11 september 1973. Foto: Library of the Chilean National Congress/Public Domain
Joe Lauria, Scheerpost,

Drie types ‘regime change’, made in USA

De VS hebben een uitzonderlijke roeping op deze aarde die hen onderscheidt van alle grootmachten ooit. Zij hebben enkel de goddelijke taak om democratie en vrijheid over de aarde te verspreiden. Deze zelflovende retoriek heeft het VS-imperium gemeen met alle imperia in de geschiedenis. Amerikaans onafhankelijk onderzoeksjournalist Joe Lauria vat de drie geijkte methodes van de VS samen waarmee ze die roeping waarmaken.

dinsdag 15 februari 2022 12:54
Spread the love

 

De VS hebben een lange en goed gedocumenteerde historiek van illegaal omverwerping van regeringen in andere landen om hun imperium uit te bouwen. Daarin tekenen zich drie door Washington veelvuldig toegepaste manieren af om regime change te veroorzaken.

1. Regime change van bovenaf

Als een (volgens de VS) ongewenste leider democratisch verkozen is en de steun van het volk geniet, werkt de CIA samen met elitegroepen, bijvoorbeeld het leger, om die omver te werpen – soms door die te (laten) vermoorden.

Een voorbeeld hiervan was de allereerste door de CIA ondersteunde staatsgreep. Op 30 maart 1949 − het agentschap bestond nauwelijks 18 maanden − bracht de Syrische legerofficier Husni al-Zaim verkozen president Shukri al-Kuwatli ten val.

Guatemalteeks dictator Rios Montt op bezoek bij Ronald Reagan in het Witte Huis. Van alle dictators na de afzetting van president Árbenz was hij de meest gruwelijke. President Reagan loofde zijn “inzet voor vrijheid en democratie”. Foto: Public Domain

De CIA wipte in 1954 de verkozen president Jacobo Árbenz van Guatemala en liet hem vervangen door een militaire dictator.

In 1961 werd de Congolese president Patrice Lumumba vermoord met behulp van de CIA1, precies drie dagen voor de inauguratie van president John F. Kennedy, die voorstander was om Lumumba vrij te laten. Zo kwam de militair Mobutu Sese Seko aan de macht.

In 1973 steunden de VS de Chileense generaal Augusto Pinochet die de democratisch verkozen socialistische president Salvador Allende afzette, die vervolgens ombracht en nadien een militaire dictatuur oplegde. Het werd een van de vele militaire dictaturen die in die periode door toedoen van de VS in het Latijns-Amerika werden geïnstalleerd in het kader van ‘Operation Condor’ van de CIA.

2. Regime change van onderuit

Als het doelwit een regering is die te maken krijgt met echte onrust onder de bevolking, zullen de VS die aanwakkeren en verder organiseren als middel om de leider, verkozen of niet, te wippen.

Een voorbeeld zijn de anticommunistische protesten van 1958-1959 in Kerala, India, die in de deelstaat gesteund werden door de Congrespartij en de katholieke kerk en leidden tot de afzetting van de verkozen communistische regering. Deze protestbeweging werd gefinancierd door de CIA.

President Nixon ontving in 1973 de sjah van Iran. Zijn geheime politie SAVAK kreeg van Amnesty International de eretitel van meest wreedaardige folterregime op aarde. Foto: Richard Nixon Foundation/Public Domain

De staatsgreep die in 1953 in Iran de democratisch verkozen eerste minister Mohammad Mosaddegh omverwierp, was een samengaan van een beweging van onderuit (met door de CIA en de Britse veiligheidsdienst MI6 gesteunde straatprotesten) en een beweging van bovenaf (conservatieve clerus en het leger) om komaf te maken met de democratie en terug te keren naar de monarchie van de sjah.

De door de VS gesteunde staatsgreep van 2014 in Oekraïne is het meest recente voorbeeld van hoe de VS oprecht volksprotest inpalmen om de val te regelen van een verkozen president, die in dit geval door de OVSE (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa) was erkend2.

3. Regime change door militaire interventie

Indien een staatsgreep niet haalbaar is, grijpen de VS naar indirecte of directe militaire interventie. Een van de oudste voorbeelden is het Amerikaanse expeditieleger dat in 1918 tijdens de burgeroorlog Rusland binnenviel in een poging de nieuwe bolsjewistische regering omver te werpen.

Recenter in 1983, viel het VS-leger Grenada binnen om de marxistische president omver te werpen en in 1989 Panama om voormalig CIA-medewerker Manuel Noriega omver te werpen.

Interview van Brits journalist Robert Fisk met de toen nog geëerde ‘vrijheidsstrijder’ Osama Bin Laden.

