In november 2009 voerde Reporters Sans Frontières nog actie in Parijs voor de vrijlating van Taoufik Ben Brik (foto: RSF)
Nieuws, Wereld, Afrika, Politiek, Cultuur, Persvrijheid, Mensenrechten, Tmd, Amnesty International, Nicolas Sarkozy, Presidentsverkiezingen, Reporters Sans Frontières, Franse Ambassade, Tunesië, Ben Ali, Taoufik Ben Brik, RCD, Internationale Liga voor Mensenrechten -

Journalist en schrijver Taoufik Ben Brik presidentskandidaat Tunesië

Vrijdag 21 januari maakte de Tunesische schrijver en journalist Taoufik Ben Brik (50) bekend dat hij zich kandidaat stelt bij de komende presidentsverkiezingen in zijn land. In tegenstelling tot vele tegenstanders van de gevluchte president Ben Ali, heeft Ben Brik altijd geweigerd het land te verlaten. Hij belandde meermaals in de gevangenis vanwege zijn openhartige geschriften. Een portret.

donderdag 27 januari 2011 13:30
Spread the love

Terwijl nog vrijwel elke dag manifestaties plaatsvinden in Tunis tégen de overgangsregering van premier Mohammed Ghannouchi, beginnen oppositiefiguren zich te profileren als kandidaten voor de presidentsverkiezingen die vroeg of laat moeten worden gehouden.

Maar aangezien écht oppositievoeren in Tunesië tot voor kort zo goed als onmogelijk was, tenzij binnen de enge krijtlijnen van de door het regime toegestane oppositiepartij, bevinden de meest uitgesproken tegenstanders van Ben Ali zich vooral in ballingschap in het buitenland. Dat is met name het geval voor de leiders van de communistische partij en de radicaal-islamisten.

Bevolking is RCD meer dan beu

De bevolking wil duidelijk niet meer weten van politici die te nauwe banden hebben met de RCD, de almachtige partij van de gevluchte president en zijn echtgenote. Zowel Mohamed Ghannouchi, Foued Mebazaa als Abdallah Kallal, die de overgangsregering controleren, zijn politici met al een lange staat van dienst binnen de RCD. De partij die al van in de tijd van Habib Bourguiba, de historische voorganger van Ben Ali, die Tunesië in 1956 naar de onafhankelijkheid leidde, het land bestuurt.

Velen proberen de ‘Jasmijnrevolutie’ nu te recupereren of voor hun eigen kar te spannen. Schrijver en journalist Taoufik Ben Brik kan je daar echter moeilijk van beschuldigen. Weingen in Tunesië hebben zich zo duidelijk geprofileerd tegen het regime-Ben Ali en er de gevolgen van gedragen. Ook in een tijd toen het regime nog onwankelbaar leek en volop internationale steun genoot, ook van de Franse regering, die toch graag bij officiële gelegenheden uitpakt met de verdediging van de persvrijheid.

Kandidaat bij de presidentsverkiezingen

“Natuurlijk ben ik kandidaat bij de presidentsverkiezingen”, verklaarde Ben Brik vrijdag aan een correspondent van het Franse persbureau AFP. “Ik heb altijd openlijk de dictatuur van Ben Ali bestreden, dat kan je niet van alle opposanten zeggen. Ik zal trots zijn de eerste president te worden van een écht onafhankelijk en revolutionair Tunesië”.

Taoufik Ben Brik is daarmee officieel de tweede kandidaat. Eerder had ook Moncef Marzouki, die al jarenlang in ballingschap in Frankrijk woont, aangekondigd een gooi naar het presidentschap te zullen doen.

Ben Brik werd op 9 november 1960 geboren in Jérissa, een mijnstadje in het noordwesten van het land. Hij was een van de zes kinderen van de stichter van de eerste mijnwerkersvakbond uit de tijd van het Franse protectoraat. Jurist van opleiding begon de jonge Ben Brik in de jaren tachtig zijn professionele carrière bij de lokale pers alvorens te worden ontslagen bij de Franstalige regeringskrant La Presse.

