De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Gebied onder bewind van Islamitische Staat

Islamitische Staat: een verhaal van hoop voor de Syrische bevolking?

zondag 15 februari 2015 21:34
Spread the love

Aan alle naïeve zielen die de terreurmaatregelen in ons land toejuichen; denk twee keer na voor je met een Westerse bloedvinger naar Islamitische Staat wijst, want de pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet. Een radicale groepering ontpopt zich niet van vandaag op morgen; er zijn twintig jaar overheen gegaan. Syrië is de draagmoeder van onmenselijkheid geworden. Gruweldaden zijn schering en inslag. Maar wie terreur zaait, mag verwachten terreur te oogsten. Laat dat nu net de vicieuze cirkel zijn waaraan we niet makkelijk meer zullen ontkomen.

Sykes-Picot

Het begon allemaal in 1916, bij de ondertekening van het Engels-Franse verdrag Sykes-Picot. Hierbij werd het Midden Oosten tussen deze landen herverdeeld. Grenzen werden aangegeven en nieuwe naties ontstonden. Er werd echter geen rekening gehouden met de culturele verschillen binnen bevolkingsgroepen; wel met grondstoffen en winstbejag. Een fout waarvan we vandaag nog steeds de rotte vruchten plukken. Israël werd met behulp van Rotschild in Palestina geïmplementeerd, Irak kende ongeziene volksopstanden die de Britten met mosterdgas beantwoordden en Syrië was hetzelfde lot beschoren onder het juk van de Fransen. Europese marionetten zwaaiden de plak aan de Perzische Golf. De bevolking was machteloos. Sjiieten, soennieten en alawieten leefden opeens binnen dezelfde grenzen, met alle consequenties van dien.

Irak

Irak, 1990. De soennitische dictator Saddam Hoessein zwaait de plak in het sjiitische Irak en eigent zichzelf buurland Koeweit toe. Een jaar later grijpen de Verenigde Staten in om Koeweit te bevrijden. Saddam vlucht terug naar Irak en kan de sjiitische meerderheid (60%) in het land ongestoord verder onderdrukken. De Amerikanen keren terug als helden, terwijl de Iraakse bevolking als een geslagen hond achterblijft. Een selecte groep mensen radicaliseert hierdoor en wordt anti-Amerikaans.

Op 11 september 2001 worden vier vliegtuigen gekaapt en delven het Pentagon en de WTC-torens  het onderspit. De VS vallen Irak binnen en openen de strijd tegen terrorisme. Saddam moet hier onder andere aan geloven. In 2003 wordt hij opgepakt en berecht door de Iraakse interim-regering. Drie jaar later krijgt hij de galg. De sjiitische bevolking juicht, terwijl de soennitische huivert. De vrees dat zij vanaf nu onderdrukt zullen worden is reëel. Later blijkt die angst ook terecht. Onder het juk van de Amerikanen wordt de Ba’ath-partij van Hussein opgedoekt, terwijl aan lidmaatschap een resem voordelen en rechten verbonden zijn voor de soennitische minderheid in het land. Dankzij de ontbinding van het leger verliezen duizenden soennieten hun job. Tegelijkertijd raakt bekend dat de Amerikanen foltertechnieken toepassen op soennieten in Abu Graibh. Al die zaken vormden de voedingsbodem van het extremisme in Irak. 

Denigrerende berichtgeving werd dagelijkse kost, autobommen ontploften in Bagdad om de Amerikanen te treffen. Er vielen echter meer burgerdoden, waardoor de lokale bevolking de Westerse aanwezigheid begon te hekelen en smeekte om haar vertrek. De VS konden geen gezichtsverlies leiden in hun strijd tegen terreur, waardoor ze zich genoodzaakt zagen langer te blijven; tegen de wil van de Irakezen. Aanslagen stapelden zich in ijltempo op. Meer mensen kregen een afkeer en sloten zich aan bij radicale groeperingen. Bush wees met de vinger naar Al-Qaida, maar die organisatie situeert zich in Afghanistan. Het ging om een nieuw netwerk, opgericht ten gevolge van de Amerikaanse bezetting: de Islamitische Staat van Irak (ISI), geleid door Abu Mus’ab Al-Zarqawi. Hij had een verbond gesloten met de soennitische minderheid in het land om hun rechten te waarborgen.

De heropbouw van Irak verloopt moeizaam. In 2004 wordt de Joods-Amerikaanse Nick Berg door Al-Zarqawi onthoofd. Hulpverleners durven daardoor het land niet meer in, waardoor de bevolking geen beroep meer kan doen op de Amerikanen. Om een einde te maken aan de terreur en burgeroorlog-in-wording, ondernemen de VS een poging om minder radicale soennieten los te weken van de extremistische groepering. In 2005 start de Sahwa; een militair offensief van soennieten -financieel ondersteund door Bush- om het geweld te laten ophouden. De vorderingen zijn fenomenaal. Het geweld neemt af, Irak wordt heropgebouwd en in 2011 trekt Obama zijn troepen terug.

