Opinie -

Erdogans machtsballon: ‘De wens van de natie’

Als het aan de regerende Partij voor Gerechtigheid en Ontwikkeling (AKP) ligt krijgt Turkije binnenkort een aantal nieuwe wetten. Die beloven niet veel goeds.

dinsdag 21 juni 2016 12:59
Spread the love

Volgens een van de wetsvoorstellen zal de oppositie in het parlement beperkt worden bij het indienen van moties tegen de regering en krijgen oppositieleden minder tijd om te debatteren.

Uiteraard staat het een democratie niet goed wanneer de oppositie in haar doen en laten wordt beperkt. Over echte democratie gaat het echter allang niet meer voor de AKP. Een paar jaar geleden had men het nog over ‘geavanceerde democratie’, maar dat gek begrip behoort tot het verleden. De ‘wens van de natie’, daar draait het nu alleen nog om. 

‘Ongrondwettelijk wetsvoorstel’

Volgens een ander wetsvoorstel zullen de Staatsraad en het Hoger Beroepshof door een herstructurering gaan, met als uitgangspunt meer greep daarop door de regering. En uiteraard door president Erdogan.

Dit heeft evenmin iets met democratie te maken. Binnen een democratie staat de scheiding der machten, en dus een onafhankelijke rechtelijke macht, immers voorop. 

De oppositie weet niet waar men het zoeken moet over dit wetsvoorstel en een aantal rechters van hogere gerechtshoven overweegt al ontslag te nemen uit protest tegen wat zij een ‘ongrondwettelijk wetsvoorstel’ noemen. 

Afschaffen parlement

Kemal Kilicdaroglu, de leider van de oppositievoerende Republikeinse Volkspartij, ziet het duister in wanneer wet over de hogere gerechtshoven wordt aangenomen. Hij verbindt er tal van consequenties aan: ‘Als dit een wet wordt zullen er geen media, politieke instanties en volksvertegenwoordigers meer zijn in Turkije.’

‘Geen volksvertegenwoordigers’, dat klinkt nogal overdreven Kemal. Yigit Bulut, de adviseur van de man wiens naam ik hier niet noem, gooide er recentelijk echter iets uit dat aardig deed denken aan wat Kilicdaroglu zei:

‘Er is al een leider in dit land en hij is in de politiek betrokken. Er is geen reden voor anderen om in de politiek betrokken te zijn. Hij doet zowel in binnen- en buitenland betrokken aan politiek. Het is onze taak hem te steunen.’

Toen ik dit las dacht ik echter vooral waarom niet ‘Ein Volk , Ein Reich, Ein Führer’, of Führer befiel, wir folgen dir’? 

Ondertussen lijkt het er aardig op dat Erdogan volgens Bulut inderdaad van plan is om het parlement (nagenoeg) af te schaffen. 

Mensenrechtencommissie

Kilicdaroglu ligt onder vuur. Tijdens een begrafenis van politieagenten die bij een aanslag door de Koerdische PKK omkwamen, kreeg hij een kogel naar het hoofd geworpen, hetgeen hij – niet zo vreemd – als een bedreiging opvatte.

Erdogan gooide olie op het vuur door te stellen dat Kilicdaroglu ‘terroristen’ had bezocht in gevangenissen. Wat hij er niet bij vertelde was dat de CHP-leider dit deed als lid van een parlementaire mensenrechtencommissie waar ook leden van de AKP bij betrokken waren.

Erdogan moest dus wel op zijn woorden terugkomen. Daarbij opende hij nogmaals de aanval op Kilicdaroglu. Die had ‘geprovoceerd’ door er niet bij te vermelden dat het om een parlementaire commissie ging. Alsof Erdogan zo ver van de politiek af staat dat hij niet van het bestaan van die commissie kon weten.

Pamfletten tegen oppositieleden

Maar ondertussen was de kogel al geworpen. Bovendien werden links en rechts in Ankara opeens pamfletten verspreid met de namen van de volksvertegenwoordigers die gevangenissen hadden bezocht. Dat wil zeggen, de namen van oppositieleden, niet die van AKP-parlementariërs uit de commissie. Dus was het duidelijk uit welke hoek de wind waaide.

Kilicdaroglu zag het als een aanzet tot politieke moord. Begrijpelijk, want het deed denken aan wat in 2007 gebeurde nadat de Staatsraad tot verdriet van de AKP een negatieve beslissing had genomen over het recht van een onderwijzeres om een hoofddoek te dragen.

In een regeringsgezinde krant verschenen vervolgens foto’s van de rechters van de Staatsraad met een doelwit om het hoofd, waarna een islamist een van hen doodschoot. Dat soort toestanden blijven hangen in het geheugen. Kennelijk ook bij Kilicdaroglu. 

