De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

De match van de toekomst: Aardappelschimmel versus GGO
Ggo debat aardappel durph basf wetteren -

De match van de toekomst: Aardappelschimmel versus GGO

maandag 14 januari 2013 03:21
Spread the love

Teeltverbod

In de zomer van 2012 vroeg de Nationale Aardappelraad van het VK alle hobbytuinders met aandrang om te stoppen met het telen van aardappelen. Grote aardappelbedrijven weten hoe ze de gevreesde aardappelziekte kunnen bekampen met zware fungiciden, en hobbytuinders die dit niet doen, maken de ziekte sterker en de markt kapot, zo was de redenering. Tuinders reageerden verontwaardigd, en verwezen onder meer naar een scala aan schimmelresistente aardappelrassen, zoals de Sarpo Mira van de Sarvari Research Trust. Zij braken een lans voor het kleinschalige tuinieren en het zelf verder veredelen van robuuste en resistente aardappelgewassen, iets wat al eeuwen wordt gedaan.

Uniformiteit

De aardappelindustrie wil echter het liefst van al grote, goedkope en uniforme aardappelen, aan zo laag mogelijke prijzen. Zo zijn vele betrokkenen in België ervan overtuigd dat industrie en consument koste wat kost Bintjes willen, hoewel deze soort zeer schimmelgevoelig is, en dus heel wat fungicide-behandelingen per jaar nodig heeft, wat zorgt voor ongeveer de helft van alle landbouwgifgebruik. Bij onze Noorderburen kreeg Bintje daarom niet voor niets de bijnaam ‘gifpieper’.

In Europa zijn er drie centra waar ggo-aardappelen worden ontwikkeld: de Universiteit van Wageningen (WUR), het Sainsbury Laboratory (John Innes Centre) te Norwich, VK, en BASF Plants Science in Limburgerhof, Duitsland.

De Wetterse veldproef

Op het aardappelveld van Wetteren waren in 2011 zowel Durph-aardappelen geplant van de Universiteit van Wageningen (WUR), als Fortuna-aardappelen van BASF. Beide soorten zijn resistent tegen de aardappelziekte, dankzij de aanwezigheid van resistentie-genen in hun DNA, geïsoleerd uit wilde aardappelvarianten uit de Andes, die daar via genetische manipulatie (GM) zijn ingebracht. Wetenschappers identificeerden intussen een twintigtal van dergelijke interessante genen. De Durph-lijnen hadden verschillende combinaties van drie resistentie-genen, en meestal een antibiotica-resistentie-marker (nptII) in zich, geïsoleerd uit een E.Coli-bacterie. De Fortuna-aardappelen bezitten twee andere bekende resistentie-genen, én een gen dat resistent is tegen Imazamox, een imidazolinone herbicide. BASF hoopt de Fortuna-aardappel tegen 2014 op de markt te kunnen brengen.

Vertrouwen

We gaan even voorbij aan de aanwezige antibiotica-resistentie-marker, en aan de controverses die hierrond al woedden, onder meer in het dossier van de intussen geautoriseerde Amflora-zetmeelaardappel van BASF. Laten we er, voor de gemoedsrust, van uitgaan dat hierdoor geen onbedoelde effecten zullen opduiken, zoals verhoogde antibiotica-resistentie bij micro-organismen in de grond of in het water. Misschien halen ze het gen er zelfs uit bij commercialisering, wie weet.

Laten we er ook op vertrouwen dat onbedoelde effecten door GM, zoals het optreden van insertiemutagenese, pleiotropie en somaklonale variatie, op tijd met het blote oog en via enkele rudimentaire tests worden opgemerkt. Bij grote twijfel zullen negentig dagen-rattenproeven volstaan om de veiligheid te garanderen, zo wordt ons verzekerd.

We maken ons even ook niet druk over dat andere resistentie-gen in de Fortuna-aardappel van BASF. Okay, het gen maakt de plant mogelijks resistent tegen enkele krachtige herbicides van BASF, wat hen een flinke duit extra kan opleveren. So what? Wat landbouwers in de VS en India meemaken met de opkomst van superresistente onkruidgewassen en insekten, ten gevolge van respectievelijk het grootschalig telen van glyfosaatresistente en Bt-ggo’s van Monsanto, hoeft daarom nog geen waarschuwing in te houden voor het business plan van BASF. Een beetje biologische tegenreactie kan de herbicide-verkoop net een aardig duwtje in de rug geven. There’s no business, like agri-business.

