De eindeloze komkommertijd
Analyse -

De eindeloze komkommertijd

De (na)zomer van 2014 gaat onopgemerkt voorbij en zo zal hij in de geschiedenisboeken belanden: als maanden waarin de fundamenten van onze samenleving werden hertekend, waarin onze samenleving een heel andere ideologische bovenbouw kreeg – terwijl vrijwel niemand daar een kik om gaf. Onze media hebben de komkommertijd eindeloos gerokken. Ze lijken elke poging te hebben opgegeven om relevant te zijn. Het kleine domineert, het grote komt niet meer aan bod.

woensdag 17 september 2014 18:52
Spread the love




Laat ons eerst even kijken waarover we niet worden
geïnformeerd. Voorop staat de inhoud van de regeringsonderhandelingen.
Er zijn al behoorlijk wat mensen die bij het vermelden van 25 mei al
niet meer weten dat we op die dag verkiezingen hielden, en dat we
daarbij alle bestuursniveaus hebben vernieuwd.

De Moeder Aller
Verkiezingen
lijkt stilletjes verdwenen, met Jetair naar een zonnige
bestemming allicht, en het ongemene belang dat er vooraf aan werd
toegeschreven is op geen enkele manier opgevolgd door een nauwgezette
aandacht voor haar effecen.

Die effecten zijn echter niet min. Op Vlaams
en Federaal niveau hebben partijen de leiding genomen die vastbesloten
lijken om komaf te maken met de verwezenlijkingen van anderhalve eeuw
emancipatiestrijd.

In weerwil van wat we sinds de Piketty-revolutie
weten, en in weerwil van wat – merkwaardig genoeg – voordien neoliberale
instellingen zoals de OESO en het IMF aanbevelen, willen onze
regeringen meer ongelijkheid verwezenlijken – vanuit een geloof
in een reeks economische theorieën waarvan nu zowat elke hoogleraar
Economie toegeeft dat ze compleet failliet zijn.

Het uitgangspunt dat men “economie” kan vernauwen tot de winstcijfers
van ondernemingen, de aandelenkoersen en het BNP, en dat een stijging
in deze drie gelijk staat aan “groei” (en dus op gejubel moet onthaald
worden), wordt nog enkel in rabiaat-neoliberale kringen geloofd.

Elders
beseft men dat toenemende kapitaalsconcentratie gekoppeld aan een
permanente werkloosheidscrisis het recept is voor maatschappelijke
instabiliteit en economische rampen-op-termijn. Het is een systeembedreiging en
dus niet iets wat men snel-snel door middel van wat verzachtende
omstandigheden kan oplappen. 

Het economische neoliberalisme is van een wetenschappelijk standpunt – er zijn talloze Nobelprijzen Economie toegekend aan de stamvaders van deze visie – naar het niveau van een ideologisch standpunt getuimeld. Dat wil zeggen: het is een geloofsovertuiging. Mensen mogen die wat mij betreft best huldigen; ze als waarheid verkopen gaat me echter wat te ver.

Kreupele uitgangspunten

Nu is het zo dat we ons de regeringsonderhandelingen enkel kunnen
inbeelden, want feitelijke informatie krijgen we er niet over. Ik beeld
me in dat het gaat om een vergadering – in isolement, waarover verder
meer – waarin een klein groepje mensen zonder de minste externe
kritische controle een rotsvast geloof in die kreupele uitgangspunten
pogen om te zetten in een radicaal “nieuwe” samenleving.

De “lekken” die
we vanuit de regeringsonderhandelingen opvangen – ook daarover zo
dadelijk meer – geven voeding aan dat beeld: elk systeem dat
werkloosheid, armoede en marginalisering structureel moet voorkomen of
verzachten gaat voor de bijl; de “verworven rechten” van een eeuw
syndicale strijd – de ambtenarenpensioenen, het stakingsrecht – worden
uitgehold; er wordt schaamteloos de kaart van de ondernemingen en hun
aandeelhouders getrokken, want hun “loonlasten moeten omlaag ” – lees,
in iets duidelijker taal, “hun winsten moeten omhoog”.

Twee volkomen
afgeleefde kernreactoren, gelegen in één van de grootste havens van de
wereld en vlakbij de grootste Vlaamse stad, zullen open blijven, tot
eindeloze vreugde van Electrabel; en de eindeloze vreugde van de
betonboeren wordt verzekerd door het versnelde uitvoeren van het
Oosterweel-plan, waarvan de (gigantische) kost door middel van
aanvullende besparingen op alles wat sociaal en cultureel is wordt
betaald.

