De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Geef Afghaanse jongeren in België bouwstenen voor een nieuw Afghanistan

Geef Afghaanse jongeren in België bouwstenen voor een nieuw Afghanistan

woensdag 3 maart 2010 21:03
Spread the love

Volgens een kort bericht in Metro (2/3/10) meldt de VN dat de odyssee van minderjarige Afghaanse vluchtelingen naar Europa met 64 % is gestegen. De oorlog in Afghanistan blijft ondertussen voortduren. Er wordt amper iets heropgebouwd. Er heerst alleen chaos en sociaaleconomische uitzichtloosheid. Wordt het dan ook niet hoogtijd om alle Afghaanse vluchtelingen in België meer kansen te geven zodat ze later kunnen bijdragen aan de heropbouw van een nieuw Afghanistan? Vooral de Afghaanse jongeren hebben recht op die kansen.

 

Sorry… mijn hoofd beetje kapot

In mijn klassen zitten heel wat minderjarige en jonge vluchtelingen afkomstig uit Afghanistan. Geregeld komen er nieuwe Afghaanse jongeren bij. Sommige verdwijnen met de noorderzon. Met of zonder papieren. Afgelopen week gaf ik in het Nederlands les over de natuur, het klimaat en de cultuur van Afghanistan. Het was een eenvoudige les, met als doelstelling dat de leerlingen van de meest diverse nationaliteiten een beetje meer over elkaar konden leren. Bij de leestekst hoorde een vragenlijst, een multiple choice test. Op een gegeven moment komt Shahada (*) naar me toe. Ze wist niet hoeveel talen er in Afghanistan worden gesproken. Shahada is nochtans een Afghaanse. Ze is echter in Iran geboren, in een vluchtelingenkamp. Ze is nog nooit in Afghanistan geweest. In Iran moesten ze echter niets hebben van Afghaanse vluchtelingen. Ze zijn dan opnieuw gevlucht en op één of andere manier in België terechtgekomen. Soms is ze een beetje kwaad op Allah voor haar spraakgebrek, maar ze doet haar best om het Nederlands te leren. Ze is vooral verdrietig omdat ze haar vader heeft kwijtgespeeld. Daarom is ze ook geregeld ziek. Als ik ze dan tegenkom, zegt ze me dat ze weeral pijn in het hoofd heeft. Nochtans hoort ze nog bij de gelukkigen onder Afghaanse vluchtelingen in België. Zij is zowat de enige die met haar moeder hier zit en ze hebben zopas hun papieren gekregen. Ze hebben nu een klein appartementje en tegenwoordig kom ik ze ’s morgens tegen op de bus richting school om Nederlands te volgen.   

Veel van mijn Afghaanse leerlingen klagen over hoofdpijn. Soms spelen ze er met, maar toch… Ze kunnen moeilijk slapen omdat ze in een zaal met andere moeten slapen. Andere vluchtelingen maken soms laat in de avond veel lawaai. Ze hebben echter vooral veel koppijn omdat de meesten onder hen getraumatiseerd zijn door de oorlog en door alles wat ze hebben moeten ondergaan tijdens hun vlucht naar Europa. Ik krijg geregeld te horen: ‘sorry, leraar hoofd kapot’ of ‘hoofd niet altijd goed werken’. De meesten blijven zwijgzaam over alles wat ze hebben meegemaakt. Maar soms willen ze wel ook eens hun verhaal vertellen aan de leraar. Ze proberen het dan in hun beste Nederlands en Engels uit te leggen, waar tussenin soms een Deens, Duits of Zweeds woord opduikt. Sommige onder hen zwerven in Europa immers van vluchtelingencentrum tot vluchtelingencentrum omdat ze telkens worden afgewezen of iets hebben mispeuterd zoals stelen om te kunnen eten. Er doen ook verhalen de ronde dat sommige van die Afghaanse jongeren tijdens hun vlucht en omzwervingen in Europa zich hebben geprostitueerd om aan geld te geraken. We kunnen ons haast niets voorstellen bij die ellende. Het is altijd opnieuw een schok om hun verhalen te horen. Hamid die onlangs op de bus naast mij kwam zitten, wilde me echt wel uitleggen hoe hij hier was geraakt. Met vier in een container. Alleen hij en nog een andere Afghaan hebben de rit overleefd. Op een dag probeerde Hamid mij ook met vage tekeningen duidelijk te maken dat men in Afghanistan soms nagels in het hoofd van iemand timmert. Dat heb ik pas begrepen nadat ik erover las in het levensverhaal van Malalai Joya, de dapperste vrouw van Afghanistan volgens de BBC.

