De community ruimte is een vrije online ruimte (blog) waar vrijwilligers en organisaties hun opinies kunnen publiceren. De standpunten vermeld in deze community reflecteren niet noodzakelijk de redactionele lijn van DeWereldMorgen.be. De verantwoordelijkheid over de inhoud ligt bij de auteur.

Screenshot van het webinar 'Na V(irus) komt W(erk)' van VDAB.

Coronacrisis zet werkbaar werk (weer) hoog op de agenda

'Kunnen werken laat ieder van ons zich weer mens voelen onder de mensen', klonk het tijdens het virtueel te volgen panelgesprek 'Na V(irus) komt W(erk)', georganiseerd door VDAB. Het inhoudelijk sterke webinar werd afgesloten met een persoonlijke boodschap van Hilde Crevits, onze Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw. Daarin pleit ze - met veel tjevenstroop erbovenop - om één groot samenverhaal rond werkbaar werk te realiseren voor iedereen die kan werken.

dinsdag 22 september 2020 17:56
Spread the love

 

(Excuses voor de mist, mijn smartphone was duidelijk aan een poetsbeurt toe.)

Na V(irus) komt W(erk)

Als eigenares van een invalidiserende ziekte probeer ik debatten rond werkbaar werk en re-integratie goed op te volgen. Ere wie ere toekomt: dit was al een van de meest boeiende gesprekken, vooral omdat de politieke correctheid bovengemiddeld laag was. Zou dat komen omdat er geen politici in het panel zaten? Wie wel rond de tafel zat in verschillende rondes, waren:

Het gesprek wordt geopend met een uitnodiging aan de kijker om te participeren door zelf vragen te stellen en deel te nemen aan de korte polls tussendoor. Inclusiespecialist bij VDAB Wendy Ranschaert volgt de vragen op, gooit er af en toe enkele op de gesprekstafel en belooft plechtig alles wat niet aan bod komt schriftelijk te beantwoorden. Laat maar komen, die terugkoppeling.

Samen

‘VDAB wordt niet genoeg gezien als een organisatie die mensen met gezondheidsproblemen ondersteunt’, stelt Wim Adriaens. Een belangrijk imagoprobleem in tijden van coronacrisis, aangezien een grote instroom van nieuwe werkzoekenden verwacht wordt door de economische schade, maar ook door de langdurige gezondheidsproblemen die werkbekwame / valide mensen ondervinden in de nasleep van een besmetting met Covid-19. ‘We mogen niemand achterlaten en moeten mensen perspectief blijven geven’, aldus Adriaens, die bovendien beklemtoont dat VDAB ook aan de slag moet aan de werkgeverskant: samen werken aan een mentaliteitswijziging voor meer aangepast werk.

Ik hoor het graag, maar zoals dat meestal gaat in debatten als dit, worden er meer problemen benoemd dan dat er oplossingen worden aangeboden:

  • nood aan betere communicatie
  • nood aan een snellere en vlottere doorverwijzing
  • nood aan sensibilisering rond ‘wat kunnen mensen met langdurige problemen eigenlijk nog betekenen en hoe waardevol kunnen werkgevers voor hen zijn?’

Niets nieuws onder de zon, toch?

Meer bevlogenheid is hoorbaar bij GTB-directeur Luc Henau, waarvan je hieronder trouwens een pleidooi kan beluisteren over waarom het concept arbeidsongeschikt eigenlijk niet zou mogen bestaan. Hij onderstreept nog maar eens dat de (re-)activering van mensen die door beperkingen of gezondheidsproblemen op inactief staan, binnen een vrijwillig kader moet verlopen waarin engagement leeft om samen – en liefst levensecht rond een tafel – werk op maat te vinden. Het is in die kruisbestuiving dat creativiteit ontstaat.

“Werk is een van de belangrijke hefbomen om een stuk tot maatschappelijke integratie te komen, ook voor mensen die leven met een beperking of met ziekte.” – Luc Henau

François Perl houdt het op zijn beurt eerder droog. Voorlopig vertellen de cijfers nog weinig over de impact van corona op de teller van het aantal langdurig zieken in ons land. De vrees is wel dat er – net zoals na de bankencrisis in 2008, trouwens – als neveneffect een sterke stijging zal komen, met psychische problemen als grootste boosdoener. ‘We moeten proactief zijn en mensen steunen wanneer ze zullen vallen’, klinkt het. Daarvoor kijkt hij graag naar VDAB en GTB als partners.

