Dieudonné Kabongo: 40 jaar Congo in België

Dieudonné Kabongo: 40 jaar Congo in België

maandag 24 oktober 2011 10:45
Spread the love

Kort geleden overleed te Jette tijdens een van zijn optredens, Dieudonné Kabongo (Lisase, Katanga, 10.01.1950 –11.10.2011, Watermaal Bosvoorde), hartinfarct op scène. Zijn leven is het verhaal van de relatie van België tot  de inwoners van Congo en de manier waarop Congolezen dit ervaren hebben.  De moeite om het even te overlopen.

In 1950 is Dieudonné geboren in Likasi, in de Katanga. Likasi valt uiteen in twee delen: de “cité” van de zwarten en “la ville” van de blanken. Dieudonné, kind van een vader met twee echtgenotes, opgroeiend in  een huishouden met 20, kent er het “privilege” (zijn woorden) om school te mogen lopen in “la ville”. Later vertelt hij hierover dat hij de “apartheid” leerde ontdekken, zonder te weten wat dit was. Rond 1970 komt hij naar België met een studiebeurs om electro-mechanica te studeren. In het derde jaar haakt hij af. “Ik sloot mijn ogen en werd wakker op de planken, in een theater”. Het werd het begin van een  carrière als “komiek”, woordje waar hij niet van hield. Hij verkoos een “humorist” te zijn. Maar het liet hem wel toe om ook mee te spelen in 37 films.

Zijn eerste ervaringen in België? Een paradijs, zo had men het hem voorgesteld, maar men had hem wel vergeten erbij te zeggen dat er ook mensen woonden en dat die nogal geleken op wat mensen overal ter wereld zijn. Zo herinnert hij het zich. Hij kwam terecht in een stadje, Virton, waar hij goed opgevangen werd, “want men was er nogal fier op dat men ook zijn Congoleesjes had”. Het is een periode waarvan hij zich herinnert dat hij telkens heel blij was als hij een zwarte medemens zag. “Dan had je iets waar je nu eens echt heel relax met mekaar over kon spreken”…

En dan, plots, is er iets veranderd… rondom zich zag hij geen “Belgicains” meer, zoals de Congolezen in België hier maar ook in Congo genoemd werden. De Congolezen werden  “des Zaïrois”. “We verloren het privilege van Belgicain te zijn”. Maar de aanwezigheid van zwarten nam toe, ook in België, zwarten ook van elders uit Africa. “Maar ik had het geluk in een sector te werken, waar we mekaar, spijt Oost-Congo, spijt Rwanda, konden vinden en appreciëren: de cultuursector.” – “Als gemeenschappen mekaar over hun verschillen heen kunnen vinden, is het vaak in de cultuur, de kunst.” Maar toch zag hij de zwarte gemeenschappen meer en meer uit mekaar groeien, en ook de mensen  binnen de gemeenschappen. Waarom? “Mensen willen onvoldoende met mekaar delen”. “On n’a pas envie de partager”.

Dieudonné Kabongo. Wie hem gezien heeft, wie op zijn sketches aanwezig was, weet dat men er kon gieren van het lachen. Nochtans, een komiek, dit wou hij niet zijn.  Want, “je suis toujours dans une forme de tristesse.” “Grootmoeder is zeer oud. Ze roept om grootvader. Ze verstaan mekaar bijna niet. maar eindelijk verstaat grootvader wat grootmoeder wil. Grootvader: Wat wil je dat ik doe? Ach ja, de mand hierboven op zolder naar beneden brengen? Doe ik. En langzaam daalt grootvader met de mand de trap af naar beneden. Eindelijk beneden vraagt hij grootmoeder: maar zeg eens, wat is dit hier allemaal in die mand: allemaal dollars, 5000 dollars, en drie eieren. Waarom die drie eieren? Grootmoeder: ach, iedere keer dat je me seksueel niet kon bevredigen, legde ik een ei in de mand. Grootvader glundert: we hebben een prachtig leven gehad, schat. Slechts 3 eieren, slechts 3 keer heb ik je niet bevredigd. Grootvader: en waar komt dit geld vandaan? Grootmoeder: iedere keer dat ik 12 eieren had, verkocht ik ze voor 1 dollar.” De typische humor van Dieudonné Kabongo.

Hij werd geveld, op scène te Jette, op 10 oktober, tijdens een van zijn acts. Met hem verdwijnt een stuk “tristesse” bij 40 jaar Afrikaanse migratiegeschiedenis in België.

Voor twee interviews met hem en een van zijn sketches, zie de video’s op www.foyer.be

take down
the paywall
steun ons nu!