conner Rousseau
SP.A-voorzitter Conner Rousseau. Foto: sampol.be
Opinie - Conner Rousseau

“Een nieuw huis bouwen”: Conner Rousseau stelt een New Social Deal voor

75 jaar na de oprichting van de sociale zekerheid stelt SP.A-voorzitter Conner Rousseau aan iedereen die mee de samenleving #beternacorona wil bouwen een New Social Deal voor “Precies zoals 75 jaar geleden, toen we na WO II ook een nieuwe samenleving bouwden. “De komende maanden zijn écht cruciaal om die fundering stevig te leggen.”

vrijdag 26 juni 2020 21:51
Spread the love

 

75 jaar geleden hebben we samen op het puin van WO II de sociale zekerheid gebouwd. De decennia daarna waren de meest welvarende die we ooit hebben gekend. Vandaag – op het puin van corona – krijgen we opnieuw een unieke kans om de samenleving van de toekomst vorm te geven en een nieuw huis te bouwen. Onze New Social Deal is een uitnodiging aan iedereen die mee die samenleving wil bouwen.

De wereld van morgen zal er anders uitzien dan die van gisteren. Als we binnenkort eindelijk weer uit ons kot mogen, gaan we allemaal samen de handen uit de mouwen moeten steken. Om onze welvaart veilig te stellen, om ons welzijn te verzekeren, om de samenleving van de toekomst te bouwen. Eén ding is zeker: het zal geen business as usual zijn.

Maar geen business as usual, wat betekent dat? Zowat iedereen heeft het erover. Van economen, gezondheidsspecialisten en begrotingsexperten tot klimaatwetenschappers. Van invloedrijke CEO’s, werkgeversorganisaties en vakbonden tot welzijnswerkers en armoedeorganisaties. En politici, uiteraard, van links tot rechts. En – alweer uiteraard – ieder met zijn eigen ideologische insteek.

De ene met nadruk op de heropstart van de economie en de bescherming van onze bedrijven, de andere focust op een unieke kans om de klimaatuitdaging tot een goed einde te brengen en nog een derde wil vooral werk maken van deftige lonen voor wie zich elke dag uit de naad werkt.

Spoiler alert. Ze hebben allemaal gelijk. Want wat we met deze coronacrisis meemaken, is beyond everything. Een crisis zonder weerga, de grootste sinds WO II. En dan kun je twee dingen doen: roepen dat het anders moet en de crisis zien als ultieme bewijs van je eigen grote gelijk. Of je kan je verantwoordelijkheid nemen en al die ogenschijnlijke tegenstellingen met elkaar verbinden om samen de toekomst te maken.

Wij kiezen voor het tweede. Want ook in de politiek mag het geen business as usual zijn. Op een moment dat de politiek mensen vraagt om zichzelf te overstijgen, dan moet de politiek dat in de eerste plaats ook zelf doen. Het gaat niet om ons gelijk, maar wel om een betere toekomst voor iedereen.

De komende tijd moeten we een paar duidelijke afspraken maken over de fundamenten van die nieuwe samenleving. Zodat iedereen weet waar hij aan toe is. Zodat iedereen weet wat we van elkaar mogen verwachten. Zodat we in onderling vertrouwen samen kunnen bouwen aan de toekomst, aan een nieuw huis. Daarom stellen we een New Social Deal voor, gebouwd rond drie grote afspraken:

  1. investeren om samen vooruit te gaan;
  2. rendement voor iedereen die mee bouwt;
  3. fiscaal pact: elk zijn deel is niks te veel.

De verbindende kracht, de kern van deze New Social Deal, is solidariteit. Solidariteit loodst ons door deze crisis. Dat is wat iedereen nu ziet, voelt en ten volle beseft. Solidariteit moet ook het fundament zijn waarop we de toekomst bouwen. En dat is niet onlogisch, want solidariteit is eigenlijk een hogere vorm van eigenbelang. Het is de sleutel om ieder van ons opnieuw vooruit te doen gaan. Nog tijdens de uitloop van deze crisis, maar ook daarna.

