De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

De Wereld van Saffier – Eerder grijze rook

De Wereld van Saffier – Eerder grijze rook

donderdag 28 november 2013 10:14
Spread the love

Saffier schoot wakker. Nog in haar slaap hoorde ze een droge tik, maar eens gewekt kon ze onmogelijk uitmaken wat het geweest was. Ze had het altijd vreemd gevonden. Onverstoord slapen doorheen zachte achtergrondgeluiden die van een eind verderop naar binnen drongen. Grijpbare klanken vanuit de straat, ook langzaam aanzwellend en uitstervend motorgeronk, vogelgefluit vanuit de tuin, het bereikte haar niet. Maar vlakbij waren het minste geruchtje, een kreunende deurklink, pantoffelgeschuifel, het kraken van een voetbeentje, het onverhoeds getik van de trouwring van pa of ma bij het grijpen naar de deurstijl of de trapleuning ruim voldoende om haar wakker te maken.

Het was nog te vroeg om op te staan. Restanten van een maffe droom hingen nog vast in haar geheugen. Ze rechtte zich, leunde met de rug tegen het houten hoofdeinde, nam haar notitieboekje en schreef: ‘Een paus met een nieuwe adem dwaalt doorheen de gangen van het Vaticaan. Ik denk dat hij er eerder in verdwaalt. Maar een bisschoppelijk kalotje op de kruin van een vrouw zit er ook voor hem nog altijd niet in, om maar niet te spreken over een pauselijke tiara.’ Saffier gniffelde bij de vermetele gedachte die ze bij mekaar puzzelde met de overschotten van haar droom. ‘Met een list moet het lukken. Onze Bert begint als paus en daarna neemt Bertha het over. Ze kunnen haar achteraf toch niet ontpausen. Bert moet eerst de broek uit, een kleed aantrekken dat gemakkelijk kan opgestroopt worden en dan, volgens de oude kerkelijke traditie, op een vergulde zetel met een gat erin plaats nemen. Mijn overgrootvader, peetje Sooi heeft zijn hele leven op een plank met een gat in gezeten. Maar dat was om te kakken. Pa vertelde dat je doorheen het gat in de plank op de aangekoekte cementen wanden witte maden zag bewegen. Peetje Sooi zag er geen graten in, want die beesten bewogen ter plaatse, zonder zich een poot te verzetten. Terug naar het Vaticaan. Een onmiskenbaar obstakel zal die ene testikel zijn, wanneer de oudste kardinaal zijn hand door het gat steekt om te voelen of ze er wel degelijk hangen. Nu ja, Bert kan zich nog altijd uit de slag trekken: ‘Het is hier verdraaid kil in deze Vaticaanbasiliek, je zou van minder, die van mijn linkerkant heeft zijn kop tijdelijk ingetrokken.’ De omringende kardinalen kijken toe, getekend door de ondraaglijke spanning van een ontmijningsteam dat nauwlettend de handen volgt van de expert die de bom probeert onschadelijk te maken. Gaat ze al dan niet ontploffen? Moest er ergens in de verste hoek van de basiliek een muis lopen men had ze gehoord. Een van de gepurperden kan de geladenheid niet langer dragen. ‘Welnu, heeft hij ze of heeft hij ze niet?’ De bevende hand van de kardinaal tast nog eens opnieuw toe, gewoon om zeker te spelen, er moet niets achter gezocht worden. En dan plots het bevrijdende oordeel: ‘Hij heeft hem,…euh, ze hangen!’ Een collectieve zucht van verlichting zindert doorheen de gewijde ruimte. ‘Habemus Papam!’ Door de schoorsteen kringelt niet precies witte, eerder grijze rook. Op het Sint Pietersplein verwelkomt de menigte, niet bewust van de draagwijdte van het momentum, juichend een nieuw tijdperk. Het eerste wat paus Bertus I doet is het Vaticaan uitmesten en zijn kerk terug naar de bron sturen. Het behang, gedurende eeuwen laag na laag over elkaar heen gepapt, van de muren afweken en hop! terug naar de originele niet verloederde stand van zaken. Terug naar de bron. Naar het oubollige verleden? Neen, eerder naar de kern van de Jezuszaak zoals het eens allemaal begon en  vernieuwing brengen, aanpassing van het decor aan de tijd van vandaag Na deze voorbereidende episode verschijnt paus Bertha I op het toneel en schaart 50 + 1% vrouwelijke kardinalen rond zich. Zo eenvoudig kan dat zijn.’

Vanuit de slaapkamer van de oudjes hoorde Saffier gedempte radiogeluiden die het morgenjournaal brachten. Haar pa draaide de knop verder open, nu kon ze klaar en duidelijk de sportjournalist horen: ‘Er zat geen verhaal in de eerste helft van de match… De middenvelder liet een appartementsgebouwhoge kans liggen om een doelpunt te scoren, kortom een wedstrijd om onmiddellijk te vergeten… Ik had er beter geen verslag over gegeven.’