Of de adviserend arts aan tafel al een opvallende stijging zag van het aantal invaliden? Volgens Annemie Bonroy is het nog wat vroeg om daar helder op te antwoorden. In maart en april gingen de aanvragen omhoog, maar in de maand mei stabiliseerde het alweer. Wat ze wel kan bevestigen, is dat de groei vooral merkbaar is op vlak van mentale problemen. De impact van het virus op de functie van adviserend arts is nog niet min geweest: alle controleafspraken werden herleid tot telefoontjes – voor videobellen was nog geen infrastructuur.

Hoewel dit ook voordelen heeft, valt één cruciale factor weg: nabijheid. Exit non-verbale communicatie. Daarnaast erkent ze dat de lockdown kwetsbare mensen ook deugd heeft gedaan: veel rustiger, een beschermder gevoel, minder stress door het wegvallen van verplaatsingen en geen risico op conflictcontact met collega’s. Ze pleit ook voor een meer interdisciplinaire aanpak, met netwerken van behandelende artsen en adviserende geneesheren die teams vormen met verpleegkundigen, ergotherapeuten, kinesitherapeuten, psychologen en re-integratiecoaches. Veel meer samen, dus. Ook Henau juicht dit toe: meer bruggen bouwen.

Dubbel verhaal

Voor Lode Godderis moet gezondheid altijd gezien worden als een samenkomen van het fysieke, het mentale en het sociale, ook wel de biopsychosociale kijk genoemd. Hoe we de impact van de switch naar massaal telewerken moeten zien? Dat blijkt nogal een dubbel verhaal. Veel mensen vonden het een zegen door het uitsparen van woon-werkverkeer, minder blootstelling aan prikkels in bijvoorbeeld landschapsbureaus, enzovoort.

Langs de andere kant zorgde de plotse verplichting van thuiswerken bij mensen ook voor negatieve gevoelens door het gebrek aan keuzevrijheid en betrokkenheid. Doe daar nog alle angst, stress en onzekerheden bij in de chaos van een pandemie en je kan moeilijk zeggen dat thuiswerk al echt een eerlijke kans heeft gekregen. (Vraag dat maar eens aan mensen die tegelijkertijd ook nog leerkracht en animator  voor hun kroost moesten zijn.)

Ook Eline Bruneel van Het Vlaams Patiëntenplatform (VPP) zag dit dubbele verhaal terugkomen in de getuigenissen van de patiënten waarvan ze de belangen behartigt. Als meest genoemde pluspunt: meer flexibiliteit in het combineren van werk, gezin en medische behandelingen. Het zwaarste pijnpunt: het wegvallen van veel structuur, zeker voor mensen met een mentale kwetsbaarheid. De meest gestelde vragen draaiden rond risicopatiënt-zijn en terug gaan werken in coronatijden.

De grote hoop die leeft: dat deze flexibele aanpak ook na de komst van bijvoorbeeld een vaccin mag blijven doorleven. Dat vergt zeker ook het bijschaven van de bedrijfscultuur zelf (en dus ook van de beeldvorming van mensen met gezondheidsproblemen en beperkingen).

Dit soort vraagstukken kreeg ook Lode met regelmaat op zijn bord de afgelopen maanden. Hij geeft het voorbeeld van mensen die een longtransplantatie ondergingen maar een onderwijzer als levenspartner hebben, die dus terug voor de klas móest gaan staan. Hij roept dan ook op werk te maken van een preventief beleid waarin je de mensen zelf betrekt, om via inspraak ook impact te hebben, en zo tot dat samenverhaal te komen waarin de gekozen aanpak ook effectief gedragen wordt door iedereen binnen een organisatie.

Dat zoiets kán, bewijst Luc Henau: zo maakt GTB in zijn visie geen onderscheid tussen de omgang met klanten of die met werknemers. Een mooi voorbeeld van zorgcontinuïteit, is de omschakeling naar wandelgesprekken op veilige afstand om toch tegemoet te komen aan de nood om een bemiddelaar te hebben die nabij is. ‘Naast elkaar lopen is niet hetzelfde als oog in oog zitten. Er werd zo soms meer gezegd dan anders’, klinkt het. Virtueel kan wel zinvol zijn, bijvoorbeeld voor een kennismakingsgesprek, maar voor goed functionerend teamwerk moet je samenkomen.

Kwestie van vertrouwen

Het RIZIV ziet vooral kansen in de inburgering van telewerk, al vergt dat nog wel de nodige investeringen op vlak van infrastructuur en het opleiden van de niet-digitaal vaardigen. ‘Het is een win-win omdat het werkgevers de kans geeft om bekwame mensen uit de kwetsbare groepen aan te trekken’, aldus François Perl. (Zolang het bij kansencreatie blijft en niet verglijdt naar een must, in de aard van: wie thuis zit, móet digitaal vaardig gemaakt worden om te gaan telewerken tegen de sterren op.)