Investeren om vooruit te gaan

Er is een duidelijk verband tussen de trage groei van de West-Europese economieën en de lage overheidsinvesteringen van de afgelopen jaren. Het besparingsbeleid heeft iedereen armer gemaakt. Die fout mogen we geen tweede keer maken. Daarom moeten we nu volop investeren in plaats van te besparen.

Een investeringsboost heeft niet alleen een bijzonder groot effect op de economische groei tijdens een crisis (korte termijn), publieke investeringen hebben ook een sterk positief effect op het niveau van het bbp (lange termijn). Met een gerichte investeringsboost zorgen we niet alleen voor relance, maar ook voor een duurzame productiviteitsstijging én een invulling van maatschappelijke en ecologische noden.

Behalve een investeringsboost hebben we ook nood aan een productiviteitsboost. Die twee gaan hand in hand. Hogere productiviteit leidt tot hogere economische groei, en dus tot een grotere draagkracht om ook in de toekomst de betaalbaarheid van ons sociaal model te verzekeren. Onze productiviteitsgroei daalde onder de regering-Michel naar 0,5 procent en stagneert volledig in 2020.

De overheid moet hervormen om die productiviteit opnieuw te verhogen. En dat kan ze. Door administratieve lasten te verlagen en onze systemen te vereenvoudigen, zoals onze fiscaliteit. Maar ook door als overheid zelf digitaler en eenvoudiger te werken; door ervoor te zorgen dat iedereen die kan werken ook echt werkt; en door telewerken als ‘het nieuwe normaal’ te stimuleren.

Tot slot is ook eerlijke concurrentie tussen ondernemingen cruciaal in dit verhaal. Want gezonde concurrentie staat niet alleen garant voor productiviteitsgroei, maar ook voor lagere prijzen en meer koopkracht. Dat is momenteel niet het geval, zeker niet in de energie- en telecomsector. Zo betalen Belgen nog altijd te veel voor hun telefoonrekening en voor hun mobiel internet. Maar ze betalen ook nog altijd te veel voor notariële aktes, hun boekhoudkundig of juridisch advies.

Rendement voor iedereen die mee bouwt

De afgelopen maanden hebben we meer dan ooit gezien wie de economie en de samenleving echt doet draaien: zorg- en verplegend personeel, onthaalouders, schoonmakers, postbodes en pakketjesbezorgers, vuilnisophalers, (vrachtwagen)chauffeurs, welzijnswerkers, havenarbeiders, winkelbedienden en politiemensen. Maar evengoed zelfstandigen die zichzelf heruitvinden, of freelancers die creatief zijn om toch hun diensten te blijven aanleveren.

Het zijn die werkende mensen die essentieel zijn voor onze economie, en die ervoor gezorgd hebben dat ons land niet helemaal is stilgevallen. Velen van hen werken tegen te lage lonen en te slechte arbeidsvoorwaarden, of hebben niet de sociale bescherming die ze verdienen. Als we samen investeren in de welvaart van morgen, dan moet het rendement van die investeringen gaan naar iedereen die mee bouwt. Rendement in de vorm van koopkracht, van goed draaiende publieke diensten en een sterke sociale bescherming.

Rendement in de vorm van koopkracht

Ervoor zorgen dat werken meer loont is niet alleen rechtvaardig. De koopkracht versterken, is dé manier om de economische groei aan te wakkeren. Daarom moet de zogenaamde ‘loonnormwet’ aangepast. Dat is de wet die de evolutie van onze uurloonkost sinds 1996 gelijkmatig laat evolueren met drie buurlanden. Zo kunnen we de toenemende welvaart en productiviteit weer vertaald te zien in hogere lonen. Ook het minimumloon heeft de aansluiting bij de welvaartsgroei gemist. Daarom moet het minimumloon stelselmatig stijgen tot een niveau waarop het een billijke verloning voor geleverd werk is.

Rendement in de vorm van koopkracht betekent ook dat wie een leven lang werkt, een pensioen verdient waarvan hij of zij goed kan leven. Een grondige pensioenhervorming is nodig om mensen opnieuw zekerheid te bieden op een oude dag zonder financiële zorgen. Minstens 1.500 euro voor wie een volledige loopbaan telt, en wie meer werkt verdient meer pensioen.

