De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Een referendum is de enige overblijvende exit-strategie uit de politieke crisis

Een referendum is de enige overblijvende exit-strategie uit de politieke crisis

vrijdag 14 januari 2011 15:41
Spread the love

Verontruste burgers, Facebook- en Youtube-acties, betogingen die georganiseerd worden omdat we nu ‘toch dringend een regering nodig hebben’, baardacties over en weer… het mag duidelijk zijn: de spanning loopt op in dit land, nadat we de aanslepende regeringsonderhandelingen lang met een zekere gelatenheid over ons lieten gaan. De financiële markten zitten er ongetwijfeld voor iets tussen, maar allicht vormen zij niet de enige factor.

Ik ben van mening dat die acties, hoe goedbedoeld ook, in deze fase van de crisis maar weinig effect meer kunnen ressorteren. Sterker nog, ze zijn gewoonweg irrelevant. Ik geloof er niet in. Betogingen krijgen al snel het etiket dat ze vooral Franstaligen aantrekken, Belgicisten en CD&Vers. Onterecht allicht, maar een breed gedragen betoging die honderdduizenden Belgen op de been krijgt, als een soort Witte Mars of Koning Boudewijn-begrafenis- politiek signaal, lijkt me niet direct voor morgen. En dus zal zo’n betoging, en het paar tienduizend betogers die men hoogstens op de been krijgt, door flaminganten terug gebruikt worden als argument voor hun mantra dat dit land geen toekomst meer heeft. Het triumviraat? Wie daar nog durft op inzetten, is een optimist pur sang. We gaan al lang blij zijn, als ze elkaar niet opvreten zoals hun voorgangers in de Romeinse geschiedenis. Idem dito voor een regering (en staatshervorming op basis van de nota Vandelanotte ) zonder N-VA: dat is een doodgeboren kind, politiek onhaalbaar.

Het lijkt me tijd voor drastischer actie. Crisistijden vragen om crisisrecepten. Laat me dus de zaken op scherp stellen. Voor alle duidelijkheid: ik beschik niet over inside-informatie, want ik frequenteer de Wetstraat niet echt, om het zacht uit te drukken (al ken ik wel een paar mensen die er zich in bewegen). Maar misschien laat me dat toe om iets meer vanop afstand te kijken, en hopelijk ook iets objectiever, of althans iets minder in termen van louter politieke haalbaarheid te redeneren.

Toen Leterme in 2008 zei dat het Belgische federale overlegmodel op zijn limieten botste, had hij deels gelijk. Opeenvolgende staatshervormingen waren er tot dan toe in geslaagd om een ruime meerderheid te vinden van Vlamingen en Walen die voordelen zagen in meer autonomie voor regio’s en/of gemeenschappen, zonder de federale staat al te zeer uit te kleden. Dat zit er niet meer in. Bij een eventuele nieuwe staatshervorming zul je beide moeten doen. Meer autonomie voor regio’s en/of gemeenschappen, met het oog op responsabilisering. Maar ook het terug versterken van het federale niveau, op een aantal vlakken. Een Copernicaanse revolutie die het zwaartepunt bij regio’s legt, kan maar lukken als je terzelfdertijd ook het signaal geeft, dat je met de federale staat nog minstens decennia wil doorgaan. Anders is het een lege doos, die door de markten genadeloos afgestraft zal worden. Voor het schimmige confederalisme geldt dat overigens nog in sterkere mate. Dat is een fata morgana, vrees ik. En het is ondertussen ook duidelijk dat ‘global governance’ een zaak van lange adem zal worden, met andere woorden, we zullen voorlopig een sterke staat blijven nodig hebben, als tegenwicht tegen al te ongebreidelde globalisering. Lees er bv. Dani Rodrik maar op na. En erop speculeren dat de EU die rol van sterke staat op zich zal nemen, en dus het Belgische niveau overbodig maken (in N-VA jargon: ‘verdampen’), lijkt voor het ogenblik nogal op, inderdaad, speculeren.

