Opinie -

Een andere tax shift is mogelijk

De laatste maanden en weken konden we er niet naast kijken. Dagelijks hoorden we via de media de woorden ‘tax shift’. Na de bekendmaking van wat de regering Michel I ervan had gemaakt, kon de verontwaardiging niet op. De tax shift van de regering Michel I komt neer op nóg maar eens een inlevering op de kap van de gewone mensen die moeten leven van een inkomen uit arbeid of moeten leven van een vervangingsinkomen.

maandag 3 augustus 2015 08:46
Spread the love

Zij
worden door de regering Michel nog het ergst getroffen. De in het
regeerakkoord onderhandelde tax shift wordt voor 7,2 miljard euro
belastingen op arbeid verschoven naar consumptiebelastingen,
milieubelastingen en vermogen.

Welke
maatregelen zou een regering nemen die naar rechtvaardigheid streeft
en die zich verantwoordelijk voelt voor de ganse samenleving? Een
vermogensbelasting of de maatregelen die de regering van MR, N-VA,
CD&V en Open VLD nu nemen zoals bijvoorbeeld de
elektriciteitsprijs voor de gezinnen met enkele honderden euro per
jaar doen stijgen?

En wat te denken van de maatregel die zorgt dat de
werkloosheidsuitkering nog sneller daalt dan afgesproken was onder de
regering Di Rupo? Hoe kun je dit nog menselijk noemen als je weet dat
er elke maand afgerond 600.000 werklozen klaar staan voor 30.000
vacatures? Het gaat zelfs nog verder.

De bedragen van de
werkloosheidsuitkering en van de ziekte-uitkering worden verlaagd
door een andere berekeningswijze. De bedragen worden niet langer
berekend op het laatste loon, maar op het gemiddelde van de laatste
12 maanden. Deze maatregelen die alleen de zwakste mensen treft,
brengen bijna 4 maal meer op dan de speculatietaks. Het is nu meer
dan duidelijk dat de regering Michel zich niet verantwoordelijk voelt
voor alle mensen in de samenleving.

Het
alternatief: een vermogensbelasting

Dit
ombuigen naar een rechtvaardige tax shift zal heel wat meer vereisen
dan alleen maar hierover analyses te maken. Wat we evenzeer nodig
hebben is een veelvuldige herhaling van een gedurfd alternatief dat
zorgt voor rechtvaardigheid en sociale strijd. Want deze regering is
via overleg niet tot rede te brengen.

Zoals de vele kritieken op het
akkoord al hebben aangetoond, heeft de regering niet gekozen voor een
verschuiving naar kapitaal, maar legt ze nog een zwaardere
belastingdruk op de mensen die hun inkomen halen uit arbeid en uit
een vervangingsinkomen.

Éen
maatregel had al voldoende geweest om te zorgen voor een
rechtvaardige verschuiving naar kapitaal én die daar bovenop zelfs
meer dan 7,2 miljard euro opbrengt: een vermogensbelasting. Voor
rechtvaardigheid in de ganse fiscaliteit zijn er uiteraard meer
maatregelen nodig. Maar dat is een ander verhaal.

Om
aan te tonen dat een vermogensbelasting de maatregel is die men eerst moet nemen, nemen we een kijkje op de website van
Journalist Ludwig Verduyn: http://derijkstebelgen.be/de-lijst/.

Journalist
Ludwig Verduyn houdt al 15 jaar een rangschikking bij van de 500
rijkste Belgen. Om het vermogen van de
rijkste families vast te stellen neemt Ludwig Verduyn de slapende en
buitenlandse vermogens niet op in zijn berekening, net zomin als
villa’s, auto’s en kunstwerken. Het gaat louter om het vermogen,
vastgeankerd in vennootschappen.

Uit zijn laatste rangschikking kwam
aan het licht dat de families de
Spoelberch, de Mevius & Vandamme, de grootaandeelhouders van AB
InBev, alleen al over een vermogen
beschikken van meer dan 50 miljard. Deze
families, die trouwens betrokken zijn in de
affaires die belastingen ontwijken en die luisteren naar de namen
SwissLeaks, LuxLeaks en PanamaLeaks, hebben een fortuin kunnen
opbouwen dat nu 77 keer groter is dan vijftien jaar geleden!

Wanneer
we de optelsom maken van de 25 grootste
Belgische fortuinen die Verduyn bekend maakte, dan spreken we over
een vermogen van 88 miljard. Kijken we naar de 1 procent Belgische
rijkste families, dat zijn er 46.065, dan zien we dat deze over een
groter vermogen beschikken dan wat de 60 procent minst rijken samen
bezitten.

Vermogensbelasting
nu!


maatregel die men tegen deze onrechtvaardigheid moet nemen, is een
vermogensbelasting op het totale bezit en die als doel heeft om
alleen de superrijken te belasten. Dat kan door een
vermogensbelasting in te voeren met drie aanslagvoeten: 1% op de
schijf tussen 1 en 2 miljoen euro, 2% op de schijf tussen 2 en 3
miljoen euro, en 3% op alles boven de 3 miljoen euro. Bovendien wordt
de woning die een gezin betrekt vrijgesteld voor een bedrag van
500.000 euro.

Concreet betekent dit dat je maar pas in aanmerking
komt voor de vermogensbelasting als je over een vermogen beschikt van
meer dan 1,5 miljoen euro.