 

 

Waarom ben ik hier?

Weer andere Afghaanse leerlingen, die net aangekomen zijn, zonderen zich een tijdje af. Ze begrijpen nog niet goed wat hun overkomen is… sommige weten nog niets eens dat ze in België zijn aanbelandt.  Als ze al willen praten, krijg je meestal hetzelfde verhaal te horen: ‘Ik mis mijn familie’ of ‘Ik weet niet waar ze zijn’. Het Rode Kruis probeert mee te zoeken, maar geregeld zonder resultaat. Andere vertellen vrijuit dat hun ouders en andere familieleden zijn vermoordt. Osama liet enkele maanden geleden zijn kapotte rug zien. Omvergereden door de Taliban, zegt hij. Mahmud heeft moeite om de les te volgen. Mahmud hoeft zijn verhaal eigenlijk niet te vertellen. Zijn ogen herbergen een vriendelijke, zachtaardige, maar enorm zwaar getraumatiseerde jongenman. Zo lopen er nog wel Afghanen rond, zoals Mohammed. Hij heeft al overal in Europa gezeten. Hij vraagt zich af waarom hij nog Nederlands moet leren. Hij gelooft niet dat hij nog papieren gaat krijgen. In Engeland heeft hij een beetje Engels geleerd, maar heeft daar geen papieren gekregen. Soms laat hij ook iets los over zijn leven op straat ergens in een stad in Griekenland. Onlangs kreeg ik zijn keffiyah als cadeau. Dan heb je Malik die bij zijn aankomst meteen in een identiteitscrisis terechtkwam. Hij was niet meteen moeder mooiste. Hij vroeg zich af waarom hij hier terechtgekomen was. Als het even niet meezat tijdens de les, begon hij tegen leerlingen en mij te schelden. Maar snel daarna kwam hij zijn excuses aanbieden. Op zijn agenda plakte hij al snel een kaart van Afghanistan en geraakte in de ban van wapens. Soms liet hij mij foto’s van wapens zien en een enkele keer liet hij mij smalend via zijn gsm een opname zien hoe Taliban strijders de kop afsnijden van een vermoord slachtoffer. En dan is er nog Ahmad. Hij ging meedoen met een modeshow van Walter Van Beirendonck. Hij zag zijn nieuw leven in het Westen volledig zitten. Hij was zijn ouders in de oorlog ook verloren. Maar daar leek hij precies niet om te rouwen. Hij wilde liever alles vergeten en pestte zijn Afghaanse broeders nog liever door tijdens de Ramadan voor hun neus te eten. Het was slechts schijn. Een week later, flipt Ahmad door na wat onenigheid over de keuze van muziek in een fitnesscentrum en bewerkt er iemand met een ijzeren staaf.

 

Afghaanse helden en oorlogsmisdadigers

Soms praten we ook wel eens over de problemen in Afghanistan. Wanneer dit ter sprake komt, merk je al gauw dat Afghanistan een duistere plek op aarde is en dat de jongeren – enigszins onbewust – die duistere kant meenemen. Voor de meeste Afghaanse jongeren is Achmed Sjah Massoud, de voormalige leider van de Noordelijke Alliantie een echte held. Sommige kunnen Hamid Karzai, de huidige president van Afghanistan ook waarderen. Iedereen is het er over eens dat Gulbuddin Hekmatyar, de leider van de partij Hezb-e Islami een monster is. Maar tegelijkertijd is iedereen het er ook blijkbaar over eens dat Malalai Yoya alles wat Afghaans is, haat en dat ze eigenlijk niet in Afghanistan woont. Een enkeling zegt dat de Taliban goed is. Iedereen is het er vooral over eens dat het Amerikaans leger meer kapot maakt dan goed maakt. Wanneer de etnische factor in de discussie een rol begint te spelen, draait het uit op een ‘zachtaardig conflict’. De Tadzjieken tegen de Pashtos, de Pashtos tegen de Tadzjieken en de Pashtos en de Tadzjieken tegen de Hazare. Wat ze ook mogen beweren over de Afghaanse problemen; het weegt niet op tegen de vriendelijkheid, openheid en vooral de leergierigheid van al die Afghaanse jongeren.

