Foto: Leen Hoogmartens
Interview - Wim Peumans

‘Leopold II met een afrokapsel’

maandag 22 juni 2020 15:23
Spread the love

 

De Black Lives Matter-protesten gingen de voorbije weken de hele wereld rond. Standbeelden van koloniale machthebbers en veroveraars vielen letterlijk van hun piëdestal: van Boston over Bristol tot België. Er is sprake dat de koloniale geschiedenis zestig jaar na de Congolese onafhankelijkheid eindelijk wordt opgenomen in de eindtermen van het Belgisch middelbaar onderwijs. Brengen de protesten in alle segmenten van de samenleving verandering? De kunstwereld en creatieve industrie blijven bijvoorbeeld een overwegend wit en vaak elitair bastion, al nemen binnen de steden jongeren met een migratieachtergrond het voortouw in kunstcreatie. Hoe is het om als persoon van kleur actief te zijn in zo’n omgeving?

“Ik had nog nooit eerder van grafisch ontwerpen gehoord. Ik heb verschillende studierichtingen geprobeerd. Marketing, communicatie. Maar ik was altijd bezig met dingen vorm te geven, met esthetiek. Op een dag zei iemand me: ‘Rachel, is dat niets voor jou, grafisch ontwerp?'”

De 26-jarige grafisch designer Rachel Hansoul is afkomstig uit het Belgisch-Limburgse Sint-Truiden. Ze werkt voor een communicatiebureau en in haar vrije tijd zet ze haar grafisch talent in voor initiatieven zoals Black History Month Belgium en het Bacongo Limburg Project. “Tijdens mijn opleiding was ik, samen met een jongen van Algerijnse afkomst, de enige persoon met een migratieachtergrond. Mijn vader is Belg, mijn moeder Congolese. De rest van de klas, de docenten: iedereen was wit. Voor mijn afstudeerproject wou ik het hebben over mijn achtergrond: die duale identiteit van zwart en wit en de complexiteit die dat met zich meebrengt als je opgroeit.”

Foto: Leen Hoogmartens

Als grafisch designer ging Rachel daarbij op zoek naar een visueel opvallend aspect van haar identiteit. “Zo kwam ik al snel uit bij mijn haardracht en hoe dat doorheen mijn leven ge-evolueerd is. Rond het afrokapsel is zoveel te vertellen, ook vanuit een historisch perspectief.”

In haar eigen leven kon Rachel verschillende fasen onderscheiden in de relatie tot haar kapsel. “Rond mijn zevende wou ik ineens mijn haar laten ontkrullen. Ik wou graag op de andere meisjes uit mijn klas of zelfs mijn barbiepoppen lijken. Stuk voor stuk hadden ze lang, sluik haar: waarom had ik dat niet?”

Rachel groeit op in een overwegend witte omgeving: haar opvoeding omschrijft ze als hoofdzakelijk Westers. “Lange tijd was ik me zelfs niet bewust van mijn zwarte afkomst. Mijn mama kookte wel Congolese gerechten voor ons. Mijn oma praatte Lingala en Tshiluba tegen ons. Bij mijn vormsel zat ze als enige gekleed in een waxprintjurk en na afloop van de ceremonie deed ze als uiting van haar vreugde zo’n luide keelroep. Toen schaamde ik me dood. Nu zou ik gewoon lekker met haar meedoen.”

Tot haar twintigste staat Rachel niet stil bij haar kapsel. Tot ze een online community uit de Verenigde Staten ontdekt: De Natural Hair Movement. “Zo kwam ik in contact met manieren om je haar natuurlijk te laten groeien. Want bij haarontkrulling komen veel chemische producten kijken. Op een bepaald moment besloot ik de ‘big chop’ te doen, zoals dat heet. Ik heb mijn ontkrulde haren afgeknipt en liet een afrokapsel staan. Ik vond mijn nieuwe look leuk en mijn natuurlijke haren gaven mij voor het eerst een echt zelfverzekerd gevoel.”