De Arabische Lente in Syrië

In 2011 trekken verschillende demonstranten zich op democratische wijze los van de dictatuur waarbinnen ze opgroeiden. Tunesië leidt; Egypte, Jemen en Libië volgen. De VN grijpt in om dat laatste land de vrijheid te geven die het vraagt en vermoordt leider Al-Kadhafi. Ook het soennitische Syrië komt in opstand, maar Bashar Al-Assad grijpt hard in. Hij vermoordt honderden opstandelingen en verantwoordt dat door te claimen dat Al-Qaida achter deze opstanden schuilgaat. Obama zegt niet in te grijpen tot er chemische wapens gebruikt worden. Dat geldt als voorwaarde om de vetostem van Rusland binnen de NAVO op te heffen. De Syrische bevolking voelt zich daardoor in de steek gelaten. In Libië kon een tussenkomst van het Westen wel, terwijl de Syrische bevolking kan stikken. Als alternatief richten ze het Vrije Syrische Leger op, bestaande uit gewone vaders en zonen die een einde willen maken aan de gruwel van Assad. Het Westen weigert hen te financieren, waardoor ze als primitieven ten strijde trekken tegen een goed georganiseerd leger: de Shabiha. Assad is een alawiet -een godsdienstige minderheid in Syrië. Hij kent geen genade voor personen met andere geloofsovertuigingen. 

Ondertussen is Abu Akr Al-Baghdadi de nieuwe leider van de Islamitische Staat in Irak. Al-Zarqawi werd immers in 2006 ten val gebracht. De groepering focust zich voornamelijk op het leed van de Syrische bevolking en wil bijstaan waar de Amerikanen dat niet kunnen. Al-Baghdadi gaat een verbond aan met Jabhat Al-Nusra, een radicale groepering die zich inzet voor de bevolking van de Sham -een gebied dat onder andere Syrië omgrenst-, doopt ISI om tot ISIS (Islamitische Staat van Irak en Syrië -ook de Islamitische Staat van Irak en de Levant (ISIL) genoemd) en passeert met zijn leger aan Iraakse veteranen de Syrische grens om te strijden tegen Assad. ISIS blijkt veel sterker dan het Vrije Syrische Leger en behaalt de ene overwinning na de andere, tot groot jolijt van de bevolking. Ook uit het buitenland komen individuen helpen om een einde te maken aan Assads burgerslachting. De Verenigde Staten doen ISIS echter af als een terroristische organisatie, terwijl de Syrische bevolking alle hoop vestigt op diens successen. Het idee ontstaat dat Amerika geen hulp wil bieden en partij kiest voor Assad. De afkeer groeit en steeds meer mensen sluiten zich aan bij de extremistische organisatie. Niet uit overtuiging, wel uit hoop. 

Binnen ISIS is er echter verscheuring. De radicale groepering Jabhat Al-Nusra is het oneens met Al-Baghdadi’s gewelddadige werkwijze ten aanzien van gematigde moslims die een minder strenge geloofsovertuiging hebben. Zij weigeren de bevolking te manipuleren en willen enkel Assad zien verdwijnen. Al Qaida kan zich op haar beurt niet vinden in de idee een staat op te richten, omdat het de groepering kwetsbaar maakt. Het gevolg is een reeks conflicten, waardoor Jabhat Al-Nusra en Al Qaida zich tegen ISIS keren. Toch weet de organisatie zich staande te houden door steun van rijke individuen in Saoedi-Arabië en de gestage stroom binnen- en buitenlanders die de groepering komen versterken. Daarnaast versplintert ook het Vrije Syrische Leger. Hooggeplaatsten vechten enkel nog voor hun eigen belangen en dwingen de bevolking tot een burgeroorlog. Syrië groeit uit tot een land waarin iedereen elkaar wantrouwt.

Chemische aanval van Assad

In augustus 2013 gebruikt Assad chemische wapens op de rebellen. Duizenden Syriërs verlaten hun huizen en vluchten naar buurland Turkije. Toch hebben ze hier jaren op gewacht. Nu moeten de Verenigde Staten ingrijpen om Assad te doen hangen. De keuze voor een diplomatieke oplossing strooit echter roet in het eten; als de chemische wapens vernietigd worden, blijft een militaire interventie uit. Punt. Einde verhaal. Alweer moet het volk in de zure appel van de Westerse belofte bijten, waardoor ISIS opnieuw kan groeien. Zij blijven immers de sterkste oppositiegroepering tegen Assad. 

