Verslag, Nieuws, Economie, Samenleving, België -

De astronomische kost van het niet-belasten

De volgende regering – als die tenminste ooit gevormd raakt – moet de komende jaren op zoek naar 15 tot 25 miljard euro. Het ACW wachtte de nieuwe regering niet af en deed nu al de oefening. Professor Jozef Pacolet berekende dat de kost van de fiscale voorrechten (van de aftrek van dienstencheques tot de notionele interestaftrek) oploopt tot 58 miljard euro.

donderdag 14 april 2011 17:44
Spread the love

Toen nog kersvers voorzitter van het ACW Patrick Develtere pleitte begin september al voor het opstarten van de sociaal-economische onderhandelingen parallel aan het communautaire luik. Tijd is in deze regeringsonderhandelingen een rekbaar begrip want ook ruim zeven maanden later is er van die zoektocht naar 15 tot 25 miljard om het gat in de begroting te dichten nog geen sprake.

Het ACW, de koepel van christelijke werknemersorganisaties, laat het daar niet bij en liet specialisten een heel themanummer van de Gids op maatschappelijk gebied volschrijven. Volgens het ACW bewijzen die specialisten dat “sociaal saneren” mogelijk is.

In het artikel Is België ook een fiscaal Luilekkerland? berekent professor Jozef Pacolet van het HIVA de kost van het ‘niet-belasten’. Dat niet-belasten gebeurt om men niet kan belasten (door fiscale fraude bijvoorbeeld) of omdat men niet wil belasten (door fiscale aftrekken toe te staan).

58 miljard euro

Dat niet-belasten neemt in België astronomische vormen aan. In de personenbelasting gaat het bijvoorbeeld over de aftrekken voor pensioensparen, levensverzekeringen en die dienstencheques. In de vennootschapsbelasting is de bijzonder populaire en heel dure notionele intrestaftrek. In de btw kennen we dan weer de verlaging voor de bouw of de horeca.

“Het valt op dat zelfs in tijden van budgettaire krapte de overheid steeds nieuwe vormen van fiscale uitgaven introduceerde, bijvoorbeeld in de bedrijfsvoorheffing”, schrijft Pacolet.

De overheid en ook de media lijken zich niet echt te interesseren voor de kostprijs van die minderontvangsten. Pacolet: “Bij de invoering wordt de budgettaire kostprijs vaak onderschat en de werkelijke of vermeende terugverdieneffecten overschat.”

In een ruime definitie lopen die minderontvangsten op tot 58 miljard euro. Een enorm bedrag, ongeveer twee derde van het volume aan belastingen dat wel wordt geïnd. Maar, zo merkt Pacolet op, de minderontvangsten zijn veel minder transparant en lopen minder in de kijker als de regering op zoek gaat naar middelen om het gat in de begroting te dichten.

Veel van die maatregelen hebben volgens Pacolet “perverse verdelingseffecten”. “Vooral diegenen die zich de hulp van fiscale adviseurs en belastingplanners kunnen veroorloven, kunnen er optimaal gebruik van maken”, aldus Pacolet.

Billijke belastingen?

Bovenop die 58 miljard euro komen ook nog minderontvangsten in de sociale zekerheid door de extralegale voordelen (10 miljard euro) en de verminderde sociale zekerheidsbijdragen (6 miljard euro) waaronder de vermindering voor profvoetballers (67 miljoen euro).

De overheid creëert achterpoortjes, maar ook de burgers en de bedrijven zoeken wegen om geen belastingen te moeten betalen. De kost van de sociale en fiscale fraude wordt geraamd op 6 tot 30 miljard euro.

Pacolet stelt voor om naast de besparingen en de zoektocht naar bijdrageverhoging (bijvoorbeeld door vermogens meer te belasten) een derde front te openen door “ook de fiscale en sociale uitgaven in het vizier te nemen en na te gaan of zij in een efficiënt en billijk belastingsysteem passen”. 

take down
the paywall
steun ons nu!