Doel 1 en 2 langer open en WKK’s gesloten

Doel 1 en 2 langer open en WKK’s gesloten

donderdag 29 januari 2015 22:38
Spread the love


Omgekeerde wereld:

-Versleten kerncentrales worden 10 jaar
langer opengehouden

-Gascentrales en warmtekoppeling zullen
sluiten in 2015

De mensen bang gemaakt met black-out om de
kerncentrales langer open te houden?

We schreven
het al eerder: de hetze rond een mogelijke black-out ruikt sterk naar
manipulatie
. Om meer betaling te krijgen voor het laten draaien van de
gascentrales, schreven we. Nu blijkt het nog erger: het was een manipulatie om
de twee versleten kerncentrales Doel 1 en Doel 2 langer open te houden. De
regering heeft alvast daartoe besloten[i].
Die twee kerncentrales hebben tesamen een productiecapaciteit van 866 MW. Een
vooruitziende beslissing van onze regering? Een artikel in De Tijd van 8 januari
[ii]doorprikt
dat: tegelijk zullen in 2015 gascentrales en warmtekrachtkoppelingen(WKK)
gesloten worden voor tesamen 1600 MW, bijna twee keer zoveel.

“Niet rendabel” is dat wel een argument
voor de gascentrales en WKK’s?

Door de
toevloed van spotgoedkope elektriciteit uit windenergie en zonnepanelen op de
groothandelsmarkt is de elektriciteit gemaakt met gas niet verkoopbaar. Dus
liggen de installaties vaak stil. En omdat de aandeelhouders niet genoeg winst
eruit halen, sluiten we ze maar. Een valse redenering.

De
technologische kern van de zaak is juist dat je de twee productiemethodes met
elkaar dient te verbinden tot één geheel. Wanneer er wind en zon is dan gebruik
je die maximaal om heel goedkoop elektriciteit te produceren. Wanneer die er
niet is laat je back-up installaties draaien. Dat kunnen installaties zijn voor
opgeslagen energie, die we nog te weinig hebben in België. Of dat kunnen juist
die gascentrales zijn. Tesamen genomen komt dat nog steeds stukken goedkoper
uit dan verder gaan met kerncentrales.

Misbruik van het klimaatargument

Aardgas is
inderdaad ook een fossiele brandstof, die CO2 uitstoot bij de
elektriciteitsproductie. Maar tegelijk ook ongeveer de helft minder dan
steenkool of stookolie voor dezelfde warmtelevering.  Aardgas centrales passen in een
overgangsverhaal naar 100% hernieuwbare energie. Zeker en vast de moderne
uitvoeringen als grote STEG-centrale of kleiner warmtekrachtkoppeling (WKK):
dat zijn beide technologische toepassingen waarbij zowel elektriciteit
geproduceerd wordt als warmte in de vorm van stoom of heet water, wat gebruikt
wordt in onze industrie of voor verwarming van gebouwen en serres. Dat bespaart
een 30 à 40% brandstof  tegenover het
afzonderlijk produceren.

Bovenop
kunnen de meeste centrales en WKK’s gemakkelijk omgebouwd worden om te draaien
op biogas of op synthetisch gas. Synthetisch gas wordt gemaakt met
gerecupereerde CO2 en waterstof (H2). Het maken van waterstof door elektrolyse
van water is één van de interessante oplossingen voor opslag van teveel aan
elektriciteit.

Kerncentrales remmen de uitbreiding van
hernieuwbare energiebronnen

Kerncentrales
duwen gascentrales en windmolens uit het net. Zeker de Belgische kerncentrales
zijn niet gebouwd om variabel te draaien volgens het gebruik. Dus krijgen zij
voorrang op het net. In het verleden werden de kerncentrales aangevuld met de
gascentrales. Dat werd als één geheel gezien tot aan de liberalisering in 2003.
Sindsdien zijn dat afzonderlijke productie-eenheden. Tegelijk zijn er veel meer
windmolens aangebouwd. Die vullen nu eerst de tekorten op. De gascentrales
hebben dan veel minder werk. Is er omgekeerd bijzonder weinig verbruik, dan kan
het zelf zijn dat ook de windmolens stil gelegd moeten worden om ruimte te
geven aan de kerncentrale.

Kerncentrales
zijn bovendien enorm grote productie-eenheden. Telkens 5 à 10 % van heel het
gebruik. Valt één zo’n grote centrale weg, dan heb je meteen problemen om het
evenwicht tussen productie en verbruik te waarborgen. Hoe dan ook moeten
kerncentrales gedubbeld worden door andere productie-eenheden die kunnen
overnemen. Of er moet elektriciteit ingevoerd worden. Onder voorbehoud dat ze
elders niet dezelfde redenering volgen van sluiting van ‘niet-rendabele’
centrales. Een vlucht vooruit.

De oplossing
is omgekeerd: de windmolens en zonnepanelen maximaal gebruiken en
aardgasinstallaties of opslagfaciliteiten als back-up te gebruiken. Geen
kerncentrale meer nodig.

Een stabiel investeringsklimaat?

Tegelijk met
de aankondiging voor langer openhouden van de kerncentrales hoorde je de klacht
dat er te weinig installaties voor zonne-en wind energie werden gebouwd.
Logisch als je op privaat initiatief rekent. Als je rekent op bedrijven die
enkel op hoge rente uitkering uit zijn. Door de eerdere beslissing van de
vorige regering om de kerncentrale Tihange1 10 jaar langer open te houden, werd
al de bouw van een moderne gascentrale in Visé bij Luik niet uitgevoerd,
alhoewel alle vergunningen toegekend waren. Want ze zou niet voltijds draaien.