In 2014 begint ISIS aan een ongeziene expansie in Irak. De tweede grootste sjiitische stad -Mosul- valt in handen van de soennitisch-radicale organisatie, met alle wreedheden tot gevolg. De jihadi’s trekken naar het noorden van Irak om de jezidi’s uit te moorden en een Amerikaans consulaat aan te vallen. Daardoor worden de Verenigde Staten gedwongen om militair in te grijpen en de jezidi’s -door ISIS op een berg gedreven en omsingeld- op vraag van de Iraakse regering te bevrijden. Hiervoor volgt financiële steun voor de Koerden in Noord-Irak, die de Islamitische Staat in Irak en Syrië koste wat kost willen vernietigen. Daarnaast zal alles wat ze heroveren nadien onder Koerdistan erkend worden. Een strategie die vergelijkbaar is met de Sahwa in Irak. De Syrische bevolking is er sindsdien van overtuigd dat de VS Assads kant kiezen, omdat Obama toestemming geeft de enige oppositiegroepering die tegen het regime standhoudt aan te vallen. Op dat eigenste moment roept de sjiitische Iraakse ayatollah Ali Al-Sistani zijn geloofsverwanten op de wapens op te nemen tegen ISIS, maar dit mondt uit in een burgeroorlog tussen sjiieten en soennieten.

Ook de stad Kobane -waar overwegend Koerden wonen- moet geloven aan de brutaliteit van ISIS. Vele Koerden vluchten naar Turkije, maar daar zijn ze alles behalve gewild. Het buurland kijkt vanop de zijlijn toe hoe de bevolking afgeslacht wordt om vervolgens -wanneer Kobane in handen van ISIS is- de stad te heroveren door financiële steun te bieden aan -jawel- Koerdische strijders.

Amerikaanse luchtaanvallen

Omdat ISIS een kalifaat wil stichten dat het volledige Midden-Oosten, Noord-Afrika, het Iberisch Schiereiland, Turkije en de Balkan omvat, verandert ze haar naam in Islamitische Staat (IS). Die naam duidt op het grensoverschrijdend karakter van de organisatie. In augustus en september worden de journalisten Steven Sotloff en James Foley op gruwelijke wijze onthoofd. De berichtgevingen hebben de grote massa bereikt, waardoor het Westen zelf actie moet ondernemen in plaats van uitsluitend financiële steun te bieden aan rebellengroepen. Er komt een coalitie van tientallen landen -waaronder ook heel wat Arabische landen- om IS terug te dringen. De missie krijgt de naam Operation Inherent Resolve en resulteert voor een ongeziene luchtmacht gestationeerd in Jordanië. Ook de Belgische F-16’s bevinden zich daar. Onze alliantie zorgt voor nog meer haat bij de Syrische bevolking, die steeds opnieuw moet kiezen tussen de pest en de cholera. 

Sindsdien vallen er gestaag luchtbommen op het grondgebied van IS. Als gevolg zijn er nog meer onthoofdingen van de lokale bevolking in Syrië én aanslagen in het Westen waaronder de schietpartij in het gebouw van Charlie Hebdo. Onze acties helpen niemand. De VS zetten deze keer geen grondtroepen in, maar vallen wel de verkeerde aan. Dit is niet wat de Syriërs ons gevraagd hebben; dit is niet wat we horen te doen. Het is het begin van een vicieuze cirkel van haat en veralgemening. De volgende keer wijst u dus best even naar het Westen, in plaats van steeds het ongekende als zondebok aan te duiden. Want u noch ik hebben zoveel leed meegemaakt als de Syrische bevolking. En u noch ik werken aan een oplossing voor het conflict. Maar onze regeringen lopen over van schuld als het aankomt op onnodig bloedvergieten; voornamelijk in het Oosten. Wat we gecreëerd hebben is een Syrië waarin soennieten, sjiieten en alawieten elkaar afschieten, verschillende milities in complete chaos tegen elkaar vechten, Koerden onderdrukt worden en een radicale groepering -gevormd in Irak- de enige hoop is voor een volledig verscheurde bevolking. Als we Assad tijdig hadden afgezet, kon dit allemaal vermeden worden en was er geen sprake van de Islamitische Staat. Het terrorisme begon eigenlijk pas toen de Verenigde Staten de war on terror openden. Vandaag komt boontje om zijn loontje.

Westerse propagandakanalen spelen erg graag ongenuanceerd in op de angst die IS verspreidt. Laat dat nu net zijn wat ze willen. Daarnaast nemen bepaalde burgemeesters ondoordachte maatregelen. We mogen immers niet vergeten dat een deel van de Belgische Syriëstrijders hoofdzakelijk naar het Oosten trok om de lokale bevolking te helpen. Niet om haatdragende leuzes over het Westen te verspreiden. Deze mensen hun nationaliteit afnemen zorgt enkel voor meer marginalisering, criminalisering en radicalisering. Door iedereen over dezelfde kam te scheren zonder nuance toe te voegen doen we hetzelfde als IS. Alleen met een botter mes. Daarnaast bieden we hen ook niet de mogelijkheid om terug te keren, ook al kunnen ze zich bijvoorbeeld niet vinden in de slachtingen op andersdenkenden. Voor zij die het niet eens zijn met de handelswijze van IS, is geen uitweg. 

Zo creëer je twee kampen die lijnrecht tegenover elkaar staan. Wat wij zeggen: „Ga naar het Oosten, kijk niet om, radicaliseer en laat ons drijven op onze sluier van angst. Want als het je niet bevalt of je bent gechoqueerd door diens gruweldaden, ben je niet meer welkom.”

take down
the paywall
steun ons nu!