopen in Noorwegen dan in België te investeren in windmolens.”

“De transitie naar een koolstofarme samenleving is nochtans noodzakelijk en dringend. Een energierevolutie is echt accuut. Maar dat blijft een utopie als we ze laten afhangen van de markt en van competitiviteit.”

“De technologieën zijn voorhanden. De energierevolutie is echt mogelijk. Wat we nodig hebben is een maatschappij waar internationale coördinatie en maatschappelijke planning vooropstaan, niet de kortetermijnwinst.”

“Maar een groene energierevolutie is niet gratis. Investeren in groene energiecentrales is duur. Maar ze brengen wel hun gewicht in goud op. We moeten tien à twintig jaar fors investeren, om daarna de vruchten te plukken. Een studie in opdracht van de Duitse overheid rekende uit dat een honderd procent duurzaam energiesysteem op Europese schaal al tussen 2030 en 2040 goedkoper wordt dan de klassieke energieproductie. Voor elke euro die we uitgeven aan groene energie, besparen we meteen twee euro op onze fossiele brandstofrekening. Waar wachten we dan nog op?”

De conclusies die je als lezer moet trekken uit je boek zijn niet meteen om vrolijk van te worden. Is er hoop?

“Er is zeker hoop. Ik zie en voel heel wat veranderen. Er komt steeds meer en steeds luidere kritiek op de doorgeslagen liberalisering. Zelfs het establishment begint kritisch te staan tegenover de mythe van de vrije keuze. Steeds meer economen trekken aan de alarmbel.”

“Meer en meer mensen komen erachter dat die vrije keuze, die uitgaat van het idee dat burgers volledig geïnformeerd rationele keuzes kunnen maken, dat die niet bestaat. Ik zie steeds meer initiatieven opduiken die een alternatief bieden. Denk aan de stadsenergiebedrijven in Duitsland, denk aan de ethische en coöperatieve banken, … Waar mensen echt hun schouders zetten onder een waardevol alternatief is er hoop. We moeten als samenleving weer greep krijgen op alle strategische domeinen, zoals water, energie, openbaar vervoer. Fatalisme is dodelijk voor een samenleving.”

Wat zijn volgens jou de beste alternatieven om de ‘energiezwendel’ die je aanklaagt te bestrijden?

“Ik zie verandering mogelijk op 3 niveaus: Op stedelijk niveau kunnen steden een eigen energiebedrijf oprichten en runnen. Dat gebeurt al met succes in een aantal grote Duitse steden, in het Amerikaanse Sacramento en het staat ook vermeld in het Gentse bestuursakkoord.”

“Op nationaal niveau kunnen overheden de prijzen reguleren, zoals men in Frankrijk doet met het tarif bleu. En dan is er uiteraard het Europese niveau, dat lastiger aan te pakken valt, maar waar er ook steeds meer kritische stemmen opgaan tegen de liberalisering. Als we die liberalisering een halt willen toeroepen, dan zullen we dat als burgers moeten afdwingen. Wij zijn de 99 procent. Wij zijn de democratie.”

Je kan het boek ‘Opgelicht’ bestellen in de webshop van DeWereldMorgen.be.

take down
the paywall
steun ons nu!