De oom van Gwendolyn Rutten
Belastingen, Open VLD, Begroting -

De oom van Gwendolyn Rutten

woensdag 20 maart 2013 10:15
Spread the love

“De overheid is als een gezin: in een goed gerund huishouden wordt ook niet meer uitgegeven dan er binnenkomt.” Dat is het argument dat besparingsadepten keer op keer uit de kast halen om de overheid aan te manen tot steeds meer soberheid, om te pleiten voor ‘mondiaal montignaccen’ in de publieke sector.

Je reinste boerenbedrog

Op 19 maart 2013 nog haalde Open VLD-voorzitter Gwendolyn Rutten in een column in De Morgen deze slagzin uit de kast om de kritiek van professor Decoster op een al te stringent en groeivernietigend besparingsbeleid te counteren. Wie even verder kijkt en nadenkt, voorbij de geplogenheden van onelinerpolitiek, zal echter moeten vaststellen dat deze gedachtegang niet meer is dan je reinste boerenbedrog.

Om te beginnen klopt de redenering over de financiën van een gezin niet. Ja, welke auto je koopt zal afhangen van je budget, dus een modaal gezin schaft zich best geen vintage Ferrari Testarossa aan. Dat is niet meer dan logisch.

Maar dat geldt lang niet voor alle uitgaven. Wanneer iemand uit datzelfde gezin, laten we zeggen Nonkel Alexander, ziek wordt en naar de dokter gaat, betaalt die immers enkel het remgeld, de rest van de kosten is in ons systeem gesolidariseerd. De kosten voor het aanleggen van de weg waarop Nonkel Alexander met zijn wagen, al dan niet inclusief chauffeur, naar de praktijk van de huisarts snort, gaan al helemaal niet van het huishoudbudget af.

Positief resultaat

Uiteraard betaalt ons spreekwoordelijke gezin belastingen – Nonkel Alexander klaagt daar waarschijnlijk regelmatig steen en been over op familiefeestjes – en daar worden o.a. die remgelden en wegenwerken mee gefinancierd, maar er is geen hond die zal durven beweren dat het hier om een één op één relatie gaat.

Meer nog: voor gezinnen zal het nettoresultaat van belastingen versus dergelijke “niet betaalde reële kosten” meestal positief uitvallen. Voor wie veel tegenslag meemaakt, zal het zelfs zeer positief uitvallen. Ziekte, onderwijs, zorg, infrastructuur, justitie … enzovoort zijn allemaal “kostenfactoren” die niet integraal aan een modaal gezin worden voorgeschoteld.

Hetzelfde geldt overigens voor bedrijven, die inderdaad ook belast worden (sommige toch), maar die net zo goed genieten van heel wat collectief georganiseerde voordelen en van maatregelen die dienen om een stuk van de kosten waarmee zij geconfronteerd worden, door de gemeenschap te laten dragen. Denk maar aan tussenkomsten in de loonkost, infrastructuur, fiscale gunstregimes, investeringssteun, opleidingssteun, enzovoort.

Net zoals bij de gezinnen zijn er bedrijven die in verhouding veel of weinig bijdragen, en net zoals bij de gezinnen kan je discussiëren over wie wat bijdraagt, maar dat is een geheel ander debat dan simpelweg stellen “dat je niet boven je stand moet leven”.

Het echte debat

Wie zo’n platitudes hanteert, gaat het echte debat bewust uit de weg, namelijk de vraag naar welke noden we als gemeenschap absoluut gelenigd willen zien en welke “kosten” we dus gemeenschappelijk willen dragen. Die vraag dient eigenlijk het vertrekpunt te zijn van elk begrotingsdebat en het is hallucinant dat deze er de afgelopen jaren in de politieke discussies nauwelijks nog toe lijkt te doen.

Stop dus met de infantilisering van het begrotingsdebat. De overheid is niet als een gezin. De overheid is alle gezinnen en bedrijven samen. Het is in deze het vehikel waarmee wij welvaart herverdelen, of anders gesteld, waarmee kosten waarvan we het onbillijk vinden om die aan een individueel gezin (of bedrijf) aan te rekenen, gesolidariseerd worden.

Philippe Diepvents, adviseur studiedienst Vlaams ABVV

take down
the paywall
steun ons nu!