Transport van tot slaaf gemaakten. Foto: New York Public Library
Opinie - Paul Van Hoorick 

Een nieuwe vleugel voor het AfricaMuseum?

De Belgische tricolore hangt op schaamrood, zoals een VN-rapport stelt. De afgelopen jaren zijn in heel wat Europese steden herdenkingsmonumenten en musea voor verborgen koloniale geschiedenis en slavenhistoriek opgericht (Lissabon, Parijs, Nantes, Bordeaux, Liverpool, Amsterdam, …). Tot voor 1830 waren er geen “Belgen” betrokken bij de slavenhandel of toch? En Leopold II, roi-marchand, royaal schaakmeester-manipulateur, was hij een uitzondering of past hij naadloos tussen andere Europese vorstenhuizen? Een pleidooi voor een nieuwe vleugel voor het AfricaMuseum in dertien decors. Een invuloefening voor de herinrichting van een complete museumvleugel naar keuze. Het is dringend!

vrijdag 12 maart 2021 15:49
Spread the love

 

“De inertie, de vrees of de onwil om het eigen koloniale verleden recht in de ogen te kijken sleept dus al decennia aan. Als burger kan ik alleen, ­samen met zovele anderen, hopen dat hierin snel verandering komt.” Het is een citaat uit een artikel van Guy Vanthemsche (“De feiten moeten kloppen, ook over Congo” – De Standaard – 22.02.2019).  

“Wat men ook denkt van het recente deskundigenverslag van de VN, België wordt hierin niet voorgesteld als een ergere kolonisator dan de anderen. België wordt echter wel bekritiseerd voor haar volkomen onvermogen om haar koloniale verleden onder ogen te zien. Het is een citaat uit een artikel van Amandine Lauro en  Benoit Henriet  (”Geschiedschrijving vermag veel, maar kan niet alles: 10 misvattingen over de Belgische kolonisatie’ – Knack – 30.06.19).

Beide artikels zijn in maart 2021 nog te vinden op de site van het AfricaMuseum en worden daar gepresenteerd als standpunten. Vreemd. De site brengt eveneens het interessante weetje dat de beeldengroep van Leopold II in het park niet onder hun bevoegdheid valt. Met alle sympathie, maar wie nog wat verder rondneust op de site op zoek naar beleid en visie, komt al gauw terecht in een slaapverwekkende toestand, een geur van mottebollen, een processie van Echternacht, …

Hierbij twee jaar na de artikels in De Standaard en Knack, een poging tot een short-cut, een dwarse oversteek over het ronde punt vlak voor het AfricaMuseum, een sprint i.p.v. een “sur place”.

Onderstaande invuloefening hoort thuis in een ‘cahier de brouillon‘ of nog liever in een Atoma-schrift, waarbij de decors eindeloos kunnen wisselen. Om per decor een ander achterkantje geschiedenis voor de spots te schuiven. Licht en muziek laat ik over aan specialisten, maar mag ik toch een mengelmoes van klaagzangen in Yoruba, fado en flamenco, tambores, steelband en  kamermuziek met harp en viool bepleiten? Om de blues niet te vergeten … Verf  decors met brede strepen zoals in de botsauto’s, buiten de lijnen!

 

Decor 1: 1500-1600

Op de Afrikaanse westkust worden in Fort Elmina de slavenschepen geladen. Met de bekeerde christen-koning van Kongo, Diogo I, is een akkoord afgesloten voor de jaarlijkse levering van vier- à zevenhonderd slaven. De slavenkaravanen komen diep uit het binnenland. Aan de oevers van de Taag in Lissabon worden scheepsladingen zwarte slaven gelost. Ze zijn gebrandmerkt op de rechter bovenarm met een ‘G’. In de Casa dos Escravos worden ze na keuring, het prijskaartje rond de nek, meegenomen door opkopers. Lissabon is Babylon, tienduizend zwarte slaven houden deze smeltkroes draaiende.

Decor 2: 1500-1600

Koning Ferdinand van Portugal geeft de toestemming voor de eerste trans-Atlantische slavenstransporten (1510) naar de Caraïben. Karel V (Gent-Madrid) doet acht jaar later hetzelfde. De licentie voor het transport van vierduizend slaven gaat naar een hoveling van landvoogdes Margaretha in Mechelen. Jaren later geeft Karel V opnieuw licenties aan Duitse bankiersfamilies. Alleen al in Sevilla zijn zesduivend zwarte slaven aan het werk. In de stad heerst een tolerant klimaat: gemengde (blanco-negro) huwelijken en seksuele relaties zijn geen probleem. Karel V verplicht dat slaven een uur christelijk onderwijs moeten krijgen en op zon- en feestdagen niet mogen werken.

