Zeven voormalige topambtenaren van het ministerie van Landbouw en vijftien personen die onrechtmatig landbouwsubsidies ontvingen, verschijnen dezer dagen voor de rechter. Procureur-generaal Viviane Morales beschuldigt hen van betrokkenheid bij een grote subsidiefraude en wil hen achter de tralies zien. Justitie onderzoekt ondertussen nog vijftig andere betrokkenen.

Het schandaal draait rond de toekenning aan gefortuneerde Colombianen van subsidies die voor arme boeren bestemd waren. Ongeveer 1,5 miljoen euro ging naar prominente families aan de noordkust die helemaal niet in aanmerking kwamen voor de subsidies. De fraude werd in oktober 2009 uitgebracht door het ondertussen verdwenen tijdschrift Cambio.
Álvaro Uribe
De fraude deed zich voor tijdens het bestuur van de rechtse president Álvaro Uribe (2002-2010).  Justitie heeft ook twee voormalige landbouwministers in het vizier, Andrés Felipe Arias en Andrés Fernández. Door hun bijzondere statuut volgt het onderzoek tegen hen een aparte procedure.

Morales was advocaat, parlementslid en columnist. In december 2010 werd ze tot procureur-generaal benoemd door de nieuwe president Juan Manuel Santos, partijgenoot van Uribe.

Tot haar grootste uitdagingen behoren de strijd tegen de corruptie en het verminderen van de straffeloosheid, die nu tussen 90 en 98 procent schommelt. Ze moet ook de meer dan tweeduizend buitengerechtelijke moorden onderzoeken waarbij volgens humanitaire organisaties zo’n honderd militairen betrokken waren, en het afluisteren van magistraten, mensenrechtenactivisten en journalisten, feiten waarbij voormalige functionarissen uit de omgeving van Uribe betrokken zouden zijn.

Erkenning van vrouwen

Om de corruptie te bestrijden kan Morales rekenen op een bijzondere bondgenoot, Sandra Morelli, in augustus door het parlement aangeduid om de Contraloría General te leiden, de instantie die de openbare financiën controleert. Net zoals Morales is ze de eerste vrouw die deze instelling leidt.

Vrouwenrechtenactivisten zien in beide benoemingen een stap in de richting van een erkenning van de rol van vrouwen bij de ontwikkeling van Colombia. In het land, dat al meer dan zestig jaar geteisterd wordt door een gewapend conflict, komen duizenden anonieme vrouwen op voor de rechten van andere vrouwen, van hun gezin of van hun gemeenschap, zegt advocaat Luz Marina Monzón.
Deze vrouwen worden bedreigd of uitgesloten uit hun eigen organisatie, krijgen discriminerend gedrag te verduren door mannen, en van andere vrouwen krijgen ze te weinig steun, zegt ze. Als voorbeeld geeft ze de situatie van een moeder in de stad Medellín. Die moest haar leidende rol in een gemeenschapsraad afgeven omdat ze bedreigd werd met de verkrachting van haar veertienjarige dochter.