Satire en ironie tegen corruptie en nepotisme

Door zijn onafhankelijke opstelling en zijn openlijk kritische geschriften kwam hij voortdurend in botsing met het regime en de censuur. Hij publiceerde dan maar in het buitenland, vooral in Franse kranten en tijdschriften. Als geen ander wist hij met satire en ironie de draak te steken met de corruptie en het nepotisme van hooggeplaatsten binnen de RCD en vooral met president Ben Ali zelf, die hij systematisch ‘Ben Avi‘ (samentrekking van Ben Ali à Vie, president-voor-het-leven) noemde.

In de Tunesische pers werd hij echter compleet doodgezwegen, tenzij om heel negatief over hem te berichten als een ‘landverrader’ of een ‘booswicht’. Al in april 2000 was hij in hongerstaking gegaan om te protesteren tegen de pesterijen en de schending van de mensenrechten in zijn land.

Pas na 42 dagen hongerstaking en na aandringen van de toenmalige Franse president Jacques Chirac gaf het regime van Ben Ali hem een paspoort zodat hij naar het buitenland kon vertrekken voor een medische behandeling. Zodra die erop zat, keerde hij onmiddellijk naar Tunis terug om zijn dissident schrijversschap weer op te nemen. Hij zou nog geregeld in aanvaring komen met de Tunesische overheid.

Hij werd pas op 27 april 2010 vrijgelaten uit de gevangenis van Siliana na een gevangenisstraf van zes maanden. Die veroordeling kwam er na een bizar proces dat – volgens zijn advocaat William Bourdon – duidelijk politiek geïnspireerd was en alleen bedoeld om hem het zwijgen op te leggen.

Op 29 oktober 2009 werd de schrijver door de politie van Tunis gearresteerd omdat hij bij een aanrijding een vrouwelijke chauffeur zou hebben uitgescholden en seksueel lastig gevallen. Volgens wat Amnesty International daarover publiceerde, was het ‘ongeval’ bewust uitgelokt door een undercover agente van de Tunesische geheime dienst.

In de gevangenis was hij nog tien dagen in hongerstaking gegaan tegen de totale willekeur waarvan hij het slachtoffer was. Zelfs zijn vrouw bleef wekenlang in het ongewisse over het lot van haar man. Zijn gezondheidstoestand ging zienderogen achteruit. Alleen na aanhoudende druk van mensenrechtenorganisaties wereldwijd werd hij eind april vrijgelaten.

Op 3 mei 2010 was hij eregast in Parijs op de internationale Dag van de Persvrijheid. De Tunesische autoriteiten bleven echter benadrukken dat de zaak tegen Ben Brik absoluut niets te maken had met persvrijheid, “maar een gewone criminele zaak was”.

Goede relaties tussen Parijs en Tunis verstoord

Een verklaring die niemand geloofde, tenzij misschien de Franse regering, die duidelijk verveeld zat met de zaak-Brik, die de goede relaties tussen Parijs en Tunis zou kunnen bederven … Tijdens zijn staatsbezoek van 2008 aan Tunesië had de Franse president Nicolas Sarkozy zijn ambtgenoot Ben Ali nog gefeliciteerd met “des progrès de l’espace des libertés publiques”.

De onvoorstelbare stuntelige reactie van Frankrijk op de recente gebeurtenissen in Tunesië hebben Sarkozy al in een lastig parket gebracht. Maandagavond lag hij en zijn minister van Buitenlandse Zaken, Michèle Alliot-Marie, in de Assemblée Nationale in Parijs onder vuur van de oppositie en kon hij niet anders dan mea-culpa slaan. “Wij hebben de wanhoop en de drang naar vijheid van het Tunesische volk onderschat”, zei hij. Dinsdag werd de Franse ambassadeur in Tunis, een vertrouweling van Sarkozy, ontslagen wegens ‘communicatiefouten’.

Ben Brik zal er waarschijnlijk eens goed om kunnen lachen. Toen Amnesty International en RSF in oktober 2009 fors protesteerden tegen zijn veroordeling en opsluiting, liet de woordvoerder van het Quay d’Orsay het bij een voorzichtig protest: “Wij betreuren deze beslissing en herinneren dat we gehecht zijn aan de persvrijheid in Tunesië, zoals in de rest van de wereld”.