Daarom voeren we de pensioenbonus weer in. En uiteraard is voor zekere pensioenen een investering nodig. Maar politiek is keuzes maken én wij kiezen om die investering te doen. Die investering is niet alleen betaalbaar als we een bijdrage vragen van de hoogste pensioenen, maar heeft bovendien een groot terugverdieneffect voor onze economie.

Tot slot verhogen we de inkomens van de gezinnen en alleenstaanden die leven van een uitkering.  Dat doen we met de introductie van een Menswaardig Inkomen. Het Menswaardig Inkomen is een aanvullende steun op inkomensvervangende uitkeringen, zoals het leefloon, en biedt mensen de absolute garantie op een menswaardig bestaan.

Rendement in de vorm van goed draaiende publieke diensten

Met ons allen betalen we belastingen en daar moet iets tegenover staan: een goed draaiende publieke dienstverlening. Gebeurt dat niet, dan ondermijnt dat de essentie van het hele systeem. Voor onze bijdrage verwachten we dus iets in retour.

Iets dat werkt. In de vorm van betaalbaar, efficiënt en comfortabel openbaar vervoer, maar ook in de vorm van een sterk en robuust gezondheidssysteem dat toegankelijk en betaalbaar is voor iedereen. Net als een sterk onderwijs waarin elk kind telt en alle kansen krijgt om zijn talenten te ontwikkelen. In die 3 domeinen werd de afgelopen jaren bespaard. Die tendens moeten we omkeren.

Vooral onze gezondheidszorg moet weer ademruimte krijgen. Er moet een realistisch groeipad komen dat gedurende de volgende, hele, legislatuur gerespecteerd wordt. Extra budgetten mogen niet vrijblijvend aan het budget worden toegevoegd, maar moeten we inzetten om enkele grote hiaten in onze gezondheidszorg op te vullen.

Daarmee verbreden we de terugbetaling van de eerstelijnspsycholoog, tandzorg, brillen, lenzen en gehoorapparaten. Daarnaast verzekeren we de toegang van de gezondheidszorg door de versterking van de maximumfactuur en door financiële drempels op de eerste lijn weg te nemen.

Met de ervaringen van de ontwikkeling van geneesmiddelen in de strijd tegen deze pandemie kunnen we bovendien de basis leggen voor een nieuw geneesmiddelenmodel. Een inzamelactie om het leven van een kind te redden, zoals met baby Pia gebeurde, is hartverwarmend. Maar gezond blijven, mag niet afhangen van liefdadigheid. Dat is een grondrecht.

Daarom moeten we vandaag ‘affordable pricing’-clausules koppelen aan onderzoekssteun die we vanuit de overheid geven. Met een mondiaal, of Europees, innovatiefonds kunnen we zelf prioriteiten leggen (bijvoorbeeld rond antibiotica of alzheimer) en vindingen belonen op een niet-patent basis, of patenten opkopen, waarna we de middelen aan een betaalbare prijs laten produceren.

Rendement in de vorm van een sterke sociale bescherming

Nieuwe manieren van werken, verdienen dezelfde, robuuste manier van sociale bescherming die gelden voor werknemers in vast dienstverband. Freelancers en platformwerkers (zoals bij Uber en Deliveroo) vandaag zijn zelfstandige medewerkers waar onze huidige arbeidsrechtelijke en sociale bescherming geen antwoord op biedt.

Het gevolg laat zich raden: hebben ze pech, zijn ze ziek of kunnen ze een tijdje niet werken, dan vallen al die mannen en vrouwen door de mazen van het net. Daarom is het tijd om dat net te dichten. Niet alleen omdat die nieuwe manieren van werken steeds meer ingang vinden, maar gewoon omdat iedereen die werkt dezelfde, deftige sociale bescherming verdient.

Tot slot moet de sociale zekerheid opnieuw een verzekering worden waarin mensen geloven en waarbij ze zich zeker voelen. Om de financiering van de sociale bescherming altijd te verzekeren, voeren we de evenwichtsdotatie – geschrapt door de regering-Michel – weer in. De sociale zekerheid mag niet langer dienen om gaten in de begroting – omdat ontvangsten verkeerd geraamd worden – te dichten. Neen, een overheid moet de garantie bieden dat de sociale behoeften altijd gefinancierd zijn.