Met
deze formule en door de vrijstelling hoog genoeg te nemen, komen in
België slechts de drie procent allerrijksten, dit wil zeggen 138.000
gezinnen, in aanmerking. Maar de vermogensbelasting brengt het meest
op bij de één procent rijksten, namelijk bij de 46.065 gezinnen met
een gemiddeld vermogen van 8,2 miljoen euro.

Als de drie
aanslagvoeten worden toegepast op de drie procent allerrijksten, dan
komt men op een jaarlijks bedrag van 9,5 miljard euro! Vergelijk dit
met de maatregelen die de regering neemt om de vermogenden aan te
spreken: invoering van een speculatietaks die men zeer eenvoudig kan
omzeilen, een belasting op vermogen dat verstopt zit in buitenlandse
financiële constructies waarvan de opbrengst in twijfel wordt
getrokken door de inspectie van Financiën en een verhoging van de
roerende voorheffing.

Met de meest gunstigste prognoses van de
regering, brengen deze maatregelen samen nog geen 1 miljard euro op.
Een vermogensbelasting op de 3% rijkste families brengt 8 miljard
meer op!

Opheffing
van het bankgeheim nu

Om
een zicht te krijgen op dat iedere burger belastingen betaalt naar
draagkracht is een vermogenskadaster onmisbaar. In België moet
daarom het bankgeheim volledig worden opgeheven. Dat is geen
revolutionaire eis. Op het Europese niveau wisselt men al tussen de
landen financiële informatie uit. In het begin gold dit nog niet
voor alle financiële producten.

Pas vanaf 2017 zal de fiscus een
vrij volledig beeld hebben van de inkomsten van Belgen in andere
Eu-landen. Ook op internationaal niveau werkt men naar een regeling
van automatische financiële informatie. België wordt verplicht
daaraan mee te doen, maar past dit niet toe in eigen land. In België
heeft men gekozen voor een ingewikkelde procedure vooraleer het
bankgeheim kan worden opgeheven.

Er moet namelijk sprake zijn van één
of meer aanwijzingen voor belastingontduiking. Dus
wanneer de Belgische fiscus gegevens wil van een rekening in eigen
land, moet er een vermoeden van belastingontduiking zijn en moet er
een ganse procedure worden opgestart. Voor de buitenlandse fiscus
ligt er een boulevard open, voor de eigen fiscus blijft het
aanmodderen!

De
regering Michel wil de strijd aanbinden tegen fiscale fraude. In 2017
en 2018 zou dit samen 175 miljoen euro moeten opbrengen. Maar zonder
de volledige opheffing van het bankgeheim en zonder de aanleg van een
vermogenskadaster is fraudebestrijding onbegonnen werk. Ook het
cijfer van 175 miljoen inkomsten uit fraudebestrijding is lachwekkend
als je daar tegenover het cijfer van de zwarte economie plaatst.

Een
van de meest vooraanstaande specialisten op het vlak van het meten
van de ondergrondse economie is professor Friedrich Schneider van de
Johannes Keppler Universiteit in Oostenrijk. Deze professor heeft een
berekeningsmodule ontwikkeld met criteria die toelaten de
ondergrondse economie in een staat te meten. Bovendien laat zijn
module toe om de ondergrondse economie in verschillende staten met
elkaar te vergelijken. Uit zijn laatste
rapport blijkt dat in 2014 de zwarte economie in België 61 miljard
bedraagt.

Ruw geschat betekent dit dat de
schatkist 26 tot 30 miljard euro aan inkomsten heeft gemist! Over het
onderzoek in 2010 van professor Schneider dat ongeveer hetzelfde
cijfer opbracht aan zwarte economie, schrijft Michel Maus in zijn
boek ‘Iedereen doet het’ het volgende:
‘Als we dit nu vergelijken met de omringende landen waar de zwarte
economie gemiddeld 12,2 procent van het BBP bedraagt, hetzij 5,5
procent lager dan in België, en we zouden erin slagen in België het
fraudepercentage terug te dringen tot het niveau van onze directe
buurlanden, dan zou dit volgens het theoretisch model van professor
Schneider de facto tot gevolg hebben dat er per
jaar 8 miljard euro
extra in de
Schatkist terechtkomt. Dat is een cijfer dat toch tot nadenken
stemt.’

Waarom
de strijd tegen fraude in onze buurlanden beter scoort dan bij ons,
heeft onder andere te maken met een wetgeving die meer transparantie
biedt. Maar ook omdat er bij Financiën een gebrek is aan personeel
en efficiënte werkingsmiddelen. Als de Belgische politici
ingrijpende maatregelen willen nemen tegen fraude, kunnen ze best
eens over het muurtje gaan kijken naar Frankrijk, Duitsland en
Nederland.

Afsluiter

De
regering van MR, N-VA, CD&V en Open VLD voelt zich duidelijk niet
verantwoordelijk voor de ganse samenleving en is blijkbaar niet via
overleg tot rede te brengen.

Het is nu aan het
middenveld om de strijd voor een rechtvaardige samenleving vorm te
geven!

Guido
Deckers
Nationaal
ACV-propagandist voor het thema rechtvaardige fiscaliteit.

Bronnen:

take down
the paywall
steun ons nu!