Organisaties als Reporters Sans Frontières (RSF), die opkomt voor de rechten van vervolgde journalisten, de Internationale Liga voor Mensenrechten en Amnesty International hadden al meermaals campagnes gevoerd om de vrijlating van Ben Brik af te dwingen. Jean-François Julliard, algemeen-secretaris van RSF, verklaarde in mei 2010 dat “alleen een schrijver-journalist en dichter als Ben Brik de moed kan opbrengen om mentaal niet te breken, ondanks alle pogingen daartoe van een uiterst machtig tegenstander, de president van de Tunesische republiek”.

Ondanks alle pesterijen, weigerde hij te vertrekken

“Toen ze me zegden dat ik niet meer over mensen mocht schrijven, schreef ik over dieren”, aldus Ben Brik vorig jaar in de Franse katholieke krant ‘La Croix‘. Toen mocht hij ook niet meer over de dieren schrijven. “Ik schreef over de natuur. Als men mij ook dat verbood, schreef ik over de man die me verbood te schrijven.” Die man deed er daarom alles aan om de lastige schrijver het land uit te pesten, maar dat weigerde hij.

In 2009 publiceerde Ben Brik bij een Algierse uitgeverij een schitterend boek met de veelzeggende titel ‘Je ne partirai pas’, een onconventionele reisgids door Tunis, en een loflied op het Tunesië zoals het bestond voor Ben Ali in 1987 aan de macht kwam en begon aan wat de schrijver een ‘oorlog tegen de taal’ noemt: “Mutiler l’organe le plus précieux des Tunisois, la langue”.

Eerder publiceerde Taoufik Ben Brik al ‘Une si douce dictature. Chroniques tunisiennes 1991-2000′ en ‘Et maintenant, tu vas m’entendre’, boeken die meteen verboden werden in Tunesië wegens hun al te openlijke kritiek op het regime.

Vrijheid van het woord belangrijker

Ondanks zijn indrukwekkende staat van dienst is de naam van de schrijver en opposant in Tunesië bij brede langen van de bevolking weinig bekend, precies als gevolg van de overheidscensuur. Dat kan hem nog parten spelen bij de campagne voor de presidentsverkiezingen. De meeste van zijn boeken en uiterst kritische artikels werden in Frankrijk, België of Zwitserland gepubliceerd en meestal meteen verboden in Tunesië.

Sommigen van zijn buitenlandse vrienden hebben hem wel eens verweten niet genoeg gedaan te hebben om de uiterst verdeelde oppositie rond zijn figuur te verenigen. Maar Ben Brik heeft zich hiertegen altijd afgezet, omdat hij zijn ‘vrijheid van het woord’ belangrijker vond dan politieke actie. Met de oproer van het volk in de Jasmijnrevolutie is de context natuurlijk helemaal veranderd. Hij verklaarde vorige week hierover: “Velen proberen nu de revolutie te verraden of voor eigen gebruik aan te wenden, maar ik heb het volste vertrouwen in de straat. La rue, je n’ai jamais douté d’elle“.

Enkele boekpublicaties van Taoufik Ben Brik:

– Et maintenant, tu vas m’entendre, uitg. Aloès/Exils Éditeur, Tunis/Parijs, 2000 (ISBN 2912969204)
– Le rire de la baleine, uitg. Le Seuil, Parijs, 2000 (ISBN 2020475332)
– Une si douce dictature. Chroniques tunisiennes 1991-2000, uitg. La Découverte, Parijs, 2001 (ISBN 2707133248)
– Chronique du mouchard, uitg. La Découverte, Parijs, 2001 (ISBN 2707135860)
– Ben Brik Fi El Kasr, uitg. Dar El Kaws, Tunis, 2001
– Ben Brik président suivi de Ben Avi la momie, uitg. Exils Éditeur, Parijs, 2003 (ISBN 2912969409)
– The Plagieur, uitg. Exils Éditeur, Parijs, 2004 (ISBN 2912969514)

Recente artikels van Ben Brik over de Jasmijnrevolutie en de gevolgen:

– Tunisie: la révolution confisquée par le triumvirat
– Des Tunisiens réclament le départ de Mohammed Ghannouchi
– Quelles sont les possibilités d’un scénario à la tunisienne pour l’Algérie?

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!