Foto: Karina Brys
Opinie -

Hoezo de economie redden? Voor veel winkels wordt het nog moeilijker dan tijdens de lockdown

Op 11 mei gaan alle winkels weer open. Onder voorbehoud want het coronavirus is in ons land nog altijd te weinig onder controle. Premier Wilmès benadrukte dat ze deze keer “iedereen dezelfde kans op succes wou gunnen”. Klinkt goed, alleen zal dat in de praktijk niet zo lopen. Als we niet goed opletten, dreigen onze binnensteden en dorpen er binnenkort totaal anders uit te zien.

dinsdag 28 april 2020 14:49
Spread the love

 

Na twee maanden gedwongen sluiting van alle niet-voedingswinkels dringt de sector er hard op aan om zo snel mogelijk opnieuw te kunnen opstarten. Dat is begrijpelijk, maar tegelijk getuigt het van een onderschatting van de situatie.

Begrijpelijk want sectororganisaties horen natuurlijk ook de alarmerende signalen. Volgens ondernemersorganisatie NSZ vreest één op zes zelfstandigen een faillissement. De helft van de KMO’s kampt met liquiditeitsproblemen. Ze hebben momenteel niet genoeg middelen om de lopende kosten zoals huur te betalen.

Snel opstarten lijkt dan de meest evidente oplossing. Alleen dreigt dat de problemen nog nijpender te maken. Voorspellen is moeilijk, maar er kan wel vergeleken worden met andere landen waar winkels openbleven of waar ze al eerder opnieuw geopend werden.

Niet rendabel

In de Duitse stad Bensheim opende Kaufhaus Ernst Ganz vorige week de deuren. De verkoop was in die eerste week maar een derde van normaal. In Nederland waar de winkels mochten openblijven hoor je gelijkaardige cijfers. Dat was precies ook de reden waarom een grote keten als H&M drie kwart van haar winkels sloot in Nederland. Er waren gewoon niet genoeg klanten om ze rendabel open te houden.

Daar zijn verschillende redenen voor. Winkeliers wijzen in verschillende media op de angst van shoppers. Ze blijven liever veilig thuis en doen alleen de hoogst noodzakelijke inkopen. Bovendien is winkelen minder aangenaam. Een winkel binnen en buitenlopen wordt moeilijker aangezien er slechts een beperkt aantal klanten binnen mag. Er zullen dus wachtrijen zijn.

Winkeliers die met beide voeten op de grond gezet willen worden, kunnen ook eens kijken naar de recente cijfers over consumentenvertrouwen. De Nationale Bank draaide niet rond de pot in haar recentste rapport: “De vooruitzichten van de consumenten ten aanzien van de algemene economische situatie en de werkloosheid in België zijn ingestort. Het gaat om de grootste ooit opgetekende daling voor die beide componenten en om het laagste ooit bereikte peil voor de economische vooruitzichten.”

De ondervraagde consumenten hebben daar een heel rationele reden voor. Maar liefst één op drie leed een aanzienlijk inkomensverlies. In 13 procent van de gezinnen daalde het inkomen met meer dan 30 procent. In een onderzoek van de socialistische vakbond ABVV kwamen gelijkaardige cijfers naar boven. Bij 4 op de 10 ondervraagden klonk het dat hun financiële toestand moeilijk tot zeer moeilijk was. Mochten mensen al zin hebben om te shoppen, ze hebben er gewoon de middelen niet voor.

Erger dan de lockdown

Daarnaast zijn er gewoon hele stukken van de consumptie die verstoord worden door de ‘fysical distancing’. Hoeveel pralines worden er verkocht als je niemand mag bezoeken? Hoeveel kampeergerei als er niet naar festivals gegaan wordt? Hoeveel feestelijke kledij als er geen uitgaansmogelijkheden zijn en alle familiefeesten voor lange tijd on hold staan?