En dus is er een probleem. De N-VA, die ondertussen electoraal de wind in de zeilen heeft in Vlaanderen, kan nooit instemmen met het – op bepaalde terreinen – terug sterker maken van het federale niveau. Een federale kieskring bv. – we geven grif toe dat nogal wat Franstalige partijen ook niet echt pro zijn – krijgt De Wever nooit door zijn congres. Mocht hij dat al willen. Anderzijds lijdt het geen twijfel dat veel van die nieuwe N-VA aanhangers vooral op de N-VA rekenen als breekijzer, met andere woorden, om de Franstaligen te dwingen om verdere stappen in de staatshervorming te zetten richting meer regionalisering. Veel van die nieuwe aanhangers willen dus een diepgaande structurele hervorming van België, en hopen dat De Wever en de zijnen zullen slagen waar Leterme faalde. Wat, ik zei het al, eigenlijk veronderstelt dat je het federale niveau ook versterkt, of minstens de financiering ervan voor decennia veiligstelt. Maar dat krijgt De Wever dus niet voorbij zijn militanten-achterban. De Wever zit dus in een ideologische en strategische spagaat, waar hij niet uit kan. Slimste mens of niet. In die zin heeft De Gucht gewoon gelijk.

In dit land vechten op dit ogenblik twee democratieën op leven en dood, zoals De Wever stelt. Alleen: het zijn niet diegene die hij vooropstelt, Vlamingen versus Franstaligen. Het gaat integendeel om de mensen die België structureel willen hervormen, zodat het eindelijk een aantal essentiële uitdagingen van de 21ste eeuw kan aanpakken. Dergelijke mensen vind je zowel aan Vlaamse zijde als in Brussel en Wallonië. En zo’n structurele Belgische staatshervorming mag best een Copernicaanse revolutie inhouden, zolang daartegenover staat dat ook het federale niveau voldoende gebetonneerd wordt. Anderzijds heb je meer en meer mensen, zeker aan Vlaamse zijde, die willen dat de regio’s alleen verder gaan. Vlaanderen moet het op zijn eentje doen, en de Franstalige “ballast” afschudden, klinkt het. Je hebt dus twee identiteitsconcepten die met elkaar bakkeleien, en daarom maakt de Belgische democratie op dit ogenblik ook zo’n rommelige indruk. Vlaamsnationalisten identificeren zich, als ze eerlijk zijn, nog enkel met Vlaanderen, en willen alleen verder. Mensen die binnen de Belgische context blijven denken, willen België zodanig hervormen dat het eindelijk in staat is om terug een daadkrachtige regering te vormen. Of nog: N-VA is in eerste instantie een nationalistische partij, en pas in tweede instantie populistisch. En niet omgekeerd. Vandaar dat de politieke crisis in België ook fundamenteel verschilt van die in Nederland, bv.

Hoe kun je die catch 22 situatie overstijgen? Mij lijkt er maar één oplossing meer te zijn, in de huidige omstandigheden. Een referendum.

Met een boutade: wat in Sudan kan, moet bij ons toch ook kunnen. Al besef ik best dat je met een referendum misschien de Doos van Pandora opent. Maar het lijkt me tijd om eindelijk eens de mensen in dit land voor een duidelijke keuze te stellen: willen jullie verder met dit land, of willen jullie alleen verder met de respectieve regio/gemeenschap waartoe jullie behoren. Op die manier vermijd je, bij nieuwe verkiezingen bv., terug in toestanden verzeild te raken zoals bij de vorige verkiezingsronde waarbij bv. CD&V kiezers voor Marianne Thyssen stemden, die allicht voor de eerste optie staat, maar na de verkiezingen op de veel Vlaamser Kris Peeters getrakteerd werden. Of met een N-VA dat met het schimmige ‘confederalisme’ leurde dat het niet mooi meer was om zien om toch maar niemand van de potentiële aanhang voor het hoofd te stoten.

