Guatemala tussen aarzelende democratisering en harde repressie

Guatemala tussen aarzelende democratisering en harde repressie

Gerechtelijke strijd tegen de genocidaire junta-generaals van Guatemala van de jaren 1980 en tegen de maffiosi van nu is geen sinecure. Internationale druk laat zich echter alsmaar meer gelden, politiek en financieel, onder meer door steun aan de Internationale Commissie tegen de Straffeloosheid.

maandag 7 november 2016 20:21
Spread the love

De Internationale Commissie tegen de Straffeloosheid In Guatemala (CICIG – Comisión Internacional contra la Impunidad en Guatemala) werkt sinds 2006  mee aan de hervorming van het justitieapparaat van Guatemala bij. Dat apparaat was immers een corupt instrument in handen van de oligarchie. De Commissie werd opgericht na een vredesverdrag met de VN. De Amerikaanse minister voor het antidrugsbeleid  gaf 1 miljoen dollar om de technische capaciteiten van de CICIG te versterken.  

Ook op andere vlakken zijn hervormingen nodig. Het is stilaan een mantra geworden: “Dringende hervormingen van de verkiezingswetgeving zijn noodzakelijk”.  Het kwam er echter nooit van. Nu blijkt men eindelijk toch schoon schip te willen maken met de illegale financiering van de verkiezingen.

Die praktijk bond immers politieke partijen en presidentskandidaten, parlement en gemeentebesturen aan misdadige individuen en corrupte organisaties. Het politiek bedrijf werd zo gegijzeld en kwam onder de voogdij van de georganiseerde misdaad en netwerken, die onder elkaar pacten afsloten.

 Misdadige pacten

Thelma Aldana, hoofd van het Openbaar Ministerie,  waarschuwde dat “geen enkel pact voor straffeloosheid de grondwettelijke hervormingen aan het Justitieapparaat mag dwarsbomen, nu die op de agenda van het parlement staan”.  Ze verklaarde dat de nagestreefde hervormingen het resultaat zijn van het ontwaken van de bevolking na het ontdekken van de corruptieschandalen in 2015.

“Guatemala heeft nood aan diepgaande veranderingen. Indien dit niet gebeurt met grondwettelijke hervormingen, zal alles gewoon doorgaan. Daarom vragen we aan de bevolking dat ze haar steun aan het Congres (het parlement) laat horen om te voorkomen dat er een crimineel pact voor straffeloosheid ontstaat,’ zei Aldana verder.

Volgens haar komen deze pacten tot stand in de structuren van de georganiseerde misdaad, drugshandelaars, huurmoordenaars en criminele bendes. “Zij hebben het geld en de toegang tot de staat”, onderlijnde ze haar betoog. “Deze criminele structuren ondertekenen geen afspraken, maar vormen integendeel pacten om straffeloosheid te creëren en gerechtelijke processen te vertragen”, zei ze nog. Zij riep de volksvertegenwoordigers op geen wijzigingen aan de voorgestelde grondwetshervormingen aan te brengen, tenzij om ze te verbeteren.



Een ontruiming door de Policia Nacional Civil (PNC) (CUC)

Talrijke vrouwenbewegingen en andere organisaties van de koepel Convergentie voor de Mensenrechten spraken zich reeds uit tegen deze scheefgegroeide situatie. Volgens hen is de samenleving het grondig moe nog langer de corruptie van de meerderheid van de politieke organismen aan te zien. Die proberen de klok terug te draaien naar praktijken uit het verleden, toen volksvertegenwoordigers en directies in hun dienst stonden. 

“Vanuit het parlement wordt de corruptie verspreid naar de lokale ontwikkelingsraden en de gemeenten”, waarschuwen deze organisaties. Tenslotte roepen ze de parlementsleden op zich te engageren voor de maatschappij en niet met de corruptie mee te heulen.

Machtsstrijd voor bezit van het land

 Gaat het enigszins de goede kant op met de nationale aanpak van de corruptie, in het binnenland daarentegen gaan de conflicten van oudsher gewoon door.  Daar wordt nog steeds bikkelhard opgetreden om laokel gemeenschappen van hun landbouwgronden te verdrijven ten bate van grootgrondbezitters en grote landbouwbedrijven.

Arme families worden systematisch collectief verjaagd met de hulp van de ordetroepen van hetzelfde Openbaar Ministerie dat in de hoofdstad de strijd aanbindt tegen de georganiseerde misdaad.  Zo werden recent weer drie gemeenschappen in de oostelijke gemeente El Estor op eis van grote landeigenaars verdreven.

Ondertussen hebben 769 families die in 2010 in dezelfde streek eveneens gewelddadig verdreven werden nog altijd geen schadevergoeding gekregen van de overheid, ondanks de richtlijnen van de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Mensenrechten van de Organisatie van Amerikaanse Staten, die de klachten van Guatemalteekse burgers over deze praktijken onderzocht heeft.

De lokale gemeenschap Esperanza Tunico werd reeds eerder aangepakt. Daarvoor werden tussen 3000 en 4000 politieagenten en militairen ingezet, ondersteund door helikopters. Een driehonderdtal bewoners blokkeerden een brug, vierhonderd anderen kwamen uit de omringende gemeenschappen om hen bij te staan. De anti-oproerpolitie dreef de menigte met traangas uiteen.

Vijf jaar reeds onderhandelen de lokale bewoners reeds met de overheidsdienst voor Agrarische Aangelegenheden, het Fonds voor Grondeigendom, het gemeentebestuur en het eigendomskadaster om een vreedzame oplossing te vinden. Tevergeefs. Het historisch pijnpunt van het land, de grondproblematiek, is nog steeds brandend actueel.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!