Onbemande toestellen (unmanned aerial vehicles of UAV’s) hebben een paar grote voordelen ten opzichte van hun bemande broertjes: ze zijn goedkoper en er worden geen levens van piloten op het spel gezet. Daardoor zijn ze aan een steile opmars bezig. De Amerikaanse strijdkrachten hebben er nu bijna 7500 in gebruik, veertig maal zoveel als in 2005.
Klein
Dat cijfer is indrukwekkend, maar moet genuanceerd worden. Drones bestaan in alle vormen en afmetingen, van de grootte van een vlieg tot de grootte van een lijnvliegtuig. De meeste Amerikaanse drones zijn kleine spionagetoestellen die door soldaten op het terrein ingezet worden. De grotere en bekendere toestellen, zoals Predators en Reapers die in Pakistan en Jemen gebruikt worden, vormen een minderheid.
Sinds 2001 heeft het Pentagon een slordige 26 miljard dollar (20 miljard euro) gespendeerd aan het wapentuig. Toch blijken de drones vele malen goedkoper dan bemande toestellen. Ondanks het groeiende aandeel UAV’s spenderen de strijdkrachten nog altijd 92 procent van het aankoopbudget aan bemande vliegtuigen.
De robotvliegtuigen worden gestaag veiliger. Met de Predator ging het in 2005 nog 20 maal mis per 100.000 vlieguren. Nu is die ratio gedaald naar 7,5 ongelukken per 100.000 vlieguren, vergelijkbaar met een bemand toestel.
Kritiek
Toch is het rapport ook kritisch voor de aankoopwoede van het Pentagon. Teveel overbodige toestellen staan werkloos in de loodsen en hoewel de drones relatief goedkoop zijn, kunnen de dure sensoren en uitrusting de uiteindelijke prijs snel opdrijven.
Bovendien produceren de toestellen enorme hoeveelheden gegevens, die allemaal verwerkt en vooral verstuurd moeten worden. Een Global Hawk gebruikt bijvoorbeeld 500 megabytes per seconde aan bandbreedte, een veelvoud van het totale gebruik van de strijdkrachten tijdens de Golfoorlog in 1991.
Toekomst
Toch oogt de toekomst rooskleurig voor de onbemande tuigen, nu zowat alle takken van de Amerikaanse strijdkrachten aan een eigen variant sleutelen. De mariniers willen een eigen versie, de Amerikaanse Navy werkt aan toestellen die ingezet kunnen worden van op een vliegdekschip en de luchtmacht droomt van een hypersonisch toestel.
Er zijn plannen voor nieuwe functies, zoals het verstoren van vijandelijke elektronica of psychologische oorlogvoering. En een heel nieuwe rol is ook weggelegd voor onbemande zeppelins, die veel meer camera’s en sensoren kunnen dragen en veel langer in de lucht kunnen blijven.
Toch stellen veel critici de snelle opmars van robots in oorlogsvoering ook ter discussie. Het gebruik van drones verlaagt de drempel om geweld te gebruiken, klinkt het. De wapens geven bovendien aanleiding tot juridische en morele vraagstukken, die beter uitgeklaard worden vooraleer ze volop in te zetten.