De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

De mythe over China’s honger voor Afrikaanse grond

De mythe over China’s honger voor Afrikaanse grond

zaterdag 24 april 2010 18:03
Spread the love

Deborah Brautigam is professor aan een Amerikaanse universiteit en legt zich toe op een Internationaal ontwikkelingsprogramma. Ze woonde in Azië en bestudeerde jarenlang China. Ze deed ook onderzoek in een tiental Afrikaanse landen. In januari van dit jaar publiceerde ze een boek over het Chinese engagement in Afrika onder de titel “The Dragon’s Gift” (Oxford University Press). Ze houdt een blog waarin ze de actualiteit op dit vlak nauwgezet bijhoudt om naar eigen zeggen ‘de mythen van China in Afrika te confronteren met de realiteit’. Zie http://www.chinaafricarealstory.com/

Ik vertaalde hieronder twee artikels die gaan over de mythe van de zogenaamde Chinese landhonger in Afrika.

De mythe over China’s honger voor Afrikaanse grond deel I:
De deal over Congolese palmolie

China staat vaak op Nummer Een in artikels over de ‘grote Afrikaanse landroof”. Ik zag juist een verslag op de website van CBS News: “China’s Afrika Play”, waarin men letterlijk zegt: ‘Er is op grote schaal gemeld dat China onlangs helft van de Congolese landbouwgrond aankocht. ” Maar wat weten we werkelijk over Chinese ‘landhonger’ in Afrika?

Laat ons deze beweringen even van nabij bekijken. Ik zag eigenlijk geen enkel rapport dat de bewering staaft dat China de helft van de Congolese landbouwgrond zou hebben aangekocht (misschien verwarde de auteur de Congo-China deal met het verhaal van de Koreaanse bedrijf Daewoo in Madagaskar?). Er wordt wel een heleboel vertelt over een vermeende Chinese olie-palm plantage van’ 3 miljoen hectaren ” die in voorbereiding zou zijn in de Democratische Republiek Congo (DRC) zijn. Het is zwaar overdreven, maar er is wel iets waar van dat plantage verhaal.

In mei 2007, meldde Digitalcongo.net dat ZTE, een van de belangrijkste Chinese telecombedrijven voor een dienstverlening, die minstens sinds 2000 belangrijke investeringen in Congo had, van plan was om 1 miljard dollar te investeren in een joint venture voor een palmolieplantage voor biobrandstoffen die naar schatting 3 miljoen hectare zou beslaan. Dit zou een enorm project zijn. En het project bestaat inderdaad. Maar was het echt 3.000.000 hectare? Of 300.000? Of 100.000? Of 250? En waarom zou een telecom bedrijf investeren in palmolie?

Sinds het verhaal op het internet werd gelanceerd, verdiepte het mysterie.
 In augustus 2007 keurde de Congolese Ministerraad het voorgestelde project goed voor 100.000 hectare. Een artikel uit de Congolese krant La Prospérité van 3 november 2007 zei dat als het project volledig ontwikkeld zou zijn, de plantage 100.000 hectare zou zijn. Maar op 14 jan 2008 interviewde een andere Congolese krant, Le Potentieel, de Chinese ambassadeur in de Democratische Republiek Congo die zei dat het ZTE project betrekking zou hebben op ‘300.000 ha’. In mei 2008, verscheen dan weer een verslag van Associated Press met een cijfer van 2,8 miljoen hectare.

Het staat ondertussen wel onomstootbaar vast dat ZTE geïnteresseerd is in de levering van industriële palmolie. Het bedrijf heeft hiervoor zelfs speciaal een dochteronderneming opgericht. In mei 2009 tekende in Tianjin (China) de Corporation Agribusiness, een dochteronderneming van ZTE, een deal met TEDA om een gezamenlijk bedrijf op te richten in het Nangang Industrial Park. De komende vijf jaar, plande ZTE Agribusiness ‘tot 880 miljoen dollar te investeren … op 200.000 hectare grond in het buitenland ‘met het voornemen om ui te breiden naar ‘een miljoen hectare landbouwgrond in het buitenland de komende tien jaar’. Andere artikels vermelden investeringen door ZTE in de Democratische Republiek Congo, Indonesië en Laos. De industriële verwerking van de palmolie zou blijkbaar allemaal gebeuren in Tianjin: dit betekent niet veel goeds voor de overdracht van de industriële expertise aan de DRC.

In een interview van juli 2009 met het Chinese nieuwsagenstchap Xinhua, zegt de regiomanager van ZTE, Zhang Peng, dat het geplande project in de DRC over 1 miljoen hectare zou gaan en duizenden jobs zou opleveren aan de lokale bevolking. Het project werd toen nog steeds beschreven in de toekomende tijd.

