Nieuws, Economie, België, Vrij beroep, Starters, Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen, RSVZ, Jan Sap, FVIB -

Meer starters kiezen een vrij beroep

In 2010 startten in België 85.032 personen als zelfstandige. Meer dan één vierde of 26,7 procent daarvan deed dat in een vrij beroep. De Federatie voor Vrije en Intellectuele Beroepen (FVIB) lanceert deze opvallende cijfers naar aanleiding van de publicatie van haar jaarverslag 2010-2011.

maandag 22 augustus 2011 12:10
Spread the love

Op basis van gegevens van het RSVZ (Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen) stelde de federatie vast dat het vrije beroep, na handel (33,3 procent) de tweede populairste sector is om in te starten: “Het vrije beroep is en blijft dus aantrekkelijk”, zegt Jan Sap, algemeen secretaris van de FVIB, “en dat aanzuigeffect is de afgelopen jaren alleen nog maar toegenomen. In vergelijking met 2005 zijn er 42,3 procent meer starters in het vrije beroep. Verhoudingsgewijs stoppen vrije beroepen ook minder gemakkelijk met hun praktijk. Bovendien staan er voor elke stoppende vrije beroepsbeoefenaar drie starters klaar.”

Paramedische sector

Het vrije beroep telde vorig jaar 22.681 starters, ofwel 26,7 procent van het totale aantal zelfstandige starters. Bij de klassieke vrije beroepen is de paramedische sector, met onder meer heel wat kinesitherapeuten, verpleegkundigen en psychologen, het meest populair, goed voor 19,9 procent of 4.511 starters.

Het minst aantal starters zijn gerechtsdeurwaarders met 0,1 procent of 34 starters omdat hier het aantal standplaatsen beperkt zijn. Dit geldt ook voor notarissen.

Meer dan de helft start voor het 35ste levensjaar (54,2 procent of 12.282 personen). De meeste starters zijn tussen de 25 en 30 jaar oud (20,8 procent van alle starters). Toch waren er ook 2.810 startende 50-plussers in het vrije beroep.

Zo startten nog twee mannelijke artsen na hun 70ste. Het zijn echter niet allemaal late roepingen. Een deel van de starters op late leeftijd zijn vrije beroepers die zich opnieuw als zelfstandige inschrijven na bijvoorbeeld een carrière in het buitenland.

Vrouwen en mannen

In 2010 hebben 4.782 starters in hetzelfde jaar hun activiteit weer stopgezet. 16,6 procent ofwel 796 personen daarvan waren vrije beroepsbeoefenaars. In verhouding tot andere sectoren doet het vrije beroep het dus bijzonder goed. Zo sloten bijvoorbeeld 1.911 handelaars in 2010 hun in dat jaar opgestarte zaak, dat is 40 procent van het totaal. Een merkbaar verschil toch met het vrije beroep.

Voor elke vrije beroepsbeoefenaar die zijn activiteit in 2010 heeft stopgezet, stonden er 3,1 starters tegenover. Het vrije beroep scoort daarmee het best.

Over alle sectoren heen waren er voor elke stoppende zelfstandige 2,2 starters. Ter vergelijking, in de sector van de handel stonden 1,8 starters klaar voor één stopper. In de landbouw en visserij waren dat respectievelijk 1,7 en 1,6.

In het vrije beroep startten in 2010 ongeveer evenveel mannen als vrouwen (50,3 procent mannen tegenover 49,7 procent vrouwen). Meer dan de helft van de starters (56,2 procent) heeft zijn adres in Vlaanderen. Wallonië telt 28,4% van het totaal aantal starters, Brussel 14,2 procent. 257 personen (of 1,1 procent) gaf een adres in het buitenland op.

Associatievorming

Jan Sap: “De lage conjunctuurgevoeligheid, de relatieve werkzekerheid en de onafhankelijke beroepsuitoefening zijn zeker belangrijke verklaringen voor de toename van het aantal vrije beroepen in ons land.”

“Bovendien heeft iedereen het vrije beroep nodig op cruciale momenten in het leven. Bij aankoop van een woning, het bouwen van een huis, bij ziekte, gezondheidspreventie, bij overlijden of voor de boekhouding.”

“Ook de associatievorming is een factor. Door de steeds complexere maatschappelijke context, het meer veeleisende cliënteel, de hoge werkdruk, de toenemende administratie en het rendabel houden van een praktijk, is alleen een praktijk beginnen steeds moeilijker. Als jonge starters kunnen beginnen in een vorm van samenwerking is dan een aanlokkelijk alternatief.”

“En ten slotte speelt het positieve imago en de grotere toegankelijkheid van het hoger onderwijs een rol. Het aantal inschrijvingen aan de universiteiten zijn de jongste jaren fel gestegen zodat meer mensen op de arbeidsmarkt komen die een intellectueel beroep kunnen uitoefenen”, aldus nog Sap.

take down
the paywall
steun ons nu!