Bron: Flickr
Economie, Samenleving, Politiek, België - Lore Vandendriessche

Getuigenis van een starter in het onderwijs

Overvolle klassen. Extreem hoge werklast. Grotere zorgvragen bij leerlingen. Als startende leerkracht in de derde graad secundair onderwijs voel ik het allemaal. Elk jaar verwacht ik dat de werkdruk zal dalen. Ik geef ondertussen mijn derde jaar les en ik blijf verdrinken. Als leerkracht schiet je chronisch handen, tijd en energie tekort. Toch ben ik niet het slachtoffer van deze situatie, dat zijn immers de leerlingen die ik niet voldoende kan ondersteunen, die niet de begeleiding krijgen die ze verdienen.

donderdag 21 maart 2019 17:10
Spread the love

Klassen met 23 leerlingen zijn op onze school geen uitzondering. Dit aantal geeft geen problemen als je uitgaat van een homogene, rustige klas zonder extra zorgnoden, maar die utopie is ver te zoeken in de richtingen waar ik lesgeef.

In élke klas zijn leerlingen met extra zorgnoden talrijk aanwezig. De nodige ondersteuning integreren in de les, dat loopt al vlot. Met een opleiding orthopedagogische wetenschappen heb ik voldoende kennis en handvaten om structurele zorg in te bouwen in mijn aanpak.

Voldoende is dat echter niet. Mijn leerlingen met autisme hebben nood aan studiebegeleiding. Mijn anderstalige ex-OKAN-leerling verdrinkt in de nieuwe leerstof, die haar volledig vreemd is. Leerlingen die totaal gedemotiveerd zijn, leerlingen met extreme faalangst, … ik heb ze allemaal.

En ik probeer. De politieke structuur van België uitleggen aan iemand die nog niet weet wat provincies zijn, daar maak ik na schooltijd meer dan een uur voor vrij. De jongen met autisme volg ik consequent op rond zijn studiemethode, in samenwerking met de ondersteuningsdienst en de ouders. Ik geef extra uitleg, doe de nodige babbeltjes, …  Pauzes worden ingevuld en de tijd tikt weg.

Niet alleen individuele leerlingen stellen grote zorgvragen. Sommige klasgroepen maken lesgeven bijna onmogelijk. Als leerkracht moet je soms bijna vechten om les te mogen geven.

En ik probeer. Ik spreek leerlingen aan op hun gedrag, overleg met collega’s, volg klassenraden, mail of bel met ouders. Sommige dagen ben ik meer met opvoeden dan met lesgeven bezig. Het is het allemaal waard, maar deze manier van werken vraagt heel veel tijd én bakken energie.

Je kan je als leerkracht met een dipje niet stilletjes verstoppen achter je bureaubaantje. Je moet er staan, elke les weer. Omgaan met verbale agressie is een wekelijkse opgave en ook na een confrontatie moet je gewoon verder kunnen met je les.

Ook het niveauverschil tussen leerlingen vraagt veel van een leerkracht. Ouders verwachten dat kindlief extra remediëring krijgt als het niet kan volgen. Ouders verwachten dat kindlief extra uitdaging krijgt als het zich verveelt.

En ik probeer. Ik stel remediëringstaken op, zoek extra materiaal voor wie dat kan gebruiken. Over de zinvolheid hoef ik niet na te denken – uiteraard zou ik dit graag integraal in mijn werking opnemen. Momenteel gaan deze extra inspanningen echter ten koste van mezelf, want in een gewone werkweek krijgt een leerkracht dat niet rond.

Tijd voor zorg, dat hebben we nodig. Het komt niet enkel ons welbevinden ten goede, maar vooral ook de kwaliteit van het onderwijs en de ondersteuning van elke klasgroep en individuele leerling.

Ik blijf een geëngageerde en enthousiaste leerkracht in hart en nieren. Toch kan ik de gedachte dat deze job aan mij vreet, niet altijd onderdrukken. Met regelmatig werkweken van meer dan 50 uren en vakanties die volledig opgaan in werk zit ik aan de limiet van mijn mogelijkheden.

Toch heb ik het gevoel dat ik regelmatig tekortschiet. Toch is wat ik doe – ook al doe ik mijn best – eigenlijk slechts een voorwaarde van goed onderwijs. En dat zou toch ook moeten lukken zonder me elke week uit te putten?

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!