Decor 3: 1600-1700

Gevluchte Antwerpse geuzen belanden via een tussenstop in Middelburg uiteindelijk in Amsterdam. Ze zijn rijk, spelen een sleutelrol in de West Indische Compagnie en worden schatrijk met de slaven- en suikerhandel. De huizen op de Herengracht zijn hun visitekaarten. In Brazilië, dé suiker-leverancier van Europa, werken ondertussen vijftigduizend slaven afkomstig uit vooral Kongo en Angola. Slavenopkopers in Rio de Janeiro beschikken over een handboek bij de aankoop. Aangeraden wordt om ook de penis van de slaaf te controleren, een scheef of klein exemplaar levert onvoldoende of minderwaardig nageslacht op.

Decor 4: 1600-1700

Bij de stichting van de Royal African Company is de Britse Kroon goed vertegenwoordigd: vier leden van de koninklijke leden en een lange rij adellijken investeren. Jamaica en, vooral, de Barbados worden de stockeerplaatsen voor slaven in het Caraïbisch gebied. De piraat Henry Morgan wordt door de Kroon aangesteld als luitenant-gouverneur van Barbados. Bij de stichting van de South Sea Company in 1712 bezit het Britse koningspaar de helft van de aandelen van deze nieuwe maatschappij voor slavenhandel. Slaven worden bij het inladen op de West-Afrikaanse kust gemerkt met de ‘D’ van de Duke of York.

Decor 4: 1700-1800

Kardinaal Richelieu, superminister voor handel en nijverheid,  en later, de grote staatsman Colbert spelen een beslissende rol in de beginfase van  de slavenhandel vanuit Franse havens. Dé slavenhaven is Nantes. Elke week (!) lost in Saint-Domingue (Haïti) een Frans schip zijn lading slaven, in hoofdzaak afkomstig uit Senegal. Een kapitein, Alstein, afkomstig uit het verre Oostende, is één van de velen die fortuin maakt. In Nantes wordt de eerste grote textielfabriek van Europa gebouwd, ‘La Grande Manufacture’. De financiers zijn slavenhandelaars. Een Luikenaar speelt een hoofdrol in de opstart van de lokale glasproductie.  En in Bordeaux financieren de Brusselse gebroeders Walckiers de slaventrafiek.

Decor 5: 1700-1800

Vanuit Liverpool worden er op het toppunt  van de trafiek jaarlijks vijftigduizend zwarte slaven verscheept naar de Caraïben. Bijna alle burgemeesters van de stad werden schatrijk met de slavenhandel. Hun kapitaal maakt de industriële revolutie mogelijk. Ook in Londen wordt een slavenhandelaar tot twee keer toe burgemeester. En in Dahomey is de machtige Koning Kpengla ondertussen schatrijk geworden met de levering van slaven aan de forten op de kust. Jaarlijks verkoopt hij negenduizend slaven.

Decor 6: 1800-1900

In 1818 sluiten de grootmachten Spanje en Groot-Brittanië een verdrag waardoor slaventrafiek verboden wordt. De slaventransporten naar de Spaanse kolonie Cuba gaan echter nog vijfig jaar door, gedekt door een geheime brief van de Spaanse Koning. De smeltkroes Havana is met honderdduizend inwoners één van de grootste steden van de Amerika’s.  Schatrijke Cubaanse Spanjaarden zullen terugkeren, bankiers worden en de basis leggen o.a. voor de Catalaanse industrie.

Decor 7: 1800-1900

De Britse parlementair, William Wilberforce krijgt in 1807 een politieke meerderheid voor zijn voorstel tot afschaffing van de slavenhandel.  Het zal nog een halve eeuw duren vooraleer dit ook werkelijkheid wordt. In 1820 vraagt de koning van de Ashanti, slavenhandelaars op de Afrikaanse Westkust aan een Britse beambte of de God van de witten niet dezelfde is als die van de moslims die volop verder gaan met slavenhandel. Het Britse West Africa Squadron speelt op zee een beslissende rol in het afdwingen ervan. Bevrijde slaven komen terecht in Sierra Leone en Liberia. In 1862 wordt in Noord-Amerika een kapitein van een slavenschip door de rechtbank veroordeeld tot publiekelijk ophanging.

Decor 8: 1865-1885

In 1865 wordt Leopold II Koning van België. Ruim tien jaar later richt hij de  ‘Internationale AfrikaanseVereniging’ op en ontmoet hij Stanley die Centraal Afrika verkende. In 1879 vertrekt Stanley in opdracht van Leopold II naar het Kongobekken om de verovering van het gebied voor te bereiden.  De rivaal van Stanley is de Fransman De Brazza. In 1884 meldt Stanley dat met vierhonderdvijftig stamhoofden een overeenkomst is bereikt. Het betreft een gebied groter dan Europa. Er zijn drie militaire expedities nodig om de bezettingsmacht te installeren. Begin 1885 wordt door de Conferentie van Berlijn Leopold II als soeverein voor Kongo Vrijstaat erkend. Tot 1908 zal Leopold II  er over onbeperkte, ongecontroleerde macht beschikken.

