We voeren massa’s varkensvlees uit, rundsvlees is er ook al te veel, we exporteren melk en peren naar China. We zijn blijkbaar een enorm landbouwland. Strategisch is het interessant om voor je voedsel niet afhankelijk te zijn van andere landen. De zelfvoorziening is echter een fabeltje.
Als morgen de grenzen sluiten kunnen we nog snel al onze varkens slachten, want binnen de kortste keren zouden ze elkaar moeten opeten bij gebrek aan eten. Op dezelfde manier als onze autofabrieken assemblagebedrijven zijn, zijn ook de Belgische landbouwbedrijven voor een groot stuk assemblagebedrijven. Varkensbedrijven maken van voeder en energie uit het buitenland varkensvlees. Is daar iets mis mee? Op zich is er niets mis mee om producten te verwerken tot ze een meerwaarde krijgen, maar er zijn wel wat randvoorwaarden. We hebben het hier over voedsel, een basisproduct! Het varkensvoer krijgt wel een bitter smaakje als blijkt dat we daarmee ganse landen leegroven, als onze varkens beter gevoed blijken te zijn dan de mensen in de landen waar het voeder vandaan komt.
Met mijn bedrijf heb ik bewust gekozen om niet mee te doen aan deze carrousel. Mijn runderen eten 100% Belgisch en zelf 100% van eigen bedrijf. Het lijkt moeilijk, maar met een doordacht bedrijfssysteem lukt het vrij eenvoudig.
Jos