De slachtoffers, twee medewerkers van de Internationale Rode Halve Maan (de naam van het Rode Kruis in moslimlanden), bevonden zich op 2 september 2015 in de regio Amran in een konvooi op weg naar de hoofdstad Sanaa toen schutters het vuur openden. Eén medewerker stierf ter plaatse. Zijn collega overleed in een dichtbijgelegen ziekenhuis aan zijn verwondingen.

Het hoofd van de Rode Halve Maan-delegatie in Jemen, Antoine Grand, heeft de aanval scherp veroordeeld en noemt het een “doelgerichte actie tegen ons personeel.” Het is nog te vroeg, zegt hij, om iets te zeggen over de impact van de gebeurtenissen op het werk van de Rode Halve Maan in Jemen. “We moeten eerst deze onbegrijpelijke misdaad verwerken.”

Water en medicijnen

In de afgelopen maanden lag de Rode Halve Maan al vaker onder vuur. Op 25 augustus bestormden gewapende mannen de kantoren van de hulporganisatie in de zuidelijke havenstad Aden. Ze gingen ervandoor met geld, auto’s en andere spullen. Het was de elfde keer dat personeel en gebouwen van de organisatie werden belaagd.

De Rode Halve Maan levert voedsel, water en medicijnen aan burgers die klem zitten door gevechten tussen de Houthi-rebellen en strijders die loyaal zijn aan de afgezette president Abu Mansur Hadi. Hij krijgt steun van een coalitie onder leiding van Saoedi-Arabië. De gevechten hebben zich inmiddels verspreid naar 21 van de 22 provincies in Jemen. Meer dan 80 procent van de bevolking van 26,7 miljoen mensen heeft dringend humanitaire hulp nodig.

Oorlogsmisdaden

Luchtaanvallen van de door Saoedi-Arabië geleide coalitie zijn grotendeels verantwoordelijk voor de dood van burgers en schade aan gebouwen. Hulporganisaties hebben moeite de bevolking te helpen, onder meer doordat de haven aan de Rode Zee op 20 augustus werd gebombardeerd. De haven is een belangrijke aanvoerroute voor hulpgoederen.

Grote delen van het land zijn momenteel ontoegankelijk. Afgelopen week zag de Rode Halve Maan zich na de aanval op haar kantoren gedwongen personeel uit Aden weg te halen. Gisteren verklaarde de organisatie tegenover de BBC dat hun personeel niet meer mag reizen “uit voorzorg.”

Dergelijke beperkingen hebben een grote impact op groepen mensen die vrijwel volledig van de internationale gemeenschap afhankelijk zijn voor voedsel, opvang en medicijnen. Ongeveer 12 miljoen mensen hebben voedselhulp nodig en 20 miljoen mensen hebben geen zuiver drinkwater.

Johannes van der Klaauw, VN-coördinator Humanitaire Zaken voor Jemen, noemde de schietpartij gisteren in een verklaring een “verwerpelijke daad” die “opnieuw bewijst hoe noodzakelijk het is dat alle partijen zich houden aan hun verplichtingen onder de internationale humanitaire wetgeving om burgers te beschermen en hulpverleners een veilige werkomgeving te bieden.”

Killing of Aid Workers Threatens Humanitarian Response in Yemen