Miljoenen wagens en vrachtwagens zullen de eerstkomende
decennia ongehinderd door stadskernen razen. Bovendien – en ook hiervoor
moet worden bespaard – koopt ons land nieuwe gevechtsvliegtuigen aan,
zodat we in tijden van economische austeriteit nog steeds de veiligheid
van het Westen kunnen mee verzekeren. Een gezin hebben, en je kinderen
laten studeren, wordt aanzienlijk duurder, net zoals talloze andere
diensten die tot nog toe via mechanismen van solidariteit werden mee
gefinancierd. Winsten maken en fortuinen beheren, daarentegen, worden
goedkoper.

Verschuiving van historisch formaat

De regeringen die de Moeder Aller Verkiezingen heeft gebaard
herschikken de ideologische structuur van het land. Solidariteit – het
ideologische mechanisme dat de naoorlogse samenlevingen in Europa
gestalte gaf – is vervangen door straf. Mee betalen voor het ongeluk van
anderen wordt gezien als een onrechtvaardige sanctie; ervan genieten
wordt gezien als fraude en profitariaat. Dit is een verschuiving van
historisch formaat, al kijkt de gemiddelde Belg liefst een heel andere
richting uit.

De gesprekken die deze verschuiving gestalte geven verlopen immers in
de diepste geheimhouding. Ideeën die deze verandering uitbouwen, en
daardoor de ongelijkheid en het conflict in het hart van ons systeem
installeren, zijn niet publiek te controleren, te bespreken en te
bekritiseren; alternatieven kunnen daardoor nooit aan bod komen.

Het is
typerend dat zowat het enige evenement waarover we uitgebreid zijn
geïnformeerd tijdens de regeringsvorming van persoonlijke aard
was: de nu al legendarische nacht vol “beklijvende stiltes”, waarin Kris
Peeters “zijn” premierschap “opofferde” om de christendemocraten een
lobbyiste in het hart van de EU te laten verwerven, geheten Marianne
Thyssen.

Het tranerige verhaal van dit koningsdrama werd breed
uitgesmeerd; de fundamentele discussies die deze koehandel omringen,
daarover horen we niets. De speculaties van de ‘Wetstraatwatchers’ gaan
over pietluttigheden: geruchten over geïsoleerde voorgestelde
maatregelen en postjes in de regering worden in luchtig proza
aaneengeregen met allerlei min of meer plausibele scenario’s, die
evenwel – ondanks de sms-jes en de achterkamertjesgesprekken die
‘Wetstraatwatchers’ hun geprivilegieerde positie verlenen – op net
dezelfde fundamentele onwetendheid en onzekerheid zijn gebaseerd als
onze eigen inzichten en standputen daaromtrent. Ze zijn, met andere
woorden, gebakken lucht en cowboyverhalen.

Kijk vooral naar het kleine

Hierover worden we niet geïnformeerd. Waarover worden we dan wel
geïnformeerd? Wel, laat ons de zomer even overlopen. Er was eerst een
superdosis sport, met onze Rode Duivels in Brazilië, dan de Ronde van
Frankrijk, het EK zwemmen, en de gebruikelijke Wimbledon-weken en de
Memorial Van Damme. Er werd een Maleisisch toestel neergeschoten boven
Oekraïne, en het conflict tussen Rusland en Oekraïne hield ons eventjes
bezig; er was Gaza – altijd ongemakkelijk en altijd aanleiding tot
opstoten van zionisme en antisemitisme – en dan was er ISIS en Ebola.

Lang was de spanningsboog echter nooit, want er waren belangrijker
zaken: de Ice Bucket Challenge hield ons gedurende weken onledig, en
kijk (elke programmamaker zoekt naar cirkeltjes) ook Vincent Kompany
deed mee!

ISIS is bepaald mediageniek. Die jongens schieten en onthoofden dat
het een lieve lust is, doen dat bovendien netjes via de sociale media
(zodat we allemaal kunnen meegenieten van de dood van onschuldige
mensen), bevinden zich in een “belangrijke” regio en kunnen ook voor
exportdebatten zorgen.

