Het 14 januari-front is het platform van oppositiebewegingen die begin dit jaar in opstand kwamen tegen president Ben Ali.

“Ik ben er vier dagen geweest en heb Tunis en Kasserine bezocht, een stad van 300.000 inwoners met, zoals in de rest van het land, veel jongeren.”

“Er waait echt een nieuwe wind door Tunesië, een golf van democratie. Mensen organiseren zichzelf, er is beweging.”

Op de vraag of de jongeren ginds, met wie het revolutionaire proces in de Arabische wereld eigenlijk begonnen is, ook de situatie in Egypte opvolgen, antwoordt Peter Mertens bevestigend.

“Er wordt veel gekeken naar Al-Arabya, de Arabische televesiezender en ze zijn heel trots op het proces dat zij in gang hebben gestoken. De jongeren hopen dat Moebarak ook opstapt maar ze laten ook weten dat zij in Tunesië doorgaan, los van wat er in Egypte gebeurt.”

Mertens meent dat er drie belangrijke stappen nodig zijn om de revolutie te doen slagen in Tunesië:

“Het 14 februari-front eist dat de regering ontbonden wordt en er een nieuwe, grondwetgevende regering wordt gevormd, verkozen uit afgevaardigden van de wijkcomités, de vakbonden en de advocatuur. De partij van Ali en de politieke politie moeten ontbonden worden”

“De volkscomités zijn opgericht door de bevolking om zich te beschermen tegen de politie, maar ook tegen de criminelen die losgelaten zijn uit gevangenissen en soms ook betaald zijn geweest om herrie te schoppen. Net zoals in Egypte gebruikte de Tunesische regering al de trucs uit het handboek van de contrarevolutie. Het eerste wat de nieuwe regering deed was de wijkcomités ontbinden, omdat ze kracht ervan vreesden.”

Het belang van een grondwetgevende regering is groot, want nu wordt er gewerkt volgens de grondwet van de dictatuur van Ben Ali. Volgens die grondwet is alles wat de – tot voor kort verboden- oppositiepartijen en vakbonden doen illegaal.

“De tweede stap is dan het organiseren van legitieme verkiezingen waar de oppositiepartijen kunnen aan deelnemen. Dat is een grote eis van het 14 januari-front.”

“De laatste stap is dan een sociaal-economisch opwikkelingsproces op gang brengen. Vooral in het binnenland is er een grote vraag naar een hervorming. Daar wonen veel werkeloze jongeren en arbeiders. Onder Ben Ali zijn veel van de natuurlijke rijkdommen door het corrupte regime naar de VS en Frankrijk doorgesluisd. De revolutie is immers gestart met een sociale basis en moet met een sociale basis verdergaan.”