De principes van bio-energetica. Zeven kruiden staan centraal in de therapie na de diagnose. Ze wisselen naar gelang de streek met zijn eigen diversiteit aan planten en kruiden. Dieet, acupunctuur en massage kunnen ingezet worden (foto: ABRASP)
Nieuws, Milieu, Samenleving, Gezondheidszorg, Brazilië, Soja, Pesticiden, Agrobusiness, Vleesconsumptie, Homeopathie, Farmaceutische industrie, Kruiden, Volksgeneeskunde, Bio-energetica, Bio-Saúde, Padre Renato Roque Barth, Áton Ínoue, Yoshiaki Omura, Urinetherapie, TV Globo -

Gezondheid in eigen handen

'Que a saúde se difunda sobre a terra' ('Dat de gezondheid zich verspreidt over de aarde') (cf. Ecclesiasticus 38,8). Op vele plekken prijkt deze slogan. Het is de campagne van 'Broederlijkheid 2012' (te vergelijken met Broederlijk Delen in Vlaanderen): dit jaar 'voor een openbare gezondheidszorg'.

woensdag 2 mei 2012 15:40
Spread the love

Ook de week van de inheemse volkeren staat in dit teken, met oog voor hun holistische visie op gezondheid. De slogan spreekt voor zich: ‘Terra livre, águas puras, florestas sagradas: fonte de saúde‘ (‘Vrije grond, proper water, heilige wouden: bron van gezondheid’).

Volksgeneeskunde in opmars

Dat gezondheidszorg in Brazilië een hot item is, blijkt uit de alomtegenwoordige apotheken. Je vindt ze op bijna elke hoek van de straat. Tegelijkertijd herontdekken veel mensen, al dan niet georganiseerd in bewegingen, traditionele vormen van geneeskunde. Vooral de eeuwenoude wijsheden van medicinale planten komen opnieuw tot hun recht, al doet de farmaceutische lobby al het mogelijke om deze soevereiniteit van het volk te ontvreemden. Ook homeopathie, zowel voor planten, dieren als mensen, is algemeen verspreid. Meer dan in Europa.

De energie die ons doet leven: bio-energetica

In Cuiabá, de hoofdstad van Mato Grosso, leer ik toch wel een heel aparte vorm van gezondheidszorg kennen, de ‘bio-energetica‘. Padre Renato Roque Barth, een jezuïet, bracht het in 1994 van Nicaragua mee naar Brazilië. Hij ontvangt me in het centrum van Biosaúde (1) en doet zijn verhaal. Ik kan er natuurlijk maar een fractie van weergeven.

In de jaren negentig, de tijd van de frisse Sandinistische regering, ging hij in Nicaragua werken. Een confrater van hem, Fernando Cardenal, was daar toen minister van Onderwijs. Renato werkte er met boerencoöperaties, maar wat zijn leven en werk vooral veranderde, was de kennismaking met de bio-energetica.

Hij kwam het op het spoor via de Japanner Áton Ínoue. Áton gaf in Nicaragua de eerste cursus ter wereld, op het niveau van het gewone volk. Het was een andere Japanner, Yoshiaki Omura, die van 1976 tot 1978 in New York de ‘Bi-digital O-Ring-Test‘ uitwerkte. De eigenaardige naam verwijst naar de wat bevreemdende manier van werken: met een koperen staaf worden tal van plekken op het lichaam afgegaan.

Tegelijkertijd worden twee vingers als in een O tegen elkaar gehouden. Bij het opengaan van de O kan degene die de test bij iemand doet, detecteren welke organen ziek zijn. De energie die maakt dat een mens al dan niet gezond leeft, is hierbij cruciaal.

Drie zaken in deze diagnosetactiek zijn fundamenteel: ontdekken welke organen ziek zijn; te weten komen welke ziektes deze organen aantasten; de wijsheid van het zieke lichaam, dat weet welke planten het nodig heeft voor de thee dat de zieke van binnenuit zal genezen en dat zijn verdediging aanbrengt.

Klei, kruiden, dieet

Klei wordt veel gebruikt, om allerlei ziektes te genezen. Zeven kruiden staan centraal in de therapie na de diagnose. Ze wisselen naar gelang de streek met zijn eigen diversiteit aan planten en kruiden. Dieet, acupunctuur en massage kunnen ingezet worden. Het proces wordt wel best niet vermengd met homeopathie. Meestal duurt een therapie 15 dagen, maar het proces kan worden herhaald. Er worden heel goede resultaten genoteerd, zelfs i.v.m. kanker en aids.