Wat de regio betreft: de gruwelen van ISIS
worden als “onaanvaardbaar” en “barbaars” ervaren – en dat zijn ze zeker
– terwijl zowat twintig jaar uiterst bloedig en gruwelijk conflict in
Oost-Congo de koude kleren van Obama en Cameron nooit blijkt te raken.
Het verkrachten en verminken van tienduizenden vrouwen, het recruteren
en brutaliseren van kindsoldaten, de moord op alles wat van het
mannelijk geslacht is en mogelijk zou kunnen vechten – ik zie weinig
moreel of emotioneel verschil met wat ISIS doet; het enige verschil is
dat het lijden van de Congolezen zich voltrekt in een voor “de
internationale gemeenschap” oninteressante regio. Voor die
“internationale gemeenschap” moet mijn hoofd zich naar het Midden-Oosten
draaien en mijn blik moet zich op ISIS vestigen, waardoor ik Oost-Congo
niet meer zie.

Wat de “exportdebatten” betreft: ISIS heeft het thema van de “Syriëstrijders” in het leven geroepen, en die strijders komen van bij ons.
Ze zijn met niet veel – een paar honderd, zeggen de experts – maar de
hoeveelheid aandacht die men hen schenkt is verrassend. Diverse steden
(die intussen ijverig bezuinigen in hun ambtenarenbestand en allerhande
sociale voorzieningen kortwieken) hebben “deradicaliseringsambtenaren”
aangenomen (een prachtig woord voor Scrabble-fanaten), want stel je voor dat
die gasten naar Borgerhout terugkeren en daar hun voorliefde voor
onverdoofd slachten op mensen gaan toepassen. Het hek is waarlijk van de
dam.

De Maarten Boudry’s van onze samenleving laten zo’n kansen nooit
passeren en, hopsakee, we bevinden ons nog maar eens in een
hoofddoekendebatje. We weten waarop zulke debatjes uitdraaien: op niets.
We kennen ook hun relevantie: nul. Ze zijn een vorm van entertainment.

Uitgeput door de mentale aandacht die we aan al die wereldschokkende
zaken moeten besteden ploffen we onze zetel in en schakelen we de TV op
“Komen Eten”. Daarin worden we geconfronteerd met een dame die “geen
groenten eet” en een jongeman die steak met Coca-Colasaus bereidt; een
andere jongeman is manifest homoseksueel, dus we hebben alweer
gespreksstof voor morgenvroeg. Als Eden Hazard dan nog eens zijn
contract bij Chelsea vernieuwt en 225.000 pond per week zal verdienen, dan weten we zeker waarover we morgen bewonderend dan wel verontwaardigd kunnen mekkeren.

Intusssen draait men onder de vlag van de “vernieuwing” ergens in een
besloten ruimte onze samenleving terug in de tijd – naar de periode van
het laissez-faire, begeesterend bejubeld door de EU en haar
bankiers, door UNIZO, VOKA en haar megafoons in de media en door
eenieder die droomt van een eigen woning en de nieuwste Peugeot 308.

Aangezien dit “belangrijk” is mag het volk er vooral niets over
vernemen. Want stel je voor dat mensen de sereniteit van de
regeringsonderhandelingen zouden verstoren met woeste protesten, wanneer
ze begrijpen dat ze een hele wereld dreigen te verliezen voor zichzelf
en, vooral, voor hun kinderen en opnieuw naar een schaamteloos
aristocratische samenleving zullen evolueren.

Het volk mag zich bezig
houden met wat onbelangrijk is – Steven Defour die zichzelve in het
kruis tast, de mooie nazomer, een met Ebola besmette dokter – want
belangrijke politiek, dat is iets voor politici.

Na de onderhandelingen en van zodra alle ego’s op ministerposten zijn
geplaatst zal de nieuwe regering dan ook glunderend naar het parlement
trekken, daar “de democratie haar werk laten doen”, waarna meerderheid
tegen minderheid een stuk geschiedenis zal worden geschreven. Dat zal
het moment zijn waarop het volk verneemt wat hen de volgende jaren te
wachten staat; en als dat volk protesteert zal het tot de orde worden
geroepen met het argument dat men “respect moet hebben voor de regels
van een democratie”. Hou je waffel, je hebt voor ons gestemd (of niet).

Vele decennia later zal een hoogeleraar politiek deze periode in zijn
cursus betitelen als “terug naar het verleden, terwijl het volk de
andere kant uit keek”.

take down
the paywall
steun ons nu!