Dit hele zelfontplooiingsproces probeerde ze visueel uit te drukken in haar masterthesis, waarvoor ze later de Hasseltse Stadsprijs en de Wanatoe Prijs 2019 zal ontvangen, een onderscheiding voor het beste afstudeerproject uit de Belgisch-Limbursge kunstscholen. “De geschiedenis van de afro is nauw verbonden met die van kolonialisme en neokolonialisme. Dat heeft me wakker gemaakt. De Canvas-serie over Kinderen van de Kolonie heeft me ontzettend geraakt.”

Het project raakt haar zo diep dat Rachel tijdens een tussentijdse presentatie voor haar klasgenoten in tranen uitbarst. “Ik was boos om wat gebeurd is. Waarom weet ik niets van de koloniale geschiedenis? Waarom leerden we hier niet over op school?” De samenwerking met haar docenten aan de kunstacademie verloopt soms moeizaam. “Ze stonden natuurlijk open voor mijn ideeën, maar niemand van hen was erg vertrouwd met de koloniale geschiedenis, met thema’s zoals racisme en discriminatie. Dat maakte het proces moeilijk. Veel wat ik uitlegde, snapten ze vaak niet. Zelfs tot bij mijn laatste presentatie begrepen ze nog steeds niet helemaal wat ik wilde communiceren.”

Haar boodschap visueel vertalen vond Rachel zelf ook niet makkelijk. “Toen ik opgroeide, was ik me er niet van bewust dat ik met racisme geconfronteerd werd. Voor mijn broers ligt dat anders: als mannen worden ze regelmatig uitgescholden voor het n-woord of ‘vuile zwarte’. Ik vond het moeilijk om een standpunt in te nemen. Ik leerde eigenlijk pas laat over die hele geschiedenis, waardoor ik het gevoel had dat ik niet oprecht was.”

Humor blijkt een goede manier te zijn om haar ervaringen in beeld om te zetten én om een gesprek aan te gaan. “Als mensen nu tegen me zeggen: ‘Je Nederlands is erg goed’, dan zeg ik: ‘Het jouwe ook’. In mijn afstudeerproject probeerde ik met een speelse en humoristische esthetiek te werken. Zo maakte ik een illustratie van Leopold II met een afrokapsel. Dat liet ik op T-shirts printen en daar was een enorme interesse voor. Dat vond ik opmerkelijk. En het is fijn dat zo’n boodschap uitgedragen wordt door een divers publiek.”

Diezelfde Leopold II staat de laatste weken weer in de schijnwerpers. Zelfs in The New York Times werden hele bladzijden besteed aan een van de bloedigste episodes uit de wereldgeschiedenis. Sommige Belgische politici roepen het Koningshuis op om officieel excuses aan te bieden voor de Congolese genocide. “Over het weghalen van de standbeelden van Leopold II heb ik een dubbel gevoel en ik probeer ook altijd beide kanten van het verhaal te zien. De standbeelden stammen uit een andere tijd. Ze maken, net als gebouwen uit de koloniale tijd, deel uit van onze geschiedenis. Maar gewoon een bordje met duiding erbij zetten, werkt niet. Het lijkt me sterker om al deze beelden in een museum onder te brengen.”

Wat er ook van zij, het signaal dat nu door de protesten gegeven wordt, kan volgens Rachel niet meer genegeerd worden. “Ik kan niet zeggen dat ik het gevoel heb dat ik me meer moet bewijzen als persoon van kleur. Het is gewoon een moeilijke sector, ook voor al mijn voormalig medestudenten. Doorheen mijn studies ben ik me wel veel bewuster geworden van mijn kleur. En in Limburg val ik natuurlijk nog meer op dan bijvoorbeeld in Brussel. Daar kraait geen haan naar je achtergrond. Met mijn mama kan ik nu ook meer praten over zulke thema’s én we spreken meer dan vroeger in het Lingala tegen elkaar. Hoewel ik binnen de Westerse cultuur ben opgevoed, blijf ik een grote verbinding voelen met Congo. Ik verwerk mijn roots in wat ik ontwerp, in hoe ik me kleed. Mijn afkomst komt eigenlijk het meest naar buiten in mijn creativiteit. Ik kan me beter uitdrukken met beelden en kunst dan met woorden.”

 

Rachel Hansoul: https://www.behance.net/rachelhansoul  |  https://www.instagram.com/rachelhansoul/

Dit artikel is eerder gepubliceerd op het platform Zuiderlucht.eu

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!