Nee, stel de mensen in dit land eindelijk de vraag waar het om draait. En dan moeten beide zijden maar getuigen van enige flexibiliteit. Als bv. 60 % van de Belgen zich uitspreken voor een substantiële Belgische staatshervorming, moeten zij die dromen van Vlaamse onafhankelijkheid even aan de kant gaan staan – bv. 1 jaar. Dan is het aan de overblijvende partijen om uit te maken of ze inderdaad kunnen komen tot een substantieel akkoord, als N-VA er niet meer aanhangt als ‘dood gewicht’. Een akkoord dus dat België van een blauwdruk en de tools voorziet om terug krachtig te regeren, op federaal niveau en op gemeenschaps-en gewestniveau. Nu luidt het vaak dat er met N-VA geen akkoord inzit, om redenen die iedereen kent. Altijd maar nieuwe eisen formuleren, een gebrek aan vertrouwen in de ‘eigenlijke’ agenda van die partij, etc. Op dit moment vertrouwt bijna niemand nog N-VA (of het zou Wouter Beke moeten zijn). Als de regionalisten verliezen bij zo’n expliciet referendum, moeten alle anderen het maar eens bewijzen dat ze het inderdaad kunnen zonder hen.

Omgekeerd lijkt me echter ook te gelden: als meer dan 50 % van de Vlamingen (het hoeven dus voor mij zelfs geen 50 % van de Belgen te zijn! ) zich uitspreekt voor een onafhankelijk Vlaanderen (of onafhankelijke regio’s/gemeenschappen ) – ik ga ervan uit dat aan Franstalige zijde geen meerderheid bestaat voor het alleen verder gaan, dan is het over voor dit land. En moet iedereen aan tafel om de boedelscheiding effectief voor te bereiden. Zo werkt het nu eenmaal in een democratie.

Beide zijden lijken me te winnen bij dergelijke gerichte vraagstelling. De N-VA en al diegenen die impliciet dromen van Vlaamse onafhankelijkheid, ook al zullen ze het vaak niet willen toegeven, worden eindelijk verplicht om kleur te bekennen. En wat de aanhang van De Wever betreft: of hij nu 1000 of 3000 keer herhaalt dat het niet meer gaat in dit land, veel mensen zal hij niet meer overtuigen, in de een of andere richting. Een verkiezing meer of minder gaat weinig verschil uitmaken, qua momentum voor de Vlaamsnationalisten. Daarop moet je het dus niet laten aankomen. En als mensen menen te moeten stemmen op De Wever omdat ze dat een sympathieke mens vinden, dan moeten ze dat maar doen. Zo werkt democratie nu eenmaal, tot nader order. Als veel Amerikanen bij de volgende presidentsverkiezingen menen te moeten stemmen voor een – ik wik mijn woorden – rund als Sarah Palin, dan moeten ze dat vooral doen. Mensen zijn wijs genoeg, en beschikken over informatie genoeg, in deze tijd, om hun mening over iemand te vormen. Anders moeten we de democratie maar afschaffen.

Deze optie lijkt me in elk geval democratischer dan te blijven aanmodderen in een uitzichtloos schimmengevecht, om dan uiteindelijk onder druk van de markten, de EU en de ‘captains of industry’ toch maar een regering te vormen.

Het is misschien naïef om een referendum te promoten als exitstrategie uit de huidige crisis, maar intellectueel vrees ik dat we eigenlijk geen andere optie meer hebben. Hoe je de modaliteiten moet uitwerken, is een andere zaak. Ik las ergens dat het financiële speculeren tegen België vooral verwacht wordt in de tweede helft van het jaar. Dat zou ons de nodige tijd moeten geven voor het organiseren van een referendum en een echte campagne aan beide zijden.
 

take down
the paywall
steun ons nu!