Opheffen parlementaire immuniteit

Ondertussen heeft Erdogan een handtekening gezet onder de wet die een einde maakt aan de onschendbaarheid van aangeklaagde volksvertegenwoordigers. Vooralsnog werd aangenomen dat het opheffen van de parlementaire immuniteit gericht was tegen fractieleden van de pro-Koerdische Democratische Volkspartij (HDP). Het begint er echter alle schijn van te krijgen dat Kilicdaroglu er eveneens het slachtoffer van kan worden.

Ook tegen Kilicdaroglu liggen aanklachten te wachten wegens het beledigen van ‘hem’.

Wie weet wordt daar ook nog terrorisme aan toegevoegd. Met die bezopen antiterrorismewet is het in Turkije niet zo moeilijk om daarvan beschuldigd te worden.

En dan te bedenken dat Kilicdaroglu zelf voor de wet stemde over het opheffen van de parlementaire onschendbaarheid! Er wordt gezegd dat hij zo aan de beschuldiging van terrorisme trachtte te ontkomen, maar zo te zien leverde dat dus weinig op.

Onder beheer plaatsen van ondernemingen

We gaan door met de wetsvoorstellen. Er zal er ook een door het parlement gaan om er voor te zorgen dat de regering meer bevoegdheden krijgt bij het onder beheer plaatsen van ondernemingen. Oorspronkelijk gebeurde dat alleen wanneer een onderneming uitstel van betaling had aangevraagd, maar tegenwoordig kan het ook om heel andere redenen.

Het begon met mediaondernemingen behorend tot de beweging rond Fethullah Gülen, maar sindsdien hebben tal van andere met de imam sympathiserende ondernemers met een beheerder te maken gekregen. 

Dat de nieuwe wet de mogelijkheden verruimd om bedrijven onder beheer te plaatsen geeft ook te denken voor ondernemers die niet aan de kant van Gülen staan, maar evenmin aan die van Erdogan. Voor hem zijn alle tegenstanders immers een pot nat. Die zweren samen tegen het ‘nieuwe Turkije’, zegt hij met de regelmaat van de klok.

Bovendien kan een rechter al op basis van niet bewezen strafbare feiten beslissen om een bedrijf onder een beheerder te gooien. Die heeft dan vervolgens de vrije hand en kan in theorie bijvoorbeeld een onderneming (op papier) naar de afgrond voeren, zodat die vervolgens voor een habbekrats gekocht kan worden. Geeft dat even mogelijkheden…

Afschrikken buitenlandse investeerders 

De situatie die zo dreigt te ontstaan zal niet voorbijgaan aan buitenlandse investeerders. Die hebben lang niet altijd problemen met een gebrekkige democratie, maar aan een solide rechtsstaat hechten ze des te meer. En de rechtsstaat komt in het geding wanneer ondernemingen onder beheer geplaatst kunnen worden alleen omdat Erdogan dat wenst. Rechters zullen zijn wensen ook zonder meer volgen. Na de op 7 juni bekend geworden aanpassingen van de rechtelijke macht staat dat zo vast als een huis.

De regering tracht nu buitenlandse investeringen aan te trekken met extra belastingvoordelen, maar het is de vraag of de verleiding daarvan op zal wegen tegen de twijfel die ontstaat wanneer de rechtsstaat verder op de helling komt te staan met al die beheerders.

Ga in een dergelijk land nog maar eens kapitaal investeren. De buitenlandse investeringen zijn al sterk teruggelopen, maar als het zo doorgaat blijft er nog minder van over. Bovendien kiezen Turkse investeerders er steeds vaker voor om hun vermogen in het buitenland weg te zetten. Dat is niet vreemd. Een schip wordt verlaten als het dreigt te zinken. 

Regering stelt directies onderwijs aan

Erdogan streeft ondertussen nog altijd naar een presidentieel systeem. De wetsvoorstellen die er nu liggen geven hem echter al zoveel controle dat de uiteindelijke invoering van dit bestuurssysteem alleen nog op een formaliteit uit kan draaien.

Erdogans ambitie tot een volledige greep op de samenleving kent geen grenzen. Het onderwijs ontkomt er evenmin aan. Vroeger konden besturen van scholen zelf bepalen wat voor directie er werd aangesteld, maar tegenwoordig ligt die beslissing geheel bij de regering.

Die door de regering aangewezen directies zetten zich vervolgens niet in om het onderwijs te verbeteren. Daar is het Erdogan ook niet om te doen. Beter onderwijs interesseert hem evenmin als vrede met Koerden. 

Religieuze generaties

In plaats daarvan streeft Erdogan naar ‘religieuze generaties’. Het explosief gestegen aantal religieuze imam hatip-scholen vindt hij echter niet genoeg. Ook de seculier georiënteerde scholen moeten eraan geloven. Daarom trachten de nieuwe AKP-directeuren daar de invloed van het geloof uit te breiden waar ze de kans krijgen. Bijvoorbeeld door jongens en meisjes zoveel mogelijk van elkaar te scheiden en religieuze activiteiten te organiseren. 