Bij een winkeliersvereniging in Berlijn zien ze na één week opening de bui al hangen. In de Financial Time zegt voorzitter Nils Busch-Petersen: “We staan aan het begin van een lange, magere periode die wel eens erger zou kunnen zijn dan de lockdown. Toen winkels gesloten moesten blijven, kregen ze tenminste overheidssteun. Nu staan ze er alleen voor.”

Ondernemingen in Vlaanderen die verplicht de deuren moesten sluiten, kregen tot en met 5 april 4.000 euro om de kosten te dekken. Vanaf 6 april tot 11 mei krijgen ze 160 euro per verplichte sluitingsdag. Als die inkomstenbron wegvalt, staan winkels er helemaal alleen voor. Ze moeten dan extra geld ophoesten voor investeringen om hun winkels veilig te maken (maskers, handgel, plexiglas, extra poetsbeurten, …) en kijken aan tegen een lagere omzet.

Het probleem is dat deze coronacrisis geen bloeiende sector raakt die tegen een stootje kan. Sinds 2009 gingen er in Vlaanderen en Brussel al 9.703 winkels op de fles. Dat betekende een daling van het aantal winkels met 15 procent. In alle centrumsteden kregen de winkelstraten zelfs nog hardere klappen. Daar zijn er dalingen met meer dan 20 procent. De vele panden met ‘te huur’ zijn er de stille getuigen van. In Vlaanderen en Brussel staat nu 10 procent van de handelspanden leeg.

Enkele grote multinationale ketens kunnen zo’n crisis wel uitzweten. Nu wat verlies lijden, betekent straks misschien meer winst als de concurrentie ondertussen is uitgeschakeld. Al dreigen er ook enkele van die bekende merken te verdwijnen. Zowel bij Mediamarkt als bij Hema en Inno vielen er de voorbije weken alarmerende geluiden over een dreigend faillissement te horen.

Meer miljardair

Andere reuzen zullen net van die situatie kunnen profiteren. Amazon zag in het eerste kwartaal de omzet met 22 procent stijgen. Het aandeel schoot daardoor met 30 procent omhoog, waardoor het persoonlijke fortuin van oprichter Jeff Bezos de afgelopen pandemiemaanden steeg met 24 miljard dollar … Ondertussen laat hij zijn werknemers in onveilige omstandigheden werken en zet hij werkne(e)m(st)ers die daartegen protesteren aan de deur.

Ook in ons land proberen sommige winkelketens er dan maar de kantjes vanaf te lopen. ACV Puls meldde gisteren dat ze verschillende signalen kregen over winkels die personeel, dat officieel tijdelijk werkloos is, inzetten als vrijwilliger om de winkels klaar te stomen voor de grote heropening op 11 mei. Op kosten van de belastingbetaler dus en bovendien onveilig voor de betrokken werknemers. “Als een werknemer onbezoldigd gaat werken, is hij of zij niet verzekerd, wat het gewoonweg gevaarlijk maakt.”

Na de wat knullige persconferentie van vorige vrijdag over de nakende versoepeling van de lockdown, klonk het bij een deelnemer van de vergadering van de Nationale Veiligheidsraad: “De economie is belangrijker, dus barbecues zijn voor later.”

Dat de herlancering van bedrijven primeert op de heropstart van het sociale leven is duidelijk. Dat dit echt een goede manier is om ‘de economie’ te redden is veel minder zeker. Door onvoldoende oog te hebben voor de inkomens en door veel kleine winkels aan hun lot over te laten maken de verschillende regeringen wel degelijk een bepaalde keuze. En die keuze zal bepalen hoe winkelstraten en stadscentra er de komende jaren gaan uitzien.

Dan is het nog wachten op de heropening van cafés en restaurants. In Italië wordt geschat dat 50.000 horecazaken definitief de deuren zullen moeten sluiten. Ook in ons land zullen verschillende eigenaars al wel eens de berekening gemaakt hebben hoeveel er van hun omzet overblijft als er plexiglas tussen de tafels staat en anderhalve meter afstand moet zijn tussen de klanten.

Mochten onze regeringen echt voor ‘dé economie’ kiezen, zouden ze daar misschien eens kunnen over nadenken.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!