Decor 9: 1885-1890

Tijdens de Wereldtentoonstelling worden in Antwerpen twaalf Kongolezen tentoongesteld. De eerste goederentransportboot is operationeel in Leopoldville. In Brussel wordt ondertussen door de “Anti Slavernij Conferentie” , een initiatief van Leopold II, de oorlog verklaard aan de zgn. Arabische slavenhandelaars in Centraal-Afrika.  In 1890 beslist Leopold II dat alle wezen en verlaten kinderen verplicht moeten worden ondergebracht in missieposten. De Scheutisten krijgen een jaarlijkse vorstelijke toelage van driehonderdvijfentwintig duizend euro.

Decor 10: 1890-1897

In Antwerpen laat Leopold II eenendertig duizend kilo ivoor veilen. De formele verkoper is de Caisse Hypothécaire Anversoise op de Meir, zijn Antwerpse bankier. Het is slechts de helft van de voorraad, de andere helft is afgeleid naar Liverpool. Antwerpen staat op het toppunt van zijn achitecturale grandeur dankzij de koloniale haven.  In Kongo heeft een zwaarbewapend leger na veertig maanden de “ivoor-oorlog” gewonnen.   Big business wordt rubber door de boomende markt van de auto-industrie.  Het levert Leopold II de financiële armslag om een versnelling hoger te schakelen in zijn megalomane bouwprojecten in Brussel en Oostende. Het gebied van Kongo-Vrijstaat is ondertussen door militaire bezetting uitgebreid richting Angola. In de Britse pers verschijnen artikels over de barbaarse praktijken t.o.v de inheemse bevolking.

Decor 11: 1897-1906

Tijdens de Wereldtentoonstelling in Tervuren worden 276 Kongolezen tentoon gesteld. Een splinternieuwe electrische tram verbindt Tervuren met de hoofdlocatie, het Jubelpark. Eind 1898 is de spoorlijn die het Kongolese binnenland verbindt met de Kongo-monding klaar. Deze is cruciaal voor de export. Bij de plechtige inhuldiging zijn Brussels burgemeester Buls en Anna Lippens, dochter van Hippolyte Lippens, voormalig burgemeester van Gent,  uitgenodigd. In Antwerpen lossen  ondertussen frequent fraaie Kongo-boten hun lading rubber, ivoor en mineralen. De Antwerpse haven is een wereldspeler voor diverse producten. En in Oostende wordt  in 1900 de eerste steen gelegd voor de Venetiaanse gaanderijen. Een geheime tunnel verbindt het nabije koninklijk chalet met de Villa Carolina van de piepjonge minnares van de koning. Zij mag, met grote voorsprong, ‘la plus grande horizontale’ van Parijs worden genoemd. Leopold II is ondertussen de grootste landeigenaar aan de Franse Rivièra geworden.

Decor 12: 1906-1911

In 1906 wordt de ‘Union Minière’ opgericht om de kopermijnen in Katanga uit te baten. Katanga is zes keer groter dan België. Ook de ontginning van tin en diamant wordt op grote schaal opgestart. Leopold II en de Société Génerale zijn de hoofdaandeelhouders. De socialistische volksvertegenwoordiger Emile Vandervelde houdt een toespraak waarin hij stelt dat de triomfbogen van de Cinquantaire rusten op afgehakte handen. In 1908 neemt de Belgische Staat Kongo-Vrijstaat van Leopold II over. De overname is een kluwen, een staaltje van royale manipulatie. In 1909 sterft Leopold II, op zijn sterfbed trouwt hij nog met zijn minnares. Zij erft een fortuin. In 1911 ondertekent de Belgische Staat een contract met Lever over de ontginning van palmolie, de basisgrondstof van zeep.

Decor 13: 1960-1961

In juni 1960 wordt Congo onafhankelijk. De piepjonge Koning Boudewijn is present en krijgt van eerste minister Patrice Lumumba een speech over tachtig jaar kolonialisme gepresenteerd. Begin 1961 wordt Lumumba vermoord. Bij de moord zijn Belgische politiemannen fysiek aanwezig, zonder enige twijfel gedekt door hun superieuren. Over de betrokkenheid van de Belgische politieke en zakelijke elite zwijgen wij in alle talen. Oorverdovend. Al lang.

 

En à propos, wat ik nog vergat over de passende muziek bij de decors: liturgische gezangen in het Frans met een West-Vlaams accent, een draai-orgeltje uit de Marollen met op de achtergrond mitrailleurvuur, het hoort er voor mij allemaal bij … Ik laat het verder over aan theater- en decorbouwers, die er verstand van hebben.

 

 “Wandel mee in de schaduw van Leopold II” – Stadswandeling in Brussel. Start: Matonge. Einde:Schaarbeek –  meer info op aanvraag via pvanhoorick@hotmail.com

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!