“Filipijnen moeten geen tweede Haïti worden”
Nieuws, Economie -

“Filipijnen moeten geen tweede Haïti worden”

WASHINGTON — Bijna twee weken na de verwoestende tyfoon Haiyan waarschuwen experts dat de wederopbouw op de Filipijnen transparanter moet zijn dan bij soortgelijke rampen in het verleden. Er moet een langetermijnstrategie worden uitgezet die verder gaat dan noodhulp.

donderdag 21 november 2013 14:15
Spread the love

In de afgelopen dagen hebben experts er bij de internationale gemeenschap op aangedrongen te leren van de fouten die gemaakt zijn na de verwoestende aardbeving in 2010 op Haïti. “Er bestaat een mythe dat hulp in verschillende fasen moet worden gesplitst. Eerst noodhulp, dan wederopbouw”, zegt Jake Johnston, onderzoeker bij het Centre for Economic and Policy Research (CEPR), een denktank in Washington. ¨Maar je moet vanaf het begin werken vanuit een alomvattende visie”, zegt hij.

Johnston heeft de ontwikkelingen op Haïti na de aardbeving nauwgezet gevolgd. Bij die ramp kwamen naar schatting 316.000 mensen om en raakten 300.000 mensen gewond. Bijna 1,5 miljoen mensen raakten ontheemd. Verschillende lessen die geleerd zijn op Haïti, kunnen volgens hem toegepast worden op de Filipijnen.

Lokale bevolking

“Op Haïti zijn de plaatselijke overheid en het maatschappelijk middenveld grotendeels gepasseerd door buitenlandse organisaties”, zegt Johnston. “USAID, de belangrijkste organisatie voor buitenlandse hulp van de Verenigde Staten, heeft bijna 1,3 miljard dollar uitgegeven aan bedrijven en hulporganisaties van Amerikaanse oorsprong. Slechts 1 procent van het geld kwam terecht bij Haïtiaanse organisaties” zegt hij. Johnston benadrukt dat het van belang is de lokale overheid en plaatselijke hulporganisaties te betrekken bij de wederopbouw.

Op de Filipijnen moeten internationale organisaties de regie bij de wederopbouw grotendeels overlaten aan de regering in Manilla, zegt hij. Ook de transparantie en verantwoording kan beter, vergeleken met eerder hulpacties. Daardoor is de kans groter dat hulporganisaties daadwerkelijk effectief zijn in het lenigen van de nood van de plaatselijke bevolking.

“Niet-gouvernementele organisaties en private partijen ontvangen het meeste geld”, schreven Vijava Ramachandran en Owen Barder van het Center for Global Development (CGD) afgelopen week. “Ondanks het feit dat het hier gaat om publiek geld, zijn evaluaties van het geleverde werk, het aantal geredde levens en de gemaakte fouten, zelden openbaar beschikbaar.”

Ze wijzen erop dat gebrek aan transparantie en verantwoording heeft geleid tot groeiende teleurstelling onder de plaatselijke bevolking op Haïti. En wat misschien nog belangrijker is, het gebrek aan transparantie kan ook de efficiëntie van de hulp zelf negatief beïnvloeden.

Communicatie

“Op Haïti communiceerden hulporganisaties slecht met elkaar. Dat heeft geleid tot een situatie waarin verschillende groepen dezelfde dingen deden”, zegt Johnston van CEPR. “Dat is een duidelijk signaal dat er niet genoeg transparantie is over de hulp die geboden wordt.”
Betere communicatie leidt tot effectievere hulp en een betere verantwoording naar donoren toe, zegt hij.

Sommige hulporganisaties op de Filipijnen zeggen dat ze transparantie en communicatie al hoog in het vaandel hebben staan. “We zijn erg transparant over onze financiën. Iedereen kan zien hoe ons geld besteed wordt”, zegt Rachel Sawyer van All Hands Volunteers, een non-profitorganisatie die hulp geeft in rampgebieden. “We communiceren ook constant met andere hulporganisaties. Als we die tegenkomen, werken we samen of we proberen ergens anders hulp te bieden.”

Volgens de experts is het probleem dat de geldstroom na verloop van tijd opdroogt, terwijl wederopbouw een kwestie van jaren is. “De media, donoren en noodhulporganisaties besteden beperkt tijd aan een ramp”, zegt Lori Bertman, voorzitter van de Pennington Family Foundation, een organisatie die giften verstrekt. “Daarmee creëer je geen infrastructuur waarmee toekomstige risico’s beperkt worden. Langetermijndoelen, zoals nieuwe huisvesting, gezondheidszorg en economische levensvatbaarheid, krijgen te weinig aandacht.”

Auteur: Ramy Srour
 

take down
the paywall
steun ons nu!