mondmasker
(foto Flickr Ivan Radic)
Opinie - Jeremie Van Eeckhout

Coronacrisis: Plus est en nous

Vlaams minister Zuhal Demir ging er zondag in de pers vlotjes over. “Ik heb deze week geweigerd me te verantwoorden in het parlement”, klonk het bijna fier. Toch moeten uitspraken als deze alarmbellen doen afgaan. En het is niet het eerste teken aan de wand. Net in een crisis zoals vandaag zouden we het geloof in de politiek moeten kunnen herstellen. Helaas, we zijn het momentum aan het missen en onze democratische principes belanden te snel op de vuilnisbelt. Tijd voor echte vertegenwoordigers van het volk.

maandag 17 augustus 2020 13:50
Spread the love

 

*disclaimer* Ik aas niet op het vel van deze of gene minister. Heel wat politici, van alle gezindten, op alle niveaus, doen al maanden hun uiterste best om de coronacrisis te bezweren. Hen individueel overladen met alle zonden van Israël is niet correct. Net zoals iedere politicus ook recht heeft op een beperkte periode verlof in deze crisistijd.

Collectief falen

Maar we kunnen wel spreken van een collectief falen van het politiek systeem; van een stuitend gebrek aan politiek-bestuurlijk métier. Ik kan de leidersploeg van de Chiro waarmee ik vorige maand op kamp trok geen ongelijk geven wanneer ze me toevertrouwen dat ook zij geen heil meer verwachten van ‘de politiek’.

Als politici hebben we grosso modo twee opdrachten: de lijnen uittekenen en kritisch de vinger aan de pols houden. In geen van beide opdrachten slagen we nog.

Wat de eerste opdracht betreft gingen de politici bij het uitbreken van de pandemie al meteen te rade bij de experten-virologen. Hun adviezen maakten, soms schoorvoetend, de wet. Op zich een te verdedigen keuze in een extreme, acute crisis. Ook in andere crisissen, zoals de klimaatcrisis of het vraagstuk rond sociale gelijkheid zou de politiek allicht beter eens te rade gaan bij de experten, maar het mag geen alibi zijn om verantwoordelijkheid te ontlopen.

Hetzelfde met onze staatsstructuur; politici zouden elk op hun niveau en vanuit hun rol iedere seconde kunnen zoeken naar wat ze kunnen doen, maar onze bestuurscultuur lijkt gedegradeerd tot ‘hoe snel kan ik de schuld doorschuiven?’. Te makkelijk als evaluatie van ons crisisbeleid. Er zal inderdaad meer nodig zijn dan een staatshervorming om dit land op sporen te krijgen.

Paraplu

Hogere overheden falen en schuiven de hete aardappel dus door naar het laatste beleidsniveau dat de burger nog vertrouwt: de lokale besturen. Ik ben de grootste ‘believer’ van die besturen en pleitte dan ook al in het prille begin van de crisis om een korte lijn te houden tussen de veiligheidsraad en de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten. Op die manier garandeer je een sterker verband tussen de doelstelling en wat werkbaar is in de praktijk.

Maar trop is teveel. Wanneer de kinderopvang in de soep draaide, sprongen ze in de bres. Nu de contacttracing na maanden nog steeds niet op de rails geraakt, mogen zij het oplossen. Wanneer het met veel bombarie aangekondigde spreidingsplan van minister Demir een flop blijkt, mogen de kustburgemeesters de boel opkuisen.

Bij de lokale besturen is er enorm veel goede wil en is de inzet massaal. Het constant moeten dichtrijden van de gaten eist zijn tol. Ze leiden soms tot disproportionele maatregelen, straffe aankondigingen die moeten ingetrokken worden omdat ze botsen op grondrechten. Of zorgen voor een onoverzichtelijk lappendeken van gemeentelijke reglementen die leiden tot een begrijpelijk je m’en foutisme bij de bevolking.

Dat brengt me bij de tweede taak van de verkozenen des volks: het controleren van het beleid. Het parlement lijkt zichzelf weg te cijferen. Wanneer maatregelen als een avondklok, ongezien sinds de tweede wereldoorlog, of de absurde uitwassen van de mondmaskerplicht of het afsluiten van gemeentegrenzen genomen worden, durf niemand deze openlijk in vraag te stellen. Nee, we moeten vertrouwen hebben.

Wanneer het kusttoerisme dan toch niet zo vlot verloopt als gepland, verdwijnt de minister van Toerisme, Zuhal Demir van het toneel en doet er nog lacherig over ook. Wanneer Wouter Beke moet toegeven dat het decreet rond contactopsporing het onmogelijk maakt om echte opvolging van contacten en naleving van quarantaine te garanderen, is er weinig animo om direct in het harnas te springen en de boel bij te sturen. Het mag zelfs niet gezegd worden dat we onze kernopdracht, namelijk ‘sluitende, effectieve, juridisch correcte wetgeving maken’ verwaarlozen. Het orkest op de Titanic speelde voort.

Relevantie

Het is hét moment om ons als politieke klasse relevant te maken. We hadden dé kans om een tweede golf wel gecoördineerd aan te pakken, maar het beperkte tweede opstoot van het virus bewijst al dat we er niet klaar voor zijn. Erger zelfs: de aanpak lijkt nog amateuristischer en geïmproviseerder dan bij het begin van de crisis. De hele nationale politiek leek de voorbije weken collectief in een diepe zomerslaap gesukkeld.

Laat ons dus geen tijd verliezen, collega’s. Laat ons samen het witte blad dat corona achterliet inkleuren volgens het patroon dat wij wensen. Laat ons dat doen na een gezond democratisch debat die de naam waardig is. Laat ons de regelgeving maken die nodig is en laat ons toezien op de correcte naleving ervan. Laat ons werken aan draagvlak en gedeeld eigenaarschap. Laat ons opnieuw volksvertegenwoordigers in de ware zin van het woord worden.

Laat ons daarom niet wachten tot de septemberverklaring om opnieuw volle bak in gang te schieten. We hebben nú de kans. De slotnoot van de regeerverklaring van Minister-president echoënd: collega’s, plus est en nous.

 

Jeremie Van Eeckhout is Vlaams parlementslid bij Groen

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!