De ggo-aardappelen van de toekomst

Neen, laten we ons nu even voorstellen dat deze schimmelresistente aardappelen alle tests met bravoure doorstaan en geen van bovenstaande doemscenario’s ooit uitkomt. En dat de aardappelen worden gecommercialiseerd door een non-profit bedrijf, of door een multinational met een hart voor mens en milieu. Is hiermee de kous dan af?

Wel, het is maar hoe je het bekijkt.

Schaakspel

Bijna alle betrokken onderzoekers, geven te kennen dat een doorbreken van de resistentiegenen slechts een kwestie van tijd is. De schimmel zal zich ongetwijfeld aanpassen, en nieuwe manieren vinden om de ingebrachte resistentie-genen te vlug af te zijn.

Maar onze ambitieuze onderzoekers zijn natuurlijk ook niet van gisteren. “Je moet de schimmel gewoon een stapje voor blijven”, zo luidt het optimistisch. De schaakmatch ggo vs schimmel ziet er dan als volgt uit: je brengt niet één resistentie-gen in, maar twee of drie tegelijk, uit die grote mand van een twintigtal geïdentificeerde (en soms gepatenteerde) resistentie-genen. En daarna spelen we het héél slim.

Strategie

In de aardappelbrochure van het Vlaams Instituut voor Biotechnologie, klinkt het zo:

Enkelvoudige resistenties tegen Phytophthora zijn niet duurzaam. Phytophthora breekt er vroeg of laat doorheen en dan verliezen de rassen met die enkelvoudige resistenties een groot deel van hun waarde. De combinatie van twee verschillende resistentiegenen is al veel duurzamer. Het wordt dan niet twee keer, maar vele keren zo moeilijk voor Phytophthora om dan door de resistentie heen te breken. Een drievoudige resistentie is nóg weer vele malen duurzamer. De meest duurzame resistentie wordt verkregen wanneer aardappelrassen met verschillende meervoudige resistenties, in ruimte en in tijd afgewisseld zouden worden. Wetenschappers zijn ervan overtuigd dat in een dergelijk scenario, aangevuld met een beetje spuiten, Phytophthora-problemen tot het verleden zouden moeten behoren, omdat de Phytophthora in dat geval geen kans krijgt om zich aan te passen.

Professor Jonathan Jones, projectleider van de Sainsbury Laboratory, verwoordt de strategie als volgt:

De aardappelschimmel is een zeer versatiel pathogeen, dat heel snel evolueert. Om een lange termijn strategie te hebben, moeten we dus voortdurend nieuwe resistentie-genen isoleren en die in de variëteiten brengen die we willen consumeren. Er bestaat een groot stuk natuurlijke variatie voor resistentie, en met nieuwe technologie wordt het steeds makkelijker om de juiste genen op te sporen. We zijn ervan overtuigd dat we een pijplijn van nieuwe genen zullen kunnen ontwikkelen, zodat de variëteiten waar we van houden, veilig kunnen worden gehouden van de aardappelschimmel, zonder ze vijftien keer per jaar te moeten bespuiten, om de ziekte onder controle te houden.

Toekomstperspectief

Ik tracht mij dergelijke ‘aardappelen van de toekomst’ voor te stellen, en vooral dan de nood aan het centraliseren van de coördinatie ervan.

We creëren wellicht het best een soort Aardappel Instituut dat jaar na jaar haar aardappel-pionnen in stelling brengt, en de aardappelboeren decreteert welke ggo-variatie ze dit jaar mogen planten, afhankelijk wellicht van het aanbod van één of twee biotech-spelers op de aardappelmarkt, en van hun strategische prognoses. Zo blijven de Verenigde Landbouwers hopelijk een tijdje aan de winnende hand in het Schaakspel tegen de Schimmel. En dan maar hopen dat we steeds een stapje voor blijven, dat we voldoende nieuwe resistentie-genen vinden, en dat de schimmel wat traag is in haar reacties. Deze oomyceet is immers al miljoenen jaren oud Zo houden we het wel nog een aantal jaren uit, voor onze Schimmel een Superschimmel wordt, en het spuiten weer in alle hevigheid losbarst, in steeds straffere doses.

Zien jullie het al voor je?

Alternatief

En te bedenken dat er ook perfect een andere toekomst te kiezen valt. Een toekomst waarbij een netwerk van kleinere landbouwers met een veelheid aan robuuste aardappelrassen en slimme, conventionele technieken, de schimmel de baas blijven, en tegelijk veelvuldig spuiten overbodig maken. Een toekomst waar het beleid zorgt voor betaalbare aardappelen, bewuste consumenten en eerlijk betaalde boeren.

Maar of zo’n duurzaam perspectief nu past in het business model van BASF of VIB, dat valt te betwijfelen.

take down
the paywall
steun ons nu!