De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

De val van Eros – Economie en technologie voorbij plicht en pornografie
Economie, Repressie, Technologie, Kapitalisme, Onderdrukking, Eros, Pornografie, Informatietechnologie, Commercium sexualis, Ayn rand, Peter hinssen, Libido, Surplusrepressie, Erotiek, Techno-kapitalisme -

De val van Eros – Economie en technologie voorbij plicht en pornografie

dinsdag 5 oktober 2010 20:17
Spread the love

Liefdeskunst

Neen, beste Tiany Kiriloff, het verschilt dag en nacht van jouw eentonige Open en Bloot op VT4 dat allang geen grenzen meer verlegt, laat staan  kijkers onderricht.

Wijsgeren weten wél waar de klepel hangt. Zij noemen het de bruisende en sensuele begeerte naar de stevige borsten van een jonge vrouw of het verlangen één te worden in de versmelting van twee.

We ervaren het als erotiek en seksueel verlangen, als het kunstwerk van een scheppende liefde die de wereld en onszelf omringt. Soms is het een stotende levenskracht, dan weer een tedere aanraking of een liefdevolle gedachte, een kunstzinnige rêverie.

Le monde est un immense Narcisse en train de se penser. Le monde tend à la beauté. Zo bezingen poëten geroerd haar broze kracht.

Libido gedisciplineerd?

Van nature prozaïscher spreken psychoanalytici van een basisdrift die de naam “libido” meekrijgt. Meteen wordt erbij verteld dat wij er ons niet zomaar aan kunnen overgeven want dat de seksualiteit moet worden onderdrukt. Dat wordt beargumenteerd door een beroep te doen op de realiteitszin: we kunnen toch niet de hele tijd vrijen en moeten minstens ook af en toe eten, al was het maar om daarna opnieuw te kunnen vrijen.

Deze vanzelfsprekende gedachtegang verbergt niettemin belangrijke strijdvragen: is dit “realiteitsprincipe” zomaar biologisch of speelt er meer? Waarom kan voor de libido geen baan worden geruimd? Welk doel moet een geremde libido dienen?

Een lang vergeten filosoof, Herbert Marcuse (1898-1979), formuleerde enkele antwoorden die ook vandaag nog tot nadenken stemmen. Hij maakte een onderscheid tussen normale en bijkomende onderdrukking. De normale seksuele repressie is nodig om een menselijke samenleving te bouwen maar de surplusrepressie is er slechts om anderen te dienen.

Neem het arbeidsethos. Vele vergane en bestaande culturen beschimpen de persoonlijke arbeidsplicht. Wij daarentegen laten ons aanpraten dat werken een vorm van zelfontplooiing is, een ware lust, en sluiten daarbij de ogen voor evidente waarheden: de kapitalist heeft de vervreemde arbeid van een ander nodig om winst te maken en de staat moet ons (langer) aan het werk houden om haar schuldenlasten af te lossen.

Libido vercommercialiseerd!

Marcuse schreef in andere tijden over eros en libido en had vooral oog voor de seksuele energie als productiefactor. Wat een realiteitsprincipe heette te zijn was voor hem in werkelijkheid een performantie- en productieprincipe.

Sindsdien is de libido ook dienstbaar gemaakt aan de consumptie, getuige daarvan het verregaande rentabiliseren van de erotiek: de pitspoes aan de bolide, de sexy lingerie, de pornografie die het internet overspoelt.

Pornografie heeft bovendien de bijkomende eigenschap weerstanden te breken. De Duitsers beseften dit goed toen ze in WOII pornografische pamfletten verspreidden in vijandig grondgebied. Soms vraag ik me af of bankiers dit ook doorzien wanneer ze de pornografische industrie financieren. Willen ze daarmee de bezwaren tegen hun exorbitante bonussen ombuigen in een beetje gekochte opgewondenheid?

De doorgedreven commercialisering van de erotiek tref  je ook aan in Ayn Rands Atlas Shrugged. Deze ultraliberale utopische roman blijft in Europa onopgemerkt maar werd in de Verenigde Staten uitgeroepen tot meest invloedrijk boek van de twintigste eeuw.

Wat bij Rand tegen de borst stoot is het radicaal doortrekken van de kapitalistische lijn. De minnaars en minnaressen in haar liberale paradijs betalen elkaar voor bewezen liefdesdiensten. Zo verwordt de erotiek tot een commercium sexualis en zijn intieme relaties niets meer dan het commercieel geregeld gebruik van elkaars geslachtsorganen. Liefde is obsceen of minstens hoererij, de beestachtige verstrengeling van driedimensionale pornografische beelden die het op z’n mensjes doen.

Libido gecastreerd?