 

Wij willen leren!

Een nieuwe taal leren is hoe dan ook moeilijk, maar voor de meeste Afghaanse jongeren vraagt dit om extra inspanningen. De meeste onder hen zijn niet lang naar school geweest. Sommigen zijn analfabeet en hebben nog nooit op een school gezeten en hebben er geen flauw idee van hoe ze moeten leren leren. Toch willen alle Afghaanse jongeren in mijn klassen leren. Het is haast onvoorstelbaar om te zien hoe zij er in blijven geloven en zich dag in dag uit, ongeveer 26 uur per week, blijven inspannen om het Nederlands te leren. Natuurlijk wordt dat soms wel wat zwaar, en haken sommige tijdelijk af. Maar ik heb zelden zoveel leergierigheid gezien dan bij mijn Afghaanse leerlingen. De confrontatie met de Belgische levenswijzen en westerse normen en waarden verloopt daarbij weliswaar niet altijd vlekkeloos. En als leerkracht verschiet je dan soms ook van hun conservatieve opvattingen. Maar juist doordat ze zich zo leergierig opstellen, leggen ze een grenzeloze openheid aan de dag. Je kunt het hen bovendien niet verwijten dat ze als kinderen zijn opgegroeid in een land verscheurd door buitenlandse militaire interventies, burgeroorlog en de meeste conservatieve, zo niet mensonwaardige opvattingen met de paplepel kregen ingegoten.

 

Geef hen onmiddellijk papieren!

Na het bekijken van een programma op RTBF over de oorlog in Afghanistan begreep een vijftienjarige Roma niet goed waarom er in Afghanistan Belgische soldaten zitten en hier Afghaanse vluchtelingen, wachtend op regularisatie. De Afghanen begrijpen dat ook niet zo goed. Het Roma meisje, dat zelf samen met haar moeder en zussen al ongeveer 7 jaar wacht op papieren vindt het dan ook meer dan normaal dat de Afghanen onmiddellijk papieren moeten krijgen. Ze heeft gelijk. Het wordt hoogtijd dat Minister van Defensie Pieter De Crem de Belgische troepen onmiddellijk uit Afghanistan terugtrekt. Phillipe Courard, de staatssecretaris voor maatschappelijke integratie dient op zijn beurt zijn verantwoordelijkheid op te nemen om alle Afghaanse vluchtelingen onmiddellijk een vluchtelingenstatuut te geven. Soms probeert men Afghanen terug te sturen omdat in hun streek het leven terug op een vredevolle manier kan worden heropgevat. Het heeft echter geen zin om te onderzoeken of bepaalde streken in Afghanistan voor Afghaanse vluchtelingen al dan niet terug leefbaar zijn. Afghanistan is een verscheurd land en het zal nog jaren duren vooraleer Afghanistan terug kan herademen en bouwen aan een vreedzame toekomst. De Afghaanse jongeren die naar hier vluchten, willen iets van hun leven maken. Liefst zonder bommen, kogels en armoede. Ze moeten daarom ook een kans krijgen om te leren zodat ze later kunnen terugkeren en bijdragen aan de heropbouw van een nieuw Afghanistan. Dat is een lovenswaardige taak, waar wij ook aan kunnen en moeten bijdragen!

 (*) ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer zijn in dit artikel de namen van de afghaanse vluchtelingen allemaal aangepast.

take down
the paywall
steun ons nu!