Maar in februari 2010, meldde Africa-Asia Confidential dat in 2008, Congo een bescheiden 250 hectaren aan ZTE had aangeboden. Delegaties van ZTE zouden tweemaal het Congolese Ministerie van Landbouw hebben bezocht om het project te bespreken, maar ‘drie jaar na het Memorandom Of Understanding is er niets gebeurd en volgens het ministerie van Landbouw ‘spreekt niemand er nog over’.

Dus wat is het echte verhaal in de DRC? Volg deze blog. En als je meer weet, geef dan commentaar op dit artikel.
Tot nu toe is dit het enige echt grote verhaal over Chinese investeringen in Afrikaanse gronden waarvoor er robuust bewijs bestaat. Zoals ik schreef in mijn boek, The Dragon’s Gift, lijkt het cijfer van 100.000 hectare het meest aannemelijk, met de mogelijkheid dat er uitbreiding zou komen. Dit is belangrijk, maar het is geen 3 miljoen hectare. En het draait misschien zelfs op helemaal niets uit. Opmerkingen en aanvullend bewijs welkom.

De mythe over China’s honger voor Afrikaanse grond Deel II:
Het onbestaande fonds van 5 miljard.

Is China actief op zoek naar land in Afrika om voedsel te verbouwen om het daarna per schip terug naar China te vervoeren? Dit is de achterliggende gedachte van een groot deel van de rapporten en blogartikels over dit onderwerp. Maar zoals ik al heb aangegeven in de Dragon’s Gift, en in een artikel van september 2009 in China Quarterly, bestaat er (als nog) vrijwel geen bewijs voor deze stelling.

Gisteren las ik het laatste artikel van Howard French in de Atlantic Monthly article over China en Afrika onder de titel: ‘The Next Empire’. Het is prachtig geschreven, in Howard’s eigen stijl en inzicht. Maar als hij beweert dat ‘Peking in 2008 vijf miljard dollar zou voorbehouden hebben voor agrarische projecten in Afrika, met een focus op de productie van rijst en andere gewassen dan valt hij wel voor een van de goedkope mythen (als het niet erger is!) die op het internet circuleren over Chinese engagement in Afrika.
De bron van dit verhaal is een verslag van 2008 door een Liberiaanse journalist over het bezoek van een delegatie van de China-Afrika Ontwikkelingsfonds in Liberia. De journalist had gemeld dat China ‘5 miljard dollar had gereserveerd’ voor de productie van voedsel en marktgewassen in Afrika. Maar dit was een grote fout.

Stephen Marks had dit verhaal al met de grond gelijk gemaakt in een verslag dat in 2008 op de site Pambazuka werd gepubliceerd. Marks merkte op, wat China-Afrika-watchers allemaal al wisten, dat er in november 2006 op het Beijing Forum voor Afrikaanse leiders een China-Afrika Ontwikkelingsfonds (CADF) was aangekondigd met een bedrag van 5 miljard dollar voor Chinese investeringen in Afrika, in alle sectoren. Sindsdien stuurt het CADF teams naar bijna elk land in Afrika, waaronder Liberia, om investeringsmogelijkheden te onderzoeken in de ontwikkeling van de verwerkende industrie, energiecentrales en zo verder. Tot nu toe gingen zeer weinig van de CADF investeringen naar landbouw.

Het Chinese magazine Economic Observer publiceerde een stuk wat lijkt op een betrouwbare rapportage over de overzeese landbouwplannen van China. Dit artikel, gepubliceerd op 30 juni 2008, was intrigerend, maar zelf zeer voorwaardelijk. Er bestaat uitgebreid bewijsmateriaal over de interesse van China om te investeren in de landbouw in Latijns-Amerika (sojabonen in Brazilië) en in Zuidoost-Azië. Maar in Afrika, bestaan er gewoon geen aanwijzingen voor grote nieuwe Chinese landbouwbedrijven.

In plaats daarvan, zoals ik heb beschreven in mijn onderzoek, zien we een innovatief model dat ontwikkelingshulp en de Chinese commerciële landbouwbedrijven combineert. Bij dit experiment krijgen Chinese bedrijven de opdracht om winstgevende, inkomsten genererende activiteiten te vinden die hen in staat stellen om landbouwtechnologische centra (er zijn er in totaal 20 in Afrika) te ondersteunen die nieuwe agrarische technologieën demonstreren en die technische opleiding aan Afrikanen moeten mogelijk maken. Zijn deze centra de voorhoede van een nieuwe landroof? Ik denk het niet. Het is veel waarschijnlijker dat ze de voorhoede vormen van de nieuwe commerciële multinationale Chinese landbouwbedrijven. Dit zou om andere redenen zorgwekkend kunnen worden (wat met de Genetisch gemodificeerd organismen? Controversiële hybriden?). Maar dat is een aparte kwestie.

 

take down
the paywall
steun ons nu!