Ze argumenteren dat het publiek juist luide muziek wenst en dat het euforisch effect dat daardoor teweeg gebracht wordt door de beperking verloren zal gaan.
‘Luisterplezier’ noemen ze het. Dat het onherstelbare gehoorschade toebrengt en de achttienjarigen van vandaag tot een hoorapparaat veroordeelt op hun vijfendertigste laat hen blijkbaar koud.
De nieuwe overeenkomst tussen de minister en de muzieksector is er dan toch gekomen, mits enkele toegevingen. Het niveau van 100 dB wordt de regel, maar de meting ervan zal gebeuren op basis van een periode van één uur, waar die oorspronkelijk slechts 15 minuten bedroeg. Zo kunnen pieken en dalen beter opgevangen worden.
Dit kan nog steeds leiden tot aanzienlijke periodes waar de 100 dB ruim kan worden overschreden en de gevaren dus blijven. Bovendien treedt de regel pas volgend jaar in werking.