Investeren, een duur woord, hé? Dat vond ook een kijkersvragensteller: hoe zit het met ergonomisch materiaal in de thuisomgeving? Volgens Godderis moet het bespreekbaar zijn om wat op het werk kan, ook mogelijk te maken bij telewerk. Henau geeft meteen een mooi voorbeeld: ‘Bij ons kreeg iedereen van bij het begin van de crisis het volle vertrouwen, er moest niet meer ‘geprikt’ worden en ik kan zeggen dat niemand dat vertrouwen heeft geschaad.’

Ondertussen kregen alle werknemers van GTB ook al een dankpakket voor hun toegewijde inzet: de keuze tussen een ergonomische stoel, een extra scherm of een extra toetsenbord voor thuis. En wie dat al allemaal had, kreeg een welzijnsbon voor een weekendje uit in eigen land. ‘Met zo een houding zullen mensen je vertrouwen nooit beschamen’, besluit hij.

Verwarring troef

Ann Van den Cruyce, die de stem van leidinggevenden vertolkt, bekent dat ze helemaal geen helder beeld heeft van het kluwen aan betrokken artsen: de behandelende arts, de bedrijfsarts, de adviserend arts, de controlerend arts. ‘Ik ken ken ze eigenlijk niet zo goed’, klinkt het oprecht. Ze gaat verder door te zeggen dat ze zélf altijd contact opneemt wanneer iemand ziek valt, en dat ze daar grote verschillen ziet in de benaderbaarheid van mensen.

Het gebrek aan perspectief bemoeilijkt de zaken ook: ‘Telkens een briefje voor een maand extra, hoe ga je daarmee om? Ik kan dan de controledokter op pad sturen, maar controle is eigenlijk niet wat ik wil. Die oordeelt enkel in termen van gerechtvaardigd of niet gerechtvaardigd, en daar ben ik eigenlijk niks mee, ik wil meer context weten. Het speelveld om mij te laten adviseren is niet duidelijk.’ Wie contacteer je wanneer, blijkt de hamvraag.

Heel herkenbaar, ook aan werknemerskant, bevestigt Eline van VPP. Langdurig zieken ondervinden grote drempels tot de nodige informatie over hun rechten en plichten. Even wat reclame voor de ‘Wie is wie’-brochure, waarin de rol van alle expertiseartsen helder wordt uitgelegd. Ze verwijst ook nog door naar een samenwerking die volop aan de gang is met Trefpunt Zelfhulp vzw om mensen beter te leren praten over ziekte op het werk. Binnenkort worden handige folders verwacht met informatie rond communicatie voor zowel werknemers als werkgevers. En-en, mooi, hé?

Als Lode Godderis nog een tip mag geven: wie als leidinggevende belt naar een ziekgevallen werknemer, vraagt best eerst hoe het gaat en op welke manieren hij of zij behulpzaam kan zijn, en niet in de eerste plaats om te polsen precies hoe snel de persoon in kwestie terug aan het werk gaat zijn.

Hij roept op tot meer transparantie in de communicatie: hoe gaan we er samen het beste mee om? Ruimte voor inspraak is daarbij zeer belangrijk. De ziekte mag bovendien niet centraal staan in het verhaal, wel het functioneren: wat is haalbaar en wat is daarvoor nodig? In die denkoefening zou de bedrijfsarts in een ideale wereld een bruggenbouwer moeten zijn die het contact tussen werkgever en werknemer faciliteert en mee kijkt naar de functionele mogelijkheid: wat kan wél (nog)?

Voor Ann is op dit moment alvast geen nauw contact tussen de bedrijfsarts en het reilen en zeilen op de werkvloer voelbaar. Ze heeft nood aan iemand die veel dichter bij de mensen staat. Nog veel werk aan de winkel, met andere woorden. Daarom werkt ze zelf graag met een soort ‘competentiekijkers’, mensen die inzicht verwerven in waarom iemand bijvoorbeeld is uitgevallen met een burn-out, om vervolgens een beter passende jobinhoud samen te stellen.

Om af te sluiten, geeft ze nog het mooie voorbeeld van een succesverhaal op vlak van aanwerving: een sollicitatiegesprek waarbij de persoon met een gezondheidsproblematiek werd bijgestaan door een begeleider. Die kon heel helder de sterktes van de kandidaat onderlijnen en de nodige ervaring binnenbrengen om ook collega’s te informeren en input te geven op vlak van werkorganisatie.

Maatwerk, het kan ook buiten de maatwerkbedrijven, blijkbaar!

Hoopgevend signaal, niet?

(Je kan het het webinar hier integraal herbekijken.)

Meer averechts leesvoer:

Tot schrijfs

Lynn Formesyn

Creative Commons

dagelijkse newsletter

take down
the paywall
steun ons nu!