Opinie, Nieuws, België, Ggo-aardappelen, Field liberation movement -

De kern van de ggo-zaak: de aarde is niet te koop

Het is treurig dat in het hele debat rond de gedeeltelijke vernieling van het test-aardappelveld in Wetteren door het Field Liberation Front de kern van de zaak nauwelijks aan bod komt, schrijft cultuurfilosoof Lieven De Cauter.

dinsdag 31 mei 2011 16:55
Spread the love

De kern van de zaak is niet dat Bart Staes (of althans zijn moestuin) zowat wordt belaagd omdat hij de actie van burgerlijke ongehoorzaamheid voorzichtig verdedigde als deel van het democratisch debat.

Wouter Van Besien, voorzitter van Groen! vond dat hij snel moest ingrijpen en Groen! veroordeelde officieel de actie. Zelfs de milieupartijen durven op dit moment milieuactivisme niet meer verdedigen. Triestig.

Over de criminalisering van activisme heb ik het al vaak gehad, dus dat debat laat ik hier even liggen, maar het ‘hooliganisme’ noemen (dat is geweld voor de kick), zoals SP.A-senator en gelauwerd wetenschapster Marleen Temmerman doet in De Standaard (31 mei), is tekenend.

Sorry, er is geen geweld gepleegd. Vernieling van goederen is, ook in juridische termen, nog iets anders dan geweld. Maar daar wou ik het dus niet over hebben.

De kern van de zaak is voor mij verder niet het gevaar en de gevolgen op lange termijn van ggo’s (genetisch gemodificeerde organismen) voor mens en natuur, voor de volksgezondheid en de biodiversititeit, hoezeer dat ook een zorg moet zijn en voorwerp van debat.

De kern van de zaak is zelfs niet of we ggo’s nodig hebben om hongersnoden te vermijden. Hoewel ook dat een heel belangrijke  discussie is. Onderzoek toont aan dat de positieve effecten op voedselvoorziening minimaal zijn, maar goed.

De kern van de zaak is de privatisering van gemeengoed van de mensheid. Alle andere thema’s moeten bekeken worden vanuit dat perspectief.

Het is echt geen goed idee dat Monsanto en een handvol andere multinationals een hongersnood moet voorkomen, of verantwoordelijk zijn voor volksgezondheid en biodiversiteit, want één ding is zeker: Monsanto is alleen geïnteresseerd in winst en dus de korte termijn. Maar juist over voedsel, gezondheid en biodiversiteit moeten we denken op de lange, heel lange termijn.

In alle bladzijden die De Standaard wijdt aan de actie in Wetteren, komt deze problematiek van de privatisering alleen zijdelings aan bod. In een artikel ‘van de wetenschapsredactie’ (onder de titel ‘To G or not to G’) is het welgeteld één woord: ‘commercialisering’. Ook in het opiniestuk van Open VLD-politica Patricia Ceysens is het geen thema.

Nu ja, zij gelooft wellicht in het neoliberale dogma dat de wereld beter wordt door de privatisering van alles. Marleen Temmerman doet in haar opiniestuk een stuk beter. Over het verstoren van een debat met ggo-expert Marc van Montagu door milieuactivisten schrijft ze:

“Ook zijn pleidooi voor onafhankelijk onderzoek en strenge controles om te vermijden dat de zaaigoedmultinationals zoals Monsanto het terrein zouden domineren, werd niet gehoord.”

Maar even verderop lezen we deze merkwaardige zin: “Terwijl de discussie onmogelijk blijft, wordt het terrein stilaan ingepalmd door multinationals en wordt onafhankelijk onderzoek moeilijker en moeilijker.” Alsof het de schuld is van de fanatieke milieuactivisten dat de multinationals alles inpikken. Come on, zeg! 

De enige die dat thema echt centraal stelt, is de zwaar belaagde Bart Staes (niet in De Standaard, maar op de website van DeWereldMorgen.be – tekenend?): “Nu reeds hebben 10 bedrijven wereldwijd twee derde van de zaadmarkt in handen. Tien bedrijven hebben wereldwijd 84 procent van de agrochemicaliën in handen en 10 supermarktketens (waaronder Wall-Mart, Carrefour en Tesco) hebben 25 procent van de wereldmarkt in handen. De GGO-technologie zit in de handen van deze grote multinationale ondernemingen.

En ieder wetenschappelijk onderzoek, al dan niet onafhankelijk opgestart, komt uiteindelijk onder druk van het grote geld in handen van die voedselgiganten. Het gaat om duur en hoogtechnologisch onderzoek waarbij ontzettend veel overheidsgeld en steun voor het biotechnologisch onderzoek direct of indirect naar dit soort bedrijven gaat.