Fiscaal Pact: elk zijn deel is niks te veel

Zowat de helft van het nationaal inkomen wordt in ons land via het belastingsysteem gekanaliseerd om te investeren in gemeenschappelijke noden. De manier waarop we dat belastingsysteem dus organiseren, heeft een enorme impact op zowel rechtvaardigheid als onze economie.

Los van de tijdelijke en uitzonderlijke financieringsmaatregelen moeten we ons belastingsysteem niet alleen eerlijker maar ook efficiënter en eenvoudiger maken, precies om onze economie beter te laten draaien voor iedereen. De huidige complexiteit van ons fiscaal systeem zorgt immers voor onnodige administratieve lasten en wantrouwen, waardoor het risico op fraude en ontwijking vergroot.

Voor ons spreekt het voor zich dat iedereen bijdraagt volgens zijn of haar draagkracht. Alle inkomsten worden progressief belast. Daarbij maken we het belastingsysteem neutraal ten aanzien van de bron van dat inkomen (werk of vermogen) of in welke vorm dat inkomen wordt ontvangen. Ook reële huurinkomsten, inkomsten uit financieel vermogen en meerwaarden op aandelen. Inkomen is inkomen. Een euro is een euro.

Behalve de personenbelasting is ook de huidige erfbelasting geen rechtvaardige belasting. Vandaag betaal je erfbelasting vanaf de eerste euro. Er is geen belastingvrije som. Tegelijk slagen grote vermogens erin zich zo te organiseren dat ze geen erfbelasting betalen. Dit is het exacte spiegelbeeld van een rechtvaardige erfbelasting.

Als het menens is om ongelijkheid terug te dringen, zonder te raken aan wat mensen door te werken in hun leven bijeen hebben gespaard om na te laten aan wie ze liefhebben, dan moeten we erfbelasting fundamenteel hervormen: door iedereen gedurende zijn of haar leven tot 250.000 euro belastingvrij te laten erven of schenkingen te ontvangen, en ook in de erfbelasting het principe van ‘een euro is een euro’ toe te passen. Alle types van vermogen worden gelijk behandeld, of het nu roerende of onroerende goederen zijn. Het maakt evenmin nog uit van wie je erft of een schenking ontvangt.

Tot slot worden fraude- en misbruikbestrijding traditioneel nog te eng geïnterpreteerd. De nadruk ligt te vaak uitsluitend op controles en wat die (moeten) opbrengen. Maar fraude- en misbruikbestrijding gaan over veel meer dan dat. Een aanpak gericht op het voorkomen van frauduleus gedrag en misbruik is minstens even belangrijk.

Want in essentie streeft fraude- en misbruikbestrijding de ‘verwitting’ van de economie na: zwart en grijs worden wit als de fiscale wetgeving correct wordt nageleefd. De opbrengst van zo’n veralgemeende ‘verwitting’ maakt een structurele belastingverlaging mogelijk voor mensen die werken en werk creëren.

Dat vergt ook intensievere samenwerking op Europees en internationaal vlak om belastingontwijking en belastingontduiking te vermijden en aan te pakken. Anders komen de lasten eenzijdig – en opnieuw – bij werknemers en KMO’s te liggen.

Solidariteit als fundament

We gaan de komende jaren samen een nieuw huis moeten bouwen. Over de kleur van de badkamer en de tegels van het terras gaan we later spreken, maar de komende maanden zijn écht cruciaal om die fundering stevig te leggen. Deze New Social Deal, met solidariteit als fundament, is een deal om:

  1. ogenschijnlijk traditionele (en vaak verouderde) tegenstellingen en belangen te overbruggen,
  2. samen uit deze crisis te geraken en
  3. straks iedereen erop vooruit te doen gaan.

Precies zoals 75 jaar geleden, toen we na WO II ook een nieuwe samenleving bouwden.

 

Het artikel Een nieuw huis bouwen van Conner Rousseau verscheen in het tijdschrift Samenleving en Politiek (SamPol), jaargang 27, nummer 6 juni 2020, pagina 20 tot 24. Conner Rousseau is voorzitter van de SP.A.

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!