In de fietsenstalling van de school wees de Afghaanse klasgenoot Saffier op de dwaalwegen van de Nederlandse taal.

‘Luister maar eens goed. Samen stortten ze een massagebed tot de Heer, liggend op een comfortabel  massagebed.’

‘Een fantastische talige valkuil,’ prees Saffier. ‘Ik heb er ook eentje: die wandelaars hebben geen zittend vlees, wel een wandelaars.’

‘Ik drink mijn tas leeg en hang mijn tas over de schouder,’ daagde de Afghaanse haar uit.

‘Ik drink een kop koffie terwijl hij zijn kop houdt,’ repliceerde Saffier.

Ze kwam net op tijd thuis om de sleutel in het slot te duwen voor haar moeder die een bultige boodschappentas torste.

‘Ze zijn gek, de commercie is de pedalen kwijtgeraakt. In de gangen tussen de rekken van de winkels loopt een harige zwarte spin met een jutezak vol speelgoed op de rug. De heks van Halloween sjokt er achter in bisschopsmantel en een mijter op haar woeste kop. In plastic dennenbomen hangen vampiers naast kerstbollen.

‘Dat is nu de handelsgeest. Die haalt de seizoenen door elkaar, speelt met de tijd als met dobbelstenen, jut klanten op om het kalenderinterval achter zich te laten, ook als het nog niet eens geleefd is. De winkels mixen de pinnenmutsen van de Halloweenfanaten met de naar verse lijken geurende kerkhofchrysanten, de chocolade van Sinterklaas en de speculoos van Sint-Maarten in een onweerstaanbare cocktail en etaleren dat met de ingrediënten van Kerstmis in het uitstalraam.’

‘Ik las het vanmorgen in de krant,’ riep vader Fons. Hij zocht en vond op slag de bladzijde.

‘Luister, gekker kan niet. In Mechelen liepen in de vroege avond, het was nog niet helemaal donker, maar toch deemsterig genoeg om niet met zekerheid te kunnen onderscheiden wie de ene en wie de andere was, Sint-Niklaas en Sint-Maarten elkaar tegen het lijf. Na een scherpe woordenwisseling zouden ze met elkaar op de vuist gegaan zijn. Maar in allerijl door verbouwereerde voorbijgangers, heu… opgeiphoned… juist, ja, per telefoon opgeroepen zeker?, haastten de vertegenwoordigers van de beide sponsorende handelszaken zich ter plaatse om de sinten uit elkaar te houden. Met zachte dwang werden ze in het dichtstbijzijnde café geduwd waar ze op kosten van de geldschieters tot middernacht een stuk in hun kraag mochten drinken. Na middernacht werd Sint-Niklaas gespot aan de rand van de Dijle, waar hij zijn lange met kant afgeboorde albe hoog optrok en de voet van een zoete kastanjeboom besproeide. Sommigen twijfelden aan die versie, want op dat ogenblik viel een zachte regen. Die straal? Gewoon hemelnat, dat dus van boven zijn hoofd kwam.’

‘Ik heb te doen met de ouders die het toch maar allemaal aan hun kleine kinderen moeten uitgelegd krijgen,’ zei moeder Elvira.

Ook Bert-Bertha bracht een en ander mee naar huis.

‘In de klas vroeg de leraar: ‘Wie weet wat een CEO is? ‘Een van die stomme modenamen van tegenwoordig voor een baby waarbij je niet weet of het een meisje of een jongen is,’ antwoordde een melkmuil, ‘ zei Bert-Bertha.

‘Had jij een antwoord klaar?’ vroeg Saffier.

‘Jawel, ik zei: ‘Een CEO is iemand die een veel hoger loon krijgt als hij erin slaagt meer werk te laten uitvoeren door minder personeel voor een sterk verminderd loon.’

‘s Avonds sloop Saffier op haar blote tenen naar de badkamer voor een plas. De slaapkamerdeur van de ouders stond met een kier open. Ze hoorde hen frazelen.

‘De buurvrouw van de groentewinkel was danig opgelucht. Misschien vreesde ze al maanden dat ze iets kwaadaardig zouden vinden. Het was loos alarm. Ze kon er zelfs mee lachen.’ Tijdens een nacontrole vroeg de gynaecoloog haar: ‘Hoe is het met je libido?’ En zij antwoordde spontaan: ‘Met wie dokter?’ De man herpakte zich: ‘Met je goesting?’ Saffier hoorde haar ouders onder de dekens gedempt proesten.

take down
the paywall
steun ons nu!