Er bestaat een sterke verwevenheid tussen overheid, universiteiten en industrie. En de industrie beslist al te vaak mee over de aard en de inhoud van de te financieren programma’s. Er is het veel voorkomend fenomeen dat adviseurs van voedselveiligheidsagentschappen na verloop van tijd overstappen naar de voedselgiganten. Recentelijk werden meerdere mistoestanden blootgelegd in de Europese VoedselVeiligheidsAutoriteit EFSA.”

Dàt is de kern van de discussie over de actie op het testveld in Wetteren.

We moeten ophouden met de perverse logica van socialisering van de kosten en privatisering van de winsten: de belastingbetaler betaalt het dure onderzoek en de multinationals gaan met de winsten lopen. Die privatisering is in economische termen een vorm van ideologisch vermomde diefstal, of toch minstens ontvreemding van goederen en rijkdom. Denk aan Electrabel: wij hebben de kerncentrales gebouwd en afbetaald, zij gaan lopen met gigawinsten (die wij natuurlijk ook nog eens betalen).

Deze privatiseringswoede getuigt van een blindheid die ook ‘fundamentalistisch’ te noemen is: na zoveel bewijzen van de falikante gevolgen ervan, van crisis naar crisis, gaat men er onverminderd mee door.

Het lijkt de enige remedie: Griekenland zit in het slop, wel, dan gaan we de Griekse stranden privatiseren. Terwijl het strand toch wezenlijk van iedereen is. Zo was er een economische journalist (ook in De Standaard) die een paar jaar terug vaststelde dat de pollutie in de oceanen zorgwekkend was. Zijn oplossing: de oceanen privatiseren. Dat is toch ziek.

De eenentwintigste eeuw zal beheerst worden door een strijd voor het ecologisch evenwicht op de planeet (juist vandaag waarschuwt het International Energieagentschap dat we er niet zullen in slagen om de CO2-uitstoot te beperken en dat de temperatuur op aarde wellicht met meer dan twee graden zal stijgen tegen 2100, misschien zelfs met vier graden).

We moeten juist veel meer dingen als gemeengoed beschouwen. Niet alleen de lucht (die we voorlopig nog niet hebben geprivatiseerd, hoewel emissierechten in die logica zitten) en water (dat we volop aan het privatiseren zijn), maar het hele milieu. Het hele ecosysteem is gemeengoed, men zou kunnen zeggen het hoogste goed.

Landbouw is cruciaal voor het overleven van de mens en dus is zaaigoed gemeengoed. Dat Monsanto en nog een paar van die agro-giganten naar eigen zeggen door zowat alles te patenteren een quasimonopolie willen op de voedselproductie op wereldschaal is crimineel.

Ook hier legt Bart Staes de vinger op de wond: “De grote ggo-giganten zorgen voor een koppelverkoop van zaden en herbicides met een contractueel verbod op het gebruik van zaaizaad.

Boeren moeten dus elk jaar weer de kassa’s van de voedselgiganten passeren. In opkomende landen als Argentinië, Paraguay of India worden boeren eerst gelokt met goedkoop zaad maar naar verloop van tijd moeten ze hoge royalties betalen, tot 20 dollar per ton. Kleine boeren gaan overkop en hun grond wordt opgekocht door grootgrondbezitters.

Daarbij vergeleken zijn de vernielingen van het veld in Wetteren klein bier. Ja toch. Dat die boodschap maar niet doordringt in het debat en in de hoofden van de mensen (en de bedremmelde wetenschappers), is niet alleen intriest maar stilaan hemeltergend en misschien zelfs levensbedreigend.

Dat genetische codes van aardappelen, zaden en zelfs dieren (zoals de fameuze varkens van Monsanto) privé-eigendom worden, is ethisch verwerpelijk en uiterst gevaarlijk. Juist op het moment dat we de aarde moeten zien als gemeengoed, wordt alles geprivatiseerd, dat wil zeggen ondergeschikt gemaakt aan winst en speculatie. Ziek, zeg ik, pervers en misdadig.

Daarom is er dringend nood aan een radicaal ander landbouwmodel, ook daarin sta ik pal achter Bart Staes, die pleit voor ‘een agro-ecologie als een model waarbij er voldoende, veilig en gezond voedsel geproduceerd kan worden door landbouwers, hier en in de derde wereld, en dit in volle autonomie en met zicht op een voldoende hoog inkomen’.

Ja, er is duidelijk werk aan de winkel. Daarom verdienen de ecoclowns van het Field Liberation Front onze sympathie. Al zouden ze zeker moeten werken aan hun communicatie. De boodschap is nochtans doodsimpel en zonneklaar (met dank aan Greenpeace): ‘The Earth is Not for Sale!’

(‘You Fuckers!’ – wil de hooligan in mij er bij schreeuwen. Of zelfs: ‘Dood aan Monsanto!’ Maar ik zal mij maar beheersen en het gewoon houden op nadrukkelijke kapitalen: DE AARDE… IS NIET… TE KOOP!)  

Lieven De Cauter

Lieven De Cauter is cultuurfilosoof verbonden aan de KU Leuven.

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!