De belangrijkste recente voorbeelden van directe militaire invasie om regimes omver te werpen zijn de Amerikaanse invasies in Afghanistan in 2001 en Irak in 2003. Indirecte militaire interventie is er in de proxy-oorlog4 die de VS in de jaren 1980 met de Contra’s tegen Nicaragua voerde en in de jihadistische oorlog tegen het Syrische regime van 2011 tot op heden.

Niet vanuit het niets

Meestal leggen de VS vooraf economische sancties op, om het doelwit te verzwakken en murw te maken. Bij niet-militaire interventies verzinnen ze de regime change niet helemaal uit het niets. De VS werken mee met een al bestaande onvrede met de overheid die leeft onder de bevolking, bij het leger of bij een andere elite. Ze buiten die uit, leiden mensen op, financieren en organiseren het protest, maar creëren het niet.

Met andere woorden, in het geval van regime change zonder invasie of bezetting is het niet óf Amerikaanse inmenging óf oprechte onrust. Het is bijna altijd de twee.

Demonstranten op het centrale Parelplein in de hoofdstad Manamah van Bahrein in 2011. Bloedig onderdrukt door het regime met behulp van de Britse MI6 en de CIA. De oproerpolitie wordt nog steeds opgeleid door Britse experten in crowd control. Foto: bahrain. viwbook.com/CC BY-SA 3:0

Sommige dingen liggen gewoon voor de hand: er bestaan ook legitieme volksopstanden die de VS niet oppikken, omdat die ingaan tegen de belangen van Washington of van Amerika’s cliënten, zoals het geval was in Bahrein in 2010-2011.

In die gevallen zullen de VS veeleer deze afwijkende meningen de kop indrukken van (zoals ze overigens in eigen land ook met plezier doen).

 

Dit is de vertaling door Hilde Baccarne van het eerste deel van het artikel The Three Types of US ‘Regime Change’. Het tweede deel kan je hier vinden. Joe Lauria is hoofdredacteur van Consortium News en voormalig VN-correspondent voor The Wall Street Journal, Boston Globe en talrijke andere kranten. Hij was onderzoeksjournalist voor de Sunday Times of London en begon zijn professionele carrière als 19-jarige freelancer voor The New York Times.

Notes:

1   Voor hun opdracht kwam de CIA uiteindelijk iets te laat. De Belgen waren hen voor. Lees daarover het boek van Ludo De Witte. De moord op Lumumba. Kritak, Leuven, heruitgave 2020, 366 pp. ISBN 9789401471466. Nog altijd de moeite waard (nvdr).

2   En door de EU, die de verkiezing van Janoekovitsj in 2010 als fair en transparant had goedgekeurd (nvdr).

3   Door zijn overlijden is er nooit een rechtszaak begonnen tegen Milošević door het Joegoslavië-Tribunaal (ICTY). In de media werd hij jarenlang aangewezen als de grote misdadiger in het uiteenvallen van Joegoslavië. In het vonnis dat de Bosnisch-Servische leider Radovan Karadžić wél veroordeelde voor genocide, werd Milošević in een randbemerking (na zijn dood) vrijgesproken van verdenking. Daarmee verloste het ICTY zich van het onaangename vooruitzicht dat Milošević zou worden vrijgesproken als hij in leven was gebleven. Het ICTY was nog tijdens zijn leven tot de vaststelling gekomen dat ze tegen hem geen zaak hard konden maken. Milošević was dan wel een brute machtspoliticus zoals vele anderen, hij heeft echter nooit bevelen gegeven tot massamoorden. Hij was een cynische opportunist maar te sluw om zich daartoe te verlagen. Het onderzoek van het ICTY wees bovendien uit dat hij nauwelijks enige controle had over de fanatieke Bosnische Servische milities en meermaals geprotesteerd heeft tegen hun slachtpartijen, omdat hij ten eerste goed besefte wat de juridische repercussies zouden zijn én omdat hij ten tweede inzag dat die slachtpartijen zijn strijd voor een sterk Servië alleen maar ondermijnden (nvdr).

4   ‘War by proxy’ betekent letterlijk ‘oorlog via verwante’. Bedoeld is dat de VS indirecte oorlog voert via financiering en logistieke ondersteuning van andere plaatselijke legers of milities inzet voor zijn militaire doelstellingen. Die tactiek heeft soms zeer nefaste gevolgen, zoals de bewapening, training en wapens die de VS leverden aan fanatieke groeperingen in Afghanistan tijdens de bezetting door de Sovjet-Unie, die zich daarna 20 jaar lang tegen de VS keerden toen de VS het land bezette. Niet gestoord door enige historische inzichten bewapenen de VS nu groeperingen met dezelfde ideologie als de Taliban en Al Qaida in Syrië. Wat dat wordt als deze eventueel Syrië zouden veroveren laat zich raden (nvdr).

Creative Commons

take down
the paywall
steun ons nu!