illustratie door Kathy De Wit
Opinie, Nieuws, Samenleving, België, Feminisme - Saskia De Coster

Het onuitspreekbare woord

Vroeg of laat bots je op het onuitspreekbare woord. "Ben jij het of ben je het niet", vragen vrouwen elkaar dan, "een feministe?"

zondag 10 maart 2013 10:49
Spread the love

Het feminisme is na meer dan honderd jaren strijd al vele malen uitgekleed, blootgelegd, geridiculiseerd. Ook al is de term feminisme met vele invullingen beladen, grof geschetst is het feminisme de beweging die zich verzet tegen de schijnbaar onuitroeibare ongelijkheid tussen mannen en vrouwen.

Er bestaat geen andere beweging die bijvoorbeeld consequent blijft herhalen dat het niet normaal is dat voor iedere euro die mannen verdienen, vrouwen maar 75 cent ontvangen.

De beste manier om de sfeer instant te bederven, is het woord feminisme in een publieke plaats laten vallen. Je ziet een paar mensen met hun ogen rollen, enkelen maken zich uit de voeten en anderen wetten de messen. Mannen en vrouwen, zonder onderscheid.

We zijn het hele feminismedebat allemaal wel wat beu, die aloude discussie met enorme misverstanden en torenhoge clichés over onderdanige naïeve trutten en neanderthalerventen aan de ene kant en over okselhaar, zwangere mannen en nazi-bazinnen op het werk aan de andere kant.

Bij iedere discussie moet je eerst dat mijnenveld ontruimen vooraleer je uitgeput een normaal gesprek kan beginnen voeren.

Of houd je als vrouw beter je mond wanneer het over feminisme gaat? Als holebivrouw out je jezelf beter niet als feministe wil je niet voor helleveeg en mannenhaatster versleten worden. De perceptie bestaat nog altijd dat je geaardheid een keuze is die expliciet gericht is tegen het mannendom, en sterker nog, dat het een statement is tegen die macho’s om hen op agressieve wijze duidelijk te maken: wij hebben jullie niet nodig, voor niets.

Het is trouwens ook een van de redenen waarom zuiver patriarchale instellingen als de katholieke kerk op hun achterste poten gaan staan wanneer er sprake is van het homohuwelijk en al helemaal van kinderen bij holebi’s.

Bij mensen die het feminisme niet genegen zijn, merk je een sterke onderstroom van angst voor verandering, angst voor een subversieve omverwerping van de structuren die nu al zo lang meegaan en waarvan mensen dus proefondervindelijk kunnen getuigen dat ze toch niet zo slecht werken. Iedereen heeft zijn plaats en zijn taak in het huidige bestel. Het kan toch maar zo gemakkelijk zijn.

Ieder voorstel voor verbetering van de huidige situatie wordt door behoudsgezinden als een aanval gezien op het stokoude systeem. Maar de cijfers liegen niet: wetenschappers aan de universiteit van Denver (VS) berekenden dat het tegen dit tempo nog tot 2085 zal duren vooraleer er evenveel vrouwen als mannen in topfuncties zullen zijn. Met andere woorden: als er niet dringend iets verandert, zullen wij het niet meer meemaken.

Uit een recent onderzoek van Plan International bleek bovendien dat vrouwen veel harder de economische crisis voelen. In Griekenland behoren vrouwen in alle leeftijdscategorieën tot de armsten. Bij jonge Griekse vrouwen bedraagt de werkloosheid 60,4 procent oftewel 20 procent meer dan bij mannen.

Vele mannen voelen zich door dergelijke vaststellingen in het defensief gedrongen. Ze komen dan zo verontwaardigd uit de hoek dat vele vrouwen zich plots genoodzaakt zien de doorgaans welmenende mannen te verdedigen en zich dus te distantiëren van het hele feminismeverhaal dat dan als agressief wordt ervaren.

Het lijkt haast een collectief Stockholmsyndroom: na al die eeuwen onderdrukking zijn vele vrouwen zelf de ongelijkheid (en ik heb het nu over een puur economische wanverhouding) beginnen omarmen. Wat vroeger werkte, moet nu ook nog werken. Het is dezelfde redenering als bompa die oorvijgen mag uitdelen omdat hij er zelf ook zijn deel van gehad heeft en hij is toch ook groot geworden.

Het hele knelpunt in het verhaal van het feminisme is dat mannen en vrouwen als antagonisten in hetzelfde verhaal gezien worden. Veel vrouwen hebben het gevoel dat ze een keuze moeten maken: of feministe zijn en dus de mannen/hun man aanvallen en verraden, of gewoon blijven meedraaien en er de kleine onrechtvaardigheidjes bijnemen.

Er is al vaker op gewezen dat feminisme evengoed een mannenzaak is. De enige manier waarop het feminisme volgens mij echt werkbaar en haalbaar wordt, is wanneer mannen zich gaan outen als feministen, gaan wijzen op ongelijkheden en ervoor ijveren om die recht te trekken. Zodat zij ook meer ademruimte krijgen en hun rol vrijer kunnen invullen.

Er zijn al veel mannen die grotere feministen zijn dan sommige vrouwen. Zij hebben het breekijzer in handen om de patstelling van het feminisme te doorbreken.

Saskia De Coster

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!