Op het terrein leeft de wanhoop. De wanhoop van gehandicapten en hun ouders die geen eind meer zien komen aan de wachtlijsten, die niet langer de hoogstnoodzakelijke ondersteuning krijgen, die niet meer terecht kunnen bij hun vertrouwde voorziening, die hun job moeten opgeven om zelf volledig de zorg op te nemen voor hun gehandicapt kind en het tegelijk thuis alleen zien wegkwijnen.
Het verwondert ons niets, dat de vertegenwoordigers van de gebruikers ontslag nemen uit de Oost-Vlaamse Regionale Prioriteitencommissie (RPC) die moet oordelen over het toekennen van prioriteitentickets voor gehandicapten. Ze kunnen deze herverdeling van de schaarste niet meer in overeenstemming brengen met hun geweten. Zij hébben ten minste nog een geweten, zo blijkt.
Wat niet kan gezegd worden van onze Vlaamse politici. Na jarenlange beloftes over het oplossen van de wachtlijsten zijn deze alleen maar verder aangegroeid. Ook in de economisch gunstige jaren was er geen wil (en dus geen geld), om deze wachtlijsten op te lossen. Er waren andere ‘prioriteiten’. De Vlaamse werkbonus, bij voorbeeld, want die leverde hen vast meer stemmen op. Want (mentaal) gehandicapten hebben nu eenmaal geen stem (want ze zijn meestal verlengd minderjarig verklaard) en zijn dus geen nuttig ‘kiesvee’.
Dus in plaats van de problemen op het terrein op te lossen, verdeelt men de schaarste en debatteert men over alweer nieuwe toekomstplannen die tegen 2020 de problemen ‘zouden moeten’ oplossen. “Words, words, words” tegen 2020. Da’s niet de volgende, maar de daaropvolgende Vlaamse regering!
En de oplossing die wordt voorgesteld, 300 à 400 euro waarmee klassieke huishoudhulp kan worden ingekocht, is niet de gespecialiseerde ondersteuning die een zwaar mentaal gehandicapte nodig heeft. De politici hebben daarmee echter hun schaamlap. Zij bieden wat geld, maar geen oplossing. Ook al zullen zij dan kunnen beweren van wel.
Ik nodig de Minister, en al zijn collega’s van de Vlaamse regering, alvast uit om ieder een dagje (één luttel dagje) voor onze dochter te komen zorgen. Dan zullen zij misschien beseffen dat het toekomstplan voor heel wat mensen geen oplossing biedt en hoezeer ouders ten einde raad zijn omdat het hen momenteel aan perspectief ontbreekt.
Indien men de beschaving van een samenleving meet aan de hand van haar zorg voor de zwaksten, zoals men gemeenzaam stelt, dan kan ik enkel vaststellen dat onze beschaving sterk terugloopt. Ik dank alvast de gebruikersvertegenwoordigers uit de RPC van Oost-Vlaanderen voor de moeilijke taak die ze de voorbije jaren opnemen, voor de moed die ze hadden hun geweten te volgen en om ontslag te nemen zodat de schandelijke schaarste in de gehandicapten zorg weer eens aandacht krijgt.
Jo en Jet Van den Bossche – De Koninck