De huidige
beslissing om ook Doel 1 en Doel 2 langer open te houden maakt dat nu weer
andere overblijvende gascentrales met sluiting bedreigd zijn. En bovenop ook
moderne warmtekrachtkoppelingen bij de chemiebedrijven in de haven.

Onze
regering zou een stabiel investeringsklimaat kunnen maken door ten eerste
duidelijk te zijn over de sluiting van de kerncentrales en daar niet op terug
te komen. Ten tweede door het maximaal volume aan fossiele en kernenergie
bevriezen op het huidig peil. Ten derde door een verplichte aandeel
hernieuwbare energie op te leggen aan de gehele industrie en
elektriciteitssector. En dat aandeel trapsgewijs doorheen de tijd te verhogen.  10% in 2015, 30% in 2020, 40% in 2025, 50% in
2030…

Dan is een
stabiel investeringsklimaat geschapen. Zonder noodzaak van wat dan ook te
subsidiëren.

Denemarken geeft een ander voorbeeld

De
oliecrisis in de jaren 1973 en later. Toegevend aan het volksprotest, zag de
Deense overheid af van investering in kernenergie. In de steden en dorpen
werden stadsverwarmingsnetten gebouwd, die nu de sleutel zijn om massaal over
te schakelen naar hernieuwbare energie. Die stadsverwarmingsnetten zijn een
opslagfaciliteit voor de piekproductie aan wind- en zonne-energie. Dan wordt goedkope
elektriciteit gebruikt om centrale elektrische warmwaterketels en warmtepompen
te laten draaien. Heet water wordt opgeslagen in geïsoleerde opslagtanks,
waarmee het dag-nacht verschil gemakkelijk overbrugd wordt. Omgekeerd, als er
minder hernieuwbare elektriciteitsproductie is, dan laten ze overal in het land
de warmtekrachtkoppelingen op gas draaien. Tegelijk wordt gewerkt aan het zelf
maken van gas om aardgas te vervangen. Biogas uit vergisting van mest en
organisch afval. Of ze branden hout en stro van hun eigen landbouwproductie. Thermolyse
is ook in ontwikkeling.

Wat opvalt
is dat elke stads-of dorpscentrale dus minimum 2 tot 4 verschillende
installaties combineert. Géén van die installaties draait dus voltijds. Bij hen
kan dat, omdat de eerste doelstelling is: zo goedkoop mogelijk elektriciteit én
warmte te leveren aan de klanten.

Als onze private
energieproducenten vertikken van installaties open te houden omdat ze maar
deeltijds draaien dan gaan ze in tegen het algemeen belang van een stabiele
elektriciteitslevering. Socialisering van de installaties dringt zich dan op.

Socialiseren of een billijke vergoeding
voor de private elektriciteitsproducenten?

Het langer
openhouden van de kerncentrale Tihange 1 heeft 600 miljoen euro gekost. Dat
wordt door Electrabel verrekend naar de klanten en gebruikt in de
onderhandelingen met de overheid, om op hun bijdrage aan de staat af te
pingelen. Het verder openhouden van Doel 1 en Doel 2 zal telkens ook zo een 600
miljoen euro aan aanpassingskosten vergen. Met die 1,8 miljard had al heel wat
gedaan kunnen worden aan hernieuwbare energie.

Bij hen die
die de marktlogica aanvaarden, wordt 
gesproken over een ‘billijke vergoeding’ , een ‘billijke winstmarge’.
Dat wordt in de teksten op 6 euro per geproduceerde megawatt gelegd[iii].
We kunnen een grove schatting maken op hoeveel dat komt voor het geheel van de
Belgische elektriciteitsproductie, die we voor deze berekening afronden op 90 000
gigawattuur[iv]
(90 miljard kilowattuur). Reken het na, dat is een slordige 540 miljoen euro
per jaar pure winst. Want bij de ‘billijke winst’ werden alle kosten al
afgetrokken, ook de voorzieningen voor onverwachte tegenslagen. Of bijna 50
euro winst per jaar op elk van de 11 miljoen inwoners in België.

Als overheid
kan je dit allemaal passief aanvaarden, natuurlijk. Goed voor de aandeelhouders
van Electrabel en compagnie. Of je zou heel sterk regulerend kunnen optreden en
zo de investeringen sturen. Of nog beter: je zou heel de energieproductie
kunnen socialiseren. Dat met de bedoeling de beste dienstverlening te geven aan
de 11 miljoen Belgen. Die 540 miljoen euro gaan dan terug naar de maatschappij.
Toch aardig meegenomen, zou ik denken. 

[i]
http://trends.knack.be/economie/bedrijven/doel-1-en-2-blijven-tien-jaar-langer-open/article-normal-519551.html

[ii]
http://www.tijd.be/detail.art?a=9586366&n=3088&ckc=1  

[iii]
Onder ander in De Morgen 7/1/2015 blz 8

[iv]
Cijfers komen van de energiestudie Our Energy Future, uitgevoerd door het
studiebureel 3E, in opdracht van WWF en Greenpeace. 

take down
the paywall
steun ons nu!