Toch blijft ook Rand de erotiek behouden en geeft haar zelfs een bijzondere functie. Haar romanfiguren beleven tijdens hun vrijpartijen momenten van hemels genot. Maar ze missen de psychologische diepgang om te kunnen uitgroeien tot interessante karakters. Ze vallen voor elkaar omdat ze ondernemers of technische bollebozen zijn. Ze zijn in de eerste plaats allegorieën die staan voor Kapitalisme en Technologie. Wanneer ze dan met elkaar de liefde bedrijven wordt ons een verblindend en haast pornografisch beeld op het netvlies gebrand waarin kapitalisme een erotische eenheid vormt met technologie.

Een vergelijkbare versmelting van business en informatietechnologie vinden we terug in Peter Hinssens fusionmetafoor. Hinssen is Vlaanderens enige ICT-goeroe die naam waardig en hoeft niet te worden voorgesteld. In zijn boek Business/IT Fusion pleit hij voor een verregaande integratie van business process management, business innovation en de IT demand organisatie. “Fusion” is de term die hij voor deze verstrengeling gebruikt.

Onnodig dieper in te gaan op de technologische en organisatorische details van deze “fusion”. Wat opvalt is de naam zelf. Hinssen getuigt dat hij die ontleende aan de fysica, i.e. aan het nucleaire proces waarin kernen van waterstofatomen versmelten tot helium. Dat wordt “kernfusie” genoemd.

We moeten Hinssen geloven maar merken tegelijk op dat in woorden als “fusie” en “fysica” de sterke erotische connotaties van het Griekse woord “physis” doorklinken. Physis is immers de naam gedragen door de vroedvrouw die Aphrodite, godin van liefde en seksualiteit, ter wereld bracht.

We kunnen nog een psychoanalytisch eindje verder gaan. De menselijke erotiek wordt in het fusionconcept weggedrukt. Mensen worden erin herleid tot hun functie als process planner of business innovator. Is het gebruik van de term “fusion” dan geen symptoom, een slip of the tongue? Is hierin niet het heimelijk verlangen naar menselijke eenheid hoorbaar? Fluisterend, kreunend, kruipend?

Kortom, bij Rand is de allegorie erotisch en bij Hinssen is het de terminologie die erotisch is.

Libido gelegitimeerd!

Sinds Marcuse heeft de libido een gigantische economische afstand afgelegd. De libido is een productiefactor maar is daarbovenop ook een consumptieartikel geworden. Dit is pas mogelijk wanneer mensen worden beschouwd als mechaniekjes met oneindige seksuele verlangens die bevredigd moeten worden met aangeschafte erotiek. Deze commercialisering van de seksualiteit dringt bij Rand door tot in onze intiemste relaties. Il n’y a pas de hors-économie, il n’y a pas de hors-pornographie

De allegorieën van Rand en de metaforen van Hinssen zijn een nog afschrikwekkender krachttoer. In hun mythologie krijgt het verlangen de stempel van versmelting van en met technologie en economie opgedrukt.

Maar wat is het effect van dit alles? Prenten Rand en Hinssen niet het technokapitalisme in onze erotische verbeelding en blijft het niet juist daardoor onbevraagd?

Rands romans en Hinssens managementideeën nemen de historische rol van het arbeidsethos over. Hun erotische Newspeak disciplineert door te exalteren. Het is de pornografie die het brein laat vollopen terwijl het lichaam leegloopt.

De menselijke pionnen in het technokapitalistische systeem vervreemden en raken “gepornografiseerd”. Het technokapitalisme zélf wordt geïdealiseerd en geërotiseerd.

De begeerte heeft zijn haven niet in het ware, noch in het goede en het schone gevonden; evenmin is God ons aangeboren toevluchtsoord; winstgevende technologie – technologie die houdt van winst en winst die houdt van technologie – is onze bestemming, ons diepste verlangen.

Humane economie en technologie

We moeten onze economie en technologie in vraag durven te stellen. Ik bedoel dan niet dat we dringend dienen te innoveren voor een groene technologie en dienen te investeren in een duurzame economie, hoewel ook dat moet gebeuren. Wat ik bedoel graaft dieper. We moeten gauw nadenken over een economie en een technologie die mensen, hun erotiek en hun creativiteit centraal stelt eerder dan deze te onderdrukken. Dit heeft niks vandoen met regionaliseren of federaliseren en kan dan toch niet zo moeilijk zijn, nietwaar?

Daarover, beste Tiany Kiriloff, had ik graag open en bloot met jou gepraat. En lukt ons dat niet, dan kunnen we nog altijd neuriën, samen of alleen: 

Mais si l’on à manqué sa vie, on songe avec un peu d’envie à tous ces bonheurs entrevues. 

Paulus Baumof

paulus.baumof@ixploration.com (of Facebook en Twitter)

take down
the paywall
steun ons nu!