“Het is niet zo dat we koste wat het kost tot een akkoord willen komen”, zegt Abdoulaye Sanoko van de Malinese delegatie bij de Wereldhandelsorganisatie (WTO). “Maar we willen wel het doel van ontwikkeling benadrukken. De grote spelers daarentegen benadrukken vooral markttoegang.”
Niemand weet precies wat een mislukking zou gaan betekenen voor de Minst Ontwikkelde Landen (MOL’s). Een onderzoek dat is aangevraagd door de Afrikaanse, Pacifische en Caraïbische groep (ACP) is nog niet begonnen. Volgens Sanoko zou het goed zijn voor de armste landen als het akkoord zou worden gesloten op basis van de huidige tekst, die in 2008 is opgesteld. “Dat is beter dan alles te verliezen”, zegt hij.
Pascal Lamy
Romain Benicchio, expert op het gebied van handelspolitiek bij Oxfam in Genève, is het daar niet mee eens. “We hebben inderdaad een akkoord nodig dat de noden van arme landen centraal stelt, maar het is twijfelachtig of de huidige tekst hen echt verder helpt.”
De kans bestaat dat de ronde mislukt, heeft ook WTO-directeur Pascal Lamy erkend. De VS staan erop dat de opkomende landen zwaar snijden in hun importbeperkingen voor complete industrietakken, maar daar gaan Brazilië, India en China niet mee akkoord. Sommige diplomaten werken al aan een “zachte landing”, om in elk geval de punten binnen te halen waar wel overeenstemming over is.
Een van de verwachte uitkomsten was een volledige tariefvrije markttoegang voor de MOL’s in rijke landen. De huidige tekst heeft het echter over slechts 97 procent van de beperkingen, “en welke producten daar dan door rijke landen van kunnen worden uitgesloten, is niet duidelijk”, aldus Benicchio. “Dat kan dus ook gelden voor de belangrijkste exportproducten.”
Katoen
Ook op het gebied van katoen is er nog geen oplossing, zegt hij. Katoen wordt zwaar gesubsidieerd door de VS, waarmee ontwikkelingslanden uit de markt worden geprijsd. Een akkoord lijkt hierover nog ver weg.
Een ander probleem is dat MOL’s het recht hebben om tijdelijk importbeperkingen te heffen als hun markt door buitenlandse waar dreigt te worden overspoeld, maar dat dit niet geldt als ze een douane-unie vormen met een land dat geen MOL is.
Mocht Doha mislukken, dan is er nog een alternatief voor de armste landen. Er kan ook gekozen worden voor een ‘vroege oogst’, dat wil zeggen dat de geïndustrialiseerde landen hun markten openen voor de MOL’s, ook al is er nog geen alomvattend akkoord. “Dat is waar we altijd al om hebben gevraagd”, zegt Sanoko. Dat hangt echter volledig af van de politieke wil van de rijke landen.