Ik ontvang een aantal interessante boekjes, o.a. over de nogal bevreemdende ‘urinetherapie’. Gesteld wordt dat dit een bijzonder antibioticum is. Het klinkt al wat minder vreemd en verwarrend, als je er even bij stilstaat dat we als foetus maandenlang onze eigen urine weer opnamen. De laatste maanden van de zwangerschap zou dat een 500 tot 700 cc per dag zijn. Voor Europese oren, zeker in België, waar de farmaceutische industrie ook veel impact heeft, komt het waanzinnig over. Toch schijnt het voor vele mensen te werken. Zelf ben ik niet meteen kandidaat …

Eén miljoen Brazilianen bereikt

Ik merk hoe de mensen staan aan te schuiven om de diagnose te laten maken. Dat is hier in Cuiabá zo, maar even goed in Curitiba, waar 30 personen per dag aankloppen. In deze hoofdstad van Paraná werken vier equipes mee.

Padre Renato heeft alle tijd om mijn vragen te beantwoorden, want hij moet niet per se de onderzoeken zelf doen. Het is een equipe van vrijwilligers, zoals er in heel Brazilië duizend equipes aan de slag zijn. De vrijwilligers moeten tot associaties op deelstaatniveau aansluiten, om geen misbruiken of kwakzalvers toe te laten. Zo zijn er tien associaties op deelstaatniveau en is er een nationale organisatie. Ze zijn werkzaam in 100 bisdommen, maar ook veel buiten kerkverband.

Cursussen worden gegeven in Bolivia, Uruguay, Paraguay en in Afrikaanse landen; vooral in Mozambique slaat het aan, in samenwerking met het ministerie van Wetenschap en Technologie. De werking kent in de meeste landen geen problemen, maar uitgerekend in Brazilië wel. Dat heeft uiteraard te maken met de macht van de farmaceutische industrie.

Dikwijls hebben dezelfde multinationals ook de pesticiden in handen. Zoals geweten is Brazilië de kampioen in gifconsumptie en dit vanwege de oprukkende agrobusiness. Stilaan wordt voor de bevolking duidelijk dat de soja- en andere bespoten woestijnvlaktes een bron zijn van vele ziektes.

Momenteel loopt er een campagne op internet tegen deze methode, ondersteund door TV-programma’s op TV Globo. De chemische sector voelt zich bedreigd door het ‘neen tegen de chemie in ons lijf’.

Dat de hele aanpak effectief en bedreigend is, blijkt uit de getallen: in Brazilië werden al één miljoen mensen bereikt; op wereldvlak gaat het om drie miljoen mensen. Potentieel zijn er in Brazilië alleen al 40 miljoen ‘therapeuten’, als je bijvoorbeeld een vrouw au sérieux neemt die een buur een aangepaste thee geeft.
Ze zijn nu in 40 landen actief met 40.000 mensen in 20.000 equipes. In deze equipes zijn mensen die de diagnose maken en anderen, die de kruiden in de eigen regio zoeken.

Vlees minderen

Padre Renato biedt me pão de queijo, een kaasbroodje, aan. Volledig gemaakt uit soja. Hij schijnt een heftige tegenstander te zijn van vlees- en visconsumptie, zeker in de context van de productie-omstandigheden in Brazilië. Vis in aquacultuur krijgt de eerste drie dagen mannelijke hormonen om vlugger te groeien. Na drie dagen volgen de vrouwelijke hormonen. Kippen (2) uit de bio-industrie krijgen, naast de nodige antibiotica, vrouwelijke hormonen. Dat kan vooral in prostaatkanker bij mannen resulteren.

Hij pleit om minder vlees te eten: “De Amerikanen eten zeven keer meer vlees dan de Chinezen. Ze hebben ook zeven keer meer kanker dan de Chinezen”. En nog: “Laat ons stoppen met zoveel suiker en vlees te eten. Diabetes is trouwens meer het gevolg van vlees eten dan van suiker, maar suiker is zeker af te raden.”

Volgend jaar hoopt Padre Renato een nieuw boek te laten verschijnen. De beweging beschikt al over 500 nieuwigheden, die de dokters niet kennen. Zo kwam hij in Mozambique op het spoor dat ze met hun therapieën malaria kunnen uitroeien. Bovendien schijnt er een link te zijn tussen malaria en aids. “Ook aids kan langs deze weg aangepakt worden”, stelt Padre Renato. De helft van de aidsgevallen in Afrika is volgens hem eigenlijk malaria.

Luc Vankrunkelsven

Luc Vankrunkelsven is medewerker bij Wervel vzw (Wergroep voor een rechtvaardige en verantwoorde landbouw) en publiceerde zonet een nieuw boek ‘Legal! Optimisme-realiteit-hoop’ (ISBN 9-789081-486828), gebaseerd op zijn reizen en contacten in Brazilië, over de gevaren en uitdagingen van het heersende socio-economisch ontwikkelingsmodel dat steunt op agrobusiness.

Cuiabá, 12 april 2012.

(1) www.biosaudebrasil.org

(2) Volgens een recente studie van Ubabef (União Brasileira de Avicultura) eten Brazilianen gemiddeld 47 kg kippenvlees per jaar.

take down
the paywall
steun ons nu!