Die kids hebben geen boodschap aan religieuze poespas. Ze denken aan hun toekomst en zien daarom de noodzaak in van beter onderwijs. Het protest over het uitblijven daarvan is niet van de lucht. Het begon op 4 juni toen scholieren op de Istanbul Erkek Lisesi directeur Hikmet Konar de rug toekeerden tijdens een toespraak bij een diploma-uitreiking. Vervolgens namen andere scholen in Istanbul het protest over, waarna het zich als een inktvlek over het land verspreidde.

Wat zich hier voltrekt kan op geen enkele manier onderschat worden, want het gaat om de toekomst van Turkije. De regering zou scholieren die beter onderwijs eisen moeten koesteren, maar in plaats daarvan roept het ministerie van Onderwijs om maatregelen tegen scholen waar geprotesteerd wordt. ‘Politieke organisaties’ zouden daar aanzetten tot protest. De scholieren protesteren met vreedzame middelen, maar ik zie de waterkannonnen en de wolken traangas al weer voor me. 

Militaire barakken

Dwars door dit alles zag Erdogan weer eens reden tot een afleidingsmanoeuvre. Met andere woorden, een donderslag bij heldere hemel waar iedereen zo van staat te kijken dat andere kwesties even vergeten worden. Dat doet hij dan bij voorkeur met uitlatingen waarmee de woede onder een groot deel van de bevolking extra aangewakkerd wordt. 

Een paar dagen geleden kondigde hij aan vast te houden aan zijn wens om de militaire barakken uit Ottomaanse tijden in het centrum van Istanbul te doen herrijzen. Hij maakte van de gelegenheid gebruik om het buitenland een veeg uit de pan te geven. Zo zou het complex een speciale afdeling krijgen om op de misdaden van Duitsland te wijzen. Zoals op het feit dat het Duitse parlement onlangs een resolutie over de Armeense genocide aannam.

Die militaire barakken zouden in hun nieuwe vorm op de locatie moeten komen waar zich nu het Gezipark bevindt. De afbraak van dat laatste stukje groen kan Erdogan maar niet uit het hoofd zetten. Drie jaar geleden leidde de sloop daarvan tot een grootschalig vreedzaam protest, dat hij met veel geweld liet onderdrukken door de oproerpolitie.

Voor een herhaling valt te vrezen als hij zijn zin doorzet, maar voorlopig lijkt het zoals gesteld vooral een afleidingsmanoeuvre. Om welke reden valt niet te zeggen. Daarvoor speelt er te veel waar de aandacht van moet worden afgeleid. De eindeloze oorlog met de PKK? Het rampzalige buitenlandbeleid? De teruglopende economie? Het protest in het onderwijs? De bedreigingen en het geweld van radicale moslims? De lijst is te lang om op te noemen. 

Fictieve ‘vijanden’

Hoewel Erdogans lust naar macht de laatste tijd verder dan ooit lijkt te gaan, rust deze zoals altijd op twee peilers. Volgens de eerste is het, dankzij hem, nog nooit zo goed gegaan met Turkije. Dat het in heel veel opzichten feitelijk helemaal niet zo goed gaat wordt gladgestreken met de tweede peiler: samenzweringstheorieën over buitenlandse machten die jaloers zijn op het succesverhaal van Turkije en het land daarom samen met binnenlandse vijanden willen vernietigen. 

Beide sprookjes doen het uitstekend bij de achterban van de AKP, waar men bedwelmd door nationalistische en religieuze wanen niet inziet dat tegen een ballon wordt aangekeken. Die bevat niets anders dan lucht, maar wordt door Erdogans onbedwingbare lust naar macht steeds verder met nieuwe ‘vijanden’ opgeblazen.

Van ballonnen kreeg Turkije er meerdere onder de AKP. Een onroerend goedballon, een kredietballon, en daarnaast dus ook een machtsballon. Zijn er meer van geweest in de geschiedenis. De een houdt het langer uit dan de andere, maar wanneer de massa ontwaakt uit de betovering en zich gewaar wordt van wat er is aangericht, knallen ze uiteindelijk allemaal.

Zo’n ballonnenman is al eens hangend aan een benzinestation geëindigd. Ik hoop dat het voor Erdogan zo ver niet komt. Niet alleen omdat ik tegen geweld ben, maar ook omdat ik hem, door het Hubris syndroom waar hij aan lijdt, eerder als patiënt dan als misdadiger beschouw.

Volg Peter Edel op Twitter

 Peter Edel is schrijver van De diepte van de Bosporus, een politieke biografie van Turkije (2012, Uitgeverij EPO, Antwerpen)

take down
the paywall
steun ons nu!