Robin Hood actie voor financiële taks
Opinie, Nieuws, Wereld, Europa, Economie, Oxfam-Solidariteit, 11.11.11, Europese Commissie, Tobintaks, FTT, Financiële transactietaks, FAT, Taks op Financiële Activiteiten, Attac Vlaanderen -

Manoeuvres vanuit de Europese Unie tegen een financiële transactietaks

De Europese Commissie geeft haar verzet tegen een taks op financiële transacties (FTT) op, maar stelt de invoering ervan uit tot in de pruimentijd. De organisaties die zich bij ons de afgelopen jaren het meest hebben ingezet voor de invoering van een FTT zijn ongerust en trekken aan de alarmbel.

woensdag 13 oktober 2010 17:45
Spread the love

De Europese Commissie heeft op 7 oktober 2010 een officiële mededeling gepubliceerd over de Belasting van de Financiële Sector [1].

De belangrijkste boodschap die deze mededeling bevat, luidt: de Commissie beveelt een Financial Transaction Tax (FTT of Taks op Financiële Transacties) op mondiaal niveau aan, terwijl op Europees niveau de voorkeur gaat naar een Financial Activities Tax (FAT of Taks op Financiële Activiteiten) [2].

De Commissie staat onder druk

Met haar voorstel geeft de Commissie een stukje toe aan de druk die op haar wordt uitgeoefend en staakt ze haar verzet tegen een FTT. Maar door de implementatie van de FTT te koppelen aan een mondiale overeenkomst, zal die taks tot in een verre toekomst een utopisch project blijven.

Inderdaad, reeds op de bijeenkomst van de G20 in Toronto, in juni 2010, hebben de VS, Canada, Australië en nog andere landen, waaronder India, dat voorstel verworpen.

Dat hierin verandering komt, valt niet direct te verwachten. Vanzelfsprekend is de Commissie zich daar goed van bewust. Daarom lijkt de houding van de Commissie meer op een politiek compromis dan op een besluit op basis van nuchtere economische analyse. Oostenrijk, België, Frankrijk, Duitsland en Griekenland zijn voor een FTT, terwijl het Verenigd Koninkrijk, Zweden, Nederland en Tsjechië ertegen zijn.

In die omstandigheden kan de Commissie het zich niet veroorloven zich openlijk en duidelijk uit te spreken. Als grote spelers zoals Frankrijk en Duitsland voor FTT zijn, kan de Commissie het voorstel niet botweg verwerpen. Het manoeuvre van de Commissie bestaat er in FTT de facto te verwerpen, maar zonder dat de voorstanders ervan hun gezicht verliezen.

Nog maar eens de eeuwige afgezaagde argumenten

Die indruk wordt bevestigd bij het lezen van de details van het Commissiedocument, en nog meer uit het werkdocument waarop het is gebaseerd [3].

Hoewel wordt toegegeven dat de FTT een impact zou hebben op de speculatie en aanzienlijke inkomsten zou kunnen opleveren, bestaat er nog altijd een sterk vooroordeel tegen de invoering ervan. Het document somt nog maar eens de oude argumenten op tegen de FTT, alsof de vele tegenargumenten gewoon niet bestaan.

Deze tegenargumenten pro-FTT even op een rij:

– Belastingontwijking en delokalisatie: hoewel er al jaren geleden werd voorgesteld om de belasting te heffen op de vestigingsplaats van het bedrijf, doet de Commissie alsof ze daar niet van op de hoogte is. Allerlei in hoge mate gecentraliseerde en beveiligde systemen om de vestigingsplaats op te sporen (zoals CLS Bank, Target, enz.) maken het mogelijk om op een efficiënte en eenvoudige wijze belasting te heffen, ongeacht of die transactie nu plaats vindt in Londen, Hongkong of de Bermuda’s.

– Ongelijke verdeling van de inkomsten: aangezien de handel in financiële waarden sterk gecentraliseerd is op slechts enkele plaatsen, zou de verdeling van de belastinginkomsten inderdaad bijzonder ongelijk zijn als ze worden toegekend aan de plaatsen waar de transacties plaats vinden. Als de heffing echter gebeurt op de vestigingsplaats, wordt het mogelijk om van elke transactie de oorspronkelijke nationaliteit te achterhalen.  

– Toegenomen kosten voor de reële economie omdat de FTT geen onderscheid kan maken tussen ‘schadelijke’ en ‘nuttige’ transacties. Het is net één van de sterke punten van de FTT dat het vooral de frequente transacties belast, omdat die vooral van speculatieve aard zijn, terwijl de impact van een dergelijke taks op zuivere handelstransacties, die dus te maken hebben met reële economische activiteiten, verwaarloosbaar is.

De economische argumenten van de Commissie en van het ontwerpdocument geven blijk van een ideologische blokkering. De Commissie heeft nog steeds niet begrepen dat we na de financiële krach niet zomaar voort kunnen bouwen op het gangbare beleid.

De tijd speelt in het voordeel van de financiële sector

Voor wat de verdere procedure betreft, beweren ze bij de Commissie dat ze voortgaan met de mogelijkheden te onderzoeken van de FTT op het niveau van de G20 en dat ze van plan zijn te ijveren voor “een overeenkomst met de meest relevante internationale partners”.

De Commissie belooft ons voor de zomer van 2011 een alles omvattende evaluatie van de impact, met voorstellen voor mogelijke politieke maatregelen. Hetzelfde geldt voor de FAT, waarrond op technisch niveau voort zal worden gewerkt om te zien hoe dat allemaal in de praktijk zal worden gebracht. 

Laten we de FTT toch maar op de agenda houden

Toch blijkt uit de houding van de EU-Commissie dat ze gevoelig is voor politieke druk. Ondanks haar negatieve houding ten aanzien van de FTT, heeft ze haar algemene benadering inzake een belasting op de financiële sector gewijzigd. Ze erkent dat de financiële sector te laag belast wordt.

Ze heeft wel degelijk oog voor de noodzaak om nieuwe financiële bronnen aan te boren om tot een versteviging van de belastingbasis te komen voor het gaaf houden van sociale uitgaven, voor de financiering van maatregelen tegen de klimaatwijziging, of voor bijkomende middelen voor ontwikkelingshulp.

De High Level Advisory Group on Climate Change Financing (de topgroep inzake financiering van maatregelen tegen de klimaatverandering) heeft onlangs zijn steun toegezegd aan de FTT.

En op de recente VN-top over de Millenniumdoelstellingen in New York werd het werk over de belasting op financiële transacties voor het eerst uitdrukkelijk vermeld. De druk ten voordele van een FTT groeit. De civiele maatschappij moet volharden in haar campagne voor FTT. Meer bepaald moet ze erop aandringen dat FTT op Europees niveau, of toch zeker binnen de eurozone wordt ingevoerd.

[1] http://ec.europa.eu/taxation_customs/res/documents/taxation/com_2010_0649_en.pdf

[2] In tegenstelling tot de FTT heft de FAT geen belasting op financiële transacties, maar wel op bedrijfswinsten en vergoedingen voor managers. Het werkt dus zoals een inkomstenbelasting.

[3] http://ec.europa

Toelichting bij de taks op financiële transacties (FTT)

Hoe gaat dat, wat houdt zulke taks in?

De taks op financiële transacties is een omzetbelasting voor de financiële markten. Ze moet op deviezen, aandelen en leningen evenals op de handel in afgeleide producten worden toegepast. Op de handel met deze vermogens moet, bij elke transactie een kleine taks, bijvoorbeeld tot 0,5 procent, worden geheven.

De voorstellen voor het heffen van taksen op financiële transacties dateren uit de tijd van John Maynard Keynes (1943) en van James Tobin (1972). De Tobintaks, een heffing op de handel in valuta (taks op transacties van deviezen), was de eerste taks die op de geglobaliseerde financiële markten afgestemd is.

Alle transacties op de beurscentra worden elektronisch geregistreerd. Een eenvoudige implementeerbare software zou de taks automatisch aan de verantwoordelijke financiële directies van het ogenblik overmaken. Het instellen van de taks zou op die manier zo uitzonderlijk gunstig zijn zoals de ervaringen met de taks op beursverrichtingen uit Groot-Brittannië aantonen.

Het vermijden van de taks daarentegen zou zeer ingewikkeld en duur worden omdat de handel op gecentraliseerde afhandelingssystemen aangewezen is. Ook de tot op heden ongecontroleerde handel buiten de beurzen verloopt intussen langs centrale afhandelingssystemen (trade information warehouses).

De EU en de G20 hebben zich de reeds lang vervallen regeling van deze OTC-handel ten doel gesteld en willen die slechts aan de beurs of op de plaats van het verhandelen toelaten. Daarmee zou het ook hier gemakkelijk zijn om deze taks te heffen.

Betalingen bij het verhandelen van goederen, betalingen voor de arbeidsmarkt, overschrijvingen, kortetermijnkredieten onder banken en alle verrichtingen van de centrale banken zouden niet onder deze taksheffing vallen.

Tegenstanders en zij die er voordeel uit halen

De lobby van de financiële industrie verzet zich tegen deze taks. Vele financiële ondernemingen zouden bij de invoering van de taks minder winstgevend worden. Enkele voorbeelden o.a. de zogenaamde zeer winstgevende ‘hoge frequentiehandel’ zou hierdoor massaal worden getroffen. De sterke tegenstand vanwege de financiële sector verwondert dan ook niet.

Doch als we het bekijken vanuit het standpunt van de langetermijnbeleggers dan is die taks ook interessant voor hen die op de financiële markt opereren omdat die taks te grote speculaties beperkt en transacties op lange termijn nauwelijks belast.

De economie zou van de invoering profiteren: de banken zouden zich opnieuw oriënteren op de financiering van investeringen op lange termijn in plaats van zo maar in een casino te gokken.

De invoering van de FTT voorkomt bovendien financiële crises en aanvallen op het muntstelsel en zorgt er alzo voor dat ondernemingen een betere planning kunnen opstellen. Daarenboven gaat de financiële wereld er met een onredelijk hoog aandeel van de totale toegevoegde waarde vandoor. Ook deze wanverhouding zou door een FTT gecorrigeerd worden.

Vanuit het standpunt van een politiek rechtvaardige verdeling is de FTT een pluspunt. Ze treft een kleine groep vermogenden die het zich kunnen veroorloven hun kapitaal in speculatieve ondernemingen te steken. Kleine spaarders worden nauwelijks door de taks getroffen.

Per slot van rekening profiteren alle burgers van deze taks. Ze moeten immers minder vrezen voor een algemene belastingverhoging.

Het kapitaal wordt gehaald waar het in overvloed voorhanden is. Enerzijds zou aan de nationale zowel als aan de internationale parlementen meer handelingsbevoegdheid worden gegeven, anderzijds zouden de nationale en internationale organisaties hierdoor de wereldproblemen zoals honger, watervoorzieningen e.a. beter kunnen aanpakken. Bovendien is de taks een stap in de goede richting om meer democratische controle over de financiële markten te krijgen.

Hoeveel zou de taks opbrengen?

De voorstellen gaan tot een belastingvoet van 0,5 procent. Dat is tevens het bedrag van de omzettaks op de Londense beurs. Maar zelfs een taks van maar 0,05 procent zou wereldwijd, zo schat het Weense WIFO-instituut, ongeveer 500 miljard euro per jaar opbrengen. Bij deze berekening is rekening gehouden met een zekere terugloop van de financiële transacties ten gevolge van het invoeren van de taks.

230 miljard euro zou het voor Europa worden en 220 miljard euro voor de VS. Natuurlijk is het voor de juiste berekening van het herstel bijzonder moeilijk, maar in ieder geval is de impact van de taks enorm.

De financiële markten hebben in de hele wereld grote schade aangericht. Omdat de taks, als die internationaal wordt ingevoerd, vooral als die een half dozijn financiële centra in de wereld zou overrompelen, de VS, Groot-Brittannië, Japan, Zwitserland, Duitsland, Frankrijk en Singapore het ergst zou treffen.

In ieder geval zou het maar billijk zijn een aanzienlijk deel van de inkomsten in een fonds te storten om daardoor de schade in andere landen te vergoeden. Een deel van dit geld moet voor de strijd tegen de globale opwarming en voor het uitschakelen van de honger en de armoede in de wereld voorbehouden worden.
 
Eric Goeman, Rudy De Meyer en Xavier Declercq

Eric Goeman is woordvoerder van Attac Vlaanderen, Rudy De Meyer is hoofd van de Beleidsdienst van 11.11.11, de koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging en Xavier Declercq is directeur Noordprogramma bij Oxfam-Solidariteit